doetje Dagelijks 2000 soldaten door ée lucht raaar Noorwegen. KRONIEK VAN OEM DAG VAN DE BELGISCHE KÜST TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN ZATERDAG 20 APRIL 1940. No. 94. IHoe Drontheim zond&r slag of stoot veroverd werd. Een gisteren uit Noorwegen in Londen aangekomen Noorsch ambtenaar heeft te genover een vertegenwoordiger van hel Engelsche Reuterbureau verklaard, dat naar zijn schatting ongeveer 2000 man Duitsche troepen dagelijks te Oslo en Ber gen aangevoerd worden door uit Denemar ken komende vliegtuigen. De zee, zoo verklaarde deze ambtenaar verder, is niet langer vrij voor de Duit- schers, maar door de lucht laten zü ver sterkingen Noorwegen binnenstroomen. Hü raamde, dat het totaal aantal der Duitsche troepen in Noorwegen ruw ge steld kon worden op 60 000. Ook verklaar de hjj, dat drie pogingen zijn gedaan om den koning en het kabinet te dooden of gevangen te nemen. Zelf heeft hij een uur en drie kwartier in een bosch gelegen na- bü Neuburgsund, op slechts 46 meter af stand van den koning, terwijl Duitsche vliegtuigen bommen lieten vallen en ma chineegeweervuur richtten op de leden van het kabinet en het parlement, die zich in het bosch verborgen. Volledige bijzonder heden over deze aanslagen op het leven van den koning zullen, tezamen met andere in lichtingen, uitgegeven worden in een Noorsch witboek, dat in Londen is voor bereid. De eerste maal richtten Duitsche vliegtuigen bommen op den koning en de leden van het kabinet te Hamar, vervol gens te Elverum en tenslotte te Neuberg- sund. Thans is de regeering echter geves tigd in een veel veiliger en gemakkelijker plaats. Zij heeft *de volledige controle over het bestuur. De jonge mannen, die vast zitten in de door de Duitschers bezette steden, zijn niet in staat te ontsnappen om zich b\j hun wapen te voegen, maar of schoon het verlies van Oslo, Bergen en Drontheim een ernstige slag is voor de na tie, ligt toch de groote kracht van Noor wegen in de provincie en daar heeft de re geering de controle en wordt de recrutee- rlng voortgezet. HET VERRAAD EN DE VALSGHE BEVELEN. Er is te veel aandacht gewijd, aldus do ambtenaar verder, aan zg. verraad door Noorsche ambtenaren. Veel daarvan was geen verraad, maar vond zijn oorsprong in valsche bevelen aan de troepen en de ambtenaren, die gegeven waren door de Duitschers door middel van de radio. Sommige legeraanvoerders geloofden de bevelen, die zg. van den generalen staf kwamen en waarin hun gezegd.werd .geen tegenstand te bieden of niet te vuren op de Duitschers, totdat de Duitschers vuur den op hen. is een Zuidslavische handelsmissie vertrok ken naar Moskou om handelsbetrekkingen aan te knoopen. Men meent te weten, dat dit het begin is van de diplomatieke betrek kingen tusschen beide landen. Dit is niet alleen merkwaardig omdat Zuid-Slavië tot dusver de Sovjet-Unie niet heeft erkend, maar ook omdat Zuid-Slavië zeer nauwe relaties onderhoudt met Duitschland en Italië. Aan buitenstaanders is geen blik ver gund in de beweegredenen van deze reis. Maar het is logisch, dat men zich in ver band hiermee de pogingen herinnert, welke aan Duitschland werden toegeschreven en welke ten doel zouden hebben de „as" tus schen Rome en Berlijn om te buigen naar Moskou. In dit kader zou een economische samenwerking op de Balkan zeer wel pas sen, zoodat het aan te nemen zou zijn, dat Zuid-Slavië met de instemming van Rome diplomatieke betrekkingen met Moskou wil aanknpopen. Men kan het ook -van een ander standpunt bezien, n.l. dat Italië aan een grooten concurrent in Zuidoost- Europa zijn vriend en asgenoot Duitsch land. waarschijnlijk reeds genoeg zal heb ben en het waarschijnlijk niet zal toejui chen dat Rusland daar npg bij komt. De tijd zal 't leeren. Voortgaande zeide de ambtenaar, dat Drontheim genomen was met