NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
Livingston Stanley
Plouvier heeft DE schoenen
Groot nieuws
Snel stijgende
loondruk
Z.L.M. Noord-B evelancl
Vertouw
de schoonheid
van uw huid toe
aan de wetenschap
A. C. van der Rest
te Goes
Een weverskneclitje werd zendeling
Een journalist ontdekkingsreiziger
Koop nü SVÖROL
No. 2975
Zaterdag 20 februari 1960
63e jaargang
Druk en uitgave: Drukkerij Markusse te Wissenkerke, Tel. no. 308, Giro 32622
Abonnementsprijs f 2.50 per jaar Franco per post 5.25 Advertenties 6 cent per mm
Op de algemene ledenvergade
ring van j.l. vrijdag waren 86 le
den aanwezig, een aantal dat vol
gens de voorzitter aanmerkelijk
hoger lag dan bij vorige vergade
ringen.
Met enige welkomstwoorden o-
pende voorzitter G. M. F. Bom
deze vergadering, waarna hij een
bijzonder woord van welkom
richtte tot de aanwezige officiële
personen.
In zijn openingsrede vroeg de
voorzitter aandacht voor de ver
schillende problemen die het ei
land, dat binnenkort geen eiland
meer zal zijn, bezighouden, o.a.
de achterstand met de elektrifica
tie, (56 boerderijen en 16 bewoon
de en niet-bewoonde arbeiders
woningen). Bij de met de P.Z.E.M.
gevoerde besprekingen bleek dat
de aansluitkosten op f 5830.
per perceel worden begroot. Wat
de bijdragen van het rijk, de pro
vincie en de gemeenten in deze
betreft, is er nog weinig licht in
deze zaak.
Verder noemde spreker nog de
onderzoekingen naar de mogelijk
heid om te komen tot een vrijwil
lige of onderlinge administratieve
ruilverkaveling.
Een praktijkschool als in west
Zeeuwsch-Vlaanderen had ook
sprekers aandacht, alsmede de
voortschrijdende noodzaak van
mechanisatie in de landbouw.
Naar zijn mening zal men het
daarheen moeten leiden, dat co-
operaties en combinaties overgaan
tot aanschaffing van de zeer kost
bare machines.
Een ander probleem noemde hij
de grote investeringen die gedaan
moeten worden in het kader van
de aanleg van nieuwe havens en
de bouw van uitwateringsgemalen
wegens de uitvoering van het drie
eilanden-plan. De voorlopige bij
drage van de polders en gemeen
ten is op 40 °/o gesteld, dat neer
komt op ongeveer 2,1 miljoen gul
den voor het gehele eiland, een
extra belasting van f 300per ha.
Dit is volgens spreker onaanvaard
baar.
Uit de ingekomen stukken bleek
dat door rijkswaterstaat afwijzend
was beschikt op het verzoek van
het kringbes tuur om de zuidelijke
berm van de afsluitdam Noord-
Beveland-Walcheren in 1961 te
mogen benutten voor de dan te
houden landbouwtentoonstelling.
Het is op ons eiland onmogelijk
een perceel weiland te vinden,
dat hiervoor groot genoeg en ook
geschikt is, maar wel zijn onder
handelingen gaande over enkele
percelen bouwland.
Na het behandelen van de huis
houdelijke agendapunten sprak ir.
Geuze, alg. voorzitter der Z.L.M.,
over „Oud en Nieuw", hierdoor
een blik werpend op het verleden,
het heden en de toekomst. Een
dankbaar applaus oogstte spreker
voor zijn boeiende rede.
Na beantwoording van diverse
gestelde vragen sloot de voorzit
ter deze zeer geanimeerde verga
dering.
markt daarbij weinig opluchting
kunnen bieden. De buitenlandse
prijzen zullen in een even snel, zij
het niet sneller tempo stijgen dan
de onze
Vertraging gewenst.
Slagen we er in bij de nieuwe
onvermijdelijke inflatiegolf, die o-
ver de westerse wereld slaat, een
meer vertraagde prijsstijging te
effectueren dan onze partners in
de economische bondgenootschap
pen, dan zal onze economische po
sitie er relatief gezien toch niet
slechter door worden. Wel zal de
geldontwaarding in het binnen
land leiden tot sociale spanningen
bij de achtergebleven groepen.
