KRONIEK VAN DEN DAG
Nederland en België.
Twee Britsche en een Ouiisch
vliegtuig hoven Rottum.
VOOR EN POLITIERECHTER
TE MIDDELBURG
De Finsch-Russische onder
handelingen duren
onverwacht lang.
TWEEDE F"-AD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE M1DDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN ZATERDAG 30 MAART 1940. No.
75.
OorlogspeL
De Engelsche auteur H. G. Wells is een
der meest, fantasierijke schrijvers ter we
reld. Of wellicht lijkt dit zoo omdat hij zoo
consequent is in de uitwerking van zijn
fantasieën. Maar de fantasie van Wells is
geen droomfantasie, geen los-van-de-wereld-
gepeins, want hoewel hij droomt, doet hij
dit met open oogen; hij droomt a.n.w. met
liniaal en rekenlat. Altijd komt hij tot
merkwaardige dingen en altijd is het als
of hij tot die resultaten is gekomen door
middel van berekening.
Deze Weiis nu heeft onlangs zijn
berekenende fantasie gericht op het on
derwerp, dat de heele wereld interesseert:
Hoe zal de wereld er uitzien na dezen
log en wat kunnen we doen om dat uitzien
zoo dragelijk mogelijk te maken? In een
der grootste Engelsche dagbladen heeft hij
een campagne ingesteld, die tot doel heeft
om na al het gepraat over een „oorlogs
doel" te komen tot plannen voor een
goed „vredesdoel".
Vele duizenden hebben op den oproep
van Wells geantwoord en medegedeeld hoe
zü zich de betere-wereld-van-straks denken.
Hoewel Wells het met dit werk voor de
toekomst zeer druk moet hebben, houdt hij
intussehen ook nog tijd over voor het he
den. En zooals zijn gewoonte is, zegt hjj
openhartig wat hij van dat heden denkt.
Hy ziet aan het Westelijk front de partijen
„ingevroren" liggen. Hij herinnert zich Oos
tenrijk, Tsjecho-Slowakije, Abessynië, Al
banië, Polen, Finland, en hij vindt, dat d(
Britsche regeering niet voor haar taak be
rekend is.
„Chamberlain en Halifax spelen met den
oorlog" zoo betoogt WeiJs.
Hij trekt een vergelijking met den toe
stand in Engeland thans en den toestand in
1914. Hij vergelijkt verder zijn eigen land
met Duitschland. En hij zegt anders zou
hij Wells niet zijn'daarover merkwaar
dige dingen.
De moreele kracht van Engeland is
niets vergeleken bij die van 1914, toen bijna
overal het patriottisme hoogtij vierde, al
dus Wells. Het volk geloofde in een oor
zaak, er was geloof en eenvoud, die even
bewonderenswaardig als tragisch waren.
De jonge menschen in 1914 geloofden tot
het uiterste. Wij gingen eensgezind den
log in. Men kon vrij spreken en op publi
caties kon vrijuit critiek worden geoefend.
Wij konden onze ministers wegsturen en de
regeering dwingen naar huis te gaan.
Na zes maanden oorlog is thans grootere
onderdrukking van de persoonlijke mee
ning en de berichtgeving te constateeren.
Iedereen weet dat onze regeering in hoo-
ge mate incompetent is om te regeeren en
toch waagt niemand een poging haar te
doen vervangen."
Wells stelde de vraag waarom „dat
hysterische geloof in loyauteit jegens de
regeering" heerscht. „Is er niet slechts een
gradueel verschil met den toestand in
Duitschland? De Duitschers blijven aan
hangers van Hitier omdat zij bang zqn voor
den completen chaos, als hjj valt!"
Die chaos is zijn groote angst. Niet al
leen in Duitschland, maar ook in zijn eigen
land. Wells blijkt niet erg optimistisch over
de wereld-na-den-oorl(og, maar ,ook niet
over den oorlog zelf.
„Als wjj geen eind maken aan den oor
log zoo zegt Wells dan maakt hij een
eind aan ons. Wij worden tegenwoordig al
len gedreven door een systeem en dat
systeem stort ineen".