middelen, er ger dan verraad: Terwijl Duitsche schepen het fort Agdeness in den fjord naderden in het du ster, dreven zij voor zich uit een groot aantal gevangen genomen Noorsche passagiersschepen en visschersbooten, be zet met de Noorsche bemanningen. De ka nonniers in het fort durfden niet te vuren uit vrees een slachting aan te richten on der de eigen zeelieden. Er hebben zich eenige bewezen gevallen van verraad voor gedaan in Oslo, en Narvik is zker door ver raders uitgeleverd. Voor het grootste deel echter is de aanvankelijke wanorde ver oorzaakt door valsche radiobevelen van den kant der Duitschers. Bij Hitler's 51 sten verjaardag. „NAAR DE SCHITTERENDE DUIT SCHE OVERWINNING", ZEGT GOEBBELS. De Duitsche minister van propaganda, Goebbels, heeft gisteren aan den vooravond van den verjaardag van rijkskanselier Hit- Ier een redevoering uitgesproken, waarin hij zeide, dat de Engelsche plutocratie kans- looze pogingen onderneemt het Duitsche volk van zijn leid.ng te scheiden om het vervolgens des te zekerder te kunnen ver nietigen. De Engelsche plutocraten hebben er, naar Goebbels zeide, geen flauwe voor stelling van welke veranderingen het Duit sche volk sinds 1918 én vooral in de laatste zeven jaren heeft ondergaan. Er is niets, dat de Duitschers onder scheidt in de liefde, gehoorzaamheid en vertrouwen In den Führer. Het Duitsche volk heeft in den Führer de incarnatie gevonden van zijn volks kracht en het lichtend voorbeeld van zijn nationale doelstelling. Hij is een volksleider in de meest waar achtige beteekenis van het woord. Zijn woord, ja, zpn wensch is voor ons, Duit schers, bevel. Hoe weinig kent daarentegen de tegenwoordige Britsche minister-presi dent het Duitsche volk, dat hü in een uur van lichtzinnigheid meedoogenloos tot den strijd om zijn bestaan heeft uitgedaagd. In de Engelsche klasse van plutocraten ver heft zich in feite een oude ondergaande wereld nog eens tegen een jong modern volk. Wij beleven thans groote en waarlijk be slissende tijden De Duitsche natie raapt zijn geheele kracht bijeen om zijn volksle ven te verdedigen. „Morgen aldus zeide Goebbels vie ren-wij -nu-den—Sisten' verjaardag van den man, die het Duitsche wonder heeft vol bracht. Ditmaal zal geen parade worden gehouden. Maar de liefde, welke ons met hem verbindt, en het vertrouwen, dat wü hem schenken, is daarom des te hartelij ker, dieper en inniger geworden. Een wensch beweegt de geheele natie, die aan het front en die in het binnenland: Lang leve de Führer. Hij leide ons, zooals tot nu toe, zij het ook door ernstige en moeilijke tijden, tot de schitterende Duit sche overwinning. En hij blijve daarbij, wat hij voor ons is en altjjd was: onze Hitier. DE ZWITSERSCHE COMMUNISTEN Mogen geen 1 Mei-dag houden. Havas meldt uit Bern: De Zwitsersche Bondsraad heeft voor het tijdvak van 39 April tot 2 Mei alle communistische betoo gingen verboden. Andere politieke partijen zullen ter gelegenheid van den len Mei be- H. M. de Koningin ontvangt de dragers van „het Ridder BIJ HET 125-JARIG BESTAAN DER M.W.O. H. M. de Koningin, grootmeesteresse der Militaire Willemsorde, zal op 29 April om half vijf de Ridders dier orde ten paleize ontvangen, ter gelegenheid van het 125-ja- rig bestaan der orde. Daarna zal het her denkingscomité een gemeenschappelijken maaltijd in hotel Witte Brug aanbieden. Op 30 April des morgens om half elf zal een défilé plaats hebben voor de gezamen lijke ridders van detachementen der weer macht. De regeering biedt vervolgens een koffietafel in hotel Witte Brug aan, waar na een ontvangst plaats heeft door den kanselier der Nederlandsehe orden in de Ridderzaal. De regeering biedt hierbij thee aan. De gemeente 's-Gravenhage biedt de autobussen aan voor het vervoer der deel nemers naar de verschillende plaatsen van büeenkomst. KANTOORHOUDER DER P.T.T. GEARRESTEERD. Er was een kastekort. In verband met een geconstateerd aan merkelijk kastekort is de vijftigjarige kan toorhouder der P.T.T. te Rijsoord, gemeen te Ridderkerk (Z.