Het ïeiligheids- instituut waakt! De kunst van het zitten mm Tweede blad van het Noord-Bevelands Nieuws- en Advertentieblad d.d. 9 oktober 1965 no. 3166 Elke dertig seconden wordt in Nederland een bedrijfsongeval geregistreerd. Iedere dag veschijnen er circa 30.000 Nederlanders niet op hun werk als gevolg van een ongeval. Dat zijn de keiharde cijfers, die het bestaan van een Veiligheidsinstituut rechtvaardigen. De beveiliging van de werkende mens, zie daar de primaire doelstelling van deze in stelling, die beschikt over een staf van me dewerkers, die bedrijven advise,ert en in specteert met het doel de werkende mens te begeleiden naar een zo veilig mogelijke ar beidssituatie. Ook op andere wijze atten deert dit instituut de bedrijven steeds op concrete gevaren, die leven en gezondheid van de arbeiders bedreigen en aldus vervult het Veiligheidsinstituut een belangrijke taak in het belang van onze volksgezondheid. 273.625 ongevallen in één jaar. Achter het Rijksmuseum in Amsterdam be vindt zich een ander museum, dat weliswaar niets met kunst te maken heeft, maar wel iets dat ook in de kunst veelal centraal staat: het leven van de mens. En dan wel vooral met de factoren, die dit leven voortdurend bedreigen. Het Veiligheidsmuseum is een van de af delingen van het Veiligheidsinstituut. Een uniek museum, waar men aanvankelijk met een vreemd gevoel ronddwaalt. Men ziet hier allerlei machines en materialen uitge stald en overal attenderen verklarende af beeldingen en teksten de bezoeker op de ge varen, die de werkende mens bedreigen. En dat zijn bepaald geen fictieve gevaren, zo als ir. E. Sjaan, directeur van het instituut, uiteenzet. „Evenals de Sociale Verzekeringsbank stellen wij de indexcijfers op van bedrijfson gevallen. Wij doen dit in samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Veiligheids technici. Onze bevindingen vatten wij zo in overzichten samen, dat de bedrijven kunnen zien hoe hun eigen ongevallencijfers zich verhouden tot die van andere bedrijven. Het aantal ongevallen, dat er jaarlijks in de be drijven plaats heeft, is ontstellend groot. In het jaar 1962 registreerden wij bijvoorbeeld 273.625 ongevallen. Het aantal verloren ge- gane arbeidsdagen bedroeg in dat jaar 12.050.000. De netto lasten van de Sociale Verzekeringsbank een slordige 140.000.000 Dat zijn geen cijfers om mee te spotten. Geen wonder dat de belangrijkste subsidie voor het functioneren van ons instituut afkomstig is van de Sociale Verzekeringsbank, die ui teraard nauw betrokken is bij het aantal be drijfsongevallen." Vrijwilligheid. Maar het hoofddoel van het Veiligheids instituut stijgt uit boven overwegingen van financiële aard. De economische konsekwen- ties van bedrijfsongevallen mogen een ster ke bestaansgrond voor het instituut zijn, uit eindelijk ijvert het instituut voor het geluk van de werkende mens. Welke rol speelt het Veiligheidsinstituut in de beveiliging van de arbeidssituatie? Vooropgesteld moet worden dat het instituut werkt op basis van vrijwilligheid. Het komt pas in actie, wanneer om zijn diensten wordt verzocht. Natuurlijk zijn het vooral de grote bedrijven, die van deze dienststelling ge bruik maken. Vele bedrijven zijn uiteraard te klein om er een eigen veiligheidsfuncti onaris op na te houden. Tooh kunnen ook deze bedrijven een beroep op het Veilig heidsinstituut doen. Er bestaat bijvoorbeeld de mogelijkheid met een groep gelijkgerich te bedrijven een collectieve veiligheidsdienst op te riohten. Diagnose en therapie. Het veiligheidsinstituut 'beschikt over een buitendienst die van de inspecties rapporten opmaakt die aan het betrokken bedrijf wor den aangeboden. Het bedrijf kan er verze kerd van zijn, dat dit rapport alleen aan de directie wordt toegezonden. Derden krijgen hiervan geen inzage. In een dergelijk rap port wordt de leiding attent gemaakt op e- •ventueel aangetroffen gebreken. Het blijft echter niet bij een diagnose. Er wordt ook een „therapie" aanbevolen in de vorm van adviezen. „De bedrijven kunnen op verschillende manieren van de diensten van het instituut gebruik maken. Sommigen geven de voorkeur aan periodieke inspecties, andere prefereren een eenmalige bedrijfsanalyse", zo vertelt men ons op de afdeling publiciteit van het Veiligheidsinstituut. „Ook geven wij op het bedijf afgestemde cursussen, lezingen met demonstratie- en