In deze ontwikkeling rijzen
twee belangrijke vragen. In de
eerste plaats zullen de bedrijfs
takken die géén loonsverhoging
kunnen toestaan omdat de pro-
duktiviteit bij hen niet kan stij
gen, hun beste werknemers zien
afvloeien naar de beter betaalde
branches. Deze verschuiving zou
kunnen worden voorkomen wan
neer er een grote arbeidsreserve
was. Uiteindelijk zullen de be
drijfstakken zonder produktivi-
teitsreserve wel mee moeten, an
ders lopen bepaalde sectoren van
het economisch leven volkomen
vast. De busstakingen zijn hier
van een voorbeeld. Zij zullen liet
proces nog versnellen. Pas in dat
latere stadium zullen de prijsstij
gingen volgen. Het centrum van
de bui is nog niet gepaseerd. De
loonstructuur is als een stelsel van
communicerende vaten.
Zorgen in december?
De gehele westerse wereld is
bezig de consumptie op te voe
ren. Wanneer zal het punt komen
dat de overbesteding een feit
wordt? Zij ontwikkelt zich ditmaal
in verschillende landen tegelijk.
Zij wordt naar onze mening tevens
dienstbaar gemaakt aan een ver
sterking van de positie van de A-
merikaanse dollar.
Zodra verschillende regeringen
tegelijk de bestedingen gaan af
remmen, en er bestaat dreiging
dat zij dit tegelijk zullen doen,
zou de economische schok tot een
flinke recessie kunnen leiden. Zien
wij naar de ontwikkeling op de
New Yorkse effectenbeurs dan
lijkt dit punt niet ver meer af te
De namen Livinstone en Stan
ley worden meestentijds in één
adem genoemd, alsof deze man
nen tezamen gearbeid hebben in
de exploiratie van het zwarte we
relddeel, waar ze hun bekendheid
aan danken. Niets is minder waar,
want Livingstone en Stanley heb
ben elkaar slechts éénmaal in hun
leven ontmoet. Toch beschouwt
men het werk van deze ontdek
kingsreizigers als één geheel en
dit is begrijpelijk, want al hebben
zij niet samengewerkt, Stanley
heeft het levenswerk van Living
stone na diens dood voortgezet en
dit heeft deze bijna vanzelfspre
kende combinatie van namen doen
ontstaan.
Livingstone werd op 19 maart van
het jaar 1813 in Engeland geboren
als kind van zeer arme ouders.
Zijn jeugd was vreugdeloos en
hard en reeds op zeer jeugdige
leeftijd werd hij, zoals dat toen
in deze kringen gebruikelijk was,
als jong knechtje naar een fabriek
gestuurd.
Livingstone kwam op een ka-
toenfabriek terecht, waar hij hard
moest werken en lange dagen
maakte. Zijn ouders waren verle
gen om het weinige geld dat de
jongen verdiende, dus bleef er
niets voor hem over. Maar Living
zijn. Op dat moment wordt er van
de regering een vaste koers ver
wacht en grote besluitvaardigheid.
De aarzelende houding van ons
kabinet bij de recente sociale
spanningen vervult ons op dit
punt niet met groot vertrouwen.
Het economisch perspectief van
Nederland zal er eind december
anders uit zien dan begin januari.
Geheel te voorzien is de ontwik
keling niet, maar met het be
staande uitzicht hopen wij slechts
dat wij ons vergissen. Zeker is, dat
wij reeds van een vast omlijnd toe
komstbeeld naar het speculatieve
zijn overgegaan.
Drs. Mierlo.
(Nadruk verboden).
Rijmen van Tijmen
't Zal dan toch nog waarheid
worden:
Vissers op Noord-Beveland.
Beter nog: Een vissershaven,
Nu men ginds in Veere strandt.
Colijnsplaat is uitgekozen,
Daar legt men een haven aan,
Waar de vissers strakjes gaarne,
Ook aan land weer zullen gaan.
Wie had zoiets kunnen denken?
't Landelijk Noord-Beveland,
Staat met deze blijde tijding,
Weer een keertje in de krant.
Och, we zullen moeten wennen
Aan dat nieuwe, is 't niet waar?
Doch dat duurt toch
maar heel even,
Is het nieuwe eenmaal daar,
Wel dan zal het wel zo schijnen,
Of 't er altijd is geweest,
't Is voor Veere wel een uitkomst,
Wijl men 't ergste heeft gevreesd.
Is goed voorbeeld
straks goed volgen?
Gaan we misschien ook naar zee?
Worden w' echte waterratten?
