QH
Het wederzijdse wantrouwen
Vervolg raadsvergadering Wissenkerke
5. Is het waar dat het havenkanaal
ondiepten vertoont en wat doen b. en w.
daaraan.
Dit waren enkele vragen, mijnheer de
voorzitter, en tenslotte willen wij de dames
en heren op de secretarie hartelijk danken
voor de prettige samenwerking.
En als laatste spreekt de heer J. C.
Kouwer (A.R.P-C.H.U.):
Mijnheer de voorzitter, mijne heren.
Bij de behandeling van de begroting 1975
wil ik namens de fracties van de A.R.P.
en C.H.U. een algemene beschouwing hou
den over het tweede gedeelte van de be
groting:
Ik wil beginnen met de opstellers van
deze begroting een compliment te maken
met de manier waarop alles is uitgevoerd.
Tevens wil ik de dames en heren van de
secretarie danken voor de medewerking die
zij ons als raadsleden altijd graag geven.
We verkeren in een gezonde gemeente,
niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk.
Onze gemeente biedt ruimte voor een groot
aantal investeringen waar inwoners en re
creant van kunnen genieten.
Het is een zeer verheugende zaak dat
zo'n kleine gemeente (wat inwoners be
treft) kan spreken over sportvelden, speel
weiden en openbaar groen in de dorps
kernen. Het is plezierig, dat er, ook al
gaat het langzaam, bij de gemeenten het
idee gaat groeien, dat we er niet alleen
zijn met de bouw van huizen en het aan
leggen van straten (die hopenlijk in de
toekomst wat breder uit kunnen vallen),
maar dat de aankleding van een dorp heel
belangrijk is. Als positief voorbeeld wil ik
hier graag de vijver in Wissenkerke noemen
en het plaatsen van bloembakken. We ho
pen dat er in de komende tijd nog meer
aandacht aan besteed gaat worden, zodat
in alle drie de kernen nog meer groen
komt.
Als we toch bezig zijn met het aankleden
van de dorpen, dan wil ik hierbij nogmaals
graag namens de A.R.P. en C.H.U. de stank
overlast vermelden van de omwonenden van
de stinksloot te Geersdijk. Ook al zullen
de kosten hiervoor aanzienlijk zijn, de beste
oplossing is het dempen en rioleren.
Een gemeentehuis heeft, vooral op kin
deren en jonge mensen, de naam van def
tigheid en sfeer. Als het goed is worden er
een heleboel deftige gebeurtenissen vol
trokken. Helaas ondanks aangebrachte
verbeteringen is de werkruimte verre van
ideaal. Vooral de burgemeesterskamer en
de afdeling financiën zitten erg krap ge
huisvest. Zoals u zelf al hebt opgemerkt
is het houden van gemeenteraadsvergade
ringen en het voltrekken van huwelijken in
het „Dorpshuis" niet bepaald sfeervol. We
zouden er dan ook graag als fracties op
aan willen dringen, na en dat willen
we graag onderstrepen tot een goede
oplossing gekomen te zijn met de bewoner
van Voorstraat 29, zo spoedig mogelijk met
de verbouw en uitbreiding van het ge
meentehuis over te gaan. Men zou kunnen
stellen dat de gemeente Wissenkerke dan
weer een heel klein beetje steviger staat in
zijn strijd om het bestaan.
Het getuigt van praktische instelling door
voor recreanten en sportvissers dijkover-
gangen te maken. Het is een gelukkige bij
komstigheid dat deze plannen in A.C.W.
verband uitgevoerd kunnen worden.
We hebben in het verleden al meer aan
gedrongen op betere voorzieningen, zoals
meer kleedcabines en betere beschutting bij
het zwembad. Als het instructiebad uitge
breid gaat worden met een diep basin,
uiteraard zeer tot genoegen van de zwem-
instructrices en leerlingen die dan in Wis
senkerke af kunnen zwemmen, zal dit een
voorziening zijn, waarbij vele evengrote-
kleine gemeenten hun vingers af zullen
likken. Als we op het fonds dorpsontwik
keling een post vinden van ruim 475000,
dan lijkt ons dit, zeker als dit werk in
A.C.W.-verband kan worden verricht, een
uit te voeren zaak.