projectiemiddelen en soms zelfs telefonische adviezen. Voorts organi seren wij eens in de twee jaar een bedrijfs- veiligheidsbeurs, waar leveranciers op be- drijfsveiligheidsgebied hun artikelen expo seren." Goede lessen. Jaarlijks bezoeken ongeveer 20.000 perso nen dit fraaie gebouw in de Hobbemastraat, gelegen in de rustieke schildersbuurt van Amsterdam-Zuid. Vanzelfsprekend zijn het meestal mensen, die op de een of andere manier met het bedrijfsleven te maken heb ben zoals bedrijfsveiligheidcommissies, lei dinggevend personeel etc. Het Veiligheids instituut organiseert ook jaarlijks een instruc tieve cursus voor staffunctionarissen die ver antwoordelijk zijn voor de veiligheid in hun bedrijf. De docenten die deze cursus verzorgen, zijn deskundigen op een bepaald gebied. Onder hen hoogleraren van de Technische Hogeschool te Delft, functionarissen van het T.N.O. en van de Arbeidsinspectie, alsook medewerkers van het Veiligheidsinstituut zelf. De meest uiteenlopende aspecten van de bedrijfsveiligheid worden hier behandeld. Niet alleen wordt aandacht besteed aan de technische en hygiënische kant, maar ook sociaal-psychologische aspecten worden bij door H. de Beueje met medewerking van L. van den Berg - binnenhuisarchitect Een stoel is een zitmeubel. Iedereen weet wat zitten is. Maar wat is een stoel? Of schoon we de lezer niet in verwarring wil len brengen, noemen we voor de vuist weg tafel-, kamer-, kantoor- en keukenstoelen, serre- en tuinstoelen, arm-, leuning-, slaap- en ligstoelen, schommel-, kinder- en klap- stoelen, de fauteuil voor vader en de club voor moeder en nog meer stoelen die alle maal weer anders genoemd worden. Het zal eens, heel lang geleden, wel onge veer zo zijn geweest, dat een stamhoofd van een oervolk zich de weelde en de vrij heid kon permiteren om op een steen of een boomstronk te gaan zitten om zich aldus van de rest te onderscheiden. In zekere zin is daarmee het zitten begonnen en de onder scheiding in rang. Toen na enige tijd iedereen ging zitten onderging de natuur„stoel" veranderingen en daarmee werd de stoel het toonbeeld van maatschappelijke verschillen. De stoel pas te zich bij de verschillende levensstijlen aan. Het werd een cultuurvoorwerp. Dat blijkt ondermeer uit stoelen, die niet meer gemaakt worden en alleen nog bij de antiquair, in musea of op veilingen te vin den zijn. Ze zijn antiek geworden en wor den met de naam van levensstijl uit de tijd, dat ze gemaakt en gebruikt werden, gety- peerd. Stoelen in de stijl van de Italiaanse renaissance, Lodewijk XIV, de Gotiek, de Barok, enz. Namen, die grotendeels ook in de kunstgeschiedenis terug te vinden zijn. Zitten zou men een daad van beschaving kunnen noemen, al is juist niets-doen, al thans zo weing mogelijk handelen, van „goed zitten" de kenmerkendste bezigheid geworden. Een praktisch voorbeeld uit de moderne tijd is: 'het televisie-zitten-kijken De basis van onze stoelmodellen en daar van afhankelijk ons zitten hebben we o.a. te danken aan de Egyptenaren van voor onze jaartelling. Ook toen reeds was een praal- zetel van de Farao nu eenmaal een ander ding, dan een zitje van een raadsheer. Voor een vergelijking met onze tijd hoeven we echt niet ver te zoeken. Iedereen heeft wel eens een foto of een filmverslag gezien van de opening van een nieuw parlementair jaar der Staten Generaal op Prinsjesdag. Daarbij zal vast en zeker het verschil zijn opgevallen in de vorm en omvang van de zetels waarin de koninklijke familie plaats neemt. Toch zal het menigeen, die schilderijen uit de middeleeuwen tot die van voor zo'n honderd jaar geleden goed heeft bekeken, opgevallen zijn, dat die mensen altijd ver- moeiend zitten op ongemakkelijke stijve stoe len. En uiteindelijk was het dan nog ge zonder geweest als men op de vloer was gaan zitten, iets wat de Japanners en Chine zen nog altijd doen. De ideale stoel De gemakkelijke stoel, de fauteuil, club of hoe hij nog meer mag worden genoemd is nog niet zo oud. En met het in gebruik nemen van zo'n luie stoel is voor de ont werpers pas goed de kopzorg begonnen. Was oorspronkelijk de stoel, gebruikt als teken van maatschappelijke kwaliteit, be langrijker dan het zitten, heden ten dage is dat gelukkig veranderd. De ontwerper is het door de omzetcijfers per definitie verboden hooghartig of gering schattend om de zifter heen te lopen en geen rekening met