Wells voorziet echter niet alleen een in
eenstorting van het economische systeem,
doch blijkbaar daarmee gepaard gaand een
volkomen verdwijnen van wat verder onze
huidige maatschappij bezit aan cultureele,
geestelijke en materieele waarden.
Totnogtoe heeft geen enkele van voor
spellingen als deze gelukkig bewezen
juist te zijn, en ook de voorspellingen van
Wells zullen hopelijk wel lijden aan een te
veel aan pessimisme. Waarschijnlijk zal de
wereld, als deze oorlog nog lang duurt, er
heel anders uitzien dan thans. Waarschijn
lijk. Maar niemand weet te vertellen hoe
dat zal zijn. Zal het ultra-nationalisme
hoogtij vieren of zal de menschheid moe
zijn, moe van oorlog en van allen haat?
Wells weet het niet en wij weten het
evenmin.
Wat wij allen echter als een onbetwist
bare zekerheid in ons meedragen is, dat
deze oorlog aan niemand, aan geen volk en
aan geen individueelen mensch, werkelijken
zegen kan brengen.
Een oorlog als deze, gevoerd onder val-
sche leuzen, met georganiseerden moord op
onschukiigen, met straks wellicht vreese-
ïijke middelen van den „totalen" oorlog,
kan nooit een zegen zijn voor de mensch
heid.
Want al zal een voortgezette oorlog niet
het einde van de geheele menschheid be-
teekenen en ook niet het einde van het En
gelsche, Duitsche of Fransche volk, er zal
onnoemelijk leed komen over die volkeren
en over de rest van Europa.
Laat ons hopen, dat Wells ver in het on
gelijk wordt gesteld. Laat ons echter tevens
hopen, dat wij daarvan het bewijs niet zui
len belevéi», doch dat de rede en het geloof
en niet de uitputting de volkeren, die
thans tegen elkaar staan, tot elkaar zullen
brengen!
Gunstige omstandigheden voor
vruchtbare samenwerking.
Regeeringsaankoopen van
aardappelen.
Naar wp van officieele zijde vernemen,
bestaat het voornemen om, zoo noodig, ook"
na 1 April door te gaan met het aankoopen
van kleiconsumptieaardappelen door de
regeering.
Nauwkeurige gegevens omtrent de voor
waarden kunnen nog niet worden verstrekt.
Uiteraard ligt eenige aanwijzing in de werk
wijze. zooals die tot dusver werd gevolgd,
en in de toezeggingen, welke indertijd zijn
gedaan met betrekking tot de prijzen, welke
men in het voorjaar hoopt te bereiken.
Er kome een eind aan de
paspoort-misère.
<V a n onzen
corresp- oinden t)'r
BRUSSEL, 26 Maart 1940.
Iedereen is er van overtuigd dat de hui
dige omstandigheden, van dien aard zijn
dat zij uitstekende gelegenheid bieden tot
nauwere samenwerking op allerlei gebied
tUGSChen Nederland en België', Iedereen
weet ook dat in. de laatste jaren het kli
maat voor deze samenwerking op voor
treffelijke wijze werd voorbereid door de
twee Staatshoofden. De wederzijdsche vor
stelijke bezoeken waren daarvan de hoog
tepunten.
De beproefde vrienden van Nederland in
België volgen de ontwikkeling van de ge
beurtenissen niet begrijpelijke blijdschap
en de rede, welke enkele dagen geleden
te Maastricht werd uitgesproken door den
voorzitter van de Belgische Kamer, mr.
Frans van Cauwelaerl, minister van Staat,
heeft den geest weergegeven dien zij koes
teren. Men diene hierbij niet te vergeten,
dat deze geest niet nieuw is. Wie de za
ken oppervlakkig beschouwt, zou kunnen
denken dal de sympathie voor Nederland
in België van zeer jongen datum is en
vlug kan omslaan met de omstandigheden.
