Tweede blad van het Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad d.d. 22 juni 1963 no. 3148
150JAAI
GELEDEN
„Drie schoft Oranje boven" -
Engeland steunde Oranje-regc
In optreden soms geen verschi
Het is nacht. De nacht van 18
op 19 april 1813. Op de buiten
plaats „Weltevreden", bij het
Zuidhollandse plaatsje Oudshoorn
zijn enkele mensen in het geheim
bijeen. Zij bespreken de toestand.
Angst vervult hun harten..maar
ook hoop. Angst, want het ge
lucht gaat, dat de Fransen van
plan zijn om alle mannen van 40
tot 60 jaar voor militaire dienst
op te roepen en naar het front te
sturen. Maar ook hoopwant
er gaan nog meer geruchten
Napoleon zou verslagen uit een
brandend Moskou zijn terugge
keerd. Een Russisch leger zou de
Nederlandse grens reeds naderen.
Een Engelse vloot kruiste reeds
voor de Hollandse kust....Ge
ruchten In hoeverre zijn ze
waar? Eén ding is zeker. Op 20
april zullen nieuwe inschrijvingen
voor het Franse leger plaats heb
ben. En hiertegen wil men zich
verzetten. Bij de mannen is nu het
gevoel aanwezig: Dit nemen we
niet meer! De maat is vol! Ellen
de en wanhoop hebben het den
ken van de samenzweerders be-
invloed, zonder dat zij zich ervan
bewust zijn. Want er is immers
hoop? Verzet! Opstand! Men wil
een daad stellen
OranjeWie heeft het
woord uitgesproken, dat allen op
de tong brandt?
„Oranje" wordt de leuze, waar
onder de mannen zich zullen ver
zetten. Hun gevoelens vinden een
uitweg.
Ze trekken naar Oudshoom,
waar de Oranjevlag spoedig van
de toren wappert. De dorpsklok
wordt geluid. Een menigte men
sen stroomt nieuwsgierig samen..
Een der aanvoerders zegt met en
kele woorden het doel van hun
daden. Slechts een half woord is
nodig. Als een besmettelijke ziek
te verspreidt de opstand zich over
vele plaatsen langs de Oude Rijn.
Aarlanderveen, Alphen, Woubrug-
ge, Boskoop, Zwammerdam en Al
kemade. Overal wordt de Oranje
vlag gehesen en de inschrijvings
registers worden vernietigd.
De eerste belangrijke stad, die
onder de invloed van de Oranje
beweging komt, is Leiden. Twee
aanvoerders: Pieter van der Lee
Mislukte opstand.
ring krachtig.
tussen bevrijders en bezetters
uit Oudshoom en Dirk de Klerk
uit Alphen zijn naar de oude uni
versiteitsstad gegaan. Zij eisen in
naam van de Prins van Oranje de
stad op. Zij worden prompt ge
vangen genomen. Dit is het sein
voor de stedelingen om kleur te
bekennen. Zij overmeesteren de
poortwacht en laten een grote
groep opstandige en gewapende
boeren binnen. Spoedig zijn Van
der Lee en De Klerk weer bevrijd.
De boeren steken de Oranjevlag
van de toren en vertrekken weer.
Zij hebben hun doel bereikt. Lei
den heeft zich aan hun kant ge
schaard.
Maar, zoals bij elke spontane
volksopstand: Goede leiding ont
breekt, een weloverwogen plan is
ei niet. Men doet wat het hart in
geeft
De Fransen, die eerst de bewe
ging geringschatten, proberen
daarna de bevolking met een zoet
lijntje tot kalmte te brengen. Wan
neer zij echter bemerken, dal het
menens wordt, treden zij streng
cp. Temeer, daar het in Den Haag
ook roerig begint te worden. De
Fransen vrezen een algemene op
stand. Zij nemen snel maatregelen.
Op 22 april is Leiden bezet door
2.000 man Franse troepen. Sterke
militaire patrouilles trekken door
de omliggende dorpen. Er wordt
geschoten. Er vallen doden. De
krijgsraad te velde spreekt stand
rechtelijke doodvonnissen uit. Op
de vestingwal bij Koepoort te Lei
den staat het executiepeloton aan
getreden de vonnissen worden
voltrokken. Vele opstandelingen
duiken onder. Ook Pieter van der
Lee slaagt er in om weg te komen
„Drie schoft Oranje boven".
Een daad van een wanhopig volk
wordt bloedig onderdrukt. Nog
steeds zijn de Fransen heer en
meester. Doch..nog ver verwij
derd, maar toch reeds binnen
„Frans" gebied, branden 's nachts
de vuren. Het schijnsel ervan be
licht de ruwe gezichten van de zo
gevreesde Russen op hun snelle
paarden: De Kozakken
De Kozakken komen.
Na de slag bij Leipzig in okto
ber 1813 zijn de bevrijdingskansen
beter. De geruchten omtrent de
Russische troepen worden nu
waarheid. De Kozakken komen!
