Raadsvergadering Kortgene Tweede blad van het Noord-Bevelands Nieuws- en Advertentieblad d.d. 3 december 1970 no. 3429 Vervolg raadsvergadering Kortgene „In de ban v/an het gebeuren" LIEFDE OP DE RIJN Mag ik, mijnheer de voorzitter, eindi gen met de verwachting uit te spreken, dat het aanstaande gemeenteblad aan vele wensen zal voldoen en voorts uw diensten danken voor de zeer overzich telijke begroting en dat met de mede deling, dat wij ons gaarne samen met onze collega's hier aanwezig in het ko mende jaar zullen inzetten in het belang van de gemeente Kortgene". Namens de fractie van de S.G.P. sprak Breure het volgende: „Voorzitter, heren raadsleden. Bij de bespreking van de begroting 1971, willen wij ons zeer beperken, doch kunnen er niét zo maar aan voorbij gaan, enerzijds omdat wij menen niet elk jaar •tot in de treure over dezelfde onderwer pen te moeten spreken, anderzijds omdat een begroting een zekere richtlijn is of behoort te zijn voor het gemeentelijk be leid voor het a.s. jaar. De begeleidende brief van b. en w. kan daar als een su- miere opsomming worden beschouwd van wat er zo al is gebeurd en wat ons nog staat te wachten. Deze brief geeft naar ons gevoelen wel veel opsommingen van wat er zou moeten gebeuren, maar wat er helaas voor de gemeente niet af kan vanwege de financiën. Dat er geen nieu we kapitaalswerken zijn opgevoerd is ons steeds een doorn in het oog, mede omdat de gemeentelijke belastingen behoorlijk worden opgevoerd en in verband daar mede wil men toch daarvoor de nodige voorzieningen wel hebben als ingezetene. Ik denk met name aan de riool- en straat belasting en huisvuilrechten. Wat de rioolbelasting betreft, zijn er nog altijd •twee kernen die daar weinig profijt van trekken. De straatbelasting betreffende is het heel erg dat b. en w. met een ver hoging komen, terwijl er van de straten op zich gezegd kan worden dat men ner gens bij regen droogvoets over de trot toirs kan gaan vanwege de vele putten in de sraten. Voor de huisvuilrechten kan men wel zeggen, dat het voor velen wel erg duur wordt. Ook is in de begelei dingsbrief gezegd dat we kunnen reke nen op nog meer jaarlijkse verhogingen der belastingen. Daartegenover al deze belastingverhogingen staat voor 1971 nog niets op de begroting, wel komt door die belastingverhogingen het onvoorzien plm. 40.000.maar waar zal dit aan besteed worden. Wij krijgen wel het gevoel dat dit wat in de lucht hangt. Temeer voelen we dat, omdat voor de recreatie alles in het werk gesteld wordt om maar een goed figuur te slaan naar buiten en geld nog moeite gespaard wordt om dat als no. 1 van de voorzieningen aan te mer ken. Wij dachten dat toch het voorzie- ningspeil voor onze inwoners wel de hoogste prioriteit had. Als we bedenken wat het kampeerterrein al heeft gekost (nu al meer dan 4,5 ton) en nog zal gaan kosten, gezien dat b. en w. nog altijd een kantine en verkooppunt op dat terrein wensen te realiseren, waar de midden stand van Kortgene beslist niet mede ge baat zal zijn, is het begrijpelijk dat wij daar vierkant tegenover staan. Hoewel b. en w. vorig jaar beweerden dat ze op dit terrein niets tekort zal komen, zullen de cijfers over 1970 wel wat anders te zien geven. Ook de hoerastemming voor 1971 zegt mij nog weinig, gezien de be stedingsbeperking ook zal gelden voor de te komen vakantiegangers, terwijl som mige posten een heel jaar zwaar druk ken, waartegenover maar enkele maan den inkomsten. Hét verheugt ons, dat op het bungalowterrein behoorlijk ge bouwd wordt, jammer is dat het kopen van de beschikbare panden geen