NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
De
troonrede
Schrijvers Stoffenhandel Goes
Ho. 2494
Zaterdag 23 September 1950
54e Jaargang
Wollen-,
Japon-, Mantel- en
Rokstoffen
DRUK EN UITGAVE A. G. M. MARKUSSE TE WISSEKERKE
TELEFOON No. 308 - GIRO No. 32622.
Abonnementsprijs f 1.50 per jaar. - Franco per post f 3.00. - Advertenties 5 cent per mm - 2250 betalende abonné's
door dr P. H. Ritter Jr.
De twee duidelijkst sprekende
motieven in de troonrede zijnge
loof in onze volkskracht en de ont
vouwing van de moeilijkheden,
waarin wij zijn verwikkeld. Wij
mogen ons niet ontveinzen, dat de
psychologische opzet van dit staats
stuk er toe medewerkt ons de bittere
werkelijkheid, die er ons in wordt
toegediend, te verzoeten. De groe
peringder koninklijke oratie is troost
rijk.
Men heeft de opwekkende aan
vang nog in de herinnering, wan
neer men toe is aan de beschrijving
van de zorgelijke en angstwekkende
toestand, waarin wij ons bevinden.
En aan het eind van de troonrede
wordt het begin weer opgenomen.
Deze bemoediging heeft een uitne
mende zijde. Uit de mond der ko
ningin te horen, dat het economisch,
maatschappelijk en geestelijk leven
van Nederland bij het eerste lustrum
na de bevrijding een beeld te zien
geeft, dat getuigt van de veerkracht,
waarmede ons volk door alle te
leurstellingen en tegenslagen heen
vele gevolgen van oorlog en bezet
ting te boven wist te komen, dat
geeft zelfvertrouwen en offervaar
digheid. En Hare Majesteit zal niet
tevergeefs een beroep hebben ge
daan op de aanwending van al onze
krachten om tegen de verzwaarde
taak te zijn opgewassen, die ons
door de nieuwe verhoudingen op
de schouders is gelegd.
Welke zijn die nieuwe omstan
digheden? De troonrede spreekt
daaromtrent een duidelijke taal. De
toeneming der internationale span
ningen. De regering laat geen twijfel
bestaan over onze buitenlandse po
litiek. Wij zijn aan het westelijk
blok gebonden en wij willen onze
plicht als lid der Verenigde Naties
getrouwelijk vervullen. Wij willen
de samenwerking der volken van
West-Europa en van de atlantische
gemeenschap, politiek, economisch,
financieel en militair, wij willen ac
tief meedoen aan versterking en
versnelling der gezamenlijke defen
sie-maatregelen.
Dit is het standpunt der regering
en het komt overeen met de ne-
derlandse volksovertuiging, die een
vrij Nederland wenst in een vrij
Europa. De troonrede steunt deze
gedachte ener in vrijheid zich ont
wikkelende europese samenhorig
heid, door te wijzen op wat reeds
bereikt gaat worden: het veldwin-
kunnen wij nu nog aan de oude prijzen leveren
Zeer grote sortering
Het speciale stoffenhuis
voor dameskledingstoffen
Opril Markt
bij de kade
nen van het begrip der noodzake
lijkheid van dit samenstreven, gelijk
in de Raad van Europa tot uiting
kwam, de vorming van de Europese
Betalingsunie en het plan voor de
integratie van de productie der twee
belangrijkste industriële grondstoffen
staal en kolen. De politiek der wes
telijke samenwerking wordt door
onze regering integraal gevoerd. De
opmerkelijke zinsnede in de troon
rede, die de wenselijkheid aanduidt,
dat ook Duitsland ten volle wordt
betrokken bij de nauwere aanslui
ting van Europa betekent een po
sitie kiezen van Nederland in een
problematieke kwestie. Het econo
misch belang van Nederland hierbij
is onbetwistbaar en het geeft rede
tot vreugde, in de troonrede te lezen
dat het economisch verkeer tussen
Nederland en Duitsland reeds in
sterke mate is verruimd.
