De best gesorteerde
hengelsportzaak
van midden-Zeeland
ONDERSCHEID TUSSEN GOEIE EN
SLECHTE MENSEN EEN FIKTIE
BUITENLANDSE ARBEIDERS
STERKE TOENAME SINDS 1960
Het aantal gastarbeiders, dat in Nederland emplooi en huisvesting
zoekt, is de afgelopen tien tot twaalf jaar sterk gestegen. Voorts
is ook de toeneming van het aantal Surinamers en Antillianen zeer
opmerkelijk. Deze groep wordt aangeduid als „rijksgenoten", maar een
feit is dat juist zij vaak nog meer (aanpassings) moeilijkheden geeft
dan het grote legioen buitenlandse werknemei'S, die voornamelijk uit
Italianen, Spanjaarden, Turken en Marokkanen bestaat.
Nu de werkloosheid in ons land de laatste maanden sterk is geste
gen, wordt van veel zijden de vraag gesteld of de buitenlandse werk
nemers de werkloze Nederlandse arbeiders het brood uit de mond ne
men. In feite ligt de situatie veel ingewikkelder.
Veel Turken,
jaarden.
Marokkanen en Span-
In de toelichting bij de x-ijksbegroting
van het ministerie van Cultuur, Recrea
tie en Maatschappelijk werk (C.R.M.)
wordt opgemerkt dat „het proces van
opneming van kulturele minderheden in
onze samenleving niet voldoende bevre
digend verloopt". Maar wat had de mi
nister dan gedacht? De buitenlanders
komen niet naar Nederland om zich kul-
tureel te laten opnemenZij trekken
naar onze kontréien om een loon te ver
dienen, dat zij in eigen land onmogelijk
kunnen verdienen. Zij komen om deel te
hebben aan onze welvaart en dragen
anderzijds natuurlijk door hun werk
kracht ook bij aan onze welvaai*t. Maar
verder blijven zij vreemdelingen, zoals
vermoedelijk ook Nederlanders vreemde
lingen zouden blijven, wanneer zij zich
in Turkije of Marokko zouden ves
tigen.
Het aantal buitenlandse gastarbeiders
uit de Middellandse zeegebieden is sinds
1960 stei'k gestegen. Dat blijkt uit onder
staand overzicht, dat betrekking heeft
op het aantal buitenlandse wei-knemers
respektievelijk in 1960 en 1970
Italianen
6.112
13.188
Spanjaarden
308
25.866
Turken
geen
29.325
Marokkanen
geen
21.040
Grieken
400
4.038
Joegoslaven
geen
7.812
Portugezen
geen
4.789
overige vreemdel.
91.161
160.228
Nu ook Tunesiërs.
Bij het steeds toegenomen aantal
vreemdelingen heeft zich een nieuwe
groep gevoegd, nl. de Tunesiërs, Met
Tunesië werd een wervingsovereenkomst
gesloten, die begin 1971 in werking is
getreden. Medio 1971 waren er reeds
120 ontmoetingscentra voor buitenlandse
werknemers in ons land. Deze centra
worden hoofdzakelijk uit de algemene
middelen bekostigd, maar de regering
bereidt een wetsontwerp voor dat deze
kosten overhevelt naar de bedrijven, die
buitenlandse werknemers in dienst heb
ben.
Veelal vervullen de gastarbeiders funk-
ties, waarvoor geen Nederlandse wex-k-
krachten te vinden zijn. Zo kon het ge
beuren dat een limonadefabriek in het
zuiden van het land gastarbeiders moest
aantrekken, omdat de wei-klozen in de
omgeving dit werk niet wilden doen.
Veel Nederlandse arbeiders klagen dat de
gastarbeiders worden „vooi-getrokken",
maar zolang hun eigen vrouwen niet aan
het produktieproces deelnemen hebben
we gastarbeiders nodig. Dat is namelijk
een heel belangrijk punt: er werken
in ons land nog veel te weinig gehuwde
vrouwen. Wat dat betreft steken wij
zeer ongunstig bij het buitenland af, ook
in vergelijking met de overige E.E.G.-
landen.