Stellig valt het nog wel mee.
De Noordbevelander voelt zich,
Op z'n land het beste thuis.
Wij gaan liefst niet alle weken
Met een scheepje ver van huis.
Eigen aard wordt nooit
verloochend,
Kijk, we eten heel graag vis,
Mits een ander ze gaat vangen
En ze goed gebakken is!
Tijmen.
stone had een ongelooflijke leer-
honger. In zijn vrije tijd verdiepte
hij zich in boeken, die hij leende
of kocht van het weinige geld, dat
hij met het opknappen van kar
weitjes wist te verdienen.
Zijn ideaal was zendeling te
worden en met een niet te stui
ten ijver en energie wierp hij zich
op deze studie. Men kan begrijpen
dat het onder dergelijke omstan
digheden een zeer zware opgave
was en er een ontzettend doorzet
tingsvermogen van de jongeman
werd geëist om dit te volbrengen.
Het lukte Livingstone en op 27-
jarige leeftijd, in het jaar 1840
werd hij als zendeling geïnstaleerd
Hij verzocht om uitzending naar
China, doch dit was in verband
met de opiumoorlog aldaar onmo
gelijk en zo aanvaardde hij Afrika
als arbeidsterrein.
Maatschappelijk werker.
Eigenlijk was Livingstone geen
echte zendeling volgens de oude
opvatting van dit begrip. Neen,
hij was meer, want naast het ziele-
heil van de zwartjes ging hem ook
hun materiële toestand zeer ter
harte. De slavenhandel, die in dit
voor de blanken nog vrijwel onbe
kende werelddeel welig tierde,
was hem een doorn in het oog en
hij stelde alles in het werk om
deze mensonterende handel met
al zijn krachten tegen te gaan. Hij
bracht het christelijk geloof en
werkte tevens als maatschappelijk
werker, om het maar zo te noemen
Ook was hij een groot ontdek
kingsreiziger, want hij maakte van
zijn reizen gebruik om de bezoch
te gebieden uitgebreid in kaart te
brengen.
In 1866 ondernam hij zijn vier
de grote reis, waarvan hij tot ont
steltenis van zijn familie en in
stanties, waarmede hij in contact
stond, niet terugkeerde. Na vijf
jaar waande men hem dood of
verloren in Afrika's wildernis. Het
was in deze jaren dat Henry Mor
ton Stanley in actie kwam.
Een vluchteling.
Henry was ook een Engelsman,
geboren onder heel andere naam
in de Midlands. Ook hem was het
in zijn jeugd nu niet bepaald voor
de wind gegaan. Zijn vader had
zijn moeder en hem verlaten en
zo had de armoede haar intrede
gedaan.
Zijn familie stuurde hem naar
een werkhuis, waar de kleine jon
gen negen jaren verbleef. Toen
kreeg hij ernstige onenigheid met
een van zijn onderwijzers en de
driftige knaap sloeg er in blinde
woede op los. Tot zijn ontzetting
bemerkte hij dat de oudere man
hevig bloedend op de grond lag
en in de vaste overtuiging dat hij
hem gedood had, vluchtte hij weg
Na verloop van enige tijd dook
de vluchteling op in de Nieuwe
Wereld. Hier zwierf hij langs de
haven van New Orleans en hier
nam zijn leven een geheel andere
wending. Door de honger ge
dwongen vroeg hij een man die
voor zijn deur zat, of hij werk
voor hem had. De man, Norton
Stanley geheten, keek de haveloze
jongen eens aan en het viel hem
op, dat het enige dat hij bij zich
droeg zijn Bijbel was, die hij
krampachtig onder de arm knel
de. Hij kreeg vertrouwen in het
schooiertje en nam het bij zich.
De jongen werd als kind aange
nomen en kreeg de naam Henry
Morton Stanley.
Journalist.
Als vrijwilliger nam Stanley
dienst bij de marine der noorde
lijke staten tijdens de burgeroor
log. Gedreven door een ware be
zetenheid tot schrijven, publiceer
de hij in enkele locale bladen zijn
oorlogservaringen. Zijn werk bleek
van een dergelijke kwaliteit te
zijn, dat hij na die tijd in dienst
werd genomen van de New York
Herald, het grootste en machtig
ste blad in de Verenigde Staten in
die tijd.