De positieve richting van onze
regering terzake van het buitenlands
beleid, een richting die ieder nood
zakelijk acht, bepaalt echter tevens
de hachelijke positie, waarin wij
verkeren en waarvan de troonrede
een duidelijk getuigenis geeft. Een
verdere verlaging van de belasting
druk zal niet in het vooruitzicht
kunnen worden gesteld.
Wie weet, dat de militaire uit
gaven een der belangrijkste posten
vormen van de begroting, voelt zich
de angst om het hart slaan, wanneer
hij de versnelling der bewapening
in verband brengt met de handha
ving van de worgende greep van
de fiscus op onze welvaart en ons
geluk. Hierbij komt nog, dat de
troonrede twijfel uitspreekt aan de
vastheid der munt, na het ophouden
der Marshall-hulp en dat zij onom
wonden zegt een sterke stijging van
de grondstoffen op de wereldmarkt
te duchten.
De regering zit in de perikelen.
Bij devaluatie (die dreigt!) verval
len de voorwaarden voor het herstel
van het nog steeds ontbrekende e-
venwicht in de betalingsbalans. En
DEZE WEEK
1 ons Toffee's
1 ons Drop en
1 ons Babbelaars
voor slechts 62 cent.
Heerlijk wit speculaas 50 c. p. V2 P-
W. DINGEMANSE
Levensm.bedrijf, K'plaat, tel. 255.
het stijgend prijspeil brengt nood
lottige gevolgen mee voor het levens
niveau van een groot deel van ons
volk. Omtrent de loon- en prijspo
litiek, een der dringende kwesties
van het heden, onthoudt de rege
ring ons enig voornemen. Zij zal
het advies inwinnen van de Sociaal-
economische Raad.
Hoe verder men in de lectuur van
de troonrede vordert, hoe onbeha-
gelijker het beeld wordt, dat voor
ons oprijst. Er is aan de uitspraak
niet te ontkomen, dat de toestand
zorgwekkend is. De verblijdende
mededeling omtrent de stand der
werkloosheid en de gebleken mo
gelijkheid een groot aantal gede-
mobiliseerden in het arbeidsproces
op te nemen, geeft even verademing,
maar geen verlichting. Naast de gun
stige situatie der werkzoekenden,
vinden wij de dringende noodzaak
der emigratie in de troonrede ver
meld.
De regering heeft het centrale
probleem dat aan de orde is, aan
het eind van de troonrede feilloos
gesteld. Het is de vraag, of er even
wicht is te brengen tussen de eisen,
gesteld voor de medewerking aan
de collectieve veiligheid (de defensie
dus) en het economische, sociale en
cultuur-welzijn van ons volk.
Met andere woordenwij worden
genoodzaakt door omstandigheden
buiten onze wil, ons militair te ver
sterken, maar wij kunnen niet zeg
gen, of dit niet gaan moet ten koste
van de vervulling van essentiële
belangen en de leniging van essen
tiële noden van ons volk. Indien
men de vraag wil doortrekken, dan
gaat zij luidenzullen wij niet be
zwijken aan de militaire lasten, die
wij hebben te dragen? In zekere
zin doet de regering wat zij kan.
Op het gebied der woningbouw
wordt hard gewerkt. Men is bezig
met de voortzetting van landaan
winning en inpoldering. De emigra
tie staat midden in de regeringsbe
langstelling. Maar is met dit alles
de oplossing bereikt van het pro
bleem, dat ons foltert? In haar al
gemeen economisch beleid zoekt zij
het naar vele kanten. Zij zweert bij
de industrialisatie. Zij streeft naar
toenemende bedrijfsorganisatie, zij
verklaart dat zij niet zal aarzelen
voor dieper en meer omvattend 0-
verheidsingrijpen, zij verloochent al-
lerminsthaarsocialistischesignatuur.