-H.) in verzekerde bewa ring gesteld. De man, die door de gemeentepolitie is verhoord, heeft reeds een bekentenis afge legd. Het onderzoek duurt nog voort. Een rustend geneesheer in Ede Nam steeds Roode Ster Tabak mede. „'k Geniet tweevoudig dan", Sprak die schrandere man: „Van mijn pijp en de land'lijke vrede". De Nederlanders te Oslo. Naar wij uit 's Gravenhage vernemen, heeft de consul-generaal der Nederlanden te Oslo aan het departement van Buiten- landsche Zaken getelegrafeerd, dat Ne derlanders, die in Oslo verblijven en Noor wegen wenschen te verlaten, per trein naar Nederland kunnen terugkeeren. Een vuurzee in de Brabaotsche gemeente Geffen, Vier boerderijen en vijf voorraadschuren afgebrand. De sterke wind, welke gisteren woei, heeft in de Noord-Brabantsche gemeente Geffen aan een brand den omvang van een ramp gegeven. Door tot nog toe onbekende oorzaak ont stond des middags omtsreeks kwart over vijf brand in de voorraadschuur van den heer F. Ruys aan de Broekstraat. De sterke wind wakkerde het vuur in de opgeslagen partijen hooi en rogge aan en binnen enkele oogenblikken was ook de kapitale boerderij van den heer Ruys, welke op enkele meters afstand van de schuur is gelegen, door het vuur aangetast. De vlammen bleken niet te stuiten. Zij maakten zich ook meester van een leeg staande boerderij, eveneens eigendom van den heer Ruys. Daarnaast stond de boerderij van den heer A. van Zandvoort. Zoowel deze als twee schuren, welke bp het erf stonden, gingen in den baaierd verloren. Slechts niet de grootste moeite gelukte het de ziek te bed liggende echtgenoote van den heer Van Zandvoort tüdig buiten het gebouw te bren gen. Hooge lindeboomen scheidden de boerde rij van den heer Van Zandvoort van die der familie Schel. Deze boornen hebben de boerderij van Schel gespaard, doch zij vorm den geen voldoende scherm om te voorko men, dat vonken overwaaiden op de onge veer veertig meter verder gelegen boerderij van den heer Willems, welke eveneens in brand geraakte. Ook deze werd geheel ver woest. De bü deze boerderijen behoorende toogingen kunnen houden en in iedere plaats zal een optocht worden toegestaan, doch sprekers zullen in hun redevoeringen rekening moeten houden met het feit van de officieele neutraliteit van Zwitserland. schuren brandden eveneens tot den grond af. OOK VEE IN DE VLAMMEN OMGEKOMEN. Het feit, dat al deze gebouwen rieten da ken hadden, verklaart mede de zeer snelle uitbreiding van den brand. Slechts ternau wernood gelukte het een gedeelte van den inboedel en het vee van den heer Willems te redden. Ook het vee van den heer Van Zandvoort kon in veiligheid worden ge bracht. Van den heer Ruys, kwamen echter zes koeien, een aantal varkens en een groot aantal kippen in de vlammen om. Slechts zes koeien, welke in de boerderij waren on dergebracht, konden worden gered. De in boedel ging geheel verloren. De burgemeester van Geffen, de heer Veltman, had toen de brand een angst- wekkenden omvang aannam de assisten tie van de brandweer uit Oss ingeroepen. Deze was spoedig ter plaatse en gaf met enkele stralen water, doch zij stond vrijwel machteloos tegenover- de vuurzee. Een groot aantal militairen verleenden hun me dewerking bü het blusschingswerk. Zij slaagden er in, bijgestaan door buren, een belangrijk deel van den inboedel van den heer Willems uit de boerderij te redden. Tevens verrichtten zü goed werk, door er voor te waken, dat de vonken geen onheil konden aanrichten aan aangrenzende per- ceelen. De schade is zeer aanzienlek. Groote voorraden hooi, stroo en rogge zijn verlo ren gegaan, terwijl tevens alle