Rijksgenoten.
Opmerkelijk is ook de toeneming van
het aantal Surinamers en Antillianen,
die niet zelden op de bonnefooi naar
ons land toekomen. Men verbaast zich er
telkens weer over waarvan ze toch alle
maal die overtochtskosten betalen. Zijn
zij eenmaal hier, dan vallen de mogelijk
heden om aan werk te komen erg tegen.
Gevolg: zij doen een bei'oep op de so
ciale voorzieningen in ons land.
Het is zeer noodzakelijk dat er in
Suriname en de Antillen betere voor
lichting wordt verstrekt over de werke
lijke situatie in Nederland, die minder
rooskleurig is dan velen in de West ge
loven.
Of het veel zou uithalen, is overi
gens nog een vraag. Men staat in de
West al bij vooi-baat wantrouwend tegen
over de overheid en hecht vaak meer ge
loof aan de „goede berichten" die men
van vrienden of verwanten hoort. Die
sturen namelijk allemaal goede berichten
ook al weten zij uit ervaring dat de
aanpassing aan het Nederlandse sociale
en kulturele klimaat veel moeilijker is
dan zij in hun opgewekte verhalen willen
toegeven. Maar de in Nederland ver
blijvende Surinamer of Antilliaan wil
zijn gezicht niet verliezen en doet het
daarom tegenover zijn landgenoten voor
komen dat zijn verhuizing naar Neder
land een „groot sukses" is geworden.
(Nadruk verboden.)
NIET HOUDBAAR ONDERSCHEID WORDT DOOR VEROUDERD STRAF
RECHT IN STAND GEHOUDEN
Meer en meer wint de mening veld, dat ons strafrecht een stel
sel is van respectabele ouderdom. Tenslotte dateert het huidige
wetboek van strafrecht uit 1886 en sindsdien zijn de inzichten over
straf en misdaad ingrijpend gewijzigd, zonder dat deze inzichten,
op enkele uitzonderingen na, tot wijziging van de strafwet leidden.
Veel sneller dan iemand tot voor kort had durven voorspellen lijkt
de konklusie onafwendbaar dat het strafrecht en de straftoepassing
zoals wij die sinds vele decennia kennen, in al zijn schakeringen
zichzelf heeft overleefd.
Onze kijk op de misdaad is ook stex-k veranderd en draagt daar
door ook bezwaren aan tegen de huidige strafrechtelijke praktijk.
Vallen de hardste klappen van de rechter niet meer op de hoofden
van eenvoudige mensen en wordt het strafwaardig gedrag onder de
hogere standen niet dikwijls binnenskamers afgedaan?
Als we spreken over misdadigheid,
denken we al gauw aan moord en dood
slag, verkrachting en roofoverval. Toch
vormt deze zwai-e kri,minaliteit slechts
een fraktie van de werkelijke omvang
van de kriminaliteit in ons land. Overi
gens valt die wérkelijke omvang heel
moeilijk te meten. Het aantal bij de
politie aangegeven delikten geeft ver
moedelijk slechts een bescheiden beeld
van de totale misdadigheid. Bij talloze
delikten blijft het doen van aangifte
achterwege. Zo wordt een delikt als
incest (bloedschande) zelden aangegeven.
Nochtans houden de meeste mensen gaar
ne de fiktie in stand dat er twee soorten
mensen zijn: brave, eerlijke, nette men
sen aan de ene kant, misdadigers, dus
slechte mensen, aan de andere kant.
Deze mythe begint de laatste jaren te
wankelen. Zo heeft een ondei-zoek van
de Groningse kriminoloog prof. Buik
huizen onder een groot aantal studenten
aangetoond, dat de meeste mensen wel
eens een min of meer ernstige wetsover
treding begaan, of dat nu gebeurt in de
vorm van een diefstal, een zedendelikt,
een verkeersmisdrijf, een belastingdelikt
of wat dies meer zij. Koi-tom, de meeste
burgers hebben boter op hun hoofd, maar
hun maatschappelijk aanzien komt pas
in gedrang wanneer zij gepakt worden.