Hij werd buitenlands corres
pondent en maakte de Engelse
expeditie mee in Abessinië. Zijn
journalistiek werk was boven alle
lof verheven. Hij gaf nieuws aan
zijn blad door, dat buiten hem
geen enkele journalist kon verza
melen en zo steeg langzamerhand
zijn ster. Zo zwierf hij de wereld
rond, totdat hij, als oorlogscorres
pondent in Spanje verblijvend,
een telegram van zijn directe ont
ving om dadelijk naar Parijs te
komen. Hier trof hij zijn directeur
Gordon Benett, die hem de vraag
stelde: „Hebt u er een idee van
waar Livingstone is?" „Neen",
antwoordde Stanley. „Wilt u hem
proberen te vinden?", was de vol
gende vraag. Stanley's antwoord
luidde kortweg: „Ja!" En hierme
de was de zaak afgehandeld.
Een belangrijk moment in het
leven van Stanley, Livingstone en
voor de gehele wereld was bereikt,
want door dit korte gesprek had
Livingstone een opvolger gekre
gen en werd de wereld een ont
dekkingsreiziger van formaat rij
ker.
Gevonden.
Acht maanden trok Stanley met
zijn expeditie door de duistere
wouden van Afrika. Op 11 novem-
De beste huidverzorgings
preparaten haalt u bij
De bekende geneesmiddelen
en bandagezaak met al wat
verder tot gezondheids- en
lichaamszorg dient,
Lange Kerkstraat 42,
telefoon 01100-2468
ber 1871 vond hij Livingstone en
kon hij hem de hulp bieden die
hij nodig had. Maar Livingstone
weigerde met Stanley terug te ke
ren naar de beschaafde wereld.
Afrika had hem gevangen en hij
wenste te blijven! Hij probeerde
zelfs Stanley over te halen bij hem
te blijven, maar dat kon deze niet
doen. In deze korte periode ont
stond tussen beide mannen een
warme vriendschap. Toen kwam
het uur van afscheid en dit moet
beiden erg zwaar gevallen zijn.
Teruggekeerd in Engeland, vie
len velen hem aan. Men beweerde
dat hij de brieven van Livingstone
had vervalst en dat deze niet meer
in leven was. Gelukkig wist Stan
ley hun het hoofd te bieden en
dank zij de steun van de Engelse
regering en van koningin Victoria
werd hij spoedig meester van de
situatie. In New York werd hij
uitbundig ontvangen en men be
schouwde hem daar als een held.
Weer trok hij als oorlogscorres
pondent op pad en voor zijn blad
zwierf hij door het zwarte wereld
deel. Toen bereikte hem in 1873
het bericht, dat zijn vriend Living-
stone was overleden en dat zijn
begrafenis in Londen zou plaats
vinden. Dadelijk spoedde hij zich
naar de Engelse hoofdstad. Bij de
teraardebestelling in de Westmin
ster Abbey fungeerde hij als slip
pen drager.
Als opvolger.
Na de dood van Livingstone is
Stanley aan het piekeren gegaan.
Hij herinnerde zich zijn gesprek
ken met de zendeling tijdens hun
korte ontmoeting in het hart van
Afrika's wildernis en hij voelde
zich gedrongen het werk van Li
vingstone af te maken. Hij vorm
de met zijn blad de New York He
rald en de Daily Telegraph een
syndicaat en vertrok voor een on
derzoek naar het verloop van de
Congostroom naar Afrika.
Op deze en zijn volgende rei
zen heeft Stanley veel belangrijk
geografisch werk gedaan, waar
voor hij door de Engelse Royal
Geographical Society beloond
werd met de gouden medaille, een
zeldzame onderscheiding. Ook is
hij nog geruime tijd in Belgische
dienst geweest en heeft door het
afsluiten van contracten met in
landse hoofden van de Congostaat
één geheel gemaakt.
Van 1895 tot 1900 was hij lid
van het Engelse lagerhuis, als A-
frikakenner bij uitnemendheid. In
april 1904 kreeg hij een beroerte,
waarna hij op de tiende mei van
dat jaar te Londen overleed. Hier
mede had Engeland zijn tweede
grote ontdekkingsreiziger verloren
Nog heden ten dage profiteert
de wereld van het gigantische pi
onierswerk, dat deze twee eenvou
dige mannen hebben verricht en
terecht noemt men hun namen in
één adem.
(Nadruk verboden).