gelijke tred houdt. Wat het voorzien van aard gas op Kats betreft spijt het ons dat dit weer zo lang moet duren, omdat deze kleine kern, als enige op Noord-Beveland, daar toch ook recht op heeft en hoe lan ger het uitblijft, hoe duurder het wordt voor de betreffende inwoners en de ge meente. Dat het vismijnbedrijf een aflopende zaak is, wisten we al enkele jaren, wél vragen wij ons af of het nog nodig is, al het huidige personeelsbestand te hand haven, als er zoveel minder wordt omge zet. Dat er voor Colijnsplaat nog geen nieuw bestemmingsplan nodig is, ben ik niet met b. en w. eens. Daar is n.l. alleen nog bouwgrond beschikbaar voor laag bouw, voor de rest is het zo goed als uitverkocht. Mocht er een toewijzing voor een blok woningwetwoningen komen, dan is daar op Colijnsplaat geen plaats voor. Wij zijn het met b. en w. eens dat de In de dinsdag 24 november j.l. ge houden raadsvergadering wordt door de voorzitter, burgemeester P. J. Evers, na de opening stilgestaan bij het overlijden van het raadslid mevr. Janssen - Sijtema. Het is, zo zegt de voorzitter, amper twee jaar geleden, dat wij hier het, overlijden herdachten van het raadslid Van der Weele. Nu staan wij stil bij het over lijden van mevr. Janssen. Twaalf jaar is zij lid geweest van onze raad en al die tijd heeft zij haar taak bijzonder ernstig opgenomen. Haar doorzettingsvermogen overwon de handicap van haar lichame lijke kwalen. Steeds eerlijk is zij voor haar mening uitgekomen en, kon men haar niet overtuigen, dan bleef zij tot op het hardnekkige toe aan haar mening vasthouden. Ook buiten de raad heeft zij haar krachten aan de gemeenschap ge geven. Met het verscheiden van mevr. Janssen moeten wij nu het vi-ouwelijke element in de raad missen. Dit is zeker een verarming. Zij zal in de 'gedachten van de raad blijven voortleven als een moedige vrouw, met een groot doorzet tingsvermogen. Hierna werden staande enkele ogen blikken stilte in acht genomen, waarna het lid Klaassen eveneens mevr. Janssen in een rede herdacht. Het lid Klaassen zegt, dat door dit plotseling overlijden eens te meer is ge bleken, hoe betrekkelijk en onzeker ons leven is, maar óók, hoe weinig wij van eikaars nood en innerlijke strijd afweten als collega's. Politiek bedrijven, zo vervolgt hij, kan een harde zaak zijn, maar het hoeft niet altijd zo te zijn. Ik geloof dat mevr. Jans sen het politieke spel wel meegespeeld heeft; zij heeft er zeker geen twijfel over laten bestaan dat zij VVD-er was. Overtuigd is spreker, dat zij vanuit haar eigen visie, met al wat in haar ver mogen lag, het goede gezocht en mogelijk ook gedaan heeft voor de gemeente Kort gene. Of mevr. Janssen al dan niet voldaan heeft als raadslid, mag hij niet over oordelen, zegt hij, maar wel wil ik een vraag in ons midden neerleggen, waar ik geen antwoord op wens, n.l.: „Hebben wij allen voldaan aan de opdracht van onze Schepper?" Met de hoop dat zij, zoals ze was, in de herinnering mag voortleven, besloot Klaassen zijn herdenkingsrede. Hierna worden de geloofsbrieven van het nieuwe lid, de heer P. M. van der Weele onderzocht en in orde bevonden, waarna de notulen onveranderd worden vastgesteld. De voorzitter zegt hierna dat b. en w. de verbetering van de Kerkstraat en molen op Kortgene en het oude ge meentehuis te Colijnsplaat direct om ver betering vraagt en een ontsiering is van de gemeente, vooral op Colijnsplaat is dit wel heel erg, maar vergeet onder tussen niet de vele krotten op dit dorp die ook om vervanging schreeuwen. Ver der moet mij van het hart, wil men de dorpen z.g. leefbaar