NOORD-BEVELANDS NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD Onbevredigende voorstellen Zo'n fijn krentenbrood Buijze's Bakkerij BOEKHOUBBIIREAE HOR I00RB-BEVEIMD No. 2622 Zaterdag 28 Maart 1953 56e Jaargang voor de Paasdagen is een delicatesse en verhoogt de gezelligheid aan tafel. Kamperland Telefoon 304 H.M. de Koningin N. HOUTERMAN HAVELAARSTR. 9, COLIJNSPLAAT DRUK EN UITQAVE A. G. M. MARKUSSE TE WISSEKERKE TELEFOON No. 308 - GIRO No. 32622 Abonnementsprijs f 2.00 per jaar Franco per post f 3.50. Advertenties 6 cent per mm Onze sortering luxe brood, koekjes en gebak geeft U ruime keus. Mogen wij op Uw bestellingen re kenen? Wij verzekeren U, dat U hoogst tevreden zult zijn. U gezellige feestdagen toewensend, houden wij ons beleefd aanbevolen, bezocht het Kortgeense rampgebied J.l. Maandag, even 12 uur, meerde een politieboot aan het Kortgeense steiger. Verwelkomd door burgemeester A. A. Schuit en wethouder P. J. Bom betrad H.M. Koningin Juliana voor de tweede maal in een paar jaar de Noordbevelandse grond. Nu geen ge juich en versierde straten, maar een steigerdam, waarop de rook van de smeulende rommel een groot gevaar voor het verkeer opleverde en in de straten een publiek in werkkleding. De Koningin kwam het getroffen Kortgene bezoeken Vergezeld van een klein ge volg begaf H.M. zich direct naar de openbare school, waar zij getuige was van de vlotte uitreiking van de z.g. kampeeruitrusting, waarna zij zich te voet naar ,,De Stadswijnkelder" begaf om aldaar enige nabestaanden van ver dronken gezinnen uit Kortgene en Kats te ontmoeten. Onderweg onderhield H.M. zich enige ogenblikken met de kranige chauffeurs en werkmensen uit de adopterende ge meente Arnhem. In „De Stadswijnkelder" was H.M. geruime tijd aanwezig bij de uitreiking van diverse goederen aan de gedupeer den en onderhield zij zich geruime tijd met de zwaar getroffen familie leden. Een paar a.s. moeders verblijdde zij met een persoonlijk geschenk, n.l. een baby-uitzet. Verschillende dames en heren van het comité werden hierna aan haar voorgesteld. In een straf tempo begaf het hoge gezelschap, H.M. de Koningin en de Commissaris der provincie Zeeland, jhr mr A. F. C. de Casembroot, met de burgemeester, in de auto van wet houder Bom, zich naar Colijnsplaat. De route werd genomen over de Torendijk, langs de grote pomp aan de Provinciale weg, door de Frederikspolder naar de zeedijk van Colijnsplaat. Onderweg werd nog even gestopt en onderhield H.M. zich enige ogenblikken met de heer C. J. J. van Arenthals en gezin, waar zij, bij haar vorig bezoek, de thee ge bruikte. Voor H.M. het eiland per po litieboot verliet, onderhield zij zich nog even met de aan haar voorgestelde raadsleden, het bestuur van de Oud en Nieuw- Noordbevelandpolder en enige technische ambtenaren. Honderden mensen waren aan de dijk getuige van het vertrek van de Ko ningin naar het getroffen Schouwen, Dit korte koninklijke bezoek trof een ieder door zijn eenvoud en warme belangstelling. door dr P. H. Ritter De regering heeft bij de beide Ka mers der Staten-Generaal een nota ingediend, waarin zij mededeling doet van haar voornemens ten aanzien van huurverhoging en fiscale herziening. Het is nog maar een staatsstuk op losse schroeven. Want men beschikt nog niet over een volkomen inzicht in de finan ciële toestand. De watersnoodramp zal aanzienlijke bedragen vergen en de re gering vreest, dat de budgetaire situ atie op den duur zou kunnen nopen tot versterking der middelen. Dit zou dan kunnen neerkomen op inperking der sociale voorzieningen en verhoging der belastingen. Ondanks deze bedreigingen zendt de regering haar voorstellen in zee, zij het dat de belastingverlaging be perkter moet worden gehouden dan eerst in de bedoeling lag. Voor het be lang der volkshuisvesting zo betoogt zij, is een huurverhoging Yoor het vooroorlogse bezit aan huizen onver mijdelijk. Bepaalde belastingverlichtin gen zijn noodzakelijk, ten einde vol doende werkgelegenheid te bieden aan onze snel toenemende beroepsbevolking. De voorgenomen huurverhoging, die uiterlijk 1 Januari 1954 zal ingaan, zal de huren voor woningen in gemeenten van de eerste klasse brengen op 135 pet van het huurpeil van 1940; in de gemeenten van de tweede klasse zal LID NED. COLL. VAN BELASTINGCONSULENTEN BOEKHOUDINGEN BELASTINGZAKEN ADMINISTRATIES ASSURANTIES ADVIEZEN het 138 pet bedragen; in de derde klas se 141 pet; in de vierde klasse 145 pet. Op het ogenblik bedraagt het huurpeil in het gehele land 115 pet van 1940. Wij stellen de vraag: zijn de onderhoudskosten van woningen in de grote gemeenten geringer dan in de kleinere? Wij betwijfelen