NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
1.1. NENDHKSEI Cis UNI - CDES
WIÜSENKERKE Hotel „De Kroon" (G. VERBURG)
COLIJNSPLAAT Hotel „De Patrijs" (C. P. J. GAST)
KORTGENE Hotel „De Korenbeurs" (P. de Regt)
Dozen en Mappen
LUXEPOST
DEZE WEEK
No. 2094.
Zaterdag 26 Augustus 1939
45e Jaargang
DRUK EN UITGAVE A. G. M. MARKUSSE TE WISSENKERKE - TELEFOON No. 10
KLEINE BAZAR TE WISSEKERKE
houdt Zitdag te:
te en 3e WOENSDAG DER MAAND
2e en 4e WOENSDAG DER MAAND
Iedere Donderdag.
EFFECTEN - COUPONS - ASSURANTIËN
CREDIETEN aan HANDEL en LANDBOUW
Rekening-courant
LIPS' KLUISINRICHTING
DEPOSITO'S met hoge rentevergoeding
Prijs der Advertentiën: van 1 tot 5 regels 50
cent, iedere regel meer 10 cent. Bjj abon
nement aanzienlijke korting. Familieberichten
en daarop betrekking hebbende dankbetuigingen
van 1 tot 6 regels 75 cent, iedere regel meer
- 12'/, cent.
Abonnementsprijs f 1.— per jaar bij vooruit
betaling. Franco per post f 2 25 per jaar
Toezending advertentiën tot Vrijdagmorgen
8 uur (wettelljken tijd). Oplaag 1800 ex
GUUS BETLEM Jr.
Deze week! zo schrijven maar de kranten,
Deze week! zo zeggen wij elkaar,
Deze week! hoor je aan alle kanten,
Wordt misschién een wereldoorlog waar!
O, ik had liever willen schrijven
Over zomer, zee en over zon,
Ver van die ellende willen blijven,
En ik wou, ik woü, dat ik het kón!
Maar de angst, die heeft ook mij te pakken,
Na een wending, door geen mens verwacht,
En ik heb de moed haast laten zakken,
Nu we kijken in een diépe nacht
Deze week dat zijn maar énk'le dagen,
Die ons scheiden nog de tijd gaat snel,
Deze week dan zullen wij niet vragen,
Maar we weten Vrede of die Hel!
Vreemd, ik wil, ik wou er niets van zeggen,
Doch er is een leegte in mijn hoofd,
Dat ik aarzel, 's avonds neer te leggen
Nu haast niemand meer in 't goede g'looft.
Elke ochtend angst bij het ontwaken,
Angst, wanneer de radio begint,
Angst om simp'le plannetjes te maken,
Daar je je dóór-alles steeds bezint.
Deze week! hoe haat ik die twee woorden,
Die bedreigen, heel ons levensrecht,
Die je rust, dag in, dag uit vermoorden,
Hoé je ook daartegen moedig vecht
Want wat heeft een oorlog ons te geven?
Rouw, ellende, rampen anders niet,
Wij, die toch maar rustig willen leven,
In een stil, bescheiden-klein gebied
Deze week Wanneer U dit gedichtje
Dat ik nu hier schrijf straks lezen zult,
Gloort er dan misschien een heel klein lichtje?
Of is dan de lucht door ramp vervuld?
Deze week we zijn al door het midden,
Als U dit hier onder ogen krijgt
Deze week er is nog tijd, te bidden,
Zó lang tot het monster niet meer dreigt
(Nadruk Verboden)
HET RUSSISCHE RAADSEL.
Duitsland zorgde weder voor een verrassing: het maakte het bij
na ongelooflijk nieuws bekend van het sluiten van zijn niet-aanvalspact
met Rusland. De indruk in de gehele wereld was geweldig, zoals te
voorzien was in deze dagen van zenuwslopende spanning, waarin men
licht geneigd is, de draagwijdte der gebeurtenissen in een minder juist
licht te zien.
Men kan dan ook zeggen, dat het Derde Rijk met zijn onverwach
te onthulling een groot deel van het succes heeft behaald, dat het er van
verwachtte. Iedereen, van hoog tot laag, hield zich bezig met de waar
schijnlijke gevolgen van deze stap. Aan de ene kant werden de oorlogs
geruchten er door versterkt, aan de andere kant daarentegen verzwakt.
Koffiehuis-strategen kwamen in hevige actie. Dit kon gebeuren en dat
kon gebeuren, en nu zou het zus gaan en nu zou het zo gaan
Intussen zou men wel helderziende moeten zijn, om op dit ogen
blik met enige zekerheid te kunnen voorspellen welke wending deze
nieuwste zet op het politieke schaakbord aan de komende gebeurtenis
sen zal vermogen te geven. Wat men echter reeds onmiddellijk kan vast
stellen is, dat het diplomatieke prestige van Engeland en Frankrijk een
geweldige knauw heeft gekregen voor het oog der ganse wereld. Beide
landen hebben ontegenzeggelijk een zeer pijnlijk echec geleden.
De pogingen van beide landen, door Duitsland betiteld als „om-
singelingspolitiek", door de democratische mogendheden „vorming van
een vredesfront" genoemd, zijn op een hopeloze mislukking uitgelopen.
Verwachtte Rusland te weinig onmiddellijk nut van een samengaan met
de Westerse mogendheden, indien de kapitalistische democratieën het
op een oorlog met het Derde Rijk lieten aankomen? Bestond er op het
Kremlin nog een stille wrok over het feit, dat men niet gekend was in
het accoord van München? Waren er nog andere oorzaken, waarvan de
buitenwereld geen flauw denkbeeld heeft?
Het is moeilijk te zeggen bij de ondoorgrondelijke politiek van de
bolsjewistische bewindhebbers. Het tekent de Russische mentaliteit, dat
men blijkbaar met de beide tegenstanders Duitsland, de anti-bolsje
wistische staat bij uitnemendheid, aan de éne kant, en Frankrijk en En
geland aan de andere kant tegelijkertijd heeft onderhandeld. Als het
niet treurig was, zou men het bijna komisch kunnen noemen. De politiek
van een Potemkin, de grote Russische bedrieger, wordt er blijkbaar na
eeuwen nog met vrucht toegepast.
Zowel te Londen als te Parijs en Washington tracht men het ge
wicht en de betekenis van het nieuwe verdrag te verkleinen en te ver
doezelen. Aan een militair samengaan van Rusland en Duitsland, het spook
dat zich op de achtergrond vertoont, wil men niet geloven. Maar wat
kan men al niet verwachten van een regering als die van de Sowjet-
republieken, die met de grootste onbeschaamdheid toont, dat zij er niet
voor terugdeinst en ook nooit voor terug zal deinzen - om van twee
wallen te eten? Een dergelijke mentaliteit opent de weg voor alle mo
gelijkheden ook de ongelooflijkste!
In Duitsland gevoeld men een zekere opluchting. Hoewel men na
tuurlijk steeds zijn best heeft gedaan om het gevaar van toetreding van
Rusland tot het „vredesfront" te verkleinen, verheelde men zich in des
kundige kringen niet, welke gevolgen dit eventueel zou kunnen hebben.
Nu dit gevaar uit de weg is geruimd, herademt men. En dat men er in
zijn vuistje, of ook wel openlijk, lacht om het eclatante succes van de
Duitse diplomatie, is zeer begrijpelijk.
Intussen blijft de beangstigende vraag: wat nu? Mag men aanne
men dat, zoals van zekere zijde wordt beweerd, de rem geheel is weg
genomen en Rusland er met gekruiste armen bij zal staan, als Duitsland
zijn bedreigingen tegen Polen uitvoert en het gevreesde conflict met de
wapen tracht te beslissen? Bestaan er zelfs geheime plannen of overeen
komsten tussen het Derde Rijk en Rusland om Polen voor de zoveelste
maal in de geschiedenis „in der minne" te verdelen?
Men is te Berlijn in zekere kringen maar al te licht geneigd om
te menen, dat Polen thans „in de tang" zit, en dus gemakkelijk te kra
ken zal zijn. Onderschat men niet wat al te veel de Engelse interventie,
indien het tot dat kraken mocht komen? Immers, Engeland heeft nog
maals verzekerd, dat Polen op Engeland's bijstand kan reken, indien het
aan een niet uitgelokte aanval bloot staat.
Wij herhalen het: er zijn op het ogenblik zoveel onberekenbare
factoren, die de schaal naar de ene of naar de andere zijde kunnen doen
overhellen, zelfs nog op het laatste ogenblik, dat er geen conclusies te
trekken zijn uit Duitsland's nieuwste diplomatieke triomf. Er is geen op
klaring gekomen in de toestand: de wolken aan de politieke horizont
zijn niet alleen niet weggevaagd, neen, zij hebben zich zo mogelijk nog
verdicht.
ALLE BANKZAKEN