voor goede kolen
De heer NI. W. van Arenthals
Oudejaarseconomie
Tweede blad van het Noord-Bevelands Nieuws- en Advertentieblad d.d. 31 december 1966 no. 3228
COÖPERATIEVE LAND- EN TUINBOUWVERENIGING „NOORD-BEVELAND" G.A.
Wij bezorgen iedere vrijdag over geheel Noord-Beveland,
wilt u hiermede rekening houden door er voor te zorgen
dat uw bestelling zo veel mogelijk reeds des woensdagsavonds
in ons bezit is.
Bij voorbaat dank voor uw medewerking.
DIT ZIJN
DE
BESTELADRESSEN
nam afscheid als dijkgraaf van het
waterschap Noord-Beveland
NOBECO
Met de speciale OK bestelwagen bezorgen wij gaarne aan zeer con
currerende prijs HAARDOLIE voor uw oliekachels. Onze automa
tische bevoorrading is een groot succes. U bent altijd zeker van de
juiste hoeveelheid die op de afleveringsbon slaat afgedrukt.
Nobeco - Kamperland, tel. (01107) 339
Nobeco - Korlgene, tel. (01108) 444
Fa. N. Karstanje Zn., Wissenkerke, tel. (01107) 237
W. Balkenende, Kamperland, tel. (01107) 346
A. Kastelein, Geersdijk, Geersdijksevveg 27
A. J. Lamse, Colijnsplaat, Tulpenstraat 29
M. J. Leendertse, Kortgene, tel. (01108) 339
Mevr. Wed. J. van der Moere - Leendertse,
Veerweg 141, Kamperland
teruggebracht tot één, niet beter werden Schippers met enige woorden deze bijzon- van steeds maar tegen elkaar duwende
In een buitengewone openbare vergade
ring van de Algemene Vergadering van het
Waterschap Noord-Beveland, werd j.l.
woensdagmiddag afscheid genomen van de
heer M. W. van Arenthals als dijkgraaf, we
gens het bereiken van de reglementaire leef
tijd.
Nadat voor de laatste maal de heer Van
Arenthals de bijna voltallige Algemene Ver
gadering met een kort welkomstwoord had
geopend, legde hij voor het verder verloop
van deze middag de leiding in handen van
de heer C. J. Schippers, die per 1 januari
a.s. de functie als dijkgraaf, tevens voorzitter
der algemene vergadering, zal aanvaarden.
Allereerst richtte de heer Schippers zich
tot mevrouw Van Arenthals, die haar man
in staat gesteld heeft zich zo voor het water
schap in te zetten. Vervolgens dankte spre
ker de heer Van Arenthals voor al hetgeen
deze in cle loop der jaren (ruim 46 jaar in
diverse functies aan polders verbonden) voor
het waterschap heeft gedaan. Hij memoreer
de verder het groot aantal functies dat Van
Arenthals in het openbare leven heeft be
kleed, om bij het waterschap te blijven, o.m.
lid van de Uni van Waterschapsbonden en
lid van de Zeeuwse Polders en Waterschap
pen. Als stoffelijk blijk van waardering bood
hij namens de Algemene Vergadering de
heer Van Arenthals een fototoestel aan en
mevrouw Van Arenthals een boeket bloe
men.
Namens de hoofdingelanden sprak de heer
J. van Halst te Wissenkerke de scheidende
dijkgraaf toe. Deze zei o.m. dat het een
voorrecht is om 70 jaar te mogen worden.
Maar het bereiken van deze leeftijd zet vaak
een streep onder diverse activiteiten en
functies. Hij gaf de heer Van Arenthals de
raad niet te veel naar deze schaduwkanten
te zien, daar er toch nog zo veel moois over
blijft. Wanneer wij dit maar willen zien,
blijft er nog veel vreugde over. Hij dankte
de scheidende dijkgraaf voor al hetgeen deze
voor het waterschap heeft gedaan. Vaak wa
ren wij het niet eens, doch dit heeft nim
mer de goede verstandhouding in de weg
gestaan.
De heer J. J. de Looff, ontvanger-griffier
van het waterschap, sprak namens de ad
ministratieve dienst woorden van afscheid,
maar ook van dank voor de prettige wijze
van samenwerking en voor de vrienschap
van hem ondervonden.
De heer H. J. Swenne, sprekend als hoofd
van de technische dienst, schetste de levens
loop van de heer Van Arenthals. Het is pret
tig werken geweest onder uw leiding en de
waterkeringen vragen nu wat minder offers
dan voorheen. Tot slot vergeleek hij de heer
Van Arenthals met een kapitein, die onder
moeilijke omstandigheden de brug van zijn
schip is beklommen, doch met vaste hand
zijn schip door een zee van moeilijkheden
heeft geloodst. Tussen de pijlers van de
Oosterscheldbrug door kan men nu reeds
in de verte 'het kalme water van de thuis
haven onderscheiden.
