■El Hl SE SAG
MOET DE DOODSTRAF
WORDEN AFGESCHAFT?
VOORLOPIG IS DIT VONNIS ONMISBAAR
MAAR ERGENS IS EEN GRENS!
Met grotere en kleinere tussenpozen tikt de telex een schier onoog
lijk berichtje, dat melding maakt van het voltrekken van een doodvon
nis. Het is gemengd nieuws geworden, dat niet eens in alle bladen op
genomen wordt. Het einde van de oorlog en het ten uitvoer leggen van
de bijzondere rechtspleging deed deze sombere berichtgeving in ons le
ven verschijnen en vier jaar van herstel konden het doffe geroffel van
de trommel des doods niet doen verstommen. De namen van hen, die
ter dood werden veroordeeld gaan een lange rij vormen, een illustratie
van zwarte bladzijden in de geschiedenis van Nederland.
Het aantal van hen, die nog in
de gevangenissen van ons land
wachten op het einde van het leven,
dat zij hebben verbeurd, wordt klei
ner en kleiner en eens zullen die
dodencellen leeg zijn. „Gelukkig",
zullen we zeggen, omdat een nete
lig en vraagstellend probleem daar
mee zijn einde vindt. Tóch staan
wij dan voor de vraag of wij die
doodstraf geheel moeten afschaffen
of moeten doen voortbestaan uit
noodzaak.
Het verleden heeft die nood
zaak voor ons land bewezen. De
bestialiteiten door land- en niet-
landgenoten gedurende de oor
logsjaren bedreven, dwongen onze
overheid na de bevrijding tot de
toepassing der doodstraf. Er bleek
een aantal mensen in dit onder
maanse te zijn opgegroeid, wier
leven een voortdurende bedreiging
vormde voorde gemeenschap. Ge
lukkig was dit aantal gering, maar
de aanwezigheid van een enke
ling in deze categorie kan zelfs
niet worden gedoogd.
Moet nu de doodstraf in de ge
wone rechtspleging toepasselijk wor
den verklaard? Dit is een actuele
vraag en in het van christendom en
beschaving doordrenkte Nederland
zeggen wij meestal zonder meer:
neen. Ook uit de wereld der rechts
geleerden is men deze mening toe
gedaan, getuige de bekende brochure
van prof. Van Bemmelen uit Leiden
„Waarom geen doodstraf".
Naar onze mening is hier sprake
van een strijd tussen het ethisch-
religieuze standpunt en dat der doel
matigheid. Willen wij Christen zijn,
dan is de toepassing van de dood
straf een moeilijk probleem. Wij
moeten onze naaste liefhebben als
onszelve. In dit licht kunnen wij
niemand ter dood brengen. Doch
wij leven in een wereld waarin dit
licht maar zelden ons omschijnt.
Willen wij. leven in zo'n licht, dan
is er een categorie mensen, die dit
licht niet wil zien en er allerminst
naar handelt. De klacht, die opklinkt
en die zegt dat wij hen niet mogen
doden, terwijl wij ons anderzijds
maar moeten laten vermoorden, is
stellig gerechtvaardigd. De doelma
tigheid vraagt om aandacht mede
in verband met het beleefde in de
tijd der bezetting en het gebeuren
achter het ijzeren gordijn.
Wordt het gezag ondermijnd?
De geestesgesteldheid der mensen
t.a.v. het leven van mensen is wel
veranderd. De gewelddadige dood
van medeschepselen verwekte voor
heen een geweldige beroering. Nu,
na de massa-slachting in de eerste
helft van dit decennium, wordt er
veel minder aandacht aan het ster
ven geschonken. Onze instelling te
genover leven en dood is in on
gunstige zin gewijzigd.
