c
KEI WCMEEKKCEDJE
Kaboutertje Puk bouwt een huis
drukt het schijnbaar onmogelijke onmiddellijk
Voor u/onderen is iets meer tijd nodig
PREDIKBEURTEN
Dankbetuiging
Opa vertelt nieuwe verhalen
„Wat doe je, Puk?"
„Ik bouw, mams".
„Wat bouw je, Puk?"
„Een paleis mams, met een toren en
een klok die bim-bam zegt en een
garazie voor auto's en een tuin met
bloemtjes en een kippenhok met een
echte haan die kukeleku kan zeggen
en een varkentje dat knort: knorre -
knorre - knorre en een vogeltje dat
fluit: tu - tu, - tu en ,een grote vijver
met een visje er in en een tunnel er
onder om er bij te kunnen".
„Toe maar, Puk, toe maar. Het
is geweldig. Voor wie doe je dat?"
„Voor u en paps als u honderd jaar
bent, omdat u altijd zo lief voor mij
geweest gewast gebent bent".
„Geweest is genoeg, Puk".
„Neen mams, het is niet genoeg. U
en paps krijgen ook nog een wagentje,
want als u oud bent kunt u toch
niet meer lopen, net als die mevrouw
aan de overkant
„O, maar die is het raam uitge
vallen, daardoor komt dat".
„U kunt toch ook het raam uitval
len, mams, want u gaat altijd zo
half buiten staan als u het schoon
maakt en paps heeft gezegd dat u
dat niet meer doen mag, omdat u
zo'n heldere mams bent, en ik maak
een hek om de vijver, anders valt u
er toch maar in en een dak boven de
tuin voor als het regent, want anders
wordt paps zo nat, want die laat
toch overal zijn paraplu en regenjas
staan hangen, en ik zet er bomen in
en een vlag op het dak als de koningin
jarig is en ik steek iedere dag vuur
werk voor u af - klapperdeklapperde-
kla p- zu, - zu - zii - sj - bom - dat
zijn de vuurpijlen, mams, en krijg ik
een chocolaatje als het af is?"
„Natuurlijk Puk. Je bent een echte
architect".
„Waarom ben ik gek, mams?"
„Dat zei ik niet, Puk. Ik zei: ar-
chi-tect, dat betekent bouwer en te
keningenmaker voor huizen".
„O maar mams, ik hoef geen ari-
tek te zijn, ik doe het zo wel. Er
is niets aan. Als je maar genoeg bouw
dozen hebt. Krijg ik er nog tien,
mams?"
„Het is geen ari-tek, Puk. Maar
ar-chi-tect, zoals oom Arie".
„Ziet u nu wel dat het aritekt is.
En ik doe gras in de tuin en steen
tjes en een pereboom, want daar hou
ik zo van en krijg ik een ^chocolaatje
als mijn gebouw klaar is, mams, dan
krijgt u een zoen en voor paps maak
ik een schoorsteen, want u zegt al
tijd: man, je rookt als een schoor
steen en daar kan hij dan door roken,
en mag ik dan bij u wonen, mams en
op uw schoot zitten?"
„Natuurlijk, natuurlijk, Puk".
„Ja, want ik moet toch uw wa
gentje voortduwen als u uit het raam
bent gevallen of belooft u me dat u
nooit meer op dat gevaarlijke randje
gaat staan, waar mee u naar buiten
valt heeft paps gezegd. Puk is zo
bang".
„Ik zal het nooit nooit' meer doen,
Puk, nu dat ik weet hoe paps en jij
van mij houden".
„Fijn mams. Dan hoef ik dat kar
retje niet te bouwen, want ik wist
tcch niet hoe ik het moest doen. Laat
u dat raam maar gerust vuil, dan heb
ben we geen gordijnen nodig, mams,
want paps wil toch geen nieuwe ge
ven, want ze zijn zo duur".
„Stil Puk, stil. Alle mensen die
nu in de huiskamer luisteren, hoe
ven niet te weten dat wij geen nieu
we gordijnen kunnen kopen".