hem te houden. Vroeger maak te een meubelmaker stoelen met als basis een zitvlak op vier poten en een rugleuning. Daarmee was de zaak af. Maar dat is ge weest. Hedendaagse ontwerpers denken ja ren over het probleem van het zitten en daarmee aan het fenomeen: stoel. Want het is al eerder opgemerkt, een stoel is een meubel om te zitten. Een ding, dat in de weg kan staan, waar je rekening mee moet houden, dat geld kost, dat inderdaad Deze artikelen zijn van belang voor de veiligheid in de bosbouw. terwijl ii werkt Doel beveiliging van de werkende mens De ideale stellage Zich heerlijk ontspannen in een moderne stoel de leerstof betrokken. Volkomen terecht, want zelfs in bedrijven met technisch per fecte machines gebeuren ongelukken. De mens blijft een sterke onzekerheidsfactor. Met machines kan men veilig en onveilig werken. Het hangt dikwijls af van de mens die ze bedient en daarom is het wenselijk dat de leiding van het bedrijf inzicht heeft in de psychologie van de arbeider. Het Veiligheidsinstituut, dat o.m. samen werkt met het Nederlands Instituut voor Pre ventieve Geneeskunde, vervult een zeer be langrijke taak in de Nederlandse samenle ving. Het valt te betreuren dat niet nog meer bedrijven gebruik maken van zijn diensten. Zijn zij dat niet tegenover hun werknemers verplicht? Deze vraag kan men des te na- dukkelijker stellen, omdat de Arbeidsinspec tie en de Sociale Verzekeringsbank ons op grond van de 'bekende cijfers verzekerden, dat het aantal bedrijfsongevallen in bedrij ven die zijn aangesloten bij het Veiligheids instituut, geringer is. (Nadruk verboden) aan mode onderhavig is. Hoe is dat moge lijk als slechts de levensstijl van invloed op de vorm was? Omdat de verschillende soorten stoelen, die we in het begin even tot eigen verras sing uit de pen lieten vloeien, tevens ver schillende manieren van zitten aangeven. Niemand zit hetzelfde. De meeste mensen liggen of hangen in een stoel. Daarmee zijn we de moeilijkheid van de ontwerpers op het spoor. Zij houden terdege rekening met de mens, die is gezeten. Welke stoel geeft een maximum aan zitgemak zon der de lichaamsbouw en hierbij vooral on ze ruggegraat te verwringen of te vermoei en? Een stoel, die zo weinig mogelijk ruimte in beslag neemt en nauwelijks gewicht heeft. Die stoel zou bijna onzichtbaar moeten zijn. Maar er is meer, ofschoon dat inderdaad de fantasiestoel is, waar door de ontwerpers naar wordt gezocht.Eenzittendlichaammoet rusten en steun vinden. Het was de Zweedse arts Akerblom, die zo'n twintig jaar gele den ontdekte, dat we al eeuwen op de ver keerde stoelen zaten. Want ons lichaam moet op twee punten steun vinden. Onder het zit vlak, maar dan in het verlengde van de wer velkolom en in de rug, ter plaatse van de lendenen. En Akerblom gaf aan, dat de rugleuning dus een knik naar binnen moet maken, wil len we die steun in de lendenen ook krij gen. Het zitvlak mag niet te hard, maar ze ker ook niet te zacht zijn. Wordt aan deze twee eisen niet voldaan, dan ontstaan rug klachten. Men voelt zich na het zitten niet uitgerust, wat toch wel de bedoeling was. Een derde punt is de knieholte. Die moet steunen, maar niet afgekneld worden. Daar om moet het dijbeen, dat zwaar is, rusten op het zitvlak en de voet moet staan. Het onderbeen mag dus niet hangen en boven de grond zweven. Dit zijn logische en simpele feiten zult u zeggen, maar het verbazende is, dat alleen de goede ontwerpers en fabri kanten hiervan gebruik maken. De ideale stoel! En een ideale stoel is niet duur. Mag zelfs niet duur zijn. Maar u moet er even naar uitkijken en u hoeft er dan beslist niet voor te reizen! De ontwerpers ervan hebben gedacht over het meest ge bruikte voorwerp in het dagelijks leven. We hebben u nu iets over de kunst van het zitten verteld en over de eisen waar de stoel aan moet voldoen, wilt u zeker zijn van uw rust. Het heeft u misschien op een idee gebracht, dat comfortabel zitten een dagelijkse bezigheid kan worden, die geen honderden guldens hoeft te kosten en die overal te koop, maar niet altijd bij de eerste de beste meubelzaak, die u binnengaat. Een dagelijks terugkerende gebeurtenis, dat zit ten, die belangrijk genoeg is om er even voor te gaan zitten Het zitcomfort van een moderne stoel is groter dan van een stoel van vroeger

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1965 | | pagina 3