Vervolgens sprak P. J. Bom als wnd. Bur
gemeester van Kortgene. Hij zei dat de ban
den tussen de gemeente en het waterschap
positief opbouwend zijn geweest. De heer
Van Arenthals heeft het algemeen belang
met niet aflatende interesse gediend. Maar
ieder einde is ook een begin. Daarom sprak
hij zijn vertrouwen uit in de opvolger van
de heer Van Arenthals en zegde namens de
gemeente naar vermogen alle steun toe.
De heer P. J. Wisse, burgermeester van
Wissenkerke, loofde de goede samenwerking.
Op diverse terreinen hebben gemeente en
waterschappen raakvlakken, zoals recreatie,
rioolwaterafvoer e.d. Nu kan men natuurlijk
wel met de wet in de hand zeggen zo en zo
is de grens van onze medewerking. Punt uit.
De tweede manier is om in onderling over
leg de zaken tot een voor beide partijen
goede oplossing te brengen. De eerste ma
nier verafschuwde Van Arenthals, de tweede
was zijn levenslijn. Voor deze menselijke ka
raktertrek wilde hij de heer Van Arenthals
nu in het openbaar dank zeggen. Tot slot
wenste hij hem nog vele vruchtbare jaren
toe.
De heer S. J. van Langeraad sprak na
mens de plaatselijke oommissie ruilverkave
ling. In een kort woord brecht hij dank voor
hetgeen Van Arenthals voor de ruilverkave
ling had gedaan. Persoonlijk dankte hij
mevrouw Van Arenthals voor de vele kopjes
koffie die hij had genoten tijdens de be
sprekingen ten huize van Van Arenthals.
Ir. A. E. Bruining sprak namens de am
bachtsheerlijkheid Cortgene. Volgens hem
kon hij de scheidende dijkgraaf niet beter
schetsen dan: rustig temidden der woelige
baren. Hem had het altijd het meest ge
troffen hoe Van Arenthals kans had gezien
het heterogene gezelschap tot een college
van eenheid te smeden. Als blijk van waar
dering bood hij hem en fotoalbum aan.
Tot slot sprak namens de kring Noord-
Beveland der Z.L.M. en C.B.T.B. de heer
S. J. Dees. Ook hij had woorden van lof,
niet in het minst voor de wijze waarop de
heer Van Arenthals het contact tussen de
ingelanden en het waterschap had bevorderd
door het instellen van districtsvergaderingen.
Dat deze districtsvergaderingen, in eerste
instantie gepland op vier per jaar en later
bezocht, kan men moeilijk de heer Van
Arenthals aanwrijven. Hij hoopte, dat ook
diens opvolger dat contact zal blijven vol
houden.
Nadat de heer Van Arenthals alle sprekers
persoonlijk had beantwoord, sloot de heer
Steeds groter spanningen.
In de vijftiger en de eerste helft van de
zestiger jaren hebben wij ons uiterste best
gedaan productiviteit en activiteit tot het
hoogste niveau op te voeren. Ieder werkte
daarbij voor zich en in de pressiegroep
waarin hij zich het beste thuis voelde. In
zo'n klimaat worden echter de spanningen
steeds groter. Er wordt zo'n druk uitgeoe
fend op de arbeidskracht, dat deze via da
lende productiviteit de werkgevers zoveel
mogelijk deed uitwijken naar andere produc
tiemiddelen.
De welvaart vraagt om grond voor be
drijven en huizen en prest de grondprijzen
omhoog. De kapitaaldraad in Nederland,
werd steeds meer gespannen. De rente
steeg tot een voor economische activiteit
bijna ondraaglijke hoogte. De prijzen ste
gen mee over de volle breedte van het front.
De inflatiespiraal heeft een hoogte bereikt
als nimmer te voren.
Bij vaste wisselkoersen wordt in zo'n situ
atie de betalingsbalans terstond naar de on
gunstige zijde geduwd. Een groot tekort
zal de economische thermometer naar een
onbestendige situatie leiden.
Tekorten.
In tal van economische panorama's is de
zonovergoten aanblik vervangen door een
beeld van dreigend onweer. De effecten
beurs vertoont een droeve aanblik. De spaar
rekeningen van ondernemers en particulie
ren worden aangesproken. De staatsrekening
wordt voortdurend met tekorten bedreigd.
dere vergadering.
Een groot aantal personen, vertegenwoor
digers van evenzovele verenigingen en in
stanties stroomden hierop de zaal binnen,
om de soheidende dijkgraaf van hun erken
telijkheid blijk te geven.
Het toerisme reisde naar een dalend inter
nationaal bezoek.
Het consumptiebeeld vertoont een typisch
inflatiebeeld. Bepaalde bevolkingsgroepen
verbruikten veel en snel, andere staan voor
een steeds groter tekort. De belasting-
schroeven zullen alleen maar strakker kun
nen worden gesteld.
Er is in de maanden van het nu stervende
jaar veel gesproken over spanningen. Zij
manifesteren zich op sociaal en politiek ter
rein. Is dat eigenlijk zo'n wonder wanneer
dat politieke strijdtoneel in hoofdzaak ge
markeerd wordt door economische bastons?