„O mensen, dat zei ik maar voor
de grap, hoor. We kunnen wel dui
zend gordijnen kopen voor elk raam
als paps meer centjes krijgt van zijn
directeur".
„Stil Puk, stil. Je maakt het steeds
erger. Verbeeld je dat die mijnheer
meeluistert".
„Nu, dan weet hij dat hij paps
meer moet geven, anders kan ik mijn
huis niet afbouwen als u honderd
jaar bent, want ik heb geen blokjes
genoeg en een keuken maak ik ook,
dan hoeft u niet altijd naar de -kamer
om te eten, want die is zo ver weg
en u hebt toch rheumatiek, net als
oma en dan roept u: o, mijn rug, we
krijgen zeker slecht weer. Mums, oma
is een barre-meter, hè, die doet dat
ook".
„Barometer, Puk, geen barre-meter".
„Het is toch oma-meter, mams,
als oma het weet".
„Neen Puk, het is toch barometer,
die zegt als het mooi of lelijk weer
wordt".
„Hoe kan dat nu, mams? Hij kan
toch niet spreken".
„Je kunt het er op aflezen, Puk".
„Neen mams. Hij hangt voor mij te
hoog. En ik maak luie stoelen ook
in het huis, dan kunt u de hele d&g
lekker zitten en dan hoeft u niet naar
bed. Ik zal uw bed in de keuken
zetten bij het fornuis, mams, dan
kunt u lekker zelf uw kopje thee op
bed pakken. Is dat niet lief van
Puk om daaraan te denken en ik
maak ringen voor u om aan te zwe
ven, want paps zegt als je ouder wordt
dan moet je flink beweging nemen,
anders wordt je helemaal stijf en
krijg je stijve pieren".
„Geen pieren, Puk, maar spieren
met een s".
„Krijg ik ook pieren met een s
als ik oud word. Mams, mams, mijn
gebouw is bijna af, u kunt erdrijna in".
Tingelingelingeling".
„De telefoon gaat, mams".
„Ik zal luisteren. Ja mijnheer. Ze
ker mijnheer. Hij komt mijnheer. Puk
het is voor jou. Een mijnheer".
„Ja mijnheer. Wat blieft u mijn
heer? Een beetje harder mijnheer,
want ik kan er niet goed bij. O, dank
u wel, mijnheer. Dat is lief van mijn
heer. Dat is heel lief mijnheer. Nu
krijgt u mijn huis met die ouwe man-
netjesstoel erin. Dag mijnheer".
„Wie was dat Puk? Wat zei die
mijnheer?"
„Dat is de directeur van paps.
Hij zegt, zeg je paps maar, als hij
straks thuiskomt, dat hij meer centjes
krijgt voor zijn gordijnen. Geeft u
mij nu een chocolaatje, mams, want
het komt toch door mij. Wat zal paps
blij zijn, dat ik dat voor hem gedaan
heb. Waarom wordt u zo rood, mam
mie?"
„Puk, Puk,? ik schaam me dood";
„Ha, daar is paps. Paps, luistert
u eens".
„Ik weet het al, Puk. Ik dank je
wel. Vanavond staat het in alle kran
ten. Mijnheer Van Bichelen krijgt meer
centjes om gordijnen te kopen".
„Leuk hè paps? Lieve directeur,
hè paps?"
„Erg leuk. Erg lief. Maar in het
vervolg moet je mij dat maar laten
vragen, hoor Puk. Straks ga je nog
geld vragen om een huis voor ons te
bouwen als we honderd jaar zijn".
„Dat hoeft niet meer, paps. Kijkt
u maar. Die is al af. Maat ,u moet u
bukken, anders kunt u er niet in en
stoot u uw hoofd. En nu dat ik zo'n
groot huis voor u gebouwd hebt, moet
u maar voor de gordijnen zorgen. Dat
35 A Tegelijk plonsden Dor us en Pim in 't zilte
nat. De arend kreeg zijn loon voor zijn onvoor
zichtigheid en verdronk. De zon had een deuk
en daarnaast een buil en keek een beetje sikke
neurig toe, hoe dat daar in zee wel toeging^
„Dat is lekker fris, zegl" riep Dorus, zodra
hij weer bovenkwam. „Ik ben van deze duik
weer helemaal opgeknapt". En Pim voelde zich
evenzo in zijn nopjes, want zijn pannekoekhoed
zat nog op zijn hoofd. En bovenal die haai!
