KRONIEK VAN DEN DAG Nederland en België. Twee Britsche en een Ouiisch vliegtuig hoven Rottum. VOOR EN POLITIERECHTER TE MIDDELBURG De Finsch-Russische onder handelingen duren onverwacht lang. TWEEDE F"-AD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE M1DDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN ZATERDAG 30 MAART 1940. No. 75. OorlogspeL De Engelsche auteur H. G. Wells is een der meest, fantasierijke schrijvers ter we reld. Of wellicht lijkt dit zoo omdat hij zoo consequent is in de uitwerking van zijn fantasieën. Maar de fantasie van Wells is geen droomfantasie, geen los-van-de-wereld- gepeins, want hoewel hij droomt, doet hij dit met open oogen; hij droomt a.n.w. met liniaal en rekenlat. Altijd komt hij tot merkwaardige dingen en altijd is het als of hij tot die resultaten is gekomen door middel van berekening. Deze Weiis nu heeft onlangs zijn berekenende fantasie gericht op het on derwerp, dat de heele wereld interesseert: Hoe zal de wereld er uitzien na dezen log en wat kunnen we doen om dat uitzien zoo dragelijk mogelijk te maken? In een der grootste Engelsche dagbladen heeft hij een campagne ingesteld, die tot doel heeft om na al het gepraat over een „oorlogs doel" te komen tot plannen voor een goed „vredesdoel". Vele duizenden hebben op den oproep van Wells geantwoord en medegedeeld hoe zü zich de betere-wereld-van-straks denken. Hoewel Wells het met dit werk voor de toekomst zeer druk moet hebben, houdt hij intussehen ook nog tijd over voor het he den. En zooals zijn gewoonte is, zegt hjj openhartig wat hij van dat heden denkt. Hy ziet aan het Westelijk front de partijen „ingevroren" liggen. Hij herinnert zich Oos tenrijk, Tsjecho-Slowakije, Abessynië, Al banië, Polen, Finland, en hij vindt, dat d( Britsche regeering niet voor haar taak be rekend is. „Chamberlain en Halifax spelen met den oorlog" zoo betoogt WeiJs. Hij trekt een vergelijking met den toe stand in Engeland thans en den toestand in 1914. Hij vergelijkt verder zijn eigen land met Duitschland. En hij zegt anders zou hij Wells niet zijn'daarover merkwaar dige dingen. De moreele kracht van Engeland is niets vergeleken bij die van 1914, toen bijna overal het patriottisme hoogtij vierde, al dus Wells. Het volk geloofde in een oor zaak, er was geloof en eenvoud, die even bewonderenswaardig als tragisch waren. De jonge menschen in 1914 geloofden tot het uiterste. Wij gingen eensgezind den log in. Men kon vrij spreken en op publi caties kon vrijuit critiek worden geoefend. Wij konden onze ministers wegsturen en de regeering dwingen naar huis te gaan. Na zes maanden oorlog is thans grootere onderdrukking van de persoonlijke mee ning en de berichtgeving te constateeren. Iedereen weet dat onze regeering in hoo- ge mate incompetent is om te regeeren en toch waagt niemand een poging haar te doen vervangen." Wells stelde de vraag waarom „dat hysterische geloof in loyauteit jegens de regeering" heerscht. „Is er niet slechts een gradueel verschil met den toestand in Duitschland? De Duitschers blijven aan hangers van Hitier omdat zij bang zqn voor den completen chaos, als hjj valt!" Die chaos is zijn groote angst. Niet al leen in Duitschland, maar ook in zijn eigen land. Wells blijkt niet erg optimistisch over de wereld-na-den-oorl(og, maar ,ook niet over den oorlog zelf. „Als wjj geen eind maken aan den oor log zoo zegt Wells dan maakt hij een eind aan ons. Wij worden tegenwoordig al len gedreven door een systeem en dat systeem stort ineen". Wells voorziet echter niet alleen een in eenstorting van het economische systeem, doch blijkbaar daarmee gepaard gaand een volkomen verdwijnen van wat verder onze huidige maatschappij bezit aan cultureele, geestelijke en materieele waarden. Totnogtoe heeft geen enkele van voor spellingen als deze gelukkig bewezen juist te zijn, en ook de voorspellingen van Wells zullen hopelijk wel lijden aan een te veel aan pessimisme. Waarschijnlijk zal de wereld, als deze oorlog nog lang duurt, er heel anders uitzien