dat. Maar dan is het onredelijk de huurverhoging in de kleinere gemeenten groter te ma ken dan in de grote, gelijk de tabel aangeeft. De Sociaal Economische Raad eiste over de hele lijn een verhoging tot 150. Nadat wij ons licht hadden opgesto ken bij deskundigen ten aanzien van onderhoudskosten van woningen, kwa men wij tot de conclusie: de voorge stelde huurverhogingen zijn onvoldoen de. Wanneer de voorgestelde regeling er door komt, zal zij half werk blijken. Thans, nu Leiden in nood is, gaat men de huurverhogingen doorzetten met een aarzelend gebaar, met een angstige blik op de schatkist. Want de compensatie in belastingverlaging, waarop de huur ders recht hebben, zal de staat veel geld kosten. Waarom heeft men de nadere rege ling der huren onverricht gelaten, ter wijl voortdurend de lonen in de hoogte gingen? Terwijl de grote loonsverhogin gen plaats vonden, heeft men de huren gelijk gehouden. Een geleidelijke huur verhoging had met de loonsverhoging gepaard moeten gaan. Men heeft de mensen ontwend, tijdens de loonstijgin gen met de noodzakelijkwordende huur verhoging rekening te houden. Het ho gere loon zal in vele gevallen verloren gegaan zijn aan andere dingen dan deze uitgaven voor het eerste levensonder houd. Men heeft te lang vastgehouden aan een te laag huurpeil. Door te laat in te i grijpen, heeft men de staat geplaatst voor een derving van belastinginkomsten, terwijl het ver hoogde loon de huurstijging had kunnen opvangen. Thans zo doet de rege ring uitkomen in haar nota zal de via belastingmaatregelen tot stand ge komen compensatie dienen te worden aangevuld met een loonsverhoging. Men blijft zich bewegen in de vicieuze cir kel. De nieuwe loonsverhoging zal voor de werkgevers niet door verder gaande belastingverlaging kunnen worden ge compenseerd. Een scheutje fiscaal gewin is er aan de ondernemers gegeven. Een verlaging van het tarief van de vennootschapsbe lasting, afschaffing van de extra in komstenbelasting van 5 tot 7,5 pet op bedrijfswinsten. En dan tenslotte een aftrek ten laste van de winst, bij de vennootschap- en inkomstenbelasting ter zake van investeringen in 1954 en volgende jaren en een afschaffing van de inkomstenbelasting bij vervreem ding van onroerend goed, effecten en andere zaken binnen een bepaalde ter mijn (de z.g. speculatiebelasting). Nieu we ondernemingen krijgen de bevoegd heid om een verliessaldo over de eerste zes jaren onbeperkt met latere win sten te compenseren, een maatregel, die ingaat op 1 Januari 1953. Er zit iets in, hoewel nadere gede tailleerde bestudering onze geestdrift tempert en de vraag blijft bestaan, in hoeverre deze fiscale tegemoetkomingen zich op den duur handhaven kunnen. Er hangt een sfeer van onzekerheid om deze regeringsnota. Zij belooft de spoedige indiening van een wetsont werp dat belastingverlichting zal be vatten, die bij herkapitalisatie zullen worden uitgestrekt tot vergrotingen van het aandelenkapitaal, welke vóór 1954 plaats hebben. Maar tot welk be drag zal deze uitstrekking reiken? Het is toe te juichen, dat de regering de huurverhoging niet doet leiden tot een stijging van de personele belasting. Wij achten dit een billijke maatregel. Maar over de afschaffing der school gelden, die als een verlichting is bin- nengeschoven in het regeringsobject, hebben wij onze eigen gedachten. Te gen vrijstelling van schoolgelden zijn er naar ons inzien morele bedenkingen. Het schoolgeld kan zo gering zijn als men wil, maar het betekent verant woordelijkheid, offerbereidheid van de COOMANS voot leliet jeeuwi tatwehooJi ouders tegenóver het gezin. Als va dertje staat deze last op zijn schouders neemt, dan zal dat een verdere ver zwakking van de gezinskracht tenge volge hebben. En, ten slotte, betekent de verdub beling van de kinderaftrek een voort gaan op de weg, die naar overbevolking leidt. Wij erkennen en eerbiedigen de bezwaren die er tegen opzettelijke ge zinsbeperking bestaan, maar wij menen dat het niet op de weg van de staat ligt, in een tijd, waarin de overbe volking een nationaal probleem is ge worden, een breidelloze stijging van het zielenaantal aan te moedigen. Te minder omdat de kinderbijslagen en be lastingfaciliteiten op dit gebied, niet altijd aangewend worden tot het doel, waarom zij zijn ingesteld. Alles tezamen genomen achten wij de regeringsvoorstellen onbevredigend. Zij vormen geen systematische herzie ning van het belastingwezen, zij komen te laat en zij nemen de vrees niet weg voor nieuwe fiscale bezwaring, wan neer de regering de definitieve cijfers bekeken heeft.

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1953 | | pagina 1