houden, dat niet noodzakelijk is door vergunningen te ge ven om doorlopend verschillende lokalen na sluitingstijd open te mogen hebben, waardoor voor velen de zondagsrust ver stoord wordt en de zondag door die akti- viteiten ontheiligd wordt, maar wel kan er meer leefbaarheid komen door te pro beren z.g. schone industrie aan te trekken in onze gemeente. Tot slot danken wij b. en w. en het personeel der gemeente voor de welwillendheid om ons voor te lichten of te helpen op het moeilijke ma teriële en financiële pad der gemeente en hopen dat we in 1971 te samen de kracht en de wijsheid mogen krijgen om de ge meente goed te besturen. Middenstraat graag opgedragen zouden zien aan de fa. Remeeus te Kats. Mét ge noemde firma is men tot een aanvaard baar bedrag gekomen van 42.500,en de begroting van april j.l. was 38.623, Z.h.s. wordt hiertoe dan ook besloten. Op de vraag van Kramer hoever het met de klok te Kats staat, antwoordt de voorzitter, dat men over twee weken met de montage aanvangt. Een voorbereidingsbesluit met betrek king tot de bestemmingsplannen Colijns plaat en Kats wordt z.h.s. genomen en eveneens z.h.s. wordt toegetreden tot de nieuwe gemeenschappelijke regeling Schooltandverzorging Zuid- en Noord-Be veland. Hierna worden de diverse beschou wingen op de gemeentebegroting 1971 gehouden, waarvoor wij u naar het num mer van vorige week en elders in deze krant verwijzen. Namens het college van b. en w. be antwoordt de voorzitter de diverse spre kers. Op de beschouwing van Welleman zegt de voorzitter, dat de hoorzittingen het college ook aanspreken en dn voor komende gevallen zal daar dan ook ge bruik van gemaakt worden. De huisves- tigingsproblemen staan hoog genoteerd en hebben de volle aandacht. Ook al is er maar een druppelsgewijze opbouw van de kernen, het is momenteel de enige mo gelijke oplossing. Ten behoeve van het huisvuil is er een Provinciale Commissie ingesteld, die deze problemen zal be studeren. Ten aanzien van het verkeers- vraagstuk zegt de voorzitter dat de oost west-verbinding volgend jaar in uitvoe ring komt met de aanbesteding is men bezig. Een groot aantal problemen zullen dan zijn opgelost. De gevolgen van de herverdeling van de belastinggelden zijn nu nog niet in cijfers uit te drukken. Het aanhouden van een landelijk gemiddelde zal hoogstwaarschijnlijk wel een aderla ting betekenen. Over een mogelijke her indeling van Noord-Beveland is nog niets officieels bekend. Op het gesprokene door Klaassen zegt de voorzitter, dat de voorzichtiger be steding van gelden valt toe te schrijven aan de krapte op de geldmarkt. De voor waarden voor aansluiting van Kats op het aardgasnet zullen binnenkort bekend zijn. Hij bestrijdt verder dat Kats te kort ge daan zou worden. De voox-zitter zegt, dat zien van het sportterrein te Kats zegt dit meer een gevoelskwestie is. Ten aan- de voorzitter, dat de voetbalvereniging aldaar van de KNVB nog één jaar als sla pende vereniging mag bestaan ze moet dan óf terugkomen óf niet meer optreden. Het lijkt ondoenlijk het terrein in stand te houden zonder vereniging. Het terrein te Kortgene wordt gepacht. De situering ervan is heel erg fout en bovendien is het veel te klein. Het voorstel voor Pa kistan heeft de volle instemming, maar het zal wel op landelijk niveau gespeeld worden. Op de woorden van Van der Maas zegt de voorzitter dal de toegangsweg tot de camping inderdaad niet best is. Een ver breding wordt echter niet toegestaan. Ten aanzien van de hoogte van het be drag dat aan de stichting „Het Veerse Meer" betaald moet worden, vindt de voorzitter