NOORD-BEVELANDS Nieuws- EM ADVERTENTIEBLAD Var1 Vriend (3) tot Vijand De Koning is onschendbaar Rusland en Amerika Uq. 2359 Zaterdag 14 Februari 1948 51e Jaargang DRUK EN UITGAVE A. G. M. MKUSSE TE WISSENKERKE TELEFOON No 308 - GIRO No. 32622 Abonnementsprijs f 1.50 per jaar. - Franco per post f 3.00. - 2240 betalende abonné's. De afgelopen week heeft het Nederlandse publiek een eigenaardig staaltje van krantenpolitiek kunnen beleven. Aanleiding hiertoe was de radiorede, welke H.M. de Ko ningin in het begin van deze maand tot onze voormalige bondgenoten uitsprak. Het ging n.l. over de vraag, of het wel gewenst was dat de Koningin over het Indië-beleid van een eigen mening getuigde. Over en weer werd in sommige bladen hiertegen stelling gekozen. Eén blad ging zo ver, dat het sprak van een „recht" van het Nederland se volk om de Koningin in bepaalde dingen te „waarschu wen". Andere bladen juichten de rede toe en staken hun vreugde over het feit, dat de Koningin zich hierin een warm voorstandster van de regeringspolitiek zou hebben betoond, niet onder stoelen of banken. Zowel het een als het ander is fout. Ons Nederlandse staatsrecht kent geen Koning, die door het volk gewaarschuwd behoeft te worden of een waarvan men kan zeggen, dat hij al of niet met de rege ringspolitiek instemt. De Koning staat boven de partij en, Hij is onaantastbaar. Voor alles wat in zijn naam geschiedt, zijn alleen de ministers verantwoordelijk. Wil men critiek geven, accoord. Doch men spare de persoon des Konings. Het was tot nog toe in Haar bijna 50-jarige regerings periode nog niet éénmaal voorgekomen, dat de persoon van Koningin Wilhelmina in de partijpolitiek werd betrok ken. Het is weinig .galant, dat dit juist moest geschieden in het jaar van Haar Gouden Regeringsjubileum. Het in de Grondwet sedert 1848 verankerde beginsel „De Koning is onschendbaar, de njinisters zijn verant woordelijk", is voor ons volk een kostbaar goed. Het vormt de hoeksteen van onze parlementaire monarchie. Deze hoeksteen heeft men thans willen loswrikken. De persoon des Konings, staande boven alle partijpolitie ke twisten en een symbool van absolute onpartijdigheid, deze persoon heeft men getracht midden in de politiek te plaatsen. Dit is. onwaardig. Als H.M. Koningin Wilhelmina een rede uitspreekt van een dergelijke strekking als Zij nu deed, dan doet Zij dat als Constitutionele Vorstin. Wat zeggen wil dat voor de tekst niemand anders verantwoordelijk is dan de ministers die hem opstelden, al moge ook die rede zijn voorgedragen met een warmte en gloed onze Lands vrouwe eigen. Het is te betreuren, dat er in brede kring zulk een misvatting groeit omtrent onze constitutionele beginselen. Dit betekent een achteruitgang. En dat terwijl dit jaar ons, naast het gouden regeringsjubileum van H.M., tevens het eeuwfeest brengt van de Grondwet, waarin 100 jaar geleden door Thorbecke dit beginsel werd neergelegd. Het is helaas nodig gebleken dat men in Nederland hierop moet wijzen. Dat men nu die fout heeft gemaakt, is een teken dat het bezit van dit hoge goed in sommige kringen niet meer zo sterk beseft wordt. Het is de taak van de pers hiertegen te waken. Moge in de toekomst dergerlijk onwaardig geschrijf achterwege blijven en het Nederlandse volk zich weer scherp bewust worden van die regel: „De Koning is on schendbaar!" Wie gelooft er nog aan een eeuwige wereldvrede? Zelfs een tijdelijke vrede lijkt in deze dagen vol onrust, onzeker heid en conflicten niet voor verwezenlijking vatbaar. Dreigend heft een samenspannend Oost-Europa de sikkel en hamer op tegen elke macht, die zich nog tegen het communisme durft verzetten. Nauw sluiten in 't Westen de vrije democratische landen zich aaneen om samen sterk te staan in de opkomende rode vloed. Tegenover het Marshall-plan en de Westeuropese Unie complot teert de Kominform. Als tegenhanger van de gigantische wapensmid sen in de Spooksteden van Siberië verrijzen de geheime fabrieken in Canada en de Verenigde Staten. Wanneer zal de atoombom barsten? Hm Voorlopig niet! Gelukkig staan wij thans nog niet aan de vooravond van een nieuwe wereldbrand. Er zijn tal van hoop volle factoren, welke de insider onmiddellijk aantonen dat de tijd voor een derde totale oorlog voor eerst niet aanbreekt. Velen laten zich te spoedig imponeren door de verontrustende berichten over diplomatieke geschillen, onwil der regeringen van bepaalde landen en de hier en daar gevoerde strijd om ondergeschikte belangen. Op grond van zeer nauwkeurige berekeningen kan zelfs gezegd wor den, dat de eerste vijf jaren zeer zeker, de daarop volgende drie ja ren waarschijnlijk geen strijd tussen de grote mogendheden zal uitbran den. De Amerikaanse regering be schikt over tal van inlichtingen, welke in dit opzicht van groot be lang zijn. Daaruit blijkt onder meer, dat Rusland pas over drie a vier jaar zal kunnen beschikken over atoombommen. Daar de Amerikaan se geleerden echter intussen nieu we belangrijke verbeteringen aan hun wapen zullen hebben aange bracht, dient Moskou nog minstens verscheidene jaren door te werken aan de vervolmaking. Eerder zullen de Sowjets niet in staat zijn hun atoomwapens tegen de Westerse geallieerden te gebruiken. Ten tweede is Rusland zeer ver zwakt uit deze tweede wereldbrand tevoorschijn gekomen. Men laat zich wel eens even overbluffen door de astronomische getallen van een vijfjarenplan. Maar de machines, die vandaag gebouwd worden zijn bestemd om die van gisteren te vervangen. De Duitsers hebben tij dens hun langzame terugtochten zo systematisch alle fabrieken, spoor wegen, steden en vervoermiddelen vernield, dat zelfs volgens de altijd optimistische Sowjet - ambtenaren tien jaar nodig zullen zijn om de landbouw en de industrie in West- Rusland volledig te herstellen. Op dit ogenblik is Rusland een reus, uitgeput door bloedverlies. Agitatie uit onmacht. Het beste bewijs voor de huidi ge zwakheid van de Russische Beer vinden we dagelijks in de kleine speldeprikken, welke de neergeze gen kolos met zijn klauwen tracht toe te brengen. De gehele Komin form is slechts surrogaat, omdat het Kremlin niet beschikt over be tere middelen om het ideaal der wereldrevolutie nu al te bereiken. De steun aan de guerilla's in Grie kenland is agitatie uit onmacht. Laten we een ogenblik aannemen, dat Rusland wél in staat was om nu reeds een oorlog te riskeren. Dat Moskou beschikte over atoom bommen en wie weet welke gehei me wapens nog meer. Zou Stalin er dan in berusten, dat Engeland en Amerika in Griekenland voort durend wapens en troepen aan land zetten? Zouden de machtige Sowjet-legers dan nog langer aan de Bulgaarse grens blijven toekij ken hoe de Griekse communisten worden uiteengeslagen Zou de Russische Beer dan niet onmiddel lijk toeslaan en eindelijk zijn in vloedssfeer uitbreiden naar de Mid dellandse Zee, zoals toch sinds jaar en dag in de bedoeling der rode machthebbers ligt Rusland heeft een haven in het Zuiden dringend nodig. De Zwarte zee ligt ingeslo ten en langs de Bospores staan Turkse kanonnen. Waarom verze kert het Kremlin zich geen uitweg naar het Zuiden met geweld? Rusland durft de grote strijd te-

Krantenbank Zeeland

Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad | 1948 | | pagina 1