Ongetwijfeld hebben de gebeurtenissen er
veel toe bijgedragen, om de openbare opi
nie in België te beïnvloeden en aan weers
kanten laten zakenlieden zich door sent
menteele en cultureele overwegingen
per slot van rekening maar weinig beïn
vloeden. Doch degenen, die wij de be
proefde vrienden van Nederland n
zijn het geweest die, onmiddellijk na den
wereldoorlog een vinnige actie hebben
gevoerd tegen het „Comité de Polïtiq
Nationaleen die geleidelijk hebben ge
werkt, met hun volle overtuiging, om een
goede atmosfeer te doen ontslaan. Vlaam-
sche politici en Vlaainsche journalisten
hebben in hoofdzaak die taak verricht
de vruchten worden geplukt, zijn er heel
wat elementen, die ter hulp van de over
winning gaan en de baanbrekers komen
iu wel eenigszins op den achtergrond tc
taan. Het officieele België heeft immers
deze politiek tot de zijne gemaakt. Noch
tans zijn het juist de baanbrekers, die de
permanente werken blijven, wat er ook
moge gebeuren, nu of in de toekomst,
omdat zij het oog gericht houden op hoo-
wederzqdsche belargen van cultur
len en geestelijken aard, die zich met
hun ideaal vereenzelvigen en clie voor de
Vlamingen een levenskwestie Vormer
DE NEDERLANDSCHE KAMER
VOOR KOOPHANDEL TE BRUS
SEL.
Ook de Nederlandsche Kamer van
Koophandel in België is een van de Ne
derlandsche organisaties, die onder leiding
van haar voorzitter, den beer Vink. alles
in het werk stelt om de wederzijdsche be
trekkingen te bevorderen. Zij heeft een
standing bereikt, welke is te vergelijken
met die van de Engelsche en Fransche
Kamers van Koophandel te Brussel. Zoo
pas is het jaarverslag van de Kamer
verschenen en hierdoor wordt deze activi
teit andermaal in het licht gesteld. Het
ledenaantal is tot 1.100 gestegen en hei
aantal correspondentschappen is thars uit
gebreid tot 25 in Nederland en 27 ïn Bei-
Luxemburg, terwijl ook in Neder-
landsch Oost- en West-Indië correspor
dentschappen werden gevestigd. Hot ver
slag wijst op zeer practisch werk, dat
naast het streven tot samenwerking
strekt noodzakelijk is en zeer d'kwül:
ficieel initiatief, zoo niet vervangt dan
och verwekt, terwijl het in vele gevallen
boven officieele actie is te verkiezen,
omdat het beantwoordt aan ware behrW-
Tengevolge van de nieuwe handels
belemmeringen, die zich sedert 1 Septem
ber hebben opgestapeld is èr voortdurend
contact geweest met de regeeringslicha-
men in Nederland, België en Luxemburg.
De permanente economische Nederlandsch-
Belgisch-Luxemburgsche Commissie heeft
zich tengevolge van de omstandigheden
moeten onthouden van een bijzondere be
drijvigheid maar de Kamer heeft een
belangrijke activiteit ontwikkeld, om we
derzijds nieuwe bronnen van bevoorrading
te zoeken,, alsmede nieuw afzetgebied I
ontsluiten. Zij moedigt de belanghebbenden
aan, gezien de tot dusver bereikte resul
taten welke verre de verwachtingen over
troffen. haar hun, behoeften kenbaar te
maken. De Kamer verleent gaSrrie haar
bemiddeling om de handelsrelaties te ver
stevigen en nieuwe te vestigen. Wat den
economischen toestand betreft geeft het
verslag een zeer uitvoerig overzicht, waar
uit valt te onthouden, dat de han
del met Nederland in alle
opzichten gunstiger is ge-
worden voor België. De
invoer uit Nederland naar de Belgisch—
Luxemburgsche Unie vertegenwoordigde
in 1938 2.079.300,000 fr. en in 1939:
1869,683,000 fr. terwijl de uitvoer naar
Nederland in 1938: 2,614,454 000 fr. be
droeg en in 1939: 3,443.444.000 fr.; heCZq
een uitvoerpaldo voor Bqlgië dus van
535,154,000 fr. in 1938 en van 1.573.761,000
in 1939. In waarde daalde de invoer uit
Nederland dus met 10,1 tegen 14,4.
voor den totalen invoer in de Belgisch
Luxemburgsche Unie. De uitvoer naar
ISfederland nam toe met 31.7 tegen 0,27
vroor den totalen uitvoer der Belgisch
LuxenAburgsche Economische Unie. "Het
aandeed van Nederland in den handel der
Unie gedroeg, wat den invoer betreft uit
■Nederland 9,4 in 1939 en wat den uit
voer baar Nederland betreft 15,8 Hier
bij va-t aan te stippen dat de exportver-
meerd<?ring van België naar Nederland
voor eten, groot deel bestaat uit metalen
en metalen artikelen, welke omstandigheid
waarschijnlijk is veroorzaakt door aan
koopen voor het Nederlandsche leger.