het niet juist dat dit achteraf gesitueerd wordt op het grondgebied van de gemeente Kortgene. Ook onze ge meente profiteert van het Veerse Meer, maar de ontwikkeling van het oostelijk deel hangt aan de beroepsvaart. De ex ploitatierekening kan begin 1971 tege moet gezien worden. Kapitaalswerken, zegt de voorzitter, worden meestal niet in een primitieve begroting genoemd, daar deze afhankelijk zijn van de goedkeuring van Ged. Staten. De in te stellen Com missie Openbare Werken kan daarin meewerken. Tot Breure zegt de voorzitter, dat deze zijn verwachtingen met betrekking tot het kampeerterrein wel erg pessimistisch heeft geformuleerd. Reeds nu zijn al 80 - 85 u/o der plaatsen besproken, waarvan het voorschot al binnen is. De bestedings beperking zal hierin hoegenaamd geen rol spelen, meent de voorzitter. De omzet van de vismijn is niet ver minderd, maar de mijnrechten zijn nog steeds op het oude percentage gehand haafd, terwijl de kosten zijn gestegen. Voor het aangestelde personeel is er werk genoeg, waardoor niemand ontslagen kan worden. Bouwgrond, zo zegt de voox-zit- tex*, is er te Colijnsplaat nog genoeg. Ze ker voor plm. nog 40 woningen. Met be trekking tot de molen en het oude ge meentehuis is de voorzitter accoord. Men heeft wedex'om contact gehad met de eigenaren en er zijn wederom beloften gedaan Tot slot stelt de voorzitter Breure gerust: De aanvragen om uitkering van de bijstandswet worden heel goed ge- controleerd. Zondagavond 29 november 1970 heeft Noord-Beveland n.a.v. dé film „In de ban van het gebeuren" van de Amster damse cineast Dix-k Jan Bijker een mo ment stilgestaan bij de industrialisatie en haar gevolgen. De jeugddienstencom missie had rondom de film een hele dienst in elkaar gezet. Film en dienst bedoelen een bezinning te zijn op eexx aktieve manier van zijn in een veran derde maatschappij. Het bidden, zingen en luisteren was een zich bezinnen op de vraag of wij onszelf voldoende bewust zijn van het gebeuren om ons heen. Le ven we in de ban van verdergaande in dustrievestiging, luchtverontreiniging, verslaving aan de welvaart, wegdrukken van de levende natuur, ruimtelijke or dening, enz.? Wordën wij geleefd of leven wij? Na de dienst volgde er een forumdis cussie met o.a. de cineast Dirk Jan Bijker zelf, mej. da. Attema uit Kats en enkele leden van de jeugddienstencommissie. Uitgangspunten van deze 'discussie wai'en de film en enkele kernvragen, zoals: Voe len we ons bedx-eigd en zo ja, waardoor? Wijst het geloof in God ons een weg om een oplossing voor dit probleem te zoe ken en zo ja, wat is de weg? Wat kunnen we er concreet aan doen? In de discussie kwamen we tot de vol gende conclusie: industrievestiging, wei- Wethouder Bom zegt heel voorzichtig omtx-ent het bestemmingsplan Colijns plaat, dat er heel, héél misschien moge lijkheden zijn tot de bouw van een aan tal nieuwe woningen te Colijnsplaat. Hij durft het alleen nog maar te fluisteren. Na hierna een aantal vragen op even- zovele begrotingsposten te hebben beant- wooi'd, wordt de begroting 1971 hierna z.h.s. aangenomen. Zij sluit, voox-zover de gewone dienst betreft, in ontvang en uit gaaf met een bedrag van 2.045.029,01, met een post onvoorzien van 21.295,90. De kapitaaldienst heeft in ontvang een bedrag van 5.758.284,88 en een uitgaaf van 6.033.663,81, alzo een nadelig slot van 275.378,93. Hierna woi'den z.h.s. nog enige belas tingverhogingen goedgekeurd, t.w. de heffing van opcenten op de hoofdsom der personele belasting, de rechten voor het ophalen van huisvuil en de heffingen van stx-aat- en x-ioolbelasting. Hoewel