Dit jaar brengt grote spanning en speculatie
(Van onze economische meden/erker)
Deze eerste drie maanden van
het jaar zijn economisch gezien
beslissend voor de uitkomst van
1960. Alle financiële en commer
ciële problemen cirkelen om het
loonvraagstuk als een wesp om
de suiker. De z.g. gedifferentieer
de loonronde is in volle gnag. Zij
gaat gepaard met zoveel sociaal
kabaal, dat wij bijna vergeten dat
hier nog slechts sprake is van een
inleiding tot het loonvraagstuk
1960. Met ingang van 1 april a.s.
komt er immers nog een algemene
loonronde van 2,5 °/o, die moet
dienen als compensatie voor de
per die datum ingaande huurver
hoging. Tevens moet die loonron
de het sluitstuk vormen van alle
pijlen, die tot heden in het loon-
uurwerk zijn afgevuurd.
De regering haast zich bij elke
officieel uitgegeven verklaring te
verzekeren, dat er nog geen en
kele reden tot ongerustheid is. Zij
kan moeilijk anders doen. Zodra
immers van officiële zijde wordt
toegegeven dat de ontwikkeling
veel ongunstiger is dan werd ver
wacht, geeft de overheid voedsel
aan die groepen werknemers, die
menen reeds achterop te zijn ge
raakt. Het aantal looneisen zal
zich dan onmiddellijk verveelvul-
digen.
De loonsverhogingspijlen, die
tot heden zijn afgevuurd, schoten
alle hoog tegen de donkere loon-
hemel. Meestal ging en gaat het
om 5 tot 10 °/o verhoging, die dan
een tegenhanger zouden moeten
vinden in produktiviteitsverhoging
Zodra april in het land komt, wor
den deze lonen opnieuw verhoogd
Tenminste 3/s van de Nederlandse
werknemers heeft dan een inko
men, dat 8 tot 9 °/o ligt boven het
niveau van 1959.
De overheid geeft voorlopig
aan zijn werknemers een voorschot
van 3 °/o, maar als we zien naar de
meeste loonsverbeteringen, dan is
dit percentage aan de lage kant
en zal er zeker nog een aanvulling
moeten volgen.
Den Haag in de knel.
Helaas heeft de regering niet
veel geluk bij haar pogingen om
de loonaanpassing zo geruisloos
mogelijk te doen plaats vinden.
De ontwikkeling van de gunstige
conjunctuur gaat zo stormachtig,
dat einde 1959 het aantal werklo
zen al gedaald was tot 2 °/o. In
de Eerste Kamer is er op gewe
zen dat minister De Pous een der
gelijke toestand zelf heeft gety
peerd als een overspannen ar
beidsmarkt.
Zodra er geen reserve meer is
aan arbeidskrachten, kan het e-
venwicht van vraag en aanbod al
leen nog maar worden verkregen
door prijsstijging of door vergro
ting van de invoer. In het eerste
geval drijven we naar een winst
inflatie, waardoor de welvaarts
stijging voor de consumenten
wordt vernietigd. In het tweede
geval is de inflatoire invloed niet
geringer, tenminste wanneer de
buitenlandse prijzen van produk-
ten hoger zijn dan de Nederlandse
De binnenlandse ontwikkeling
dus tendeert reeds naar een toe
stand van overbesteding. Deze
wordt nog versterkt door de gang
van zaken in het buitenland.
Duitsland remt af.
In west-Duitsland, een land
waar wij economisch nauw mee
zijn verbonden, is de ontwikkeling
ongeveer gelijk aan die in Neder
land. Bonn is al bezig de beste
ding af te remmen, omdat de ren
te er veel hoger is dan in Neder
land. Een 6 °/o staatslening tegen
een koers van 98 °/o werd niet vol-
tekend.
Er zijn looneisen ingediend bij
de Duitse werkgevers, die gaan
tot 20 °/o Dit is geen wonder
wanneer wij bedenken dat ook in
west-Duitsland de arbeidsmarkt
geen reserves meer kent. De be
stedingen liggen ook daar boven
het niveau van de produktiviteits-
stijging. In de V.S. is het beeld
niet anders na de staalstaking, die
een nieuwe golf van looneisen
heeft opgeroepen.
Wanneer Nederland zou trach
ten een aam oliënd inflatiegevaar
te bezweren door vergroting van
import, zal althans de Europese
Dubbele tuben: Voordeliger prijs.
Uw tanden vragen het beste.
Ganzepoortstraat 21, Tel. 2048 - GOES
Wll'iWIiimWIIII I II HMfll H II