NOORD-BEVELANDS
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
USE S Si's BUS - CIES
STOMEN EN VERVEN
mr franco zending
WISSENKERKE Hotel „De Kroon" (G. VERBURG)
COUINSPLAAT Hotel „De Patrijs" (C. P. I. GAST)
KORTGENE Hotel „De Korenbeurs" (P. de Regt)
No. 2G76. Zaterdag 22 April 1939 45e Jaargang
Dozen en Mappen
LUXEPOST
Koninklijke Ververij - Chemische Wasserij
AUG. BIERENS DORDRECHT
EFFECTEN - COUPONS - ASSURANTIËN
CREDIETEN aan HANDEL en LANDBOUW
LIPS' KLUISINRICHTING
DRUK EN UITGAVE A. G. M. MARKUSSE TE WISSENKERKE - TELEFOON No. 10
KLEINE BAZAR TE WISSEKERKE
IK HEB GESTEMD
Vraagt eens prijscourant aan, het is Uw voordeel.
houdt Zitdag te:
1e en 3e WOENSDAG DER MAAND
2e en 4e WOENSDAG DER MAAND
Iedere Donderdag.
Rekening-courant
DEPOSITO'S met hoge rentevergoeding
Prijs der Ad verten ttén: van 1 tot 5 regels 50
cent, iedere regel meer 10 cent. Bij abon
nement aanzienlijke korting. Familieberichten
en daarop betrekking hebbende dankbetuigingen
van 1 tot 6 regels 75 cent, iedere regel meer
- 12'/j cent.
Abonnementsp-ljs f 1 per jaa: bij vooruit
betaling. Franco per post f 2 25 per jaar
Toezending advertentiën tot Vrijdagmorgen
8 uur (wettelijken tijd). Oplaag 1800 ex
doorGUUS BETLEM Jr.
Ik heb m'n stemplicht weer vervuld,
lk stond weer in een hokje,
Door steile wanden nauw omhuld
Be-stipte ik m'n blokje.
Ik heb eerst links en rechts geloerd,
Of niemand op mij lette,
Alvorens ik dan licht ontroerd
M'n rode stipje zette.
Want élke stem is (ook van mij!)
Een schakel in de keten
Zo las ik steeds zij hóórt erbij
Dat moest m'n vrouw eens weten!
Die vindt, dat ik nou ja, affijn,
Wat doet dat ook ter zake?
Ik zal de enige niet zijn,
En 't heeft hier niks te maken!
Maar wat ik enkel zeggen wou:
Zo'n stemming in je leven,
Dat is toch wel iets prachtigs nóu!
je voelt je maar niet even!
Wanneer je denkt, dat juist misschien
Jóuw vlekje kan beslissen
Om dan je candidaat te zien,
En niét je te vergissen!!
Vandaar dat ik óók lang niet dom
Er twéé heb aangewezen,
Die doen dan saam maar om en om,
Dan heb ik niets te vrezen.
Want als je dan ook helpen moet
Het Staatsbeleid te stutten,
En niét je vrouw dit voor je doet,
Dan moet je 't ook benutten 1
Die enk'le maal, dat ook mijn stem
Eens aandacht is beschoren,
Dan sapristi 'k herhaal 't met klem
Dan laat ik 'm ook horen!
P.S.
'k Verneem zo juist, en net te laat,
Wat spijt me dat geweldig!
'k Had recht op maar één candidaat
M'n stem, die is ongeldig!
(Nadruk Verboden)
Eigen Heer in Eigen Land.
Onrustige tijden als die, waarin wij thans weder leven, geven steeds
aanleiding tot allerlei wilde geruchten. Wilde men de ergste pessimisten
geloven, dan zou men niet anders menen, dan dat de oorlogsgod reeds
op pad was in Europa, zoekende wien hij zou verslinden. En daarbij zou
zijn oog dan onder meer gevallen zijn op Nederland
Wij behoeven slechts te herinneren aan de radio-rede van Minister
Colijn om te weten, dat er geen direct gevaar dreigt voor ons land. Dat
wij ons voorbereiden op mogelijke gebeurtenissen is zeer begrijpelijk.
Welk land doet dit niet in de huidige omstandigheden? Dat zijn wij
verplicht aan onszelf en ook aan anderen.
Wij willen tot elke prijs onze onzijdigheid handhaven. De hangende
conflicten tussen verschillende volken betreffen ons niet rechtstreeks; en
daarom hebben wij ons te houden aan de wijze regel, om ons niet te
bemoeien met andermans aangelegenheden.
Daarbij behoeven wij er ons niets van aan te trekken, wat het bui
tenland over ons land zegt of denkt of schrijft. Aan de ene kant zien
wij ten dele verachtelijke, ten dele belachelijke situaties. Aan de andere
kant zien wij een bezorgdheid voor het welzijn van Nederland, die ons
wel eens wat zonderling en overdreven aandoet. Wij zijn er ons niet
van bewust, dat er reden bestaat voor die overdreven bezorgdheid.
Men schijnt ons te verstaan te willen geven, dat wij op bescherming
kunnen rekenen. Met alle waardering voor de goede bedoelingen der
„beschermers" willen wij opmerken, dat wij geen aanleiding zien voor
protectie. Wij staan nog altijd op eigen benen en wensen ook op
eigen benen te blijven staan. Vriendschappelijke gevoelens weten wij te
waarderen; doch voor opgedrongen vriendschap zijn wij wat huiverig.
Er zijn van die vrienden, die er eigenaardige opvattingen op nahouden
betreffende vriendschap. Zij zijn meer bemoeial dan vriend. Zij schijnen
het zich tot plicht te rekenen, om hun meningen en zienswijzen aan hun
„vrienden" op te dringen. Dit heeft een wijs man dan ook de verzuch
ting in de mond gelegd: „behoed mij voor mijn vrienden met mijn
vijanden zal ik het zelf wel klaarspelen". Die overdreven vriendelijkheid
van verschillende zijden werkt enigzins benauwend.
Wij Nederlanders zeggen het den Luxemburgers na: „Wij willen blij
ven, die we zijn", d.w.z. een vrij en onaf hankelijk volk, dat vriendschap
pelijke betrekkingen wenst te onderhouden met de gehele wereld, doch
dat zich de keuze van zijn vrienden zelf wil voorbehouden. Nederland
acht zich nog altijd in staat, om zelf die maatregelen te treffen, welke
het nodig en nuttig acht, zonder zich door buitenstaanders in een be
paalde richting te laten stuwen, waardoor andere landen de indruk zou
den kunnen krijgen alsof wij partij tegen hen kozen.
Daarom houden wij ons ook buiten bondgenootschappen, waardoor
wij zouden kunnen worden medegesleept in verwikkelingen, waar wij
niet rechtstreeks bij zijn betrokken en waarbij wij ook niet betrokken
wensen te worden. Wat wij willen is: heer en meester te blijven in ei
gen land en zelfstandig, zonder vreemde inmenging, van welke zijde ook,
alle maatregelen te nemen, welke ons goeddunken. Op die wijze kunnen
wij de schouders ophalen over het in enkele buitenlandse persorganen
opduikende verwijt, dat wij ons van deze of gene zijde laten beïnvloeden.
Er is in ons land geen sprake van vreemde invloeden. Wat wij doen
en wat wij laten, doen en laten wij uit eigen beweging. Wij zenden
troepen naar onze grenzen en naar onze kust, niet om daardoor te ken
nen te geven dat wij de bedoelingen van deze of gene nabuurstaat niet
vertrouwen, doch eenvoudig omdat wij dit in het belang van ons eigen
land achten. En laat het buitenland ook niet uit het oog verliezen dat
wij, door de onschendbaarheid van het Nederlandse grondgebied te ver
zekeren, ook het algemeen belang van Europa dienen.
Agenten: A. G. M. Markusse, Wissenkerke; J. A. de Vos, Kortgene,
W. Bosselaar, Geersdijk; M. J. Leendertse Gz., Winkelier, Kamperland;
P. Goulooze, Colijnsplaat; P. Eikenhout. Kats.
ALLE BANKZAKEN