ÜOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
liet kerstmaal van de freule
No. 2507
Zaterdag 23 December 1950
54e Jaargang
DRUK EN UITGAVE A. G. M. RSARKUSSE TE WISSEKERKE
TELEFOON No. 308 - GIRO No. 32622.
Abonnementsprijs f 1.50 per jaar. - Franco per post f 3.00. - Advertenties 5 cent per mm - 2250 betalende abonné's
Kerstvertelling door dr P. H. Ritter
De kleine stad Loftinge lag op een eiland tussen de brede stromen. Zij was een
wereld op zichzelf. Zij had geen mededinging te duchten van grote, verleidelijke
plaatsen in de nabijheid, want wie verder weg wilde, moest altijd overvaren. Zij was
het trotse middelpunt van een reeks van dorpen die om haar heen lagen Men
trok naar haar ter markt en op de Donderdagen als de koeien tussen de paaltjes
stonden, was er een ongewone levendigheid in haar drie café's. De veeverkopers zaten
dan met hun stokken naast zich en dronken ouwe klare en de hooggehuifde boerinnen
dronken brandewijn met suiker.
Maar als dat hoogtepunt van de week voorbij was, dan zonk Loftinge in zijn
slaap terug. Het stond dan eenzaam te pronken met zijn stoere stadhuis, dat groots
van opzet was, met een hoge toren, waarop een Neptunus-beeld zijn drietand zwaaide,
met zijn statige gevels, die aan een beroemd verleden herinnerden, maar dat voorname
Loftinge werd dan opeens zo'n hele beperkte ruimte, een gebied, waar ieder de ander
kende en waar men een straatje omliep als men gevaar liep, elkaar voor de zoveelste
maal te ontmoeten.
Ieder lezer begrijpt, dat men z'n uiter
ste best deed, de lieve vrede te bewaren
in zo'n kleine gemeenschap. Men is op
elkaar aangewezen, men heeft samen te
werken in een oneindig aantal betrekkin
gen. Men is dezelfde winkelier van dezelfde
klanten, en dezelfde klanten van dezelfde
winkelier, men is collega en collega, en
men zit tesamen in een net van commis
sies en verenigingen, die dienen tot nut
en vermaak.
Maar er was geen vrede in Loftinge.
Er was één grote ruzie tussen twee no
tabele families, die van de enige medicus
en die van de enige postdirecteur. Hoe
de vete eenmaal aangekomen was wist
niemand meer, waarschijnlijk ook niet de
families in kwestie. Maar als de postdi
recteur de sociëteit binnenkwam, werd zij
verlaten door de dokter, als mevrouw van
de postdirecteur de vergadering van huis
vrouwen bijwoonde, ging zij met een op
zettelijk gebaar aan het andere eind van
de tafel zitten dan waar mevrouw van de
dokter resideerde en als de burgemeester
receptie hield, dan moest hij heimelijk door
tussenpersonen laten weten aan de ene
partij, wanneer de vijand zou verschijnen.
Die goede, oude burgemeester met z'n
dikke buikie en als appelen glanzende
wangetjes, hij had zo zijn best gedaan!
Hij had rondborstig bemiddeld, hij had al
zijn tact en goedmoedigheid aangewend,
maar hij had nooit een verzoening bereikt.
De stadsvete was een doorn in zijn vlees.
Denkt u eens aan welk een fatale ge
schiedenis zulk een vete is voor een kleine
stad als Loftinge. De postdirecteur en de
enige arts, twee mensen, die men altijd
nodig heeft, twee onontbeerlijke burgers,
die in het welzijn der stedelijke gemeen
schap voortdurend betrokken zijn en die
ZOJUIST ONTVANGEN
Prima sokkenwol
('t Scheepje)
Kleuren
Grijs, bruin, beige.
f 2.66 per knot.
W. DINGEMANSE
Textielh., Colijnsplaat, tel. 255.
men beide behoort te vragen in elke com-
Maar „een vrouw is duizend mannen
te erg" en wat de burgemeester niet kon
verwezenlijken, dat heeft de freule bereikt.