landbouw werktuigen, welke in de boerderijen waren opgeslagen, door het vuur zijn vernield. De gezinnen, die in de boerderijen woonden, be stonden uit totaal bijna veertig personen. Zü zijn thans dakloos. Voor de eigenaars van de perceelen is deze brand een ramp, daar zij allen laag verzekerd zijn. Uiteraard trok de felle vuurzee groote belangstelling, niet alleen uit Geffen en Oss, doch ook uit de andere omliggende ge meenten. Omstreeks zeven uur was men het vuur meester. De Batkan: gevechtster rein der hoog-gehoeden Het zün niet alleen gevechten met de wa pens in de vuist, die van «belang zün voor het lot der volken. De stille strijd der diplomaten is wel zoo belangrijk. Vroeger wellicht nog meer dan thans. In den rijd der ..geheime diplo matie" waren de diplomaten, de gezanten niet hun onafscheidelüke hooge hoeden of hun gala-uniformen misschien nog weel belangrijker personages dan nu. Zü hadden een veel zelfstandiger positie, wat ook niet anders kon, omdat de verbindingsmiddelen veel slechter waren. In onzen tüd van tele foon, telegraaf en radio is de gezant meer dan ooit een verlengstuk van het ministe rie van Buitenlandsche zaken in het moe derland. Maar een zelfstandig denkend waarnemend en adviseerend verlengstuk, zoodat een gezant nog steeds een persoon van gewicht is en zoodat het niet onver schillig is wie eenn dergelijke positie be kleedt. Van het advies der gezanten zal dikwijls het ministerie van Buitenlandsche Zaken zyn beslissingen laten afhangen. En daarom kan het van groote beteekenis zün, dat Engeland dezer dagen zün gezanten in de Balkan-landen naar Londen heeft go- roepen. De spannende gebeurtenissen in Scandinavië hebben de aandacht geruimen tüd van dit onderwerp afgeleid, maar thans zijn de besprekingen gereed en de diploma ten keeren naar hun posten terug. Alles, wat te Londen over deze conferenties is medegedeeld, is, dat aan de gezanten een overzicht is gegeven nopens de nieuwe han delsmaatschappij voor de Balkan, welke Engeland heeft opgericht. Dit teekent den toestand. In het Noorden en het Noordwes ten wordt gevochten met de wapenen, in het Zuiden met beloften (Italië), in het Zuidoosten met feld. En als het geld be treft, is Engeland altüd in het voordeel te genover zün concurrenten. Aleen: de Bal- kanlanden zouden wel hun geheelen oogst aaii de Geallieerden kunnen verkoopen en misschien ook wel willen verkoopen, maai de voorzichtigheid verbiedt hun dit waar schijnlijk. Afgezien van het feit, dat Duitschland het Zuid-Oosten van Europa als zün .Xebensraum" beschouwt, is het niet te verwachten, dat Zuid-Europa bereid zal zijn hoeveel het er ook aan kan ver dienen om den geheelen uitvoer naar Duitschland stop te zetten en alles te ver koopen aan de Geallieerden. Daardoor zou liet Berlyn ten zeerste tegen zich innemen. Bovendien is het een feit, dat de Balkan economisch meer aangewezen is op Duitsch land dan op Engeland. Dat was ook voor den oorlog reeds zoo. En de Engelsche ge weldige aankoopen in de Balkanlanden zün ten eerste oorlogsmaatregelen en pas in de tweede plaats economische maatregelen. En dat. is voor de economie van een land een gevaarlijke basis, wat men op de Bal kan ook wel inziet. Ook in den vorigen oorlog heeft Enge land den tegenstander veel afbreuk ge daan met zün „zilveren kogels". In ons .land heeft men dat eveneens ondervonden. Onze groote vischuitvoer naar Duitschland werd in den oorlog voor dit land nog be langrijker dan anders. Maar Engeland kocht tegen fantastische prijzen de visch op in IJmuiden. Daarbij bleef het. De visch werd niet naar Engeland vervoerd en lag aan onze kust te rotten. Maar het doel der Engelschen was bereikt: de vijand bleef ook van deze aanvoer van levensmiddelen verstoken. Als de Balkan thans zün economie ging baseeren op de Geallieerden, dan weet