Het ondei'scheid tussen goede burgers en
misdadigers is een fiktie, er kan hoog
stens sprake zijn over onderscheid tussen
zij die gepakt worden en zij die niet
worden gepakt.
„Kleine man".
Een kwalijke zaak is dat de hoogste
sankties staan op wetsovertredingen, die
voor het overgrote deel worden bedreven
door mensen uit de minder bedeelde
bevolkingsgroepen. Diefstallen en inbra
ken, die een hoog percentage van de
totale misdadigheid vormen worden over
wegend begaan door lieden uit de lagere
bevolkingsgroepen. Voor deze delikten
worden veelal stevige boetes en vrij
heidsstraffen opgelegd, zeker in geval
van recidive (herhaling). Daar staat
tegenover dat de rechtei-lijke macht heel
wat milder optreedt tegen de „witte-
boorden-kriminaliteit", waaronder bij
voorbeeld belastingdelikten vallen. Een
inbreker krijgt al gauw een jaar ge
vangenisstraf, maar een Rotterdamse
zakenman, die de belastingen en bedrijfs
vereniging voor tonnen had opgelicht,
kwam er met enkele maanden en een
boete af. Bovendien worden belasting
fraudes minder gauw ingedeeld bij het
begrip kx-iminaliteit. Volkomen ten on
rechte overigens, want de schade, die
door de belastingfraude of het plegen
van ekonomische delikten aan de ge
meenschap wordt toegebracht, overtreft
dooi-gaans de door de gemiddelde dief
stal of inbraak veroorzaakte schade.
Een groot deel van het strafwaardig
gedrag onder de betere standen wordt
trouwens binnenskamers afgedaan. Zo
loopt het aantal strafprocessen ter zake
van belastingdelikten nota bene terug.
Zo blijft de indruk, dat het vooral de
„kleine man" is die wordt gepakt.
Zelfs krijg je af en toe de indruk, dat
ook de politie vooral de belangen van
de „hogere burgerij" moet beschermen.
Als een eenvoudig man aangifte van
diefstal van zijn fiets doet, loopt de
politie niet zo hard. Waarom heeft hij
zijn fiets ook niet op slot gezet? Maar
er kwam wel een enorm rechercheappa
raat op de been, toen er onlangs inbraken
werden gepleegd in de riante bunga
lows, die een aantal financieel-draag-
krachtige lieden in Zeeland hadden ge
bouwd. Zei de politie toen ook: Dan
moet je die dure spullen maar niet zo
onbewaakt in je bungalow laten staan!?
Onderschatting.
De Amsterdamse kriminoloog prof.
Bianchi, die beweerde dat het strafrecht
een instrument is om de gevestigde mach
ten te ondersteunen, heeft ongetwijfeld
voor een groot deel gelijk.
Veel opzien baai-de ook een rede van
de Groningse lektor in de kriminologie,
mej. dr. A. M. Bos. Zij konstateerde dat
de wetgever een overdreven aandacht
(over-legislation) heeft voor bepaalde
strafbare feiten en een tekort aan straf
rechterlijke belangstelling (under-legis-
lation) aan de dag legt voor andere
strafbare feiten, zoals bijvoorbeeld eko
nomische delikten en handelingen, die
de milieuhygiëne ernstig aantasten.
Ook haar woorden zijn de moeite van
het overwegen waard. Het is immers ui
terst merkwaardig dat iemand, die een
fiets steelt, tot een vrijheidsstraf wordt
veroordeeld en een fabi'ikant, die met
zijn bedrijf de lucht in dë omgeving van
zijn bedi-ijf ernstig verontreinigt, nauwe
lijks iets in de weg wordt gelegd. Want
wie van de twee is het gevaarlijkst voor
de samenleving? Het antwoord op deze
vraag lijkt ons niet moeilijk.