Voor de onderdrukte bevolking
een vrijheidskreet. Voor de Fran
sen een onheilsboodschap
Op 9 november 1813 trekken de
eerste Russen bij Gramsbergen o-
ver de Nederlandse grens. Zij zijn
snel, de legendarische ruiters, ge
wapend met lans en sabel.
10 november: Kozakken bij Ol-
denzaal, 11 november bij Coevor-
den. Op 12 november is Winscho
ten bevrijd. 13 november: Kozak
ken bij Dinxperloo over de grens.
De Fransen geraken in paniek.
Een soort „Dolle-dinsdag-geest"
grijpt hen aan. Het contact tussen
de Franse bevelhebbers in Neder
land en hun Parijse meester is niet
hecht meer. Dit is een geluk voor
de Russische voorhoede, want het
zijn eerst maar kleine groepjes
ruiters, die opereren. Een sterk
Frans front zou hen zeker hebben
tegengehouden.
Op 16 november is Groningen
bevrijd.
Overal, waar de Russen verschij
nen, richten zij zich tot de bevol
king. In hoffelijke termen: „Neder
landers, edelmoedig volk", zo
luidt de aanhef van de proclama
tie, waarin wordt herinnerd aan
ons groöts verleden. Maar geen
woord overOranje. Men houdt
zich, wat bestuursvorm betreft, op
de vlakte
De „notabelen" in de meeste
plaatsen beperken zich tot het
handhaven van de orde en het
rustig laten wegtrekken van de
Fransen. Maar het gewone volk
laat de Oranjekleur zien! Waar
komen die vlaggen en kokardes
ineens vandaan?
Op 18 november wordt Leeuw
arden bevrijd. De Friese bevol
king kiest meteen partij. Vóór Ö-
ranje. Jonge mannen worden op
geroepen zich te wapenen en zich
te verzamelen onder de Prins van
Oranje. Spoedig zijn, op Delfzijl
en Coevorden na, de Noordelijke
provincies van de Fransen gezui
verd.
Kozakken, die op 10 november
bij Oldenzaal de grens passeren,
zijn weldra bij Delden en Almelo.
Op 12 november wordt Zwolle be
reikt; op 17 november wordt de
IJssel bij Katerveer bereikt en o-
vergestoken. Hier en daar zijn ge
vechten. De Russen bereiken El-
burg en Harderwijk. Bij Nijkerk
komt het tot een treffen met de
Fransen, die vanuit Amersfoort
zijn gestuurd om..de in Nijkerk
opgeslagen 700.000 kg tabak als
nog in veiligheid te brengen. De
Kozakken, die reeds in Nijkerk
zijn, moeten terugtrekken. De
Russische majoor Markley weet
echter van de nood een deugd te
maken. Hij laat zich door een
gids om die plaats leiden, waar
nog Franse troepen liggen. Zo
riekt hij door Het Gooi en bereikt
cp 24 november Amsterdam
Bijltjesdag in Amsterdam.
Het driemanschap Van Ho-
gendorp, Van Limburg Stirum en
Van der Duyn van Maasdam
had tegen de zeekapitein Job May
gezegd: „Zorg, dat Amsterdam
tot opstand komt, wij zorgen voor
een regering".
In de nacht van 14 op 15 no
vember verlaten de Fransen de
stad Amsterdam. Overhaast. De
overheid beraadslaagt. Wat te
doen? Kolonel Van Brienen en
kapitein Falck, officieren van de
nationale garde, hadden reeds met
elkaar gesproken over een moge
lijke omwenteling. Als puntje bij
paaltje komt, aarzelt Van Brienen.
Maar kapitein Falck zet door. Zijn
besliste optreden maakt hem tot
„ongekroond leider" van de Am
sterdamse schutterij. Met andere
officieren wordt een vergadering
belegd. Patriotten, Prinsgezinden,
Protestanten en Katholieken, wor
den opgeroepen om een stedelijke
overheid te vormen. Falck weet
zelfs door te drijven, dat ook een
Joods stadgenoot Mendes de
Leon in de stadsregering wordt
benoemd. Falck moet hiervoor
vechtenHij wint; Mendes de
Leon is algemeen bemind en ie
der weet, dat de Joden een sterke
afkeer hebben van de Fransen en
velen van hen lid zijn van de Na
tionale Garde, betrouwbare kerels
en Oranjegezind. En zo slaagt de
gewone officier Falck er in be
zield met een verheven gedachte
een werkelijk nationale over
heid te vormenzij het dan ook
cp papier..voorlopig.
Los daarvan is het plan van Job
May, die diezelfde avond de re
volutie zal ontketenen.
De opgewondenheid onder het
volk neemt toe. „Oranje bovenI
Al is ons Prinsje nog zo klein" en
„Het Wilhelmus" klinken door de
straten. Om zes uur 's avonds wor
den de douanehuisjes in brand ge
stoken. Alles gaat echter bedaard
en gedisciplineerd. De beweging
is gericht tegen de Fransen. Plun
dering komt niet voor. Falck gaat
met twee anderen, Van Lennep en
Van Hall, naar de plaats van het
rumoer. Later marcheert hij met
de Nationale Garde naar Katen-
burg. Opdracht: plundering voor
komen, maar de volksbeweging
niet stuiten. Anti-franse daden
aanmoedigen.