op de agenda geen rondvx-aag vermeld staat, heeft Welleman toch een schriftelijke vraag ingediend. Besloten wordt die toch te behandelen. De vraag van Welleman luidt: Hoe komt het dat de ene bewoner van een gemeentewoning zelf moet zorgen dat een verstopte w.c. wordt schoongemaakt, terwijl bij een an- dex-e bewoner van een gemeentewoning de gemeente hiervoor zorgdraagt? Voor de ene bewoner heeft dat veel geld ge kost, terwijl het bij de ander kosteloos is gebeurd. Iedereen dient gelijk behandeld te woi'den en dat is hier niet gebeurd. Wethouder Maxkusse beantwoordt deze vraag, zoals hem bij onderzoek is geble ken. Maai', zegt Welleman, zo is het niet gebeurd. Er is hier bewust onderscheid gemaakt tussen groepen. Hij zal in de toekomst dit in het openbaar vertellen. Dit is discx-iminatie! De vooi'zitter zegt dat dit een telas- telegging is, die niet mis te verstaan valt. Ook hij is voorstander van gelijkheid van alle inwoners, en wil over deze zaak graag eens een bespreking voeren. Maar dan met betrokken bewoner erbij, zegt Welleman, waarop de voox'zitter zegt: na tuurlijk. vaart, medicijnen, levende natuur, enz. hebben twee kanten, die samen te vatten zijn onder de begx-ippen gebruik en mis bruik. De vraag wox-dt nu: Hoe gebruiken we industrievestigingen, welvaart, enz.? Gaan we uit van de economische argu mentatie: we moeten eerst resultaten zien of weten en dan beginnen we eraan en wat de gevolgen zijn wordt dan een zorg voor later. Of gaan we uit van de argu mentatie naastenliefde: mijn geluk, leven, worden niet vex-kregen ten koste van of zonder de ander, maar wordt vex-kregen als ik tegelijk het geluk, leven, wel vaart van de ander beoog en bevorder! Is o.a. milieuverontreiniging niet een re flectie van de geestelijke nood in onze maatschappij? Lag de oplossing in het gebed van deze jeugddienst? Wij heten uw kerk, een volk onderweg. Wij hebben geschiedenis, een lang ver leden van duisternis en licht. Wij bidden u: open voor ons een nieu we toekomst, roep ons de weg uit al die rijkdom, al die zekerheden waarin wij veilig en gevangen zijn. Maak ons liever arm en onveilig ont heemd en vrij, om weer opnieuw Uw e- vangelie te vex-staan en uw zoon te volgen. Jeuddienstencommissie Nooid-B e veland. FEUILLETON Hij knikte x-ustig zonder ook maar een spier van zijn gezicht te vertrekken. „U mag me gerust uitschelden, als u dat oplucht. Ik heb u al eerder gezegd, dat u bizonder aantrekkelijk bent, wanneer u zich nijdig maakt. Maar eens moest iemand dit alles zeggen. Toevallig be paalde het lot, dat ik dit moest zijn. Goed juffrouw Verleun, denkt u maar eens over mijn woox-den na. Hebt u maar geen zoi'g, dat ik indiscreet zal zijn.. Geen mens zal hierover ooit iets van me horen. Ik vind u bizonder sympathiek. Daarom heb ik misschien wat harde woorden gesproken. Maar u moest ééns wakker geschud woi-den. Zo, nu zal ik even afrekenen en dan wandelen we x-ustig terug naar de boot. Buiten, in de frisse lucht, zullen we allebei wel weer terugkeren tot de nuohtexiheid van alle dag." Na een paar minuten liepen ze buiten in de stille avond. In de vei-te zagen ze de schepen liggen. De torenklok op het plein sloeg elf uur. De lerares huiverde even en trok haar jasje steviger om zich heen. Ze liepen zwijgend langs het wa ter, maar op een gegeven ogenblik legde De Haan zijn hand op haar arm en zei zacht: „Sorry, Cobie, ik wilde je niet beledigen. Ik wil je alleen maar helpen. Beoordeel me alsjeblieft niet verkeerd. Je bent nog zo heerlijk jongje hebt nog zo'n lief fris gezicht. Verdoe je beste jax*en