dan thans. Waarschijn lijk. Maar niemand weet te vertellen hoe dat zal zijn. Zal het ultra-nationalisme hoogtij vieren of zal de menschheid moe zijn, moe van oorlog en van allen haat? Wells weet het niet en wij weten het evenmin. Wat wij allen echter als een onbetwist bare zekerheid in ons meedragen is, dat deze oorlog aan niemand, aan geen volk en aan geen individueelen mensch, werkelijken zegen kan brengen. Een oorlog als deze, gevoerd onder val- sche leuzen, met georganiseerden moord op onschukiigen, met straks wellicht vreese- ïijke middelen van den „totalen" oorlog, kan nooit een zegen zijn voor de mensch heid. Want al zal een voortgezette oorlog niet het einde van de geheele menschheid be- teekenen en ook niet het einde van het En gelsche, Duitsche of Fransche volk, er zal onnoemelijk leed komen over die volkeren en over de rest van Europa. Laat ons hopen, dat Wells ver in het on gelijk wordt gesteld. Laat ons echter tevens hopen, dat wij daarvan het bewijs niet zui len belevéi», doch dat de rede en het geloof en niet de uitputting de volkeren, die thans tegen elkaar staan, tot elkaar zullen brengen! Gunstige omstandigheden voor vruchtbare samenwerking. Regeeringsaankoopen van aardappelen. Naar wp van officieele zijde vernemen, bestaat het voornemen om, zoo noodig, ook" na 1 April door te gaan met het aankoopen van kleiconsumptieaardappelen door de regeering. Nauwkeurige gegevens omtrent de voor waarden kunnen nog niet worden verstrekt. Uiteraard ligt eenige aanwijzing in de werk wijze. zooals die tot dusver werd gevolgd, en in de toezeggingen, welke indertijd zijn gedaan met betrekking tot de prijzen, welke men in het voorjaar hoopt te bereiken. Er kome een eind aan de paspoort-misère. <V a n onzen corresp- oinden t)'r BRUSSEL, 26 Maart 1940. Iedereen is er van overtuigd dat de hui dige omstandigheden, van dien aard zijn dat zij uitstekende gelegenheid bieden tot nauwere samenwerking op allerlei gebied tUGSChen Nederland en België', Iedereen weet ook dat in. de laatste jaren het kli maat voor deze samenwerking op voor treffelijke wijze werd voorbereid door de twee Staatshoofden. De wederzijdsche vor stelijke bezoeken waren daarvan de hoog tepunten. De beproefde vrienden van Nederland in België volgen de ontwikkeling van de ge beurtenissen niet begrijpelijke blijdschap en de rede, welke enkele dagen geleden te Maastricht werd uitgesproken door den voorzitter van de Belgische Kamer, mr. Frans van Cauwelaerl, minister van Staat, heeft den geest weergegeven dien zij koes teren. Men diene hierbij niet te vergeten, dat deze geest niet nieuw is. Wie de za ken oppervlakkig beschouwt, zou kunnen denken dal de sympathie voor Nederland in België van zeer jongen datum is en vlug kan omslaan met de omstandigheden. Ongetwijfeld hebben de gebeurtenissen er veel toe bijgedragen, om de openbare opi nie in België te beïnvloeden en aan weers kanten laten zakenlieden zich door sent menteele en cultureele overwegingen per slot van rekening maar weinig beïn vloeden. Doch degenen, die wij de be proefde vrienden van Nederland n zijn het geweest die, onmiddellijk na den wereldoorlog een vinnige actie hebben gevoerd tegen het „Comité de Polïtiq Nationaleen die geleidelijk hebben ge werkt, met hun volle overtuiging, om een goede atmosfeer te doen ontslaan. Vlaam- sche politici en Vlaainsche journalisten hebben in hoofdzaak die taak verricht de vruchten worden geplukt, zijn er heel wat elementen, die ter hulp van de over winning gaan en de baanbrekers komen iu wel eenigszins op den achtergrond tc taan. Het officieele België heeft immers deze politiek tot de zijne gemaakt. Noch tans zijn het juist de baanbrekers, die de permanente werken blijven, wat er ook moge gebeuren, nu of in de toekomst, omdat zij het oog gericht houden op hoo- wederzqdsche belargen van cultur len en geestelijken aard, die zich met hun ideaal vereenzelvigen en clie voor de Vlamingen een levenskwestie Vormer DE NEDERLANDSCHE KAMER VOOR KOOPHANDEL TE BRUS SEL. Ook de