Ons strafrecht is evenwel niet aan
deze zienswijze aangepast.Voor de „klas
sieke misdrijven" worden veelal gevan
genisstraffen opgelegd, die zelden effek-
tief zijn en dit soort misdadigheid dan
ook niet kunnen verminderen en voor
komen, daarentegen wordt de „witte
boordencriminaliteit" als gevaar voor
de samenleving door de vervolgingsin
stanties en de rechtei'lijke macht ernstig
ondei'schat.
(Nadruk verboden.)
HENGELSPORTWEDSTRIJD
NOORD-BEVELAND
Door het afsluiten van de zogenaamde
Roompotweg in de Vlietepolder te Wis-
senkerke kan de daar voor zaterdag
29 april a.s. uitgeschreven wedsti-ijd niet
doorgaan. De datum van de wedstrijd
blijft echter gehandhaafd, doch wordt
verplaatst naar de zeedijk bij de heer
C. de Regt, op de voor de hengelsporters
bekende plaats.
De inschrijving voor deze wedstrijd
heeft plaats in café „Juliana" vanaf
12.30 tot 13.15 uur. De aanvang van da
wedstrijd is bepaald op 13.30 uur, het
einde op 16.00 uur. De uitreiking van de
prijzen vindt in hetzelfde café plaats.
ORANJEFEEST TE WISSENKERKE
Naar we vernemen wordt maandag
1 mei a.s., ter gelegenheid van Ko
ninginnedag, alhier door de Oranjever
eniging een Oranjefeest georganiseerd,
met diverse attracties.
Programma volgt volgende week.
Heden overleed, onverwacht, onze lieve broe
der en zwager
Cornelis P. Kramer
(weduwnaar van H. van Gemert),
op de leeftijd van ruim 74 jaar.
A. J. van Boven.
L. B. van Boven - Kramer.
Kortgene, 17 april 1972.
ZATERDAG 22 APRIL VOETBALWEDSTRIJD
WISSENKERKE I - W.H.S. I
AANVANG 4.15 UUR
MMIJSSE
VOORSTRAAT 7
WISSENKERKE
Altijd keus uit meer dan 100 spin-, strand-, zee- en boothengels,
meer dan 100 verschillende haken, fleuren en dreggen, meer dan
50 verschillende molens van ABU, Mitchell, Daiwa, Noris Shake
speare, BAM, Bretton en Crack, meer dan 100 verschillende soorten
spinners, lepels en pluggen van ABU, Heddon, Rapala, Stingsilda,
Heintz, Mepps, Caussel en Mirage, meer dan 20 verschillende maten
reelhouders, meer dan 50 verschillende start-, geleide en topogen,
meer dan 100 verschillende soorten werp- en schuiflood, nylon lijn
van 0.08 mm tot 1.00 mm, in opmaak van 7, 25, 75 en 100 m, ook
doorverbonden, meer dan 20 verschillende maten bussen, meer dan 50
verschillende soorten dobbers en pennen, speciaal hengellak, speciale
hengellijm, viskoffers, vismanden, vismessen, rookoventjes, rookmot,
liengelsteunen, wikkelgaren, wikkelband, afhouders, voederspiralen,
diverse soorten voeders, meer dan 20 verschillende soorten kunst
visjes, gafs, wakers, belletjes, meer dan 25 verschillende wartels,
fleurnaalden, rijgnaalden, onthakers, bekspanners, vliegenolie, lijn-
vet, molenvet, meer dan 30 verschillende vliegen, vliegenlijn,
vliegenreels, zeereels, plankjes, onderlijnverzamelaars, complete
onderlijnen, hoofdlampen, geepdobbers, geepballen, anti kinkvaan
tjes, verwegwerpspoelen, vaste hengels, insteekhengels, telescoophen-
gels, jigs, streamers, schepnetten, telescopische schepnetten, leef-
netten, garnalen netten, splitringen, aasdozen, bladlood, bootsteunen,
loodtangen, neonverf, palinggrijpers, staaldraadjes, toprubbertjes,
tuigen, visdeeg, jigs, pilkers, pieken, scharen, losse doppen, afdek-
ringen, reelplaten, dregbeschermers, zee-elastiek, kurken,
TAPPEN
WAADPAKKEN PALINGFUIKEN