niet op een school. Denk er eens over na en beooi'deel me niet te lelijk. Ik vind het zo jammer voor je door Gré de Boer Ze draaide zich even naar hem toe en bij het licht van een kadelamp zag hij haar glimlachen. „Neem me niet kwalijk Theo, dat ik je uitgescholden heb. Soms word ik zo driftig, zie je, dan flap ik er van alles uit. Hij drukte even haar arm en liet haar toen los. „Dan is de vrede gelukkig weer getekend. Er is al narigheid genoeg in de wereld. En hier hebben we ons drij vende hotel weer. Goede nacht, meisje. Moi-gen is er weer een zonnige dag we hebben vakantie." HOOFDSTUK 11 Je bent geschapen om lief te hebben. De volgende morgen zat de lerares met een strak gezicht aan het ontbijt. Ze be antwoordde zijn gx-oet kort en vormelijk en bepaalde zich toen bij haar boterham men. Slecht geslapen, was zijn ooi-deel, dus bleef de conversatie beperkt tot en kele woorden over het schitterend weer en het uitgebreide zondagsontbijt. In de loop van de mox-gen ging De Haan met enkele andere passagiers naar de kerk, vex-stond slechts een klein deel van de preek in de slecht geauccousteei-de oude kerk en maakte daax-na nog een wandeling door het stadje. Na het mid dageten installeerde hij zich met een boek op het zonnedek en was vast van plan zich niet druk te maken. Cobie Verleun was na het eten naar haar hut gegaan en was waarschijnlijk met de andere pas sagiers meegetrokken op de lange wande ling naar Buchholzhöhe. Hij bestelde een fris glas limonade en genoot van zijn boek. Af en toe keek hij eens naar de overkant, als er een trein passeex-de, of zag enkele schepen na, die ondanks dat het zondag was, toch voeren. Op de bou- levax-d was het ook rustig en er waren slechts enkele wandelaars, die de hitte van de middag ti-otseerden. Voor de rest heerste er een echte zondagsstemming. Om drie uur dronk hij zijn thee en toen hij in de salon kwam, zag hij tot zijn verbazing, dat de lerares ook aan tafel zat. De familie Jansen schitterde door afwezigheid. „Ik had gedacht, dat u wel mee zoudt gaan met de wandeltocht," zei hij. Ze glimlachte flauwtjes. „Ik had een ellendige hoofdpijn en heb een paar ta bletjes ingenomen. Daarna ben ik een uurtje gaan liggen in mijn hut en nu is het gelukkig over." Hij keek haar nadenkend aan. „Slecht geslapen vannacht, he?" Ze zuchtte en knikte. „En dat was mijn schuld. Mijn excuus, Cobie. Dat was natuurlijk niet mijn be doeling." Ze haalde haar schouders op. „Och, het geeft niet. Zat u aan dek?" „Ja. Ik ben te oud en te lui om me met die hitte druk te maken. Bovendien ben ik voor m'n gezondheid op reds." Ze keek hem aan en lachte. „U ziet er anders helemaal niet ziek uit. Integen deel." „De reis doet me goed," antwoordde hij rustig. „En af en toe uw gezelschap." Ze schamperde. „U zult wel veel aan me hebben. Als ik nog aan gisteren denk. Hij keek verwonderd. „En waarom?" „We hebben heel gezellig met elkaar ge babbeld op dat terx-as. Bepaalde dingen en uitlatingen ben ik evenwel vergeten, maar dat brengt m'n 'leeftijd mee, moet je maar denken. Bij mij blijven alleen prettige herinneringen hangen." Er kwam een zachte trek op haar ge zicht. „Moet u nog thee?" „Nee, ik denk, dat ik maar weer eens aan dek ga. Daar is. het heerlijk." „Ik kom bij u zitten, goed?" „Dat hoef je niet te vragen. Je gezel schap is me veel waax-d, dat weet je." Even 'later zaten ze onder het zonne dek in een paar gemakkelijke stoelen. Ze stak een sigaret op en rookte nadenkend, terwijl ze om zich heen keek. Maar bui ten hen was er niemand op het dek. „Theo," begon ze zacht, „gisteravond kon ik