's Nachts om drie uur ontmoe
ten Falck en Job May elkaar.
Twee Nederlanders gescheiden
van elkaar werkend maar el
kaar vindend in de strijd voor het
zelfde doel. Zij worden vrienden.
Als symbool van vergane glorie
wordt de Franse adelaar bo
ven de poort van de werf neer
gehaald.
Het wordt 4 uur. De mensen
weten van geen ophouden. Toch
wordt het volk plotseling uiteen
gejaagddoor een echte vader
landse regenbui!
Met het vormen van de stads
regering wil het nog niet erg. Er
zijn nog Fransgezinde machtheb
bers. Vele vooraanstaanden wil
len eerst de kat uit de boom kij
ken. Maar de 17de schijnt het
toch zo ver te zijn. Een 15-tal
mannen van 'velerlei richting
behalve Mendes de Leon heeft
ook mr. J. D. Meyer zitting in het
bestuur verklaart zich bereid
om de regering op zich te nemen.
Het stadsbestuur begint met orde
en rust te scheppen, daar het
„grauw" zich met de zaak heeft
bemoeid. Job May slaagt er echter
in de opstand in goede banen te
houden. „De nieuwe regering
heeft de Oranje kokarde op de
hoed", zo roept hij uit. „U hebt
geen recht om de stad, waarin gij
geboren zijt, in brand te steken.
Wie plundert of brand sticht, zal
uit naam van de Oranjeregering
worden gestraft". De spreker gaat
verder dan de stadsregering be
doelt. Vóór Oranje kiezen is er
gunstige uitzondering daargelaten
nog niet bij. Zo wordt op 17
november besloten om, bij een
Franse aanval, zich niet te verde
digen. Falck wil voortgaan. Spoe
dig zullen de-Kozakken komen;
daarvóór, zo meent hij en met hem
Job May terecht, moet Amster
dam zich ronduit vóór Oranje heb
ben uitgesproken. Op 21 novem
ber komt Van der Duyn van
Maasdam in Amsterdam. Hij
vraagt: „Waarom wappert de O-
ranjevlag niet van de paleistoren?",
Falck antwoordt: „De stedelijke
overheid durft niet...." Falck
verzoekt nogmaals een onderhoud
met de vroedschap. Plij dringt er
op aan kleur te bekennen. Van
Lennep en Meyer zijn voor, Van
Brienen wil wachten en ook de
anderen weifelen.
Steeds meer druk wordt op Am
sterdam uitgeoefend. Vanuit Den
Haag worden de commissarissen-
generaal Kemper en Scholten
naar de hoofdstad gestuurd. In
middels heeft mr. Boreel de af
deling Kozakken van Majoor Mar-
klay via de Leidse poort door de
stad geleid. En dan, terwijl Falcks
compagnie staat aangetreden en
veel volk is samengestroomd,
wordt op de Dam de proclamatie
voorgelezen, waarin zwart op wit
staat, dat „Nederland zijn natio
naal bestaan herneemt". Op de pa
leiskoepel wordt de Hollandse
vlag met de Oranjewimpel gehe
sen.
Twee dagen later, op 26 no
vember, volgt Rotterdam. Op 28
november rijden 300 kozakken U-
trecht binnen.
Engeland hoe goed had prin
ses Wilhelmina gehandeld, door
haar zoon daar naar toe te stu
ren steunt krachtig de Oranje-
regering.
Op 30 november landt Willem
Frederik van Oranje Nassau op
vaderlandse bodem.
Maar nog steeds wordt er ge
vochten.
Andere bondgenoten.
Inmiddels zijn ook andere bond
genoten ons land binnengekomen.
Het zijn de Pruisen onder leiding
van Von Bülow. Zij vechten langs
de IJssel, geholpen door Russen
en Oranje-garde., De Pruisen
slaan het beleg voor Arnhem en
na veel strijd valt de stad op 30
november in hun handen. Zowel
Pruisen als Russen trekken verder
westwaarts. Engelse troepen, on
geveer 1000 man, nemen spoedig
aan de strijd deel. Ook Von Bülow
rept niet over een regering in zijn
proclamaties. Een goede daad van
de Engelsen is het zenden van
wapens, ammunitie en uniformen.
Zodoende kunnen steeds meer
Nederlanders aan het gevecht
deelnemen uit naam van Oranje.
Bovendien trekt het Oranjelegioen,
door Wilhelmina van Pruisen aan
geworven in Duitsland, ons land
binnen. Het dringt door tot U-
tiecht. In december worden de
Zuidhollandse eilanden gezuiverd.
Op 8 december bezetten Engelse
mariniers Goes. Walcheren blijft
echter nog lange tijd Frans.