Nederlandsche Kamer van Koophandel in België is een van de Ne derlandsche organisaties, die onder leiding van haar voorzitter, den beer Vink. alles in het werk stelt om de wederzijdsche be trekkingen te bevorderen. Zij heeft een standing bereikt, welke is te vergelijken met die van de Engelsche en Fransche Kamers van Koophandel te Brussel. Zoo pas is het jaarverslag van de Kamer verschenen en hierdoor wordt deze activi teit andermaal in het licht gesteld. Het ledenaantal is tot 1.100 gestegen en hei aantal correspondentschappen is thars uit gebreid tot 25 in Nederland en 27 ïn Bei- Luxemburg, terwijl ook in Neder- landsch Oost- en West-Indië correspor dentschappen werden gevestigd. Hot ver slag wijst op zeer practisch werk, dat naast het streven tot samenwerking strekt noodzakelijk is en zeer d'kwül: ficieel initiatief, zoo niet vervangt dan och verwekt, terwijl het in vele gevallen boven officieele actie is te verkiezen, omdat het beantwoordt aan ware behrW- Tengevolge van de nieuwe handels belemmeringen, die zich sedert 1 Septem ber hebben opgestapeld is èr voortdurend contact geweest met de regeeringslicha- men in Nederland, België en Luxemburg. De permanente economische Nederlandsch- Belgisch-Luxemburgsche Commissie heeft zich tengevolge van de omstandigheden moeten onthouden van een bijzondere be drijvigheid maar de Kamer heeft een belangrijke activiteit ontwikkeld, om we derzijds nieuwe bronnen van bevoorrading te zoeken,, alsmede nieuw afzetgebied I ontsluiten. Zij moedigt de belanghebbenden aan, gezien de tot dusver bereikte resul taten welke verre de verwachtingen over troffen. haar hun, behoeften kenbaar te maken. De Kamer verleent gaSrrie haar bemiddeling om de handelsrelaties te ver stevigen en nieuwe te vestigen. Wat den economischen toestand betreft geeft het verslag een zeer uitvoerig overzicht, waar uit valt te onthouden, dat de han del met Nederland in alle opzichten gunstiger is ge- worden voor België. De invoer uit Nederland naar de Belgisch— Luxemburgsche Unie vertegenwoordigde in 1938 2.079.300,000 fr. en in 1939: 1869,683,000 fr. terwijl de uitvoer naar Nederland in 1938: 2,614,454 000 fr. be droeg en in 1939: 3,443.444.000 fr.; heCZq een uitvoerpaldo voor Bqlgië dus van 535,154,000 fr. in 1938 en van 1.573.761,000 in 1939. In waarde daalde de invoer uit Nederland dus met 10,1 tegen 14,4. voor den totalen invoer in de Belgisch Luxemburgsche Unie. De uitvoer naar ISfederland nam toe met 31.7 tegen 0,27 vroor den totalen uitvoer der Belgisch LuxenAburgsche Economische Unie. "Het aandeed van Nederland in den handel der Unie gedroeg, wat den invoer betreft uit ■Nederland 9,4 in 1939 en wat den uit voer baar Nederland betreft 15,8 Hier bij va-t aan te stippen dat de exportver- meerd<?ring van België naar Nederland voor eten, groot deel bestaat uit metalen en metalen artikelen, welke omstandigheid waarschijnlijk is veroorzaakt door aan koopen voor het Nederlandsche leger. Paspoortmisère. Het verslag breekt terloops ook een lans voor het herstel van de voor den oor log bestaande spoorwegverbindingen en deafschaffing van de paspoortformalitei ten. In verband hiermee is het duidelijk dat de voornaamste moeilijkheden worden gemaakt door Belgische autoriteiten. On danks de ecor.omisches unie met Luxem burg zijn zelfs de Luxemburgers verplicht zich te voorzien van een paspoort. Daar over is reeds veel geklaagd maar wordt niet van afgezien. De redenen zijn veelal van, militairen aard of houden algemeenen zin verband met de veiligheid van het land, den strijd tegen eventueele spionnage. of het binnensmokkelen van ongewenschte vreemdelingen. Men is zelfs zoo ver gegaan met slecht humeur de propaganda te onthalen die door het Com missariaat voor Toerisme te Brussel werd gevoerd om vreemde toeristen raar Bel gië te doen komen, omdat deze propagan da een uitnoodiging is voor ongewensch te elementen. "Dit slecht humeur beperk' zich natuurlijk slechts tot de militaire en enkele politiekringen want de ontevreden heid bij