Hoewel het sportveld van Wissenkerke
pas uitvoerig aan de orde is geweest, willen
we in deze algemene beschouwingen nog
eens er op wijzen, dat we ook grote waarde
hechten aan het op tijd klaar-zijn van het
oefenveld en tegelijk vragen we ons af wat
er in de toekomst voor bestemming wordt
gegeven aan het sportveld onder de molen.
Als A.R.P.-C.H.U. fracties zijn we ver
heugd dat er nu enkele jaren sprake is
van een toename van het aantal gebouwde
woningen. We hopen dat er continuïteit
zal zijn in de woningbouw en hopen dat
ook de plaatselijke aannemers aan bod
zullen komen.
Wat de bestemmingsplannen betreft
graag het volgende. Voor Wissenkerke is
zich een leuk plan aan het realiseren.
Hierbij is het verheugend dat ook een
makelaarskantoor zich heeft aangemeld
voor de bouw van 16 premie-verkoopwo
ningen. We hopen dat dit plan zal slagen.
Wat Geersdijk betreft, willen we graag
aantekenen, dat de nog aanwezige bouw
rijpe grond, vanwege de ligging en de vorm
geving aan het dorp niet geschikt is om er
6 woningen op te bouwen. Hoewel finan
cieel niet aantrekkelijk, zouden we graag
zien dat daar een speelterrein en/of plant
soentje gemaakt zou werden en dat er een
nieuw bestemmingsplan voor Geersdijk zal
komen, zodat zo vlug mogelijk weer wo
ningen gebouwd kunnen worden, misschien
weer in combinatie met de bouw van wo
ningwetwoningen in Kamperland.
Wat Kamperland betreft kunnen we con
stateren dat woningwetwoningen vrij vlot
gevuld raken, maar dat men helaas nog
aarzelend is ten opzichte van koopwonin
gen. Het Landhuizenterrein Heer Jansz-
polder lijkt ons aardig van opzet. We
hopen dat dit plan, ondanks de onzekere
economische toestand haalbaar is. Als we
de vrij grote uitbreiding van Kamperland
in het afgelopen jaar bekijken, dan vragen
wij ons af, of er misschien in het uitbrei
dingsplan nog wat ruimte is voor een
speelveldje op de manier zoals in Wis
senkerke gebeurd is.
Hoewel bij de recreatie niet met name
genoemd, wil ik toch graag even uw aan
dacht vragen voor het strandje te Geersdijk.
Na afloop van een vorige raadsvergadering
zijn we allen gaan kijken naar het strandje.
De conclusie was eensluidend: „Er moet
iets gebeuren, want anders is het binnen
enkele jaren verdwenen." Meneer de voor
zitter, laat er dan ook wat gebeuren, want
het is echt de moeite waard.
De wat grotere recreatieterreinen indui
kend, belanden we bij de Schotsman-Ruiter-
plaat. We hopen dat de afwikkeling met
de exploitant spoedig tot stand zal komen
en dat zeer binnenkort met de bouw van
woningen in de Schotsman-Ruiterplaat 2e
fase wordt begonnen. Hoewel, volgens het
Zeeuws Coördinatie-orgaan voor natuur-,
landschaps- en milieubescherming de bouw
van bungalows aan het Veerse Meer een
landschappelijke vergissing genoemd wordt,
zijn er al heel wat bezwaren tegen het
ontwerpbestemmingsplan „De Schotsman"
weggenomen, nu, na gezamenlijk overleg
tussen middenstandsvereniging enerzijds en
exploitanten en gemeente anderzijds, over
eenstemming is bereikt. Wel willen we als
minimum garantie dat de oevers van het
Veerse Meer door iedereen betreden mogen
en kunnen worden. Het moet niet zo wor
den dat de eigen bevolking geen plaats
meer heeft om zich aan het Veerse Meer
te ontspannen.