Hier begint ons eigenlijke verhaal, zodra
de freule actief wordt.
De freule bewoonde een kapitaal huis
aan de Binnenhaven, een huis met een
breed bordes met hoge slanke vensters,
die violet van kleur waren. Boven de rijk
gebeeldhouwde voordeur pronkte haar
wapenschild en boven het wapenschild
hing een staatsie-lantaarn van zeldzame
waarde. Het gebouw, waarin zij met haar
gezelschapsdame haar leven sleet, straalde
voornaamheid en rijkdom uit. Een ieder
wist, dat geen weldadigheidsbazar kon
slagen, dat geen initiatief kon gelukken
zonder haar machtige steun.
Zij was fabelachtig rijk en fabelachtig
goed. Want het feit dat zij de huwbare
leeftijd te boven was veranderde niets aan
haar moederlijke gevoelens, die zij over
het stadje uitspreidde. Zij hielp niet alleen
langs organisatorische weg, men vond haar
ook op stille achtermiddagen heimelijk aan
het uitdelen in het Achterstraatje, waar de
armsten woonden.
Tegenover die grote mildheid van haar
hart, stonden enige eigenschappen, die
minder plezierig waren. De freule gedoogde
niet, dat haar macht werd weerstreefd,
dat haar wil werd gedwarsboomd. Het
stond bij haar vast, dat zij eenmaal zou
bereiken wat de burgemeester was mislukt
dat de dag zou komen, waarop zij de
stad zou verlossen van haar eeuwige vete.
De hand van de postdirecteur in de
hand van de dokter, dat was het ideaal
waarover zij altijd mijmerde en dat haar
in haar dromen bezocht. Maar zij was
omzichtiger dan de al te gulle burgemees
ter, zij wachtte de gelegenheid af.
De freule kende de stad als zichzelf.
Zij wist het bestaan der verborgenste
hoeken, want ze deed iedere dag haar
wandeling met haar zeven honden. Ieder
een weet, dat een wandeling met één hond
al een langdurige aangelegenheid is. Want
een hond toeft even bij ieder muurtje en
ieder paaltje. Hoe tijdbenemend moet dan
een wandeling met zeven honden zijn!
Maar de freule overwoog, dat zij door
de lange pauzes, die haar honden van
haar eisten, dingen zag, die anderen ont
gaan, dat zij de geheimen van de stad
harer inwoning leerde kennen, en daar
was het haar om te doen. Want, onder
ons gezegdde freule was zeer nieuws
gierig.
Op een mooie, blauwe zomermiddag
wandelt zij langs de haven. Zij is juist
van plan naar haar woning terug te ke
ren, als haar honden een schaap ontdek
ten dat aan de zijhaven te grazen staat
en er door een onbegrijpelijke woede ge
dreven, plotseling op aan stormen. De
freule ziet het naderend onheil, zij zet er
de benen in, om de ramp te voorkomen
en op 'een holletje rent zij de havendijk
op, haar rode parasol slaat om door de
wind en ze zet met een boos gezicht haar
mond aan het fluitje, om de honden met
die sirene terug te lokken.
Maar opeens staat zij stil, als versteend.
Ze vergeet haar viervoeters, want ze wordt
geboeid door een schouwspel, dat haar
ontroert. Langs de dijk van de zijhaven,
die naar het grote water leidt, komen
twee teder gearmde mensen aan, een jon
gen en een meisje. Het freule-hart zwelt,
want hoort het ook niet tot de moeder
lijke eigenschappen, dat de- moeder zich
in de liefde van jongeren verheugt?
De twee jonge mensen en de freule
naderen elkaar over de dijk met wiskun
dige zekerheid, zij komen al dichter en
dichter naar elkaar toe en het zal onver
mijdelijk zijn dat zij elkaar straks ont
moeten. Deze ontmoeting onder een blauwe
hemel en langs een dijk, waartegen het
blauwe water zich vlijt, zij werd het be
gin van de grote heldendaad in het leven
der freule.