Daarmee hangt samen de moei
lijkheid der gezagshandhaving, die
strengere preventieve maatregelen
eist dan voorheen. De opvatting van
prof. Van Bemmelen in zijn brochu
re, dat het gezag van de staat door
toepassing van de doodstraf wordt
ondermijnd, lijkt ons dan ook aan
vechtbaar. Het veroorzaken van leed,
dat niet te peilen is, moet niet ver
gelijkbaar worden genoemd bij de
veel grotere smart die een veroor
deelde voordien berokkende. Een
vraagstuk is en blijft de ellende o-
ver de onschuldige nabestaanden
uitgestort, doch grenst aan de pijn,
door een levenslange gevangenisstraf
veroorzaakt.
Ongetwijfeld is een doodvonni.s
onherstelbaar en dit brengt bij
vergissingen de rechtszekerheid
in 't geding, hetgeen moet wor
den vermeden. Toch is deze moei
lijkheid niet van belang, omdat
een doodstraf in ons land niet zal
worden toegepast dan alleen daar,
waar de schuld van een verdachte
onmiskenbaar vaststaat.
In een wereld als deze, waawiog
steeds de dood als een alledaagse
gebeurtenis wordt opgevat bij grote
groepen van de mensheid, waar ele
menten leven, die de meest elemen
taire beginselen der beschaving nog
steeds niet willen verstaan, is een
voorhanden zijn der doodstraf naar
onze mening nog onmisbaar.
Twee voorwaarden.
Tweeërlei voorwaarden voor haar
toepassing zouden wij willen stel
len. Daartoe behoort allereerst het
begaan van een moord met voor
bedachte rade door iemand, die vol
komen toerekenbaar moet kunnen
worden geacht. Vervolgens zal het
bewijs onomstotelijk moeten zijn ge
leverd.
Dit menen wij als hoofdvoorwaar
den voor een toepassing der dood
straf te moeten noemen. Die toe
passing is dan nog lang niet aan
de orde. Zij volgt eerst na een ho
ger beroep, cassatie en gratiever
zoek. Deze lange weg waarborgt
een minitieus onderzoek bij herha
ling, waarbij in laatste instantie een
minister niet licht tot de terecht
stelling van een veroordeelde zal
beslissen. De vele gevallen van gra
tie, verleend zelfs in de tijd toen de
volkswoede dikwijls de dood van
een oorlogsmisdadiger eiste, bewij
zen dat in de hoogste kringen niet
met het leven van een mens wordt
gespeeld.
Daarom dient men wel te onder
scheiden de mogelijkheid en de pre
ventieve werking van de doodstraf
en haar toepassing, die tot het ui
terste moet worden beperkt. Een
minister, geroepen tot de moeilijke
taak, over dood en leven van mis
dadigers te beslissen, kan en mag
niet aarzelen zijn taak t.o.v. zijn
volk te vervullen, waar de veilig
heid van millioenen op 't spel staat.
Hij weet zich gedragen door de
steun van een geheel volk, onmis
bare voorwaarde voor het aanvaar
den der verantwoordelijkheid.
De 'doodstraf is een kwaad. Een
noodzakelijk kwaad, voortgevloeid
uit de erkenning, dat een samenle
ving niet bestaanbaar is, waarin
super-misdadige elementen hun lu
gubere practijken kunnen uitoefenen.
Elementen, die niet terugdeinzen bij
het vooruitzicht van een vrijheids
beroving, doch zich rekenschap ge
vend van de ernst der straf, kun
nen mogelijk hierdoor van hun daad
worden weerhouden.
Dr H. R. Mes.
Negertheorie. Hollywood heeft
de eerste film vervaardigd, die de
amerikaanse maatregelen tegen de
negers veroordeelt. De eerste bios
coop, die deze film draait, ver
leent geen toegang aan negers.
Wat schreven zij? Een aantal
notitieboeken van de amerikaanse
journalisten die met de „Franeker"
te Bombay verongelukten, is onbe
schadigd uit de bagage geborgen.
Zij berusten thans bij de amerikaan
se autoriteiten.
10 millioen voor Djocja. Mi
nister van Maarseveen heeft aan
oud-minister Gerbrandy geantwoord
dat de indonesische regering 10
millioen beschikbaar stelt voor de
financiering van de republikeinse
regering.