Paspoortmisère.
Het verslag breekt terloops ook een
lans voor het herstel van de voor den oor
log bestaande spoorwegverbindingen en
deafschaffing van de paspoortformalitei
ten. In verband hiermee is het duidelijk
dat de voornaamste moeilijkheden worden
gemaakt door Belgische autoriteiten. On
danks de ecor.omisches unie met Luxem
burg zijn zelfs de Luxemburgers verplicht
zich te voorzien van een paspoort. Daar
over is reeds veel geklaagd maar
wordt niet van afgezien. De redenen zijn
veelal van, militairen aard of houden
algemeenen zin verband met de veiligheid
van het land, den strijd tegen eventueele
spionnage. of het binnensmokkelen van
ongewenschte vreemdelingen. Men is zelfs
zoo ver gegaan met slecht humeur de
propaganda te onthalen die door het Com
missariaat voor Toerisme te Brussel werd
gevoerd om vreemde toeristen raar Bel
gië te doen komen, omdat deze propagan
da een uitnoodiging is voor ongewensch
te elementen. "Dit slecht humeur beperk'
zich natuurlijk slechts tot de militaire en
enkele politiekringen want de ontevreden
heid bij de bevolking is bijzonder groot
over de paspoortenmv'èrc. De algemeen
geldende meening is dat paspoorten geen
waarborg opleveren. De spionnagediensten
beschikken over alle mogelijke middelen om
zich valsche papieren aan te schaffen; on
gewenschte vreemdelingen eveneens en
per slot van rekening zijn het slechts de
eerlijke lieden en zakenmenschen die wor
den gehinderd. De jongste moeilijkheden
in verband met den Nederland-België-
wédstrijd hebben voldoende aangetoond
hoe halsstarrig men. hier op zijn standpunt
is blijven staan. Een blad als „La Métro-
pole" te Antwerpen is daartegen met klem
ingegaan. Het is een feit dat Nederland hei
eenige land is, op het oogenblik, dal vrij
openstaat voor de Belgische loeristen en
het spreekt vanzelf, c}at de omstandighe
den het mogelijk maken heel wat Zuide
lijke buren naar Nederland te brengen in
dien er niet te veel moeilijkheden waren, j
Het omgekeerde is ook?. waar. Bij den aan
vang van. het zomerseizoen is het noodig
dat door onderhandelingen de paspoorten
geschiedenis wordt opTelost. De openbare
meening is on.betwistlwar in België tegen
den strengen maatreg}.') gekant en men
moet hopen, dat de Machten zoo sterk
zullen worden dnt h;:l, vroegere stelsel
van de identiteiTskgnr: weer zal kunnen
ingevoerd worden. .V
Protesten te Londen en
Berlijn.
De Regeeringspersdienst meldt:
Donderdagmiddag om kwart voor twee
zijn boven het eiland Rottum twee Britsche
militaire vliegtuigen waargenomen. Zij
zijn van den grond af beschoten en hebben
zich daarop in Westelijke richting verwij
derd.
Dienzelfden middag is op het eiland een
Duitsch landvliegtuig van het „Junker"-
type 8 LHK waargenomen, dat zich in
Noord-Oostelijke richting heeft verwijderd.
Protesten zijn respectievelijk te Londen en
Berlijn uitgebracht.
Duitsctie vliegtuigen boven
Belgisch gebied.
Belga meldt uit Brussel: In den ochtend
van 29 Maart hebben vreemde vliegtuigen
herhaalde malen boven Belgisch gebied ge
vlogen. Twee hunner werden herkend, het
waren toestellen van Duitsche nationaliteit.
Het luchtafweergeschut kwam op verschei
dene plaatsen in actie.