Een tweede jachthaven in Kamperland
is, gezien het aantal aanvragen, beslist
niet overbodig. Kamperland is „in" bij de
watersport. Laten we er blij om zijn, want
het biedt aan heel wat mensen een goede
boterham. Wel willen we met name stel
len, dat de aanleg en exploitatie niet mag
drukken op de schouders van onze 2950
inwoners. De financiële middelen zullen
ergens anders gehaald moeten worden. Het
is te hopen dat er dan ook een groter
kantoortje overschiet voor de jachthaven-
meester dan het kantoortje wat nu op de
jachthaven staat, want dit is wel wat erg
klein om de mensen te helpen.
Nog een enkele algemene opmerking
meneer de voorzitter.
Als we onze gemeente vergelijken met
andere gemeenten in de buurt, dan valt
het op dat er in de Darticuliere sector
betrekkelijk weinig gebouwd wordt. Zou
het misschien een idee zijn met de ge
meente de boer op te gaan, dus meer re
clame te maken voor de dorpen en mate
riaal beschikbaar te stellen via de secre
tarie. Ik denk hierbij aan duidelijke kaart
jes met de bestemmingsplannen die door
gegadigden of belangstellenden verkregen
kunnen worden. Dus meer service voor de
klant. Misschien moet hier intergemeente
lijk gedacht worden of misschien wel sa
men met de gemeenten rond het Veerse
Meer.
Meerdere malen hebben we ook al de
aandacht gevraagd voor de kruising Molen
weg—A. van Heestraat—Noordweg te Kam
perland. Ook in deze beschouwing willen
we het nogmaals onder uw aandacht bren
gen en we spreken de wens uit dat daar
een veilige kruising ontstaat.
Een heet hangijzer is voor verschillende
mensen de tweede woning. Als A.R.P.-C.H.U.
staan we op het standpunt dat het ge
voerde beleid door b. en w. het juiste is
ten opzichte van het woonbeleid. Alleen
betreuren we het dat er nog steeds mensen
door de mazen van de wet glippen. Als er
dan geen woningen in de kernen voor re
creatie gebruikt mogen worden, dan stellen
we het op prijs dat er op wordt toegezien
dat de regels nageleefd worden.
Persoonlijk zou ik, gezien de weersom
standigheden van de laatste weken bij het
binnenhalen van de oogst een beroep willen
doen op de medewerking van de gemeente
t.o.v. landbouwers, klein-landbouwers,
loonwerkers en indirect de arbeiders in
de agrarische bedrijven. We dachten hierbij
aan de Rijksgroepsregeling zelfstandigen.
Uit dit oogpunt bezien kunnen we begrij
pen dat de gymlokalen in Kamperland en
Wissenkerke voor de duur van drie weken
beschikbaar zijn gesteld voor militairen,
maar we vragen ons wel af wat de conse
quenties zijn als straks de vloeren bescha
digd achtergelaten worden. Bovendien zul
len enkele verenigingen met hun trainings-
en speelprogramma in de knel komen,
wat ook weer finaniciële gevolgen zal heb
ben voor de gemeente.
Voorzitter, ik hoop dat we op deze wijze
een positieve bijdrage hebben geleverd aan
de verdere uitbouw van onze gemeente.
Volgende week het antwoord van de
voorzitter, e.d.
JAARVERGADERING
BRASSBAND "WILHELMINA"
Onder voorzitterschap van de heer P.
Tazelaar hield de brassband „Wilhelmina"
te Colijnsplaat, in het dorpscentrum „De
Brug", haar algemene jaarvergadering.
De voorzitter verwelkomde in zijn ope
ningswoord enkele ere-leden en het ge
nodigde bestuurslid van de K.N.F., de heer
A. Welleman, en wees tevens op de vele
activiteiten van het afgelopen jaar die
de vereniging op verschillend gebied heeft
gepresteerd.
