„Optica" De trekking van de winkelweekbonnen Maandag 7 December VéGé brilmonturen Steeds vlot leverbaar I'. Verburg. Dienstmeisje gevraagd 0. J. Hoek Reclame week itltjjd Woninginrichting H. D. Mcnlenberg, St. Jacobstraat 48, Goes Kaboutertje Puk heeft gevoetbald te Wissekerke zal, in plaats van Zaterdag 12 Dec., nu plaats hebben op des avonds 8 uur in hotel „De Kroon" U krijgt hem weer op Uw dak! Zeiss - Punktallglazen V.B. Verenigde BrandstoSenhandel Dierenarts Da's een idee! Opa vertelt nieuwe verhalen „Kaboutertje Puk, Kaboutertje Puk, ben je weer weg? Ik kan je nergens vinden. Waar zit je toch, jongen? Ik maak me ongerust. Kaboutertje, kaboutertje". „Heeft u mij geroepen, mams? Hier ben ik, hoor". „Wat is er met jou gebeurd, jon gen? Je bent helemaal nat". „Helemaal niet, mams. Voelt u maar, het puntje van mijn neus is al weer bijna droog". „Geen gekheid maken, Puk. Vertel mij eens gauw wat er gebeurd is, ter wijl ik je uitkleed en afdroog''. „Ik heb in het water gelegen, mams En nét dat dat water was! O mams, u zult mij niet geloven, maar het was klets-klets-kletsnat". „Ik geloof je wel, Puk. Want water is altijd nat. Maar nogmaals, hoe is dit gebeurd?" „Door wandelen, mams". „Kom nu, Puk, geen rare uitvluch ten verzinnen. Niemand valt in het water als hij wandelt". „Jawel mams. Als hij steentjes voort- trapt met zijn voetjes, wél". „Dus je gaat weer de schuld aan iets anders geven? Aan een steentje nog wel". „Ja mams. Maar het was eigenlijk een voetbal, hoor". „Kom nu, Puk, geen onzin vertellenl Een steentje is geen voetbal". „O jawel mams. Als je het denkt wel. Ik dacht, omdat paps me ge zegd heeft, dat hij mlij nog geen ,voet- bal wil geven, omdat ik daar te klein voor ben: die paps heeft toch gelijk! Voor een voetbal moet ik nog maar honderd jaar wachten, tot ik twin tig ben, en dan win ik alle wedstrij den en dan word ik door de hele we reld op de schouders rondgedragen en dan zingen alle mensen door de radio: Hoera, die Kaboutertje Puk had alweer geluk. Maar een steentje voorttrappen mag toch wel, hè mams. Zo'n heel klein steentje maar, hoor. En ik dacht: steentje wil je alsjeblieft mijn voet bal zijn? En toen zei het steentje: „ja". Niet echt hoor, mams. Maar het zei geen: „neen". Nu, als je geen nee zegt, dan kan het best ja zijn. Is dat waar of niet? Of begrijpt u me niet, mams?" „Ik begrijp je best, Puk. Maar als ik een steentje voorttrap, dan val ik niet in het water". „Dat komt omdat u niet goed op let, mams. U moet alleen op het steen tje letten, ander kunt u nooit in het water vallen. Maar ik lette wél goed op mijn steentje. Trap naar links - hup - hup ging het steentje, trap naar rechts - hup - hup ging het steent|e. Ik had bijna een goal ge maakt. Toen weer een trap, hup en Weer een trap: hup - hup. O mams, het ging nog veel mooier dan met een echte voetbal. 'Ik wil helemaal geen voetbal hebben, mams, want die hupt maar naar boven en die rolt veel te veel weg en die doet pijn aan mijn teentjes en die is veel te duur en die krijg ik toch niet van pappie. Een steentje is veel leuker. Toen weer een trap en nog een trap en nog een trap. En als je nu maar goed alleen op het steentje let, dan gebeurt het vanzelf, mams. Hup, hup en daar lag ik in het water. Dom! van dat steentje, hè mams? om helemaal naar de waterkant te huppelen. Het is zijn eigen schuld. Nu is hij er inge vallen en verdronken. Had hij maar niet zo nieuwsgierig moeten zijn"J „Maar Puk, jij had toch ook kun nen verdrinken, jongen". „O neen, mams. Ik hield me stevig vast aan het riet, u weet wel: die gele stokjes die aan de waterkant groeien en waar ze stoelen van ma ken. Wist u dat niet eens, mams? En ik dacht: paps zal straks wel voorbij komen en die zal me wel even leren zwemmen. Dat heeft paps me toch be loofd, weet u wel". „Ja maar, Puk, hoe ben je zelf weer uit het water gekomen?" „Ik ben er niet uitgekomen, mams. Ik ben er uitgetild. Een vriendelijke juffrouw kwam voorbij met een rood hoedje op. O mams, haar hoedje stond helemaal scheef! Maar Ik zei maar niets, want ik dacht, dan wordt *ze misschien boos en ze had een groene blouse aan en een blauwe rok, dat kleurt helemaal niet, Tiè mams? En schoentjes die stuk waren, met alle maal leren gaatjes er in, en een lelijk handtasje dat ze had, mams, lelijk! En een bril! En die zeiNiet de bril hoor mams, maar de juffrouw zei: „Jongetje, verdrink je?" Ik zei: „Neen juffrouw, maar ik zoek mijn steentje". 'Maar je zou toch kunnen ver drinken, jongetje?' zei de juffrouw. Ik zei: 'Misschien wel, juffrouw, maar ik ben geen jongetje; ik ben Puk de Kabouter'. Ze zei: 'O, ben jij dat jongetje dat altijd voor de radio komt?' Ik zei: 'Altijd niet, juffrouw, want nu lig ik in het water'. 