De oorlogsschade in Finland.
MILLIARD
Een vernuftige boer in De Lemmer
Sprak „Geen koe is zoo wild, ol ik ten
Bij een pijp P.oode Ster
Schopt ze niets meer omver
En ik vul rustig rookend mijn emm
Naar verluidt, beloopt de materieele oor
logsschade in Finland volgens de tot dus
verre opgestelde ramingen ongeveer een
milliard Finsche marken. In Abö alleen al
wordt de schade geraamd op 30 tot 40 mil-
iioen Finsche marken.
Naar thans bekend wordt, zijn de reede-
rjjen uit de afgestane gebieden thans ook
verplaatst naar de Westkust van Finland.
Naar alle waarschijnlijkheid zullen zij in de
havens aan de Finsche Golf hun bedrijf
weer opnemen.
De 430.000 bewoners van de aan de sov
jet-unie gecedeerde streken hebben hun
haardsteden vrijwillig verlaten.
Ten aanzien van deze menschen zijn twee
problemen belangrijk: de huisvesting en
het verdere bestaan. Zweden zal het hout
zenden, dat noodig is voor den bouw van
huizen voor 60.000 gezinnen. De Finsche re
geering bereidt een ontwerp voor agrari
sche hervormingen voor, krachtens helwelK
alle akkergrond ter beschikking van de ge
ëvacueerde bevolking zal worden gesteld.
Groote ondernemingen, trusts en gemeen
ten zullen daartoe tegen een schadevergoe
ding, te betalen door den staat., een deel
van haar grond moeten afstaan. Voor de
evacuatie en den geheelen herslelarbeid is
een bedrag van 12 milliard mark noodig.
De regeering wil zich dit geld verschaffen
door binnenlandsche leeningen, bijzondere
heffingen op buitenlandsche leeningen, enz.
Zitting van gisteren).
TOEN HET ZOO KOUD WAS
De verdachte stond met. seheefgehouden
hoofd voor den politierechter en beleed op
berustenden toon zijn zonden. Hij was op
een dag in het begin van Februari met
een leegen zak naar de losplaats van
tram gegaan, waar vele zakken vol met
eierkolen stonden. „In het veen ziet men
niet op een turfje", dacht de man en hij
keerde een der zakken om in zijn meege
brachte zak en bracht die naar huis. Het is
ook verleidelijk, wanneer het thuis koulij
den is, en daar bij de tram de brandstof
voor het oprapen ligt
„Had je gebrek aan kolen?" vroeg de po
litierechter.
„Ja", fluisterde verd.
„Maar waarom heb je tegen de mare-
chaussêes gelogen toen ze bij je kwamen?"
„Uit bangigheid", gaf verd. zijn ziel bloot.
„Je bent ook al eens veroordeeld wegens
het smokkelen van suiker", zei de politie
rechter spijtig.
De officier van justitie vond, dat hier
geen geldboete gevraagd moest worden,
daar verd. die waarschijnlijk toch niet be
talen kon, en eischte twee weken gevan
genisstraf.
Het mannetje schrok en keek hulpeloos
naar den rechter. Deze zuchtte en vroeg:
„Heb je nu geregeld werk?"
„Ja, vrij geregeld", zei verd.
„En voor je zoon, die in dienst is, krijg
je kostwinnersvergoeding?"
„Eén gulden vijf per week".
,Zoo, dus 't gaat nu nog al," zei de poli
tierechter, en veroordeelde verd. tot 14 da
gen gevangenisstraf voorwaardelijk met 3
jaar proeftijd en 15 boete.
„En die boete kan je misschien in gedeel
ten betalen", voegde de rechter erbü,
waarop het mannetje opgelucht wegging.
OPA WOU NIET
Een landbouwer wilde eens een dagje
gezellig uitgaan mèt zijn vrouw, en zónder
zijn kinderen. Zijn knecht droeg hij op. op
den eenen jongen te passen, terwijl hij den
anderen zoon bij den grootvader deponeer
de. De knecht had tevens consigne, de
jongens niet bij elkaar te laten komen,
aangezien de landbouwer hen kennende
wist dat het dan beslist op ruzie uit zou
loopen.