Secretaris J. I. van Gilst gaf een duidelijk
jaarverslag met als hoogtepunt het ont
vangen van de 17 nieuwe instrumenten
(merk Besson) en de nieuwe grote trom
met bekkens. Deze heeft men kunnen aan
schaffen dankzij financiële hulp van de
gemeente, een bijdrage van het Anjerfonds
en een gesloten lening bij de Rabo-bank.
De vereniging heeft thans 47 leden, waar
van 27 actieve muzikanten, 15 drumband
leden en 5 leerlingen.
Het financieel verslag van de penning
meester L. Serier vermeldde, ondanks de
hoge uitgaven, toch een gunstig jaar. Be
sloten werd 3000,— af te lossen op een
grote lening. De leden stemden voor de
vrijwillige spaarkas te blijven handhaven.
Bij de bestuursverkiezing werden de he
ren M. Steketee, J. Pouwer en Th. Clement
bij acclamatie herkozen. Voor de kascom-
missie zijn de heren M. Koster en A. For
tuin gekozen.
Op 31 jan. 1975 hoopt men een uitvoe
ring te geven, waarvoor men naast het
muzikale gedeelte, een vrolijk duo zal
aantrekken. Het komend jaar wil men in
principe een uitwisseling organiseren met
een muziekvereniging, eventueel in eigen
land. Hierover zal men nadere gegevens
inwinnen.
Besloten werd om in de eerste helft van
1975 deel te nemen aan een concours van
de K.N.F. buiten de provincie. Een cor
rectie in de vergoedingen voor optreden
buiten de gemeente, met verschil tussen
marsen lopen en concerten, werd met al
gemene stemmen aangenomen. Het voorstel
om voor jonge leerlingen, die een gratis
instrument van de vereniging gebruiken,
een geringe contributie in te stellen, werd
eveneens aangenomen.
Nadat de voorztter nogmaals een beroep
deed op de aanwezigen om muzikaal wer
kende leden te winnen, sloot deze de ver
gadering.
OPENING EETHUISJE "T SLOP"
Woensdagavond openden Ada en Jan
Verburg te Colijnsplaat hlin eethuisje ge
naamd ,,'t Slop", gelegen op de hoek
Voorstraat—Kruisstraat, met een druk be
zochte receptie.
In aanwezigheid van familieleden en ge
nodigden verrichtte burgemeester P. J. Evers
uit Kortgene de opening door het tappen
van het eerste glaasje bier, hetgeen goed
gelukte, want na éénmaal bijtappen bleek
het een „goed pilsje" te zijn. Tevens feli
citeerde burgemeester Evers het echtpaar
Verburg hartelijk met de opening van hun
eethuis en sprak de wens uit dat het geheel
aan hun verwachting mag voldoen.
De verbouwing in het voormalige win
kelhoekpand annex woonhuis, is door het
echtpaar Verburg in zes maanden tijd
eigenhandig uitgevoerd.
Mevrouw Verburg-Gast gaf tijdens haar
felicitatie-toespraak een toelichting van het
tot stand komen van het eethuisje en de
vele werkuren er aan besteed, met het
bereikte resultaat. Het interieur van het
eethuis, dat een oppervlakte beslaat van
7 x 8 m, met achterin een ruime keuken,
heeft een geheel eigen sfeer verkregen,
door het behouden van het balkenplafond
met daaraan gepaste lampen. De bestaan
de ramen met de gekleurde gordijnen
bleven gehandhaafd, hetgeen een gezellige
indruk schept.
Het eethuisje met ingebouwde bar biedt
een grote verscheidenheid aan variatie van
warme hapjes. Naast het nuttigen van het
gewone zakje friet, levert men ook voor het
mee-nemen.
Aan de bar serveert men gekoelde dran
ken, vele soorten binnen- en buitenlandse
wijnen en verschillende Franse cognacs.