Die haai, die hij zo gevreesd had tijdens zijn val,
zwom nu heel braaf en vriendelijk om hen heen.'
Het wonderhoedje was precies op een staartvin
gevallen en daar het kennelijk zijn kalmerende
werking nog niet had verloren, hadden ze van
de haai geen gevaar te duchten.
36.' „Dat gaat goed, Pim!" riep Dorus verge
noegd. „Dit avontuur zijn we reusachtig te bo
ven gekomen". Ze klommen allebei op de brede
haaienrug en voort ging het, nu door het wa
ter. Het wonderhoedje zat nog steeds op de
haaienvin. De zee was kalm ,en de haai zwom
met ^rote snelheid. Na een .tijdje voelde Pim
zich een beetje onbehagelijk!. „Zeg Dorus, 't is
net als zo even bij die arend, we weten helemaal
niet waar we heengaan. Zorg alsjeblieft dat
we nu niet weer ergens tegen aan botsen. Straks
komt er misschien een ijsberg /aandrijven, of steekt
er in eens een rots naar voren". „Da's waar",
erkende Dorus. „Haai, breng ons eens gauw
naar de bewoonde wereld terug".
Coöperatieve Boerenleenbanken
met afzonderlijke Stichting Spaarbank
„COLIJNSPLAAT"
te Colijnsplaat
Tel. (K 1199)-228
Postrek. 316389
„WISSENKERKE"
te Kamperland
Tel. (K 1107)-325
Postrek. 365567
De mens is de smid van z'n eigen geluk,
het aambeeld is de spaarzaamheid
kan nu best, hè paps? Want u krijgt
duizend centjes meer en daar heeft
Puk voor gezorgd. Maar mams mag
ik in mijn huis niet op het randje
staan om de raampost te wassen, hè
paps? Wij laten de ramen maar vuil,
want anders valt ze naar buiten en
dan hebben wij geen mams meer. En als
het huis stuk gaat, dan hoeft u niet te
huilen, want dan bouw ik wel een
nieuwe voor u, want het is toch in
een uurtje klaar, want ik ben aritekt
en als ik groot ben dan bouw ik vofor
de hele buurt huizen net als oom
Ari en daar hoeven ze mij niets voor
te betalen, want dat doet u wel, hè
paps, want u hebt nu toch meer
centjes gekregen, dus dat gaat best".
„Puk, Puk, ik hoop één ding: dat
je later in het leven net zo'n aardige
jongen zult zijn als nu en ook alles
zo goed zult doen".
„Dat zijn twéé dingen, paps. Haha,
mijn paps kan niet eens tot twee
tellen".
Bom! - bom! - bom' - bomf - fropi.;
„O mams, kijk eens, nu is Anne-
mieke binnen gekomen en die heeft
het hele huis omver getrapt. Nu heb
ik niets voor u als u straks honderd
jaar bent!
Opa.
TONEEL
De Koninklijk Erkende Toneelver
eniging T.O.G. uit Bergen op Zoom
presenteert hedenavond in hotel „De
Korenbeurs" te Kortgene het blijspel
in 3 bedrijven: „In een andere we
reld".
Wij geven hieronder een korte weer
gave van de inhoud.
Het stuk verplaatst ons naar de def
tige salon van de zakenman van Run
ten en Zwiep. De vrouw van deze,
alsmede hun enige dochter, leven zeer
boven hun stand, althans de heer des
huizes kan zich de grote uitgaven van
dit tweetal niet meer permitteren.
Ten einde raad associeert hij zich
met Koopman, een volksman, gewe
zen bankwerker. Vóór dat deze trans
actie plaats vindt, beleven we reeds de
gekste situaties. De salontaal van de
Van Runten's en de platte uitdruk
kingen van de Koopman's botsen na
tuurlijk geregeld.