'Haha' zei ze o neen, je kunt niet haha zeggen, hè mams, je kunt alleen „haha" lachen. 'Je bent een grappen maker, Puk' zei ze. „Nu, toen kon ik mij niet langer vasthouden en ik ging kopje onder in het water. Toen is die juffrouw naast mij komen liggen en riep: 'Waar ben je, Puk?". „Ik riep 'bobbeldebob', want onder water kun je niet goed praten, mams. Maar gelukkig begreep de juffrouw me en toen heeft ze mij uit het (water getild en toen zei ik: 'Ik dank u wel, juffrouw, want zonder u was Puk verdronken', en toen vroeg ik haar of ze alstublieft nog eens in het wa ter wilde gaan om mijn steentje te zoeken. Maar ze wou' niet. Dat was niet aardig van haar, hè mams?" „Puk, ik vond die juffrouw wél aardig. Zonder haar had ik misschien geen Kaböutertje Puk meer gehad". „O jawel, mams. Dan had een ander mij er wel uitgehaald. Er stonden wel honderd mensen aan de kant. Ze schenen het wat grappig te vinden; Mams, moesten al die mensen dan niet werken om centjes te verdienen?" „Puk, hoe heet die juffrouw. Ik wil haar bedanken". „Dat hoeft niet, mams. Dat heb ik al gedaan. Geeft u haar liever zo'n rood hoedje, want dat is weg". „Dat zal ik zeker doen. Hoe heet ze en waar woont ze?" „Dat heb ik haar niet gevraagd. Ze is weggelopen". „Domme jongen!" „Zal ik dan maar weer een steentje voorttrappen, mams. Misschien val ik dan wel weer in het water en mis schien haalt ze mij er dan wel weer uit. Ik zal wel op haar blijven wach ten, voordat ik verdrink, en dan vraag ik: 'Juffrouw hoe heet u, want mijn mams wil u zo'n lelijk rood hoedje cadeau geven, omdat u mij uit het wa ter hebt gevist". „Puk, ik zal paps toch maar vra gen of hij je nu al een voetbal wil geven, maar dan moet je mij beloven, dat je er nooit mee op straat zult trappen, want de ruiten kunnen bre ken en je kunt de mensen raken". „O ja, mams, en dan vallen ze hè, net als mijn kegels. Als negen tegelijk vallen dan krijg ik een prijs". „Je zou weer in het water kunnen vallen en er zijn niet altijd juffrouwen bij de hand die zo lief zijn om je er uit te halen. Dus een voetbal is beter". „Ja mams, maar in de kamer voet ballen is ook gevaarlijk, hoer. Ik zou alle glaasjes en alle vaasjes en alle borden kunnen breken. Maar dat hebt u natuurlijk veel liever, dan dat uw Puk verdrinkt, hè mams? Ja, ja, mijn mams is een slimmerd en die houdt zoveel van haar Puk dat ze denkt: ga je gang Puk, in de kamer kan er niets gebeuren. Mams zal wel nieuwe bord jes kopen". „Kabouter, je mag ook niet in de kamer voetballen, versta je dat!" „Maar mams, ik heb hem nog niet eens, hoe kan ik dat dus doen?" „Dat is waar. Maar als je hem hebt, Puk, dan mag je alleen in de gang voetballen". „O mams, dat is leuk! Dan valt Klazina omver als ze de borden binnen brengt. Wat zal paps boos worden als hij hoort rinkeldekinkeldekinkel Maar ik heb dan een goal!" „Puk, je mag alleen voetballen op het veld!" „Hoera! Puk krijgt zijn zin! Puk mag voetballen met de andere grote jongens op het veld. Ik win hoor mams. Ik win. Dan ga ik voetballen iu Parijs De eerste kool die ik maak, mams, is voor u. Is dat niet lief van Puk?", Opa.» Een keur-collectie in moderne elegante Vakkundige afwerking Billijke prijzen Beste wereldmerken A. L. Kampman In 't hartje van de L. Vorst Goes Anthraciet in alle soorten, prijzen en af metingen Eierkolen met laag asgehalte Esskolen, bruinkool briketten, industrieko len, cokes Bestellingen gaarne in wachtend Kamperland, Veerweg B 52 voor hele dagen Mevr. HOEK, huize „de Ka- rekiet", Kortgene, Tel. 01108-308 Kortgene Telefoon 01108-308 Bij geen gehoor dient de bood schappendienst te worden opge beld Tel. 008. Mantels en costuums Wij bezoeken a.s. week het ei land. Alle goederen voor de feestdagen thuis. Spoedgoederen in 3 dagen klaar. Leliestraat 19, Tel. 3286 Middelburg. Onze sortering meubelen en woningtextiel is uitgebreid en verzorgd betere kwaliteit en toch voordelig Kom eens bij ons kijken en u slaagt zeker Telefoon 01100-2491 Deelnemer Goese Herfstactie Dat gaat kosten meebrengen. Pak nü de vele geldzegels, die de VéGé-kruidenier U met handen vol geeft. Geldzegels betekenen extra huishoud-geld. Dat mag U niet laten schieten! (alléén voor Hoeder!) Geef ze op Sinterklaas avond een kop heerlijke chocola met een lekker biscuitje! Maar let op de kleintjes: bij VéGé krijgt U geld zegels. Kijkt U maar, hoeveel dat scheelt: een pak VéGé-cacao 50 cent met 10 geldzegels 100 gr. Kleppertjes (een biscuitje, dat lekker uit deelt) 22 cent met 4 geldzegels Dat betekent 10% kor ting! Laat dat toch niet schieten Hofkruidenier van St. Nicolaas Er zijn 1400 VéGé-kruideniers in Nederland

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1953 | | pagina 5