Het ligt in de bedoeling in de toekomst
zekere specialiteiten aan te bieden. Een
geluidsinstallatie zorgt voor een achter
grond-muziekje.
Vele gelukwensen gingen woensdagavond
tijdens de receptie vergezeld van fraaie
bloemstukken, die het geheel een feestelijk
aanzien gaven.
BENT U GEZOND
U GEEFT TOCH OOK BLOED
De Bloedtransfusiedienst van het Neder
landse Rode Kruis behoort tot een van de
best georganiseerde diensten ter wereld.
Het hangt van het Nederlandse volk af of
deze organisatie, die voor vele landen een
voorbeeld is, ook in de toekomst zijn
grote reputatie zal kunnen behouden. Im
mers, de belangrijkste pijler waarop alles
steunt, wordt gevormd door de vrijwillige
bloedgever.
Gelukkig is ons volk van nature bereid
tot hulp. Steeds weer wordt ervaren hoe
iedereen bereid is, mee te helpen om nood
te lenigen en leed te verzachten. Ook
duizenden donors bewijzen steeds weer.
dat zij willen meehelpen, zieken te gene
zen. Zij weten, dat deze vorm van hulp
verlening van zo groot belang voor de
ontvanger voor de gever zeer eenvoudig
is. Er wordt slechts een kleine opoffering
van hem gevraagd, in de vorm van nog
geen halve liter bloed. Indien men gezond
is, wordt dit verlies van bloed in het li
chaam snel weer aangevuld, zonder dat
men er iets van merkt.
Voor een zieke of gewonde daarentegen,
betekent een bloed- of plasmatransfusie
dikwijls het behoud van zijn leven.
Door de steeds groter wordende kennis
op dit gebied is het mogelijk, behalve
vloeibaar plasma, ook allerlei andere be
langrijke eiwitpreparaten uit bloed te ver
vaardigen, welke voor vele zieken levens
reddend kunnen zijn.
Een patient, die zo wordt gered, verkeert
eigenlijk in een benijdenswaardige positie:
zijn leven dat in gevaar is, wordt als door
een wonder gered. Dat wonder vervult
hem met dankbaarheid tegenover zijn
onbekende redder, die bloed voor hem af
stond.
En de donor weet. dat hij met zijn „vrij
willige offer" de zieke medemens heeft
geholpen. Wie die zelf gezond is
zou dit niet willen?
GEDEPUTEERDE STATEN
VRAGEN
FINANCIËLE REGELING
VOOR LANDBOUWERS
Gedeputeerde Staten hebben in een brief
aan de minister van landbouw en visserij
met de grootste klem gevraagd een finan
ciële regeling te treffen voor de door de
aanhoudende regenval in zuidwest Neder
land getroffen boeren, die zodanig is, dat
een redelijke tegemoetkoming wordt ver
kregen voor de inkomensderving.
G.S. spreken hun erkentelijkheid uit
over de militaire oogsthulp, maar wijzen
erop, dat thans begin december in
Zeeland nog een groot gedeelte van de
oogst moet worden geborgen, n.l. 16.500
ha aardappelen, 29.000 ha uien, 1.010 ha
bruine bonen, 14.900 ha suikerbieten, 800
ha gladiolen, 700 ha knolselderij, 500 ha
witlof, 400 ha korrel maïs en 700 ha snij-
mai's. Door het korter worden van de
dagen en de aanhoudende regen gaat de
hulpverlening te weinig effect sorteren,
waardoor het bouwplan voor volgend jaar
in de war dreigt te raken en ook het uit
zicht op een enigszins normale oogst in
1975 bijzonder slecht is.
Naast het harde en extreem zware werk
dat moet worden geleverd, doen zich in
veel boerengezinnen geestelijke spanningen
voor. Het is volgens G.S. dan ook dringend
gewenst, dat aan de onzekerheden een
eind wordt gemaakt door beslissingen op
korte termijn, gericht op het voortbestaan
van de bedrijven. Het college is van mening,
dat onder deze omstandigheden de rijks
groepsregeling zelfstandigen, zelfs in een
zeer soepele of eventueel aangepaste versie,
te weinig soelaas biedt.