nie mand hoe het met den oorlog zal gaan. Dit risico is dus zeer groot. In het Zuid- Oosten van ons werelddeel woedt een stille strijd, de strijd van den meestbiedende. De Balkan-staten zijn het over eenige zaken onderling eens geworden, bv. over het toe zicht op de Donau, dat elk binnen zün ge bied streng zal handhaven. Zoowel Enge land als Duitschland verklaren zich over deze eensgezindheid te verheugen. Vermoedelijk verheugen de betrokken staten zelf zich echter het meest. Zü zün het over vele zaken onderling niet eens, maar dat eene belang hebben zü alle: buiten den oorlog te blijven. Daarvoor wor den oude geschillen tijdelük vergeten, ten einde naar buiten zoo sterk mogelijk te staan. Een merkwaardig feit heeft er op den Balkan nog plaats gehad dezer dagen: er 'Van onzen correspondent). TUSSCHEN PASCHEN EN PINK STEREN. Hel is weer een stille tüd. dien wü be leven. Als we tenminste dien naam geven mo gen aan de huidige dagen, nu we rennen van de radio, waar we het laatste nieuws vernamen, naar de voordeur om de nieuwe krant uit de brievenbus te heden, nu de ééne helft van het gezin zenuwachtig en bezorgd is en de andere helft bezorgd en zenuwachtig, nu de één aan den ander, nauwelijks wakker, vraagt: wat zal deze nacht weer gebracht hebben? en de an der aan den één de vraag stelt: wat zal deze dag ons weer brengen? Dagen van rustige kalmte, van onbe kommerde gedachten bestaan alleen nog maar in de herinnering. Met stille tüd bedoel ik dan ook uit sluitend de toeristisch kalme weken tus schen Paschen en Pinksteren. Er is met het Paasch-„seizoen goed gewerkt aan de kust; iedereen is tevreden. Vele huizen (hotels en restaurants)" die anders pas met of na Pinksteren openden hebben dit jaar veel -vroeger de stof van kasten en schoorsteenen geblazen, hun ramen van blinden, luiken of kranten ontdaan, hun deurknoppen gepoetst, hun tapü*en uit de wintersche verpakking los- gewikkeld. de statiekleedijen van hun portiers opgekalefaterd, hun ingangs poorten breed opengegooid. En ze zyn er wel bü gevaren. Maar nu, nu alle vreemde snoeshanen weer vertrokken zyn, nu er slechts een eenzame, verdoolde zich zoo nu en dan als monster-zonder-waarde vertoont, nu hebben de meeste hotels en eethuizen geen lust als asyl voor dakloozen, toevlucht voor onbehuisden te fungeeren en daarom hun boeltje weer potdicht gedaan. Het is nu weer stille tüd, dien wij be leven. En toch geen stille tüd, want in den re gel wordt er binnenshuis hard gewerkt gedurende de weken, die liggen tusschen Paschen en Pinksteren. Heeft men, om op tüd gereed te komen, met Paschen wel eens met den Franschen slag er zich doorheen geworsteld, met Pinksteren, er. meer nog met het „hoogseizoen", moet alles in de puntjes zijn. Er wordt nu ste vig en grondig gekalkt, gewit, gezeept, geboend, gezeemd, gesodaat, gebrassood. gevimd. Dat was met. Paschen maar kin derwerk vergeleken bü nu. Op hoop van zegen. In de hoop dat de internationale spanning niet slechter wordt kan dat nog? dat het bij ons niet wordt een aan den lüve ondervinden, dat er niet te veel, en als het kon heelemaal geen, mynen op onze kusten ontploffen, waardoor de gasten worden afgeschrikt. KLEINER "MAN N, WAS NUN? Deze titel van Fallada's boek is hier niet van onpas. Met Paschen hebben wü kunnen vast stellen, dat de „kleine man" over liet al gemeen weggebleven is. Het zün de ge goeden en de menschen, die thafts geld verdienen, die de kust zün komen bezoe ken. Wil dat zeggen, dat de gewone burger man niet meer iii staat is zich de kosten van een vakantiereis te veroorloven? Dat we ook niet meer op hem behoeven te rekenen voor het zomerseizoen? Het zou jammer zijn. zoowel voor hem als voor de kuslbedrjjven. Voor hem, omdat dit een bewijs zou zün, dat het den middenstand en den werkman niet goed gaat en voor de