De vete tussen de dokter en de post
directeur was voor beide families een zaak,
die grondig behartigd werd. Zij zetten de
kwestie door tot in de uiterste conse
quenties. De kinderen kregen een streng
verbod om niet met de telgen der vijan
delijke familie om te gaan. Dit had tot
gevolg, dat die kinderen elkander trouw
ontmoetten. Zij speelden 's avonds om
een oude toren, waar niemand kwam dan
de meeuwen, die om de schalmgaten
zwierden. Als kleine jongens en meisjes
hielden ze zich bezig met tollen en knik
keren en vliegers oplaten en touwtje
springen.
Maar de tijd gaat door, over alle vetes
heen. De jaren, waarin de vete bleef kna
KERSTRECLAME
200 gram fijne koekjes
(speciale kerstsortering)
en 100 gram kerstchocolaadjes
(licht in gewicht)
samen voor slechts 89 ct.
W. DINGEMANSE
Levensmidd.bedrijf, Colijnsplaat.
gen, brachten het brons in de stemmen
der jongens en deed de meisjes ontluiken
tot liefelijke wezens. En dan komt er een
Mei met welriekende geuren en een ster
ontvonkt in een avondhemel en Hans en
Maria zeggen elkaar dat toch Romeo en
Julia ook behoorden tot vijandelijke fa
milies en dan later wandelen zij innig
gearmd langs de zijhaven en ontmoeten
de freule.
Terechtertijd, want zij zijn in nood. Zij
beleven het ergste wat er voor jonge ver
liefde mensen te beleven is. Zij zijn van
elkaar gaan houden, maar ze mogen het
niet openlijk belijden, want de pa's en de
ma's onderhouden een vete.
Nu is de freule in haar element. Zij
heeft haar wapen in handen. Hoe zij de
vertrouwde wordt van het verliefde span I
Hoe zij alles in het werk stelt, om deze
verboden verhouding te begunstigen Het
wordt een weelde voor haar, de heime
lijke rendez-vous te organiseren in
haar huis. En ondertussen bezoekt zij ijve
rig de familie van de postdirecteur en de
familie van de dokter. Zij zijn beide ver
eerd, zij zijn beide gevleid.
Als de freule binnenkomt, dan wordt
het opeens gezellig. Ze gaat breed-uit
zitten aan de haard en ze begint te ver
tellen, haar mond staat niet stil. Zij heeft
gereisd in alle werelddelen, ze heeft avon
turen beleefd, ze heeft stoute natuurtafre-
len gezien, wie haar hoort praten, dwaalt
over de kimmen van Loftinge. En door
heel haar prettig wezen wint zij vertrou
wen.
Beide families spreken met haar over
de toekomst hunner kinderen. Hans van
de dokter wil de kant van zijn vader uit
en Maria van de postdirecteur voelt voor
de studie van kunstgeschiedenis. Welke
academie zal het worden De freule, met
haar ondervinding moet raad geven. De
freule doet zeer aandachtig. Dan consta
teert zij plechtig dat Amsterdam de beste
medische faculteit heeft van de wereld en
ze zegt even plechtig in de postdirec
teursfamilie, dat men nergens de kunstge
schiedenis beter kan bestuderen dan in de
hoofdstad.
Zorgvuldig bewaart zij het geheim van
beide families, gelijk ze met uiterste om
zichtigheid het geheim der samenkomsten
bewaakt van hun kinderen. Maria sluipt
's avonds door een kier van de voordeur
het grote huis op de Binnenhaven in en
Hans komt van achteren naar binnen,
door het poortje van de tuin. En als ze
elkaar dan hun liefde gezegd hebben, dan
gaan ze elk weer door hun eigen deurtje
terug.
Daarna, als de eenzaamheid van hare
woning weer om haar heen is, zet de
freule zich neer in haar hoge leunstoel,
tegen de kussens, die met haar blazoen
zijn geborduurd, en ze roept haar honden
tot zich. Ze zijn als een kluwen om haar
gewonden, ze kijken haar aan met hun