Maar Opa voelde niets voor de rol van
kindermeisje, en hij bracht zijn daden in
overeenstemming met zijn gedachten en
zijn veelbelovenden kleinzoon terug naar
het ouderlijk huis.
De knecht hield zich zijnerzijds letterlijk
aan de gegeven voorschriften, en hij som
meerde Öpa het huis te verlaten.
Opa liet zich echter niets sommeeren,
waarop de knecht tot ondubbelzinnige
maatregelen overging: hij plantte zijn
vuist in het gezicht van den ouden man
en werkte hem op deze hardhandige ma
nier de deur uit. Weshalve h\j zich nu we
gens mishandeling te verantwoorden had.
,.Ik heb hem niet mishandeld", gaf verd.
als zijn kijk op de zaak te kennen, „ik
heb hem alleen maar de deur uitgeduwd.
En mijn baas had gezegd dat ik hem niet
binnen mocht laten komen*'.
„Wat?"' verwonderde zich de politie
rechter ..mocht: die groot vader -iet eens
het huis in komen? Waarom niet?"
„De verhouding is al een heelen tijd niet
goed", zei verdaldus de interne familie
aangelegenheden van zijn baas aan het
publiek prijsgevend.
„Zoo" zei de rechter resumeerend: „Dus
die grootvader mag het huis van zijn kin
deren niet binnenkomen, maar als die het
er eens een dagje van nemen willen, is
hü wel goed genoeg om op de kleinkinde
ren te passen? Nu, als ik die grootvader
was, zou ik er ook voor bedanken. Maar
waarom kon U niet op allebei de jongens
passen?"
„Dat gaat niet", zei verd., „op één jon
gen kan het nog wel, maar op allebei is
onmogelijk".
De officier van justitie, die wist dat
verd. als vechtlustig bekend stond, eisch
te 15 boete of 10 dagen hechtenis
Uitspraak 10 subs. 5 dagen hechtenis.
DE POT EN DE KETEL.
Beide vrouwen waren jong (24 jaar)
beide liepen op zwikkende hooge hakken,
en beide droegen op een u'tbunding krul
lenkapsel een zwierig hoedje..
Elkaar bekeken ze met priemende, ver
scheurende, dood-en-verderf-zaaiende blik
ken. en voor den rechter spuwde elk mei
een somtijds ovenslaande stem een stroom
van venijn in de richting van de ander.
Buurvrouwen-ruzieElk gaf de ander
de schuld.
Met bewonderenswaardige neutraliteit
liet de politierechter om beurten de eene
op het beklaagdenbankje zitten en de an
dere als getuige optreden.
A. S. moest het eerst zitten, en haar
tegenstandster E. L. verklaarde, dat verd.
op 24 Februari zonder daartoe uitgenoo-
digd te zijn, haar (getuige's) huis was
binnengeloopen. Men gaf haar te kennen,
dat haar aanwezigheid niet op prijs werd
gesteld, waarop de ongenoode gast een
scheldwoord bezigde, dal in een nette
krant slechts met stippeltjes kan worden
weergegeven. Hierbij werd de opmerking
gevoegd: „Je hebt een gouden ketting in
KMdrecht gestolen" voor welke lasterlijke
aantijging toch op zijn minst de bewijzen
ontbraken. Getuige E. L. nam het niet
en met behulp van haar zuster wist ze
haar buurvrouw de deur, waartegen deze
eerst nog een flinke trap gaf, uit te krij
gen. Verd. vierde haar woede vervolgens
bot op een fiets, die onder het raam
stond, en die ze met kracht tegen den
grond smeet. Bij het opnemen van de
schade kon worden vastgesteld, dat het
stuur verbogen was, het achterlicht ver
nield en het glas van de lantaren ge
barsten.
Verd. ontkende categorisch. Ze was niet
in het huis van haar buurvrouw geweest.
En die was begonnen. En de fiets was al
kapot toen hq nog onder het raam stond.
Haar verhaal vond geen geloof, en de
officier van justiite eischte tegen haar
15 boete of 15 dagen hechtenis. De po-
Wordt Finland economisch
afhankelijk?