de bevolking is bijzonder groot over de paspoortenmv'èrc. De algemeen geldende meening is dat paspoorten geen waarborg opleveren. De spionnagediensten beschikken over alle mogelijke middelen om zich valsche papieren aan te schaffen; on gewenschte vreemdelingen eveneens en per slot van rekening zijn het slechts de eerlijke lieden en zakenmenschen die wor den gehinderd. De jongste moeilijkheden in verband met den Nederland-België- wédstrijd hebben voldoende aangetoond hoe halsstarrig men. hier op zijn standpunt is blijven staan. Een blad als „La Métro- pole" te Antwerpen is daartegen met klem ingegaan. Het is een feit dat Nederland hei eenige land is, op het oogenblik, dal vrij openstaat voor de Belgische loeristen en het spreekt vanzelf, c}at de omstandighe den het mogelijk maken heel wat Zuide lijke buren naar Nederland te brengen in dien er niet te veel moeilijkheden waren, j Het omgekeerde is ook?. waar. Bij den aan vang van. het zomerseizoen is het noodig dat door onderhandelingen de paspoorten geschiedenis wordt opTelost. De openbare meening is on.betwistlwar in België tegen den strengen maatreg}.') gekant en men moet hopen, dat de Machten zoo sterk zullen worden dnt h;:l, vroegere stelsel van de identiteiTskgnr: weer zal kunnen ingevoerd worden. .V Protesten te Londen en Berlijn. De Regeeringspersdienst meldt: Donderdagmiddag om kwart voor twee zijn boven het eiland Rottum twee Britsche militaire vliegtuigen waargenomen. Zij zijn van den grond af beschoten en hebben zich daarop in Westelijke richting verwij derd. Dienzelfden middag is op het eiland een Duitsch landvliegtuig van het „Junker"- type 8 LHK waargenomen, dat zich in Noord-Oostelijke richting heeft verwijderd. Protesten zijn respectievelijk te Londen en Berlijn uitgebracht. Duitsctie vliegtuigen boven Belgisch gebied. Belga meldt uit Brussel: In den ochtend van 29 Maart hebben vreemde vliegtuigen herhaalde malen boven Belgisch gebied ge vlogen. Twee hunner werden herkend, het waren toestellen van Duitsche nationaliteit. Het luchtafweergeschut kwam op verschei dene plaatsen in actie. De oorlogsschade in Finland. MILLIARD Een vernuftige boer in De Lemmer Sprak „Geen koe is zoo wild, ol ik ten Bij een pijp P.oode Ster Schopt ze niets meer omver En ik vul rustig rookend mijn emm Naar verluidt, beloopt de materieele oor logsschade in Finland volgens de tot dus verre opgestelde ramingen ongeveer een milliard Finsche marken. In Abö alleen al wordt de schade geraamd op 30 tot 40 mil- iioen Finsche marken. Naar thans bekend wordt, zijn de reede- rjjen uit de afgestane gebieden thans ook verplaatst naar de Westkust van Finland. Naar alle waarschijnlijkheid zullen zij in de havens aan de Finsche Golf hun bedrijf weer opnemen. De 430.000 bewoners van de aan de sov jet-unie gecedeerde streken hebben hun haardsteden vrijwillig verlaten. Ten aanzien van deze menschen zijn twee problemen belangrijk: de huisvesting en het verdere bestaan. Zweden zal het hout zenden, dat noodig is voor den bouw van huizen voor 60.000 gezinnen. De Finsche re geering bereidt een ontwerp voor agrari sche hervormingen voor, krachtens helwelK alle akkergrond ter beschikking van de ge ëvacueerde bevolking zal worden gesteld. Groote ondernemingen, trusts en gemeen ten zullen daartoe tegen een schadevergoe ding, te betalen door den staat., een deel van haar grond moeten afstaan. Voor de evacuatie en den geheelen herslelarbeid is een bedrag van 12 milliard mark noodig. De regeering wil zich dit geld verschaffen door binnenlandsche leeningen, bijzondere heffingen op buitenlandsche leeningen, enz. Zitting van gisteren). TOEN HET ZOO KOUD WAS De verdachte stond met. seheefgehouden hoofd voor den politierechter en beleed op berustenden toon zijn zonden. Hij was op een dag in het begin van Februari met een leegen zak naar de losplaats van tram gegaan, waar vele zakken vol met eierkolen stonden. „In het veen ziet men niet op een turfje", dacht de man en hij keerde een der zakken om in zijn meege brachte