Het blijkt weldra, dat Koopman,
zijn tot dusver zuinig beheerde gul
dentjes in een zeer hachelijke onder
neming heeft gestoken. Als de schran
dere zoon van laatstgenoemde uit
Amerika thuis komt, zet deze direct
de deftigheid van Van Runten schaak
mat, maar werpt zich daarna met alle
opgedane kennis vol energie op de
zaak en weet deze in weinig tijds tot
opbloei te brengen. Totdat op een on
gelukkig gekozen moment de machines
vastlopen en daarmede eveneens een
pracht-order, die over de toekomst
van de zaak moet beslissen.
Maar dan blijkt de doodgewone
bankwerker over de nodige brains en
bekwaamheid te beschikken om als
redder in uiterste nood te kunnen fun
geren. En won innerlijke waarde het
dus weer eens van de holle eigendunk
en zelfoverschatting.
Natuurlijk komt er ook een stukje
liefde in deze klucht voor.
Schrijvers van het stuk zijn Joh,
Blaaser Sr én Jr. Grime en decors
Ad. van Bers. Regie Leo van den Berg.
FILMNIEU W S
Hedenavond wordt in de zaal van ho
tel „De Kroon" te Wissekerke vertoond
de onvergetelijke film „Kinderogen". Een
diep-ontroerend drama, waardoor een kin
derziel dodelijk gewond werd. De bekende
grootmeester der italiaanse film, Vittorio
de Sica, vervaardigde haar en zorgde er
voor, dat het een waar meesterwerk is
geworden.
Geref. Gem. Colijnsplaat
Donderdagavond 21 Januari,
7 uur ds F. Dieleman van Ierseke.
ZondagdicDst artsen.
Zondag a.s. doen dienst dokter Maas
en dokter Bruynzcel.
Heden overleed, na een
geduldig gedragen lijden,
onze lieve man, vader, be
huwd- en grootvader
Pieter Jan Doeleman,
in de ouderdom van bijna
81 jaar.
Kloetinge
C. L. Doeleman -
de Vrieze.
Rilland
M. W. Woutersen -
Doeleman.
J. D. Woutersen.
Ina - Bram.
Willemijn.
Wissekerke
M. J. Doeleman.
H. M. Doeleman -
Vogelaar.
Jenny - Gerard.
Corine.
Kloetinge, 15 Januari 1954.
Buys Ballotstraat 6.
De teraarde-bestelling zal
plaats hebben te Kloetinge
op Maandag 18 Januari a.s.
Vertrek sterfhuis des mid
dags 1.30 uur.
Bij deze betuig ik mijn harte
lijke dank aan alle mensen die
Vrijdag j.l. mijn 39 varkens, waar
van er nu nog 30 in leven zijn,
hebben gered en vervoerd, als
mede voor de aangeboden huis
vesting van deze varkens.
Gij hebt mij hiermede een zeer
te waarderen dienst en toegene
genheid bewezen, die ik op hoge
prijs stel en nimmer zal vergeten.
Bovendien zijn door uw kracht
dadig optreden 31 dieren volko
men en 8 dieren voor zo ver het
mogelijk was de harde dood (door
levendige verbranding) ontkomen.
Iedere dierenvriend, en onderge
tekende in 't bijzonder, moet u
voor uw werk wel zeer dankbaar
zijn.
W. de Buck Pz.
Colijnsplaat, 12 Januari 1954.
Voor de zeer vele blijken van
deelneming, ontvangen tijdens de
ziekte en na het overlijden van
onze geliefde man, broeder, zwa
ger en oom
Jan Verburg Dzn,
betuigen wij onze hartelijke dank.
Inzonderheid aan dokter Janssen
en zuster Wielema voor hun lief
derijke verpleging aan hem be
wezen en de fam. Van Arenthals
voor de hulp en bijstand die wij
van haar mochten ontvangen.
Namens de familie,
Wed. J. Verburg -
Platschorre.
Kortgene, Januari 1954.
Voor ouden van dagen net
dat opkikkertje
PLEEGZUSTER
BLOEDWIJN