BURGEMEESTER P. J. EVERS
BEDANKT ALS LID
VAN DE P.v.d.A.
In een schrijven aan het hoofdbestuur
van de P.v.d.A. heeft burgemeester P. J.
Evers als lid van deze politieke partij
bedankt.
De breuk met zijn partij is een gevolg
van de beslissing de Oosterschelde niet
definitief met een dam af te sluiten. Hij
zegt in bedoelde brief diep teleurgesteld
te zijn dat de partij het milieu-belang
heeft laten prevaleren boven het belang
van mens en dier en ook dat een partij,
die openheid en medeverantwoordelijkheid
in haar vaandel schrijft, de stem van de
Oosterscheldebevolking niet heeft willen
aanhoren.
FEUILLETON
Frans schrikt en trekt zich schielijk te
rug. Als Jannie naar het raam wijst, be
doelt ze ons huis, weet Frans. Waarschijn
lijk hebben ze ruzie om Ina. Is het dan
toch waar? Verwijt Jannie Bert z'n slip
pertjes met de buurvrouw? Het lijkt er
op.
Gedurende enige minuten staat Frans zo
te kijken. Bert schenkt zichzelf nog een
borrel in, onderwijl pratend. Opeens springt
Jannie op, gaat naar de man en zegt hem
wat in zijn gezicht. Ze ziet rood van
woede. Bert doet onwillekeurig een paar
passen terug. Het volgende moment rent
Jannie de kamer uit en is verdwenen. Bert
ziet even later boven een licht op gaan.
Jannie is dus op haar kamer. Bert haalt
zijn schouders op, drinkt zijn glas leeg en
steekt zijn uitgegane sigaar opnieuw aan.
Dan gaat hij zitten.
Langzaam loopt Frans terug naar zijn
eigen woning. Wat hij niet gezien heeft is,
dat Ina in het donker achter een kier van
het gordijn gezien heeft, dat Frans naar
het raam van de buren is gelopen en daar
een hele tijd heeft staan kijken. Want ze
is wakker geworden, toen Frans eindelijk
met de Mercedes kwam aanrijden. En om
dat hij niet dadelijk het huis betrad, is
ze uit bed gestapt en zag ze hem naar het
huis van de buren lopen.
De achterdocht is bij Ina weer groeiende.
Doch als haar man eindelijk de slaap
kamer betreedt, houdt ze zich slapende. Ze
heeft er nu geen zin meer in hem terwille
te zijn. Hoe zeer ze diep in haar hart ook
door Gré de Boer
verlangt naar zijn omhelzing, zijn lippen
op de hare en zijn zachte handen op haar
lichaam.
Morgen zal ze met hem praten, want zo
kan het niet langer.
HOOFDSTUK 9
Er verdwijnt plotseling iemand
De volgende morgen is Ina in een ge
melijke stemming. Ze heeft slecht ge
slapen. Want Frans is nooit later thuis dan
een uur of acht, half negen. En dan heeft
hij tevoren gebeld, dat het wat later wordt
dan gewoonlijk. „Gewoonlijk" is doorgaans
om een uur of zes. Doch deze vrijdagavond
heeft hij helemaal niet gebeld en was om
tien uur nog niet thuis. Ze is naar bed
gegaan, maar had een hazeslaapje tot ze
de Mercedes hoorde aankomen. Op het wek
kertje kijkend, constateerde ze, dat het
ruim half één was. Het mankeert er nog
maar aan, dat hij gedronken heeft, dacht
ze. Hoewel, het zou dan de eerste keer
zijn, want Frans was helemaal geen drinker.
Vast niet!
Om half negen is ze die morgen opge
staan. Met hoofdpijn. Dat mankeert er nog
net aan. Komt natuurlijk door de emotie
van de afgelopen dag en het feit, dat ze
slecht heeft geslapen.