De harmonie van belangen, die uiteindelijk
in de hoogste regionen van de overheid aan
het volk een evenwichtig beleid moet schen
ken is verbroken.
Ongezond.
Wij hebben ons middels het verdedigen
van groepsbelangen in een competitiesfeer
laten leiden, die een ongezond klimaat biedt
om uit de moeilijkheden te geraken. Pressie
groepen, onrijpe televisie- en krantenjouma-
listiek geven beelden van almaar tegen el
kaar opvliedende belangentegenstellingen.
De jeugd wordt opgesteld tegenover de
heersende generatie, de provo tegenover de
politie, de werkgever tegenover de werkne
mer, de kerk tegenover de wereld, de kapita
list tegenover de bezitloze en de regering
tegenover het volk in onbehagen.
In een overbevolkt land op een kwetsbaar
punt in de wereld gelegen moet dat beeld
krachten tot een onverdraaglijke situatie
leiden op maatschappelijk en ook op eoono-
misch gebied. Wij zijn dat punt genaderd.
De jaarwisseling biedt ons tijd om daarover
na te denken. Wij zijn bepaald niet onmach
tig de problemen de baas te worden.
Wat bieden wij?
Wij bezitten in Nederland uitstekende on
dernemers, die hier een unieke vestigings
plaats vinden in de wereld. Zij zijn bereid
hier bedrijven te bouwen en te vergroten,
daarbij werk biedend aan duizenden handen.
Laten wij ons op oudejaarsavond afvragen
wat wij hen te bieden hebben om hun taak
te verrichten. Dat aanbod moet iets anders
zijn dan steeds zwaardere bedrijfslasten,
straffere onteigeningswetten en steeds meer
plichten tegenover hun werknemers waar
geen rechten tegenover staan. Het uur der
bezinning heeft geslagen.
Wij bezitten in ons land goede financiers,
uitstekende leiders en een goed onderlegd
korps ambtenaren. Laten wij ophouden hen
te kritiseren en te kleineren maar hen de tijd
gunnen onze financiën gezond te maken en
richtlijnen te geven voor een goed bestuur.
Niet de pressiegroepen kunnen het landsbe
lang overzien. Zij zijn te kortzichtig. Het
uur der bezinning heeft geslagen.
Eenheid
Wij wonen in een rijk land met veel vak
manschap, dat overal ter wereld met succes
kan worden ingezet, mits wij ons presen
teren vanuit de eenheid der natie en niet
vanuit de sfeer van de concurrentie van al
len tegen allen. In de gedachte van de ver
dediging van het landsbelang zijn er nog
mensen van formaat te vinden, die ons volk
willen geven. In het klimaat van de ruzie
kunnen en willen zij niet werken. Het uur
der bezinning heeft geslagen.
Aan het einde van 1966 staat de poort der
bezinning, ook op economisoh gebied. In
haar muren staat gegrift dat wij ook kunnen
leven met een minder luxe auto, dat de wel
vaart niet gevloden is zonder dat wij vakan
tie houden in het midden-oosten, dat wij
ons in E.E.G.-verband niet tezeer moeten
storen aan de dikwijls overmatige eisen van
de Europese eenheidspartners.
Slechts in rust en bezadigd overleg kun
nen wij tot het besef komen dat 1966 over
't algemeen een goed jaar was, waarin Ne
derland haar welvaart vergrootte. Dat uit de
groei van de achter ons liggende jaren ons
de gereedschappen toelachen waarmee wij
ons bestaan voor 1967 en later kunnen ze
ker stellen. Moge ons de bezinning van de
oudejaarsavond leren dat de in vertraagde
versnelling werkende welvaartsmachine ons
bepaald niet naar de ondergang hoeft te
leiden. Realiteitszin en vastberadenheid
voor de toekomst zijn de beste hoofdstukken
uit het boek van de oudejaarseoonomie '66.
(Nadruk verboden) drs. Mierlo
(van onze economische medewerken)
Niet iedereen zal bij het bereiken van de jaargrens op een voorspoedig 1966
kunnen terugzien. Wij kenden bijvoorbeeld weer een aantal werklozen. De
slachtoffers van het economisch leven vielen echter niet alleen aan werknemers
zijde. Een groot aantal kleine en grote bedrijven heeft zijn activiteit moeten sta
ken. Ook ondernemers worden bij tientallen aan de dijk gezet.
Het economisch leven aan het einde van deze jaarmoot lijkt op 'n snel draai
ende centrifuge, waarbinnen onze levenskracht wordt uitgewrongen. Met een
duizelingwekkende dynamiek worden wij rondgetold en ieder die in dit span
ningsveld fouten maakt, wordt weggeslingerd. Aan de zelfkant van het maat
schappelijk leven mag hij krachten opdoen om daarna opnieuw in de draaikolk
te springen.
Bij zo'n wereldbeeld moeten wij wel leven tussen hoop en vrees en daarmee
is het economisch klimaat op de drempel van twee jaren bepaald.