kustbedrüven, omdat de rijkaard alleen de groote hotels en de eerste-klasse zaken bezoekt. De tal rijke bescheidener inrichtingen raken daar mede in de knel. Van de rijke bezoekers alleen kan de kust niet bestaan. Gevraagd naar zijn oordeel over het as. seizoen, zeide ons een der bekendste hoteleigenaars: inderdaad wijzen de teeke nen er op. dat de „kleine man" niet in zoo'n groote getale naar de kust zal ko men, als we dat gewoon zün. Vooral voor den middenstand is het nu een moeiüjke tüd. Er moeten veel meer Belgen en ook veel meer Hollanders hierheen gebracht worden en dat kan door een doelbewuste propaganda. Moeten wü het betreuren, dat het to1 geen accoord kon komen tusschen België en Nederland om wederzijds de belemme ringen in verband met de paspoorten-ver plichting uit den weg te ruimen, des te meer moeten wü nu er op blijven aan dringen. Naar wü meenen, zün het de Bel gische militaire autoriteiten, die niet wil len toegeven, maar we wanhopen niet. Door een eenparige beweging moet men hen en onze regeering aan het verstand brengen, dat zij een middel hier bezitten om meer belastingen te zien opbrengen. Dat middel is: het toerisme met alle krachten aan te moedigen. IN OOSTENDE. Hoevelen er in de Paaschweek op den barometer getikt en geslagen heboen, is moeilijk te berekenen. Doch ondanks dat dat ding maar niet den kant op wilde, dien wü wilden, gaven de hoteliers, de appartementhuizen, de koffiehuishouders, de winkeliers den moed niet op, want er was reden tot hoop. Immers reeds dagen tevoren waren er gasten gekomenvelen om dé kamers te bezetten, die z\j van in hel najaar hadden gehuurd voor het geval, dat het oorlogs geweld ook in ons landeke zou komen en veel anderen om eens andere gedachten op te doen, gedurende een achttal dagen en om de wintersche stadsluchtjes te ver ruilen voor ozonrijke, penetrante zee lucht. Reeds op Witten Donderdag waren er, behalve motregen en koude wind, vele vreemde gezichten, op Goeden Vrijdag was er nog meer regen en koude wind en volk en bü eiken tik ging de weervoor- speller met sprongetjes naar benéden. Maar ondanks dat waren we op Zondag boordevol. Treinen en auto's brachten maar steeds menschen aan. zoodat het op den duur krioelde op den djjk. Die hun hotels geopend hadden en hun terrassen in orde gebracht hebben goede zaken gedaan; in eenige hotels moest men zelfs aanvragen weigeren, wègens gebrek aan plaats. Onder al die menschen hoorde men vrij veel Nederlandsch spreken en we hadden stellig van dat soort nog meer kunnen hooren, had onze Belgiek al dat paspoor- tengezanik afgeschaft. En nu maakt ook Oostende zich gereed om den echten, den grooten toevloed te verzwelgen, dien men met Pinksteren en daarna verwacht. Hoop doet leven. De Paaschbezoekers hebben nog de ge legenheid gehad de Oostendsche zandzak ken-strategie te bewonderen en ie ruiken: het stadsbestuur had de rottende zandzakjes en het vermuffende zand, eens in eendracht opgebouwd tot loopgraven- muurtjes maar nu omdat de zakjes zich al meer begeven en zich aan hun taak onttrekken, vervloeiende en verregenende tol slijmerige papmassa's, laten liggen op den Dijk en in de straten. Dat zal nu met Pinksteren opgeruimd zijn en daarmede de paar honderdduizend franken, die deze loopgraven-schuilkelder specialiteit gekost heeft. In elk geval heb ben deze honderdduizenden franken toch eenig nut opgeleverd: men weet nu ten minste hoe men schuilkelders niel moet maken. Nog een paar weken en dan komt liet „'tweede seizoendat van Sinksen en dan nog maar korten rijd en we zit ten midden in de herrie. Als die kornlten minste. Intusschen zal het Stadsbestuur reklaam gaan maken in Holland, opdat dit land een groot gedeelte van die. ons welkome, herrie zou leveren. Cust Wagliter.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 5