Rijst en koffie niet vrij. Alhoe
wel geruchten gingen dat spoedig
de volledige distributie, behoudens
brandstoffen zou worden opgeheven,
moeten rijst en koffie voorlopig
op de bon blijven, daar de devie-
zensituatie grotere import niet toe
laat.
Prins Bernhard won. In Dublin
heeft Z.K.H. prins Bernhard met
het paard Cool Star een eerste en
tweede prijs met een ierse rijdster
kunnen delen.
Denk om uw kolen. Om een
geregelde aflevering van brandstof
fen te waarborgen, dient men reeds
thans zijn kolen voor de winter in
huis te nemen. Anders zou de op
geslagen huisbrand aan industrieën
moeten worden toegewezen.
Gesmokkelde huizenbouw.
Boeren in Baarle Nassau, die geen
vergunning van Wederopbouw kre
gen, bouwen thans hun huizen op
belgisch gebied in Baarle Hertog.
Nederlandse en belgische autoritei
ten staan machteloos.
Tito naar Italië? Geruchten doen
de ronde dat de italiaanse minis
ter-president De Gasperi een on
derhoud zal hebben met maarschalk
Tito van Zuid-Slavië.
Minister Stikker in Straats
burg. Onze minister van Buiten
landse Zaken woont in Straatsburg
de vergaderingen bij van het co
mité van ministers ter gelegenheid
van de eerste samenkomst van het
europese parlement.
Ook Nederlandse nylonkousen.
Te Haarlem is bij onderhandse
aanbesteding de bouw gegund van
een kousenfabriek die zich zal toe
leggen op de fabricage van nylon
kousen.
Waar is de poet? De juwelen
van de Aga Khan en zijn echtge
note, die door brute gangsters aan
de Rivièra zijn geroofd, zijn nog
niet teruggevonden. Maar de Aga
Khan maakt zich niet bezorgd want
hij ontvangt elk jaar van zijn on
derdanen zijn gewicht in diaman
ten en hij is een zeer gezet
man.
Tafeltje dek je. Voor de ron
detafelconferentie in Den Haag wordt
thans alles in gereedheid gebracht;
23 Augustus is de grote dag, dan
wordt de vergadering van neder-
landse en indonesische afgevaar
digden geopend.
Wordt Europa één? Te Straats
burg beraadslaagden tien ministers
van europese landen in de Eerste
Europese Raad. Twee ministers
(van Griekenland en Turkije) zul
len er zich nog bij aansluiten. In
een „Europees Parlement" zullen
de actuele vraagstukken voor nau
were samenwerking besproken wor
den.
Canadese vrouwen naar Ne
derland. In 1951 zullen grote
groepen oorlogsweduwen en moe
ders uit Canada naar Nederland
komen om de graven van hun fa
milieleden te bezoeken, meldt ANP.
De voorloopsters van deze „invasie"
waren uitermate verrast over de
verzorging van de graven hier te
lande.
Een duik tussen de haaien.
Langs de kust van Stateneiland bij
New York zijn haaien gesignaleerd,
die trek hadden in malse hapjes
badgasten. Het badseizoen is on
tijdig beëindigd
Emigratie naar Argentinië.
Tussen de argentijnse en nederland-
se regering is een overeenkomst
gesloten voor het vestigen vaneen
nieuwe nederlandse landbouwko
lonie in Zuid-Amerika. Ook vissers,
geschoolde arbeiders, tuinders en
veehouders zijn daar welkom.
Gen. Maj. Meijer krijgt ontslag.
Aan de generaal-majoor der infan
terie, J. K. Meijer, is op zijn ver
zoek met ingang van 1 October
a.s. eervol ontslag verleend. Gen.
Meijer is bevelhebber geweest van
het bezette gebied te Djocjakarta.
Geen qurantaine voor Grote
Boer" Het is niet waarschijnlijk
dat de militairen van „De Grote
Beer" in quarantaine moeten in
verband met het geconstateerde
geval van pokken. De patiënt is
te Colombo (Ceylon) in een zieken
huis opgenomen.