NOOHD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
Toch Vrede §p aarde
Het kind
No. 2403
Zaterdag 18 December 1948
52e Jaargang
in de gaskamer
DRUK EN UITGAVE A. G. M. MARKUS3E TE WISSEKERKE
TELEFOON No. 308
GIRO No. 32622
Abonnementsprijs f 1.50 per jaar. - Franco per post f 3.00. - Advertenties 5 cent per mm - 2250 betalende abonné's.
De mens van onze tijd kan moeilijk meer geloven in
de vredesgedachte van Kerstmis. Met nog maar amper de
ellende van vijf bange oorlogsjaren achter ons en het po
litiek geharrewar rondom is het moeilijk voor ons om ons
in te leven in een sfeer van Vrede en Licht, waarin het
Kerstfeest ons tracht te vangen. Wij willen de geest te zeer
meten naar de realiteit der dagelijkse dingen. Het valt ons
moeilijk om hierover heen te stappen en ons cynisme ten
opzichte van de vervulling der belofte-do'or-de-eeuwen te"
laten varen.
Op het eerste gezicht valt het ons niet kwalijk te ne
men, dat wij zo stug zijn geworden onder de slagen van
de tijd. Zo hoopten wij lange jaren, dat de nederlaag van
Duitsland de gewenste vrede in onze wereld zou brengen.
Maar vandaag leven wij nog steeds bij een wapenstilstand,
die tot stand kwam, omdat de vijand werd verpletterd.
Zeker, de legers in Europa zijn niet meer in beweging,
maar andere wapenstilstanden, en we denken alleen maar
aan Palestina én China, zijn weer overgegaan in complete
oorlogen.
De geschiedenis van Europa leert ons, dat er nooit een
langere vrede is geweest dan van vijftig jaar. Dit betekent
dus, dat geen enkel geslacht het geluk heeft mogen smaken
te kunnen leven in een tijdperk, waarin niet de machtigen
der aarde tegen elkaar te velde trokken. Door de eeuwen
heen heeft immer het geweeklaag van de gewonden op de
slagvelden en het geween der eenzamen thuis geklonken.
Welke waarde heeft dan vandaag, in 1948, de Kerst
boodschap voor de mens? Is er ook maar de minste reden
om ons af tê wenden van de leermeester der historie?
Wij menen van ja! Want wij moeten ons gevoel, onze
geest, niet afstemmen op de lijdensweg, die de mensheid,
vaak tegen haar eigen wil in, gaat.
Ondanks de droefenissen van vandaag en ondanks alle
ellende van het verleden, voelen wij immers diep in ons
hart, dat het Kerstfeest ieder jaar opnieuw ons de kracht
geeft om weer nieuwe moed te vatten. Het is altijd die be
lofte van het goede in de tijd, dat de duisternis van het
jaar, de winter, op haar dieptepunt is gekomen. Juist als
de zwaarmoedigheid ons dreigt te overmannen, is daar die
boodschap van Kerstmis, die onze geest weer opfrist en
tot een moedig voortgaan maant.
Maar is die belofte van de Vrede op aarde dan niet
een illusie, die ons telkens wordt ingegeven, maar nooit
wordt vervuld?
Kan er Vrede op aarde zijn, als de oorlogen en de
dreiging er van nooit een einde nemen?
Zeker kan dat, want de Vrede van Kerstmis belooft
niet, dat de wapenen voor immer zullen rusten. De Vrede
van Kerstmis dragen wij zelf bij ons. Ieder mens verlangt
naar rust en vrede in zijn eigen ziel, die maar al te vaak
een kampplaats is van tegenstrijdigheden. Daar moet in de
eerste plaats vrede worden gesticht. En ieder Kerstfeest
herinnert ons er aan, dat we daarvoor bij ons zelf eens te
rade moeten gaan. De resultaten van zo'n vredesconferentie
bij onszelf bepalen of we kunnen meedelen in het Licht,
dat het Kerstfeest over de wereld doet schijnen.
Daarom is het overbodig om weg te schuilen achter
een cynische houding ten opzichte van het wereldgebeuren.
Ons Kerstfeest is niet afhankelijk van factoren van
buitenaf. Het is een feest van de geest, niet van de wereld
politiek. Daar ligt niet slechts het zwaartepunt, maar juist
de kern, waar alles om draait.
Voor Malik Zelincka was het le
ven nooit veel waard geweest. Na
de oorlog, toen hij in het Ameri
kaanse vluchtelingenkamp Friedens-
burg terecht was gekomen, had hij
gehoopt, dat het weldra beter zou
worden, maar de loop der gebeur
tenissen had ook toen een bittere
ontgoocheling gebracht.