zak en bracht die naar huis. Het is ook verleidelijk, wanneer het thuis koulij den is, en daar bij de tram de brandstof voor het oprapen ligt „Had je gebrek aan kolen?" vroeg de po litierechter. „Ja", fluisterde verd. „Maar waarom heb je tegen de mare- chaussêes gelogen toen ze bij je kwamen?" „Uit bangigheid", gaf verd. zijn ziel bloot. „Je bent ook al eens veroordeeld wegens het smokkelen van suiker", zei de politie rechter spijtig. De officier van justitie vond, dat hier geen geldboete gevraagd moest worden, daar verd. die waarschijnlijk toch niet be talen kon, en eischte twee weken gevan genisstraf. Het mannetje schrok en keek hulpeloos naar den rechter. Deze zuchtte en vroeg: „Heb je nu geregeld werk?" „Ja, vrij geregeld", zei verd. „En voor je zoon, die in dienst is, krijg je kostwinnersvergoeding?" „Eén gulden vijf per week". ,Zoo, dus 't gaat nu nog al," zei de poli tierechter, en veroordeelde verd. tot 14 da gen gevangenisstraf voorwaardelijk met 3 jaar proeftijd en 15 boete. „En die boete kan je misschien in gedeel ten betalen", voegde de rechter erbü, waarop het mannetje opgelucht wegging. OPA WOU NIET Een landbouwer wilde eens een dagje gezellig uitgaan mèt zijn vrouw, en zónder zijn kinderen. Zijn knecht droeg hij op. op den eenen jongen te passen, terwijl hij den anderen zoon bij den grootvader deponeer de. De knecht had tevens consigne, de jongens niet bij elkaar te laten komen, aangezien de landbouwer hen kennende wist dat het dan beslist op ruzie uit zou loopen. Maar Opa voelde niets voor de rol van kindermeisje, en hij bracht zijn daden in overeenstemming met zijn gedachten en zijn veelbelovenden kleinzoon terug naar het ouderlijk huis. De knecht hield zich zijnerzijds letterlijk aan de gegeven voorschriften, en hij som meerde Öpa het huis te verlaten. Opa liet zich echter niets sommeeren, waarop de knecht tot ondubbelzinnige maatregelen overging: hij plantte zijn vuist in het gezicht van den ouden man en werkte hem op deze hardhandige ma nier de deur uit. Weshalve h\j zich nu we gens mishandeling te verantwoorden had. ,.Ik heb hem niet mishandeld", gaf verd. als zijn kijk op de zaak te kennen, „ik heb hem alleen maar de deur uitgeduwd. En mijn baas had gezegd dat ik hem niet binnen mocht laten komen*'. „Wat?"' verwonderde zich de politie rechter ..mocht: die groot vader -iet eens het huis in komen? Waarom niet?" „De verhouding is al een heelen tijd niet goed", zei verdaldus de interne familie aangelegenheden van zijn baas aan het publiek prijsgevend. „Zoo" zei de rechter resumeerend: „Dus die grootvader mag het huis van zijn kin deren niet binnenkomen, maar als die het er eens een dagje van nemen willen, is hü wel goed genoeg om op de kleinkinde ren te passen? Nu, als ik die grootvader was, zou ik er ook voor bedanken. Maar waarom kon U niet op allebei de jongens passen?" „Dat gaat niet", zei verd., „op één jon gen kan het nog wel, maar op allebei is onmogelijk". De officier van justitie, die wist dat verd. als vechtlustig bekend stond, eisch te 15 boete of 10 dagen hechtenis Uitspraak 10 subs. 5 dagen hechtenis. DE POT EN DE KETEL. Beide vrouwen waren jong (24 jaar) beide liepen op zwikkende hooge hakken, en beide droegen op een u'tbunding krul lenkapsel een zwierig hoedje.. Elkaar bekeken ze met priemende, ver scheurende, dood-en-verderf-zaaiende blik ken. en voor den rechter spuwde elk mei een somtijds ovenslaande stem een stroom van venijn in de richting van de ander. Buurvrouwen-ruzieElk gaf de ander de schuld. Met bewonderenswaardige neutraliteit liet de politierechter om beurten de eene op het beklaagdenbankje zitten en de an dere als getuige optreden. A. S. moest het eerst zitten, en haar tegenstandster E. L. verklaarde, dat verd. op 24 Februari zonder daartoe uitgenoo- digd te zijn, haar (getuige's) huis was binnengeloopen. Men gaf haar te kennen, dat haar aanwezigheid niet op prijs werd gesteld, waarop de ongenoode gast een scheldwoord bezigde, dal in een nette krant slechts met stippeltