No. i.
Zaterdag IA September 1895.
Ie. Jaargang.
N 0 0 B D~B I V E I A N 0 S C H
M. H. MARCUSSE.
L. J. B00NE, Wissenkerke,
Prijs der advertentiën:
UITGAVE VAN
Dit blad verschijnt Zaterdags
van 1 tot 5 regels 30 cent.
en wordt gratis en franco
iedere regel meer 5 cent.
Snelpers-drukkerij
door geheel Noord-Beveland
Bij abbonnoment lager.
WISSENKERKE.
huis aan huis verspreidt.
A AN BEN LEZEIi!
Het is den ondergeteekenden wenscheljjk voor»
gekomen, ook tot eigen gerief dat er in Noord-
Beveland eene gelegenheid zy tot adverteeren
met de zekerheid, dat die advertenties, op ons
eiland, in elk huisgezin gelezen worden.
Van daar de uitgave van dit advertentieblad
dat cöe gelegenheid zal scheppen, méér dan het
adverteeren in alle Zeeuwsche bladen tezamen,
omdat het gratis en franco in NOORD-BEVE
LAND van huis tot huis zal worden verstrekt.
Ieder die er dus gebruik van maakt, hetzy
Winkeliers en Handelaars om de aandacht op
hunne koopwaren te vestigen, Landbouwers ter
aanbieding tot verkoop van hun vee, of hunne
producten, den werkenden stand tot het aanbieden
hunner diensten enz., enzzij zyn allen zeker
dat ieder Noordbevelander in de gelegenheid
wordt gesteld hunne ativertcniën te lezen.
Tegelijk zullen in dit blad worden opgeno
men berichten, aan den uitgever verstrekt, wel
ke geacht kunnen worden voor het publick we
tenswaardig te zyn, en tevens een feuilleton, dat
zoodanig zal worden opgenomen, dat het van
het overige deel van tót blad kan worden ge
scheiden en zoodanig samengevoegd, dat ieder
gezin het werk als boekdeel kan bezitten.
Dat weldra uit het groot aantal advertentiën
moge blijken, dat door deze uitgave in een be
staande behoefte wordt vborzien is de wensch
van hem die zich, onder minzame aanbeveling
teokent, als
UAo dienstw. dienaar
- M. H. MARCUSSE.
J. SCHIPPERS, COLIJNSPLAAT.
KLEERMAKER BARBIER.
SIGARENHANDEL.
Leggen en repareeren van vloerkleeden.
Uit de liand te koop:
van verschillende leeftyd
te bevragen by:
Verzoeke beleefd spoedige toezending der
AdverUntUn voor liet volgende No
Byna had het do schijn, alsof Hugo nu besloten had, den lie-
derlyken weg te verlaten, hy werd decoratieschilder, zocht «n vond
arbeid en liet zich nu nog slechts zelden in de kroegen zien.
Hij huwde een arm, maar zeer goedhartig en beminnenswaar
dig meisje, zy was zyn goede engel, en wellicht zou Iiy van al
zyne dwaasheden en gebreken genezen zyn, wanneer het lot die
engel aan zyne zijde had gelaten.
Het mocht niet zyn, de dood ontnam hem de geliefde vrouw,
nadat zy kort te voren aan een kind het aanzijn had geschonken,
met haar werd hem het laatste anker ontnomen.
Wanneer vroeger zyn kunstenaarstrots tegen den vernederenden
arbeid des handwerksman in verzet kwam, zoo onderdrukte hy
deze neigingen van een kwalyk geplaatst eergevoel, terwijl hy
zich zeide, hy vernederde zich voor een geliefd wezen, dat hem
door trouwe en innige liefde daarvoor beloonde. Deze liefde was
de stralende ster in den nacht, die hem omringde, nu deze ster
uitging, verhieven zich weer de stormen, om het zwakke wrak
op de klippen te verpletteren.
Het oude leven begon weder, de oude vrienden kwamen weer
opdagen, de oude dwaas- en lichtzinnigheden doorkruisten weder
het ziekelijk, geprikkeld brein van het miskend genie.
Haat en verkropte woede tegen de maatschappij, die hom den
lauwerkrans ontstal, dien hy zich zelve op het hoofd had gedrukt,
de stryd met het noodlot, dat hem den laatsten ster ontnomen had,
tweespalt met zijn eigen ik, en het bewustzijn, dat iedere poging,
zyn genie naar waarde te schatten, aan de boosheid zijner vijan
den en belagers zou schipbreuk lijden dat alles voerde hem op
deu vroegeren weg terug, waarop hy in verdoovende bedwelming
tenminste vergetelheid vond.
Zijn broeder Mathias bad zieh over het hulpelooze meisje, de
kleine Rosa ontfermd en daardoor Hugo van een last bevrijd,
wier druk hem niet eens voelbaar was geworden.
Hugo werd door zijne schuldeischers in het nauw gebracht, zy
dreigden hem met de gijzeling, reeds wilden zy hem doen gevan
gen nemen, in de hoop, dat zyne met aardsche goederen ryk ge
zegende broeders voor hem opkomen en zyne schulden vereffenen
zouden, toen men op zekeren morgen hoed en stok aan den oe
ver van de hoogstaande rivier vond.
Was hij verongelukt of had hy ziehzelve het leven benomen,
wie kon het weten! Zijn lijk werd niet gevonden, het hooge wa
ter had het vermoedelijk stroomopwaarts gedreven.
Mathias en Theodoor betaalden de schulden van den veronge
lukte, en Rosa bleef de dochter van den kastenmaker, z\j vond in
den kring dezer familie slechts welwillendheid en hartelijke lief
de.
Aan dit alles dacht de brave kastenmaker, terwijl hy door de
druk bezochte straten langzaam zyn huis naderde.
Hy herinnerde zich zyn verleden, zijne vreugdelooze jeugd
en die dagen, waarin hij met zware zorgen en Stormen gestreden
had, om zioh een winstgevend bestaan te verwerven.
Destyds had hy er vaak naar gereikhalsd, zich eene onderschei
ding te kunnen verzekeren, destyds zou hij fier geweest zyn op
de eer van een schutterskoning, heden bereidde zy hem nog te-
nauwernood eene vreugde. Hij had den leeftijd bereikt, in welken
de bedwelmende genoegens hunne aantrekkelijkheid verloren heb
ben, omdat zy slechts vermoeidheid, overprikkelling en lichame
lijk lijden achterlaten.
Mathias Bauerband had zyn huis bereikt, het was een hoog, sta
tig huis met een groote achterwoning, welke laatste tot kasten
makerswerkplaats diende. Naast dit achtergebouw lagen opene
hokken, waarinden houtvoorraad bewaard werd.
De inwendige stoffeering van het woonhuis pleitte ia alle ver
trekken voor den eenvoudigen, solicden smaak en de welgesteld
heid van den huisheor, alsmede van de ordelievendheid aller in
woners.
Men ontwaarde overal de bedrijvigheid van vrouwelijke handen,
men vond overal een flinke vertrouwelijkheid, gepaaid aan eone
haast pijnlijke zuiverheid.
De kastenmaker schreed door het huls naar de binnenplaats en
betrad een oogenblik later de werkplaatsen, waaruit vrolijk ge
zang, verbondon met het rumoer, dat de beitels, zagen en hamers
veroorzaakten, hem tegen klonk.
Mathias Bauerband stond op den drempel, het geweer over den
schouder en den groenen hoed met de schilderachtige reeren op
het hoofd gedrukt.
„Kinderen, wy vieren feest!" riep hy, met zyn eentoonige stem,
door het rumoer heen. „Vooruit, legt dc gereedschappen neer,
morgen komt een nieuwen dag! Koenraad, gij zult iederen knecht
twee gulden en iederen leerling een gulden ter hand stellen, op
dat ook mijne brave werklieden zich op het schuttersfeest eens