In de keukenkast zoekt ze naar het
doosje tabletten. Het is er niet. Gelijk
herinnert ze zich, dat ze deze week de
laatste tabletten heeft ingenomen en het
plan had een nieuw doosje te kopen.
Maar ze heeft 't vergeten. Ook dat nog.
Ze kijkt op haar horloge. Straks meteen
even halen. Ze kan er immers niet buiten;
als ze hoofdpijn heeft, is ze geen half mens
meer.
Werktuigelijk zet ze theewater op. En
maakt wat brood klaar. Soms brengt ze
Frans zaterdagsmorgens thee en beschuit
op bed. En een eitje. Dan blijft ze bij hem
tot hij het op heeft en dollen ze nog een
poosje met elkaar. Waarom ook niet! Le
veranciers komen er tegenwoordig zater
dagsmorgens toch niet meer. En de post,
als hij al wat heeft, gooit 't wel in de
brievenbus. Waarom zullen ze zich niet
uitleven, als het kan? Niemand zit zater
dagsmorgens op hen te wachten. Ja, deze
ochtenden zijn hoogtepunten in hun huwe
lijksleven.
Nu heeft ze er geen zin in. Als je honger
hebt, kom je maar beneden, meneer. Had
je gisteren maar moeten bellen, als je
van plan was later thuis te komen. Hij
moet straks naar de zaak, dus meneer
komt er heus wel tijdig uit. En anders is
het nog geen ramp.
Boven wordt Frans een half uurtje later
wakker en is slecht gehumeurd. Hij kijkt
op het klokje op zijn nachtkastje en kon-
stateert, dat het bijna negen uur is. Het
bed naast hem is leeg, dus Ina is al be
neden. Hij blijft nog wat nadoezelen. Straks
zal hij met Ina praten. Maar eerst naar de
zaak. De directeur verwacht hem tegen
elven. Hij heeft financieel een geweldige
week. Jammer, dat dit geduvel met Ina er
bij gekomen is. Anders had hij gezegd:
Meid, kleed je mooi, rij mee naar de zaak.
Als ik klaar ben, trekken we er dit weekend
samen tussen uit. Naar een knus hotelletje
ergens in een mooie streek. Heb jij ook een
paar gemakkelijke dagen. Maar onder deze
omstandigheden voelt hij er weinig voor.
Het zal zelfs de vraag zijn, of Ina zin heeft.
Als ze een verhouding heeft met Bert, gaat
ze wellicht liever met hem uit.
Tegen half tien komt hij uit bed. Ina zal
wel de smoor in hebben, omdat ik te laat
ben thuisgekomen en niet heb gebeld. Zal
me een zorg zijn. Ik heb meer reden om
sjachrijnig te zijn. En dat zal ik haar dan
ook goed aan het verstand brengen.
Ondanks het feit, dat hij gespannen is,
maakt hij rustig zijn toilet, scheert zich
zorgvuldig en neemt dan een bad, waarna
hij zijn nieuwe kostuum aantrekt. De baas
staat er op, dat zijn vertegenwoordigers tot
in de puntjes gekleed gaan. Daarom draagt
hij zijn kostuums doorgaans door elkaar.
Het is over tienen, als hij beneden komt.
Gelijk hoort hij Ina wegrijden in haar
wagen. De ontbijttafel staat nog gereed.
Het duurt haar vanmorgen zeker te lang
naar haar zin. Dan maar alleen eten. Na
tuurlijk, ze is boos.
Om half elf is Ina nog niet terug, dus
rijdt Frans in zijn eigen wagen weg naar
de fabriek, die een kleine twintig minuten
rijden van het dorp ligt. Als hij door de
Dorpsstraat rijdt, ziet hij Bert Essenga aan
de kant staan. Naast hem Ina. Hun beider
wagens staan achter elkaar. De beide
mensen blijken een ernstig gesprek te voe
ren, want ze hebben de Mercedes, die door
de straat rijdt niet bemerkt. Frans kijkt na
het passeren in de spieeel; nee, ze hebben
hem niet eens gezien. Als hij verder rijdt,
slaakt hij een diepe zucht. Flet staat voor
hem nu wel vast, dat beiden wat met el
kaar hebben. Ze nemen niet eens meer de
nodige voorzichtigheid in acht, doch ont
moeten elkaar op klaarlichte dag midden
in het dorp.