Volgens berichten uit Moskou duren de
onderhandelingen, die de Finsche gedele
geerden daar voeren, langer dan men ver
wacht had. Men zegt, dat de Russen het
terrein der besprekingen uitbreiden met het
doel, ook een grooteren invoer van Finsche
goederen, in het bijzonder industrieproduc
ten, te behandelen.
Men denkt, dat een speciale gemengde
commissie over een nieuw handelsverdrag,
zal onderhandelen. Volgens het" Estlandsclie
blad „Rahvaleht", zal Finland in econo
misch opzicht van de sovjet-unie afhanke
lijk worden.
Tot dusverre zijn bij de besprekingen
slechts principieele kwesties behandeld.
Men verwacht, dat zich de volgende maand
een Finsche handelscommissie naar Mos
kou zal begeven. Men zegt ook, dat voor
verscheidene grenskwesties nog geen over
eenstemming bereikt is.
Een bericht uit Helsinki meldt, dat de
Russen hun keurtroepen uit de in Finland
bezette streken terugtrekken en ze vervan
gen door andere afdeelingen.
Voor een redelijke belooning
van den agrarischen arbeid*
EEN ADRES VAN ^LANDBOUW
EN MAATSCHAPPIJ."
Het dagelijksch bestuur van den Natio-
i.alen Bond „Landbouw en Maatschappij"
heeft, een adres gezonden aan den minis
ter van Economische Zaken, waarin wordt
aar gedrongen op nieuwe regeeringsmaat-
regelen in verband met de moeilijke posi
tie van de veehouderij.
Iri d't adres herinnert het bestuur aan
de radiorede, welke de minister -op 11
Maart jl heeft gehouden er. waaruit
bleek, dat ook de minister ervan op de
hoogte was, dat de veehouderij in den
laatsten tijd met niet veel anders dan te
genslagen te kampen heeft gehad
Na nog gewezen te hebben op een aan
tal vorige adressen, geeft adressante aan
welke maatregelen zij noodig acht om
verbetering te brengen in den toestand
van de veehouderij.
Deze maatregelen zijn
le. Doorbetaling van den huidigen
melkprijs gedurende den geheelen zomer
2e. Onmiddellijke uit de markt name
van tweede en derde soort rundvee té
gen redelijke prijzen.
3e Onmiddellijke ve'rhooging van de
prijzen der slachtvarkens tol een loonend
niveau.
4e. Wat de pluimveehouderij beftrefl.
dient de kort geleden aangekondigde ver
laging van den toeslag bij export minstens
ongedaan te worden gemaakt.
Het bestuur van „Landbouw en Maat
schappij" laat zijn wenscheh vergezeld
gaan van een uitvoerige motiveering.
litierechter maakte er 10 of 5 dagen
van, waarna de bordjes verhangen werden
en getuige E. L. op hel bankje terecht
kwam.
Zij had eenige dagen te vo.-en bij het
passeeren van de huurwoning haar buur-
vijandin. die in haar tuintje stond, belee-
digd. Ze had een scheldwoord (zelfde stip
peltjes) geroepen en gezegd: „Je hebt
twaalfduizend francs gestolen van den se
cretaris in KieldrecM."
Get. A S. van de gelegenheid gebruik
makende, spoot haar klachten op als een
dolgeworden fontein.
De politierechter knikte wijs en merkte
op: „Het lijkt me niet prettig wonen zoo
naast elkaar. Een van jullie moest maar
verhuizen."
„Ik denk er niet over", zei verd. verbe
ten.
„Ik ook niet", zei get. nóg vastberadener.
De officier van justitie voorzag in deze
omstandigheden een eindelooze rij van pro
cessen-verbaal wegens scheldpartijen er
ruzies, en stelde de vrouwen op de hoog
te van zijn voornemen: de eerstvolgende
keer een vrijheidsstraf te eischen. Dan
konden ze er in de eenzaamheid eens over
nadenken. Thans eischte spr. 10 boete
subs. 5 dagen.
De politierechter velde vonnis conform
den eisch en deelde mee, dat hij van plan
was de volgende keer met de officier van
justitie mee te gaan en vrijheidsstraf op
te leggen. Waarop de vrouwen tot zwij
gen gebracht, maar daarom niet minder
onverzoenlijk, huiswaarts gingen.