je een ogenblik wel vermoorden, zo kwaad was ik op je. Nu.... is dat voorbij. Misschien heb je wel gelijk ge had. Maar mijn jeugd is voorbij. Ik heb de kansen, die er waren, laten schieten. Bekommer je maar niet meer om me. Vex-stoox* mijn rust alsjeblieft niet meer. Ik kan er niet tegen. Laten we goede vrienden blijven gedurende deze reis. En laat me verder mijn eigen leven leiden. Andere mogelijkheden zijn er niet meer." „Er is altijd een andere mogelijkheid, Cobie. Bepaalde momenten in je leven moet je soms snel beslissingen nemen. Misschien is er op dit ogenblik wel zo'n beslissende periode gekomen. Wees rea list. Je bent toch geen struisvogel!" Ze draaide zich naar hem toe. „Daas je of meen je het?" Hij keek haar niet aan, maar vouwde zijn handen aohter het hoofd. „Ik ben te ernstig op dit moment om er gekheid mee te maken. Ik weet niet, of je naar de kerk bent geweest. Ik geloof aan voor beschikking. Er is geen zogenaamd toe val. Alles heeft een bepaalde bestem ming. Mijn dokter adviseerde me mijn wexk een poosje in de steek te laten. Ik had er in de eerste aanvang niet veel zin in. Mijn werk is m'n alles. Maar later zag ik in, dat hij gelijk had. Een machine moet op z'n tijd ook stilstaan. Mijn ma chine dx-eigde warm te lopen. Dus ging ik zijn advies opvolgen. Ik heb altijd van varen gehouden. Mijn vrouw was bang op het water, dus tijdens ons huwelijk de den we het niet. Nu had ik opnieuw een kans. Ik boekte voor de „Geex-truida", weliswaar heel laat, maar er was juist nog een plaatsje. Toeval? Onzin, dat moest zo zijn. Op dezelfde boot boekte Cobie Verleun. Toeval? Nee, ook dat moest zo zijn. We kwamen tegen elkaar te zitten aan de eettafel. We vonden el kaar al heel spoedig sympathiek. We babbelden wat en vertelde elkaar voor vallen uit ons leven. Cobie Verleun lijkt voor de buitenstaander een ongenaakbare jonge vrouw, die de teleurstellingen des levens heeft" ondex-vonden. Ze pantsert zich voor vele toenaderingspogingen, die in de loop der jai*en door diverse jonge en misschien ook oudere mannen zijn ge daan. Ze bedx-oog zichzelf. Want diep in haar hart was de hunkering naar ge negenheid levend gebleven, een hunke ring, die bij ieder mens leeft. Bij jou en bij mij. Ik weet nu, dat ik mezelf ook ja ren lang voor de gek gehouden heb. Ik heb een zeldzaam ideaal huwelijk gehad. Wil en ik, we harmonieex-den uitstekend met elkaar. Toen we trouwden, was on ze fabriek noodlijdend. De crisisjaren vraten door en we hadden ternauwernood voldoende om fatsoenlijk rond te komen. De eerste oorlogsjaren brachten enige op leving, en ik had geluk, dat ik grote or ders kreeg uit de 'badplaatsen. Later, toen de zee taboe voor ons wex-d, stonden we praktisch stil, mede ook doordat er nagenoeg geen materiaal meer was. Doch ik wist aan hout en verf te komen en ik werkte het laatste oorlogsjaar met Wil voor na de oorlog. Toen de vrede kwam, kon ik als enige in den lande onmiddellijk uit voorraad leveren. We werkten beiden hard om de zaak weer op poten te krij gen en het lukte. Nu zijn er geen zorgen meer en net, toen het heel goed begon te worden, stierf Wil. Mijn enige kracht was het werk en de gedachten aan m'n kinderen. Ik werkte hard en had mijn kinderen lief. Ze zijn nu op een leeftijd, dat ze voor zichzelf kunnen zoxgen, dus die taak is af. Rest me nog m'n werk, Ik dacht altijd, dat ik daar mijn geluk in ge vonden had. Aan .hertrouwen heb ik tot voor kort nog geen moment gedacht. Gis teren en vandaag heb ik er over gepeinsd. (Woxdt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1970 | | pagina 3