In het voorjaar, toen hij Karin had
leren kennen, waren er enkele maan
den vol geluk in zijn leven geweest.
Karin, het blonde meisje uit Slowa
kije, dat met haar moeder naar Duits
land was gevlucht. De beide vrou
wen waren dodelijk vermoeid in
Friedensburg aangekomen en de
moeder was haar uitputting niet te-
boven gekomen. Een week na de
aankomst in het kamp was ze over
leden en begraven op het kerkhof,
waar vele duizenden slachtoffers
van de naffc-terreur rustten. Want
Friedensburg, met zijn vreedzame
naam, was tien jaar lang een oord
van verschrikking geweest. In de
barakken, waar nu de vluchtelingen
woonden, huisden eerst Duitsers en
later duizenden vreemdelingen van
allerlei nationaliteiten, die door
Himmlers SS benden werden be
waakt, getreiterd en afgeslacht. Op
de hoeken van het kamp stonden
nog de wachttorens, waarop vroe
ger de dreigende mitrailleurs ston
den en de zeven omheiningen van
prikkeldraad liepen nog steeds rond
het barakken-complex.
Malik had direct na de aankomst
van Karin en haar moeder een stille
sympathie voor hen beiden opgevat
en na de begrafenis kwam het meis
je bij hem haar troost zoeken. Waar
om begreep hij zelf niet. Hij, die
met zijn kreupele voet telkens werd
afgekeurd voor emigratie naar Ca
nada, Nederland, Zuid-Afrika of
waarheen dan ook, moest hij met
zijn verbitterd hart een bedroefde
helpen?
Ze hadden dan ook weinig ge
sproken, die avond. Malik zat op
een steen op het kleine grasveldje,
dat in de ene hoek van het kamp
was opgeschoten; zijn scherp ge
tekend gelaat naar de grond gewend.
In zijn versleten battle-dress leek
hij een afgetobde strijder, die vele
oorlogen over zich heen had zien
gaan. In werkelijkheid was hij am
per vier en twintig jaar en stond
aan het begin van zijn leven.
Maar zoals gezegd, voor Malik
Kerstvertelling door
W. Graafland.
was er weinig reden om plezier in
zijn bestaan te hebben. Opgegroeid
in de sloppen van Belgrado was hij
jong vertrouwd geraakt met het
laagste niveau van de Balkan-sa
menleving. Zijn vader had hij nooit
gekend en zijn moeder liet hem met
zijn drie jaar oudere broertje alleen
achter op de wereld, toen zij met
een mes in de rug in de steeg ach
ter hun woning werd gevonden. Zijn
vijftienjarige broer had kans gezien
om altijd voldoende geld te krijgen
om voor hen beiden eten te kopen
en daarom had de oude Alexandrov,
die een klein kroegje dreef, henjwel
in huis willen nemen. Voor deze
goede daad legde hij beslag op het
hele hebben en houden van zijn
moeder.
Vijf jaren waren zo voorbijgegaan,
tot de Duitsers Belgrado bombar
deerden en zijn broer omkwam in
een gevecht met twee SS-soldaten.
Samen met een jongen van zijn leef
tijd vluchtte hij de bergen in en bij
een partisanengroep werd hem het
idealisme van de vrijheidsoorlog bij
gebracht.
Het was een leven vol ontberin
gen geweest, daar in de bergen van
Montenegro. Toen Malik hoorde,
dat er andere partisanen waren, die
weer strijd leverden tegen het leger,
waartoe hijzelf behoorde, had hij
trouw gezworen aan Michailowitz,
hun generaal. Wat hadden ze de
Duitsers soms dwars gezeten! Hele
veldslagen waren er geleverd in
Kroatië en telkens kwamen de par
tisanen als overwinnaars uit de strijd.
Maar hartverheffend waren de ta
ferelen niet, die de guerilla-oorlog
zijn soldaten bood. Executies, moord
partijen, brandstichting en roof wa
ren aan de orde van de dag. Het
leven was ruw en vol gevaren.
In het voorjaar van 1944 trof een
Duitse granaat een boom, waarach
ter Malik verborgen lag. Een dikke
tak, die naar beneden stortte, trof
zijn rechtervoet en maakte hem kreu
pel voor het leven. Sindsdien had
hij dienst gedaan in een veldhos
pitaal en met het einde van de
Duitse macht op de Balkan had hij
de vlucht moeten nemen voor de
Rode terreur tegen Michailowitz'
partisanen.
„Ik heb vele mensen zien sterven,
Karin", zei Malik tot het meisje,
dat naast hem zat. „Het is voor ve
len een verlossing uit de ellende".