Halverwege de stad, waar de fabriek
staat en de directeur woont, krijgt hij een
steek in de zij. Verschrikt remt hij af en
zwenkt naar de kant, waar hij de wagen
stopt. Het is een scherpe pijn. Even heeft
hij het benauwd. Het raampje opendraai
end, maakt hij het bovendste knoopje van
zijn overhemd los. Een diepe zucht slakend,
bemerkt hij, dat de pijn zakt. Wat kan dat
zijn? Daar heeft hij nog nooit last van
gehad. Maandagmorgen eerst maar naar
naar de dokter. Was het nu eigenlijk z'n
zij of z'n hart.
Nietsziende zit hij voor zich uit te staren.
Langs hem heen razen de auto's voorbij.
Ook de Volvo van Bert Essenga passeert
hem. In een flits herkent hij de wagen en
ziet, dat Bert zelf achter het stuur zit,
maar of er iemand naast hem is, kan hij ai
niet meer konstateren.
Wat is er opeens allemaal aan de hand?
Binnen enkele dagen is zijn paradijsje, dat
hij met Ina deelde, in elkaar gestort. Eerst
die vondst in de VW van Ina, zijn onver
wachte terugkeer diezelfde avond, de raad
selachtige houding van Jannie, die hem uit
schold voor sufferd. Verder de eigenaardige
bejegening van Ina zelf. En nu vanmorgen
het vroege wegrijden van Ina naar het
dorp. Terwijl ze anders praktisch nooit
zaterdags boodschappen doet, omdat ze er
een hekel aan heeft. Maar nu wel. Ken
nelijk een afspraak met Bert? Je zou het
haast denken. Zat ze bij hem in de wagen,
die met zo'n snelle vaart passeerde? En
waarover hadden Bert en Jannie vannacht
met elkaar ruzie? Ze had één keer naar het
raam gewenkt, dus in de richting van hun
huis. Dat van Ina en hem. Waarover ging
die woordenwisseling?
Het een was nog ellendiger dan het an
dere. Waarom dreigt mijn huwelijk kapot
te gaan? In welk opzicht ben ik tekort
geschoten? Is het soms, omdat ik af en toe
dagen van huis ben? Kan Ina niet tegen het
alleen zijn? Waarom heeft ze me dat nooit
gezegd? Dan zou ik proberen elke avond
thuis te zijn. Maar ze wist toch, vóór we
trouwden, dat ik niet iedere avond naar
huis zou terugkeren?
Hij keek op zijn horloge en zag, dat het
de hoogste tijd was om door te rijden.
Meneer Van Havelen had een hekel aan
wachten. De pijn was weggeëbd. Misschien
ging het wel weer. Toch maandag maar
eens naar de dokter gaan. Stel je voor, dat
het terugkomt...
Het is bij énen, als hij de wagen voor de
garage plaatst. De VW is er ook, dus Ina
is weer thuis. Onwillekeurig kijkt hij naar
het huis van zijn buren. Maar hij ziet geen
sterveling en Berls Volvo is er evenmin.
Ina monstert hem onderzoekend, als hij de
kamer betreedt. Automatisch buigt hij zich
en geeft haar een kus. Haar lippen voelen
koel aan. Ze beantwoordt de kus niet. Hij
bemerkt het, maar doet, alsof hij er geen
erg in had. „Sorry, dat ik gisteravond laat
was," verontschuldigt hij zich, als hij in
zijn stoel neerzakt en zijn pijp pakt om
die te stoppen. „Het is een beetje uit de
hand gelopen."
(Wordt vervolgd).