NOORD-BEVELANDS NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD NIEUW-BABYLON IN HET HARNAS Plonrier heeft DE schoenen Ook Verkerk een ENKELING No. 3185 Zaterdag 26 februari 1966 69e jaargang Druk en uitgave: Drukkerij Markusse te Wissenkerke, Tel. no. 308, Giro 206882 Abonnementsprijs i 2.00 per half jaar Franco per post f 5.00 per half jaar Advertenties 10 cent per mm Voor fouten in advertenties, per telefoon opgegeven, kunnen wij geen enkele verantwoordelijkheid dragen VAN COBRA TOT CONSTANT S ONTWERPEN VOOR EEN STAD In november 1949 kreeg de internationale experimentele groep Cobra (Copenhagen- Brussel-Amsterdam) van jhr. Sandberg de gelegenheid te exposeren in het Amsterdam's Stedelijk Museum. Die tentoonstelling, inge richt door de thans internationaal befaamde architect Aldo van Eyck, veroorzaakte een schandaal en een ontploffing in de sluime rende naoorlogse kunstwereld. In de Volkskrant schreef Gabriël Smit: „Grillen van directie openen deur voor bar baren. Deze experimentele tentoonstelling voedt tot niets anders dan tot chaos, ver wildering, dwaasheid". Het Parool: „Wij staan op het standpunt, dat het werk van de ze groep Cobra niets te maken heeft met kunst". De veelal op goedkope sensatie beluste weekbladen gingen zich er ook mee bemoei en en zo wist De Spiegel te melden: „Er is daar niets schoons, niets verheffends, het is alles alleen maar brutaal, lomp, cynisch en dwaas". En bij een foto van één van Con stant's schilderijen: „Dit kan toch alleen in een ziekelijk brein zijn opgekomen. We kunnen er om lachen, maar in wezen is het diep tragisch". Dat zelfde „ziekelijke brein" van Constant Nieuwenhuiys schreef in Reflex No. 2 (1948), het orgaan van de experimentele groep: „Wij leven in een maatschappij, waarin de menselijke behoeften en hun bevrediging de vorm aannemen van vraagstukken: Wij leven in een problematische maatschappij. De strijd, de zelfverovering, het zoeken naar een artistieke uitdrukkingsvorm, de misken ning en het isolement van de scheppende mens, worden hier verklaard, en het is dus duidelijk dat het artistieke probleem niet anders zal worden opgelost dan in samen hang met alle andere problemen en met het maatschappelijk dualisme waaruit zij zijn ontstaan". Nog één Inmiddels, 16 jaren later, is zelfs de echo van het burgerlijk rumoer rond de Cobra tentoonstelling weggeëbd. De Cobra-kun stenaars zijn hun eigen weg gegaan, zoals Karei Appel, die rustig leeft en werkt in Parijs en aan geen groep is gebonden. In 1951 verscheen het 10de en laatste nummer van het Cobra-orgaan en hield de groep op tc bestaan. De enige, die nog altijd de theorieën en ideeën uit deze periode in praktijk tracht te brengen is Constant A. Nieuwenhuys. Deze rusteloze zoekende kunstenaar werd op 21 juli 1920 te Amsterdam geboren. Hij ging naar de h.b.s., de kunstnijverheidsschool en de rijksacademie van beeldende kunsten. In 1948 was hij met o.a. Appel en Corneille één van de oprichters van de experimentele groep en de internationale organisatie Cobra. Constant schilderde in deze roemruchte en opzienbarende periode experimenteel. Hij maakte reizen naar Parijs en Londen en zwierf maandenlang door deze wereldsteden, geboeid door het leven om hem heen. Het is op zijn zwerftochten door Londen, dat het idee van de nomadenstad Nieuw-Babylon ontstond. Hij is dan 32 jaar. De derde dimensie Meer en meer maakt zich het besef van hem meester, dat schilderen geen mogelijk heden meer heeft. Hij wil het platte vlak verlate;! en het experiment in de ruimte zoe ken. Terug in Amsterdam gaat hij architec tuur studeren om zijn ideeën te toetsen aan een mogelijke werkelijkheid. Hij maakt zijn eerste experimentele ruimtelijke constructies. In een manifest tekent hij aan: „De kunst kan slechts betekenis hebben op dat uiterst gevaarlijke punt, waar de toekomst het he den opslokt, waar het heden de toekomst maakt". De visioenen van het Nieuw-Babylon la ten hem niet meer los. In 1956 begint Con stant aan de tastbare vormgeving van deze droom en gevoed door zijn intellectuele en grillige verbeeldingskracht spint hij van draad, metaal en plastic platen zijn fantas tische toekomstmetropool in maquettes, waaraan nog altijd bijna dagelijks wordt ge werkt. Ondanks zijn geïsoleerdheid buiten de gro te kunstwereld, het gemis van nieuw schil derwerk (van 1953'56) blijft zijn Nieuw- Babylon niet onopgemerkt en krijgt hij voor al in Duitsland gelegenheid tot exposeren. Zijn bedoeling Zijn zoeken naar het Verloren Paradijs, dat vorm vindt in het utopisch Nieuw-Ba bylon, is de zich nog voortdurend ontwikke lende gedacht aan de toekomstige ideale maatschappij, waar de zwervende en spe lende mens zal leven. Door een ver doorge voerde automatie voorziet Constant, dat die mens slechts zal leven voor zijn plezier; de kunst is dan spel geworden. Voor deze mens is Nieuw-Babylon de stad met de vele mo gelijkheden, ontworpen. Nieuw-Babylon wil die mogelijkheden geven aan een collectie ve creativiteit. In Randstad 2 schreef Constant over Niêuw-Babylon: „De architecten weten met de stad geen raad. De sociale ruimte, de markt, de straat, zijn aan het verdwijnen. We leven, gecatalogiseerd, in „woon-blok- ken", geïsoleerd van elkaar door een net van verkeerswegen. We dwalen, ieder afzonder lijk, eenzaam door een leegte, verbannen uit de „massa", waartoe we tooh behoren. De technische middelen, waar we toch de beschikking over konden hebben, spelen bij de opbouw van ons milieu geen rol van be tekenis. Ze zijn slechts bezit, teken van wel stand, beleggingsobject, winstobject. De weg naar Nieuw-Babylon gaat over puinhopen. Het vrijwel volledige échec van de zogenaamde westerse cultuur is de di recte aanleiding tot het ontstaan van deze luchtkastelen. Realiteit Een analyse van de toestand van de cul tuur in dit tijdperk maakt duidelijk, dat het zoeken naar nieuwe wegen, naar nieuwe ontwikkelingen, bij voorbaat tot mislukken gedoemd is, als wij ons tot de cultuur als af gebakend gebied beperken. Nieuw-Babylon is de aanduiding van een nieuwe, accepta bele realiteit. Hangende sector van Constant's zwevende stad Nieuw-Babylon. In zijn huidige vorm is het een denk- en speelmodel, dat ons een inzicht moet geven in de realiteit tussen een vrije, creatieve le vensvorm, en de materiële omgeving die hiermee in overeenstemming is. Nieuw-Ba bylon is één onmetelijk labyrint. Iedere ruimte is tijdelijk, niets wordt herkend, alles is een ontdekking, alles verandert, niets kan dienen tot oriëntatie". Constant is een visionair kunstenaar, die de realiteit niet uit het oog verliest en deze tijd scherp weet te analyseren. Aan het slot van zijn beschouwing over Nieuw-Babylon staat de aanklacht: „De mensheid als geheel, leeft ver beneden de mogelijkheden die reëel voorhanden zijn. Hoelang nog zal men dit schandelijke feit accepteren?" Het is duidelijk, dat Nieuw-Babylon goed doordacht is, dat het niet zomaar een ver zinsel is van een „ziekelijk brein". Con stant reikt naar een (verre?) toekomst, die desondanks toch zo dicht binnen ons bereik ligt. Maar het heeft de mens al door de eeuwen heen moeite gekost om zijn levens problemen op een grootse en verheffende wijze op te lossen. Voorlopig zullen we dus nog rekening met de huidige stand van za ken moeten houden. Ook Constant helaas en het is typerend voor de situatie dat het toeval wil dat de tele visie-uitzending van Openbaar Kunstbezit, voor 't eerst gewijd aan „Constant, een kunstenaar van onze tijd" op 28 juni '65 moest wijken voor een reportage over de ver loving van prinses Beatrix.... (Nadruk verboden) H. de Beunje Onze sportnatie afhankelijk van enkele topfiguren Gemiddeld niveau moet omhoog Pleun Verkerk zat zondag 20 februari rechtop in zijn bed, toen zoon Kees na een formidabele 10.000-meterrit het wereldkam pioenschap schaatsrijden veroverde. De Put- tershoekse caféhouder, geplaagd door een hernia en dientengevolge in Gothenburg af wezig, zat met een stralend gezicht voor het scherm naar de triomfantelijke verrichtingen van zijn zoon te kijken en kon de eerste mi nuten geen woord uitbrengen. Toen zei hij: „Jammer dat we niet meer van zulke kam- GOOFJE GOOCHEM pioenen hebben, dat het altijd maar enkelin gen zijn, die in een sport de toon aangeven en dat de rest zo achterblijft. Het zou veel attractiever zijn, wanneer Nederland zeker zo'n man of tien had, die zich met Ard en Kees zouden kunnen meten". Vader Verkerk zei hier een waar woord. Want ook al zal geen enkel land alleen maar topmensen in een bepaalde sport voort brengen, het is toch wel onmiskenbaar dat de roem die Nederland zich als sportland heeft verworven, aan een heel klein groepje athleten is te danken. Wij hebben enkele mensen gehad, die zich met de beste cracks in het buitenland kon den meten, terwijl de rest ver onder de mid delmaat bleef. In zekere zin vormen de schaatsers nog een gunstige uitzondering op deze regel. Want ook al zullen in de annalen van de Nederlandse schaatssportgeschiedenis slechts enkele namen als Jaap Eden, Van der Scheer, Huiskes, Broekman, Van der Grift, Liebregts, Verkerk en Schenk vet worden gedrukt, daarnaast hebben minder grote cracks (denkt u maar aan Nottet!) ons land ook steeds op uitstekende wijze vertegenwoordigd. Vergulde top In vele andere sporten teren wij op slechts enkele grote namen. Bij het kunstrijden be reikten alleen Sjoukje Dijkstra en Joan Haan appel het erepodium, bij het zwemmen moe ten wij het van enkele grote sterren hebben van wie Ada Kok er momenteel een is. In de athletiekwereld hebben wij onze goede naam voor 75 te danken aan de onverge telijke Fanny Blankers-Koen. Spreekt men over judo, dan valt de meesten maar één naam te binnen, die we niet eens behoeven te noemen. Dunner dan een cent Men moet zich beslist niet voorstellen, dat de gladde capsule, waarin wij de astro naut weten, zo simpel als ze er aan de bui tenkant uit ziet. Weet u dat de buitenste mantel uit golfplaten bestaat? Natuurlijk niet van het soort dat bij u thuis op de schuur ligt, maar heel fijn gegolfde platen die dunner dan een cent zijn. Ze bestaan uit beryllium en nikkelkobalt. Ze zijn zo kunstig in elkaar gepast, dat het geheel een gladde oppervlakte schijnt te vormen. Ze hebben het vermogen zonder te scheuren uit te kunnen zetten, wat wel nodig is, zoals we straks zullen zien. Binnen die mantel bevindt zich de isola tielaag, 372 cm dik, die zowel de hitte tij dens de daling, als de koude tijdens de vlucht opvangt. Dan pas komt er een dub bele laag titanium, die de binnenste ruimte, de drukcabine vormt. Dus wel wat ingewik kelder dan het harnas van vroeger. 3.000 graden Wanneer de capsule naar de aarde gaat terugkeren, plonst ze als het ware in de dampkring, die maar met tegenzin toelaat dat ze wordt doorboord. Hoe diohter bij het aardoppervlak hoe groter de weerstand is, al merkt u daar op de grond natuurlijk niet veel van. Ze is zelfs zo groot, dat ze in de paar minuten, waarin ze optreedt een hitte veroorzaakt van 11.000 graden, dat is hoger dan het oppervlak van onze zon zelf. Ge lukkig gaat die hitte als een boeggolf, zoals bij een snelvarend schip, langs de capsule heen. Toch heeft het gedeelte, dat werkelijk met De verrichtingen van sportbedrijvend Ne derland hebben veel weg van een vergulde top met een zwakke fundering. Wij preste ren alles, of helemaal niets. Wij hebben en kele topfiguren, die op eenzame hoogte staan, maar er zijn weinig landen, waar het kwaliteitsverschil tussen deze cracks en de rest zo groot is als bij ons. De wielersport en in veel mindere mate de schaatssport vormen gunstige uitzonderingen. Toch kan Nederland als sportnatie pas dan een volwaardige rol op internationaal niveau spelen, indien de trainers zich niet alléén concentreren op de perstaties van enkele topfiguren. Het is natuurlijk prachtig dat er af en toe een wereldtitel wordt behaald, maar het zou ons nog meer verheugen, wan neer het gemiddeld niveau op een hoger peil zou worden gebracht. Dat onze naam als sportnatie niet afhankelijk is van een enke ling, maar van een grote groep bekwame sportmannen en vrouwen. Het wordt daarom tijd, dat de vergulde, maar smalle top van onze sportwereld door een hechtere en bredere fundering wordt ge schraagd. (Nadruk verboden) Tom Noddy de capsule in aanraking komt, nog altijd een hitte van 3.000 graden. Natuurlijk is hier tegen bescherming nodig, en nu komen we bij het schild van de astronaut. Dat hitteschild, de officiële term is aiblatie- schild, is aan de onderkant van de capsule bevestigd, en bestaat uit harssoorten en ge sponnen fiberglas. Het weerstaat de hitte, maar vertoont, als ze naderhand bekeken wordt, wel degelijk sporen van haar avon tuur. Overigens is het wel een griezelig idee voor de man in de capsule, tijdens zijn af daling de buitenste golfplaten te horen kra ken, en te weten, dat hij slechts enkele centimeters achter het hitteschild zijn plaats heeft. Aan de veilige kant uiteraard. Zonder gewicht Wie overigens meent, dat de astronaut maar ongemakkelijk in zijn hokje ligt, ver gist zich toch wel een beetje. De ruimte is inderdaad niet zo groot, on geveer als een slaapplaats in een moderne trein. Hij bevindt zich in een halfliggende houding, op een speciaal op zijn lichaams contouren afgestemde stoel. Die houding in niet slechts dragelijk, maar heerlijk. Want tijdens zo'n vlucht is de astronaut gewicht loos. Hij ligt half in zijn stoel, terwijl geen enkel deel van zijn lichaam druk ondervindt, wat een uiterst comfortabel gevoel opwekt. Hij drijft wat men noemt op een kussen van lucht, een toestand die wij op onze stoelen in de huiskamer voorlopig nog wel niet zullen bereiken. (Nadruk verboden). A. C. J. Flantua. VAN DE RUIMTEVAARDER Hoe modern de ruimtevaart ook is, als men enigszins op de hoogte is van allerlei details moet men wel eens denken aan de oude ridders in de middel eeuwen. Zij waren tegen pijlen en zwaardslagen beschermd door hun ijzeren harnassen. Als men die heden ten dage in onze musea bekijkt, is het opvallend te zien hoe dun ze eigenlijk zijn. De hedendaagse ruimtevaarder heeft echter ook zijn schild en zijn harnas, al heeft hij in zijn exemplaar wat meer ruimte dan zijn in ijzer gehulde collega's van toen. Natuurlijk is zo'n vergelijking niet ver door te voeren, vooral niet als we het harnas van onze astronauten wat nader gaan bekijken. Gaiizepoortstraat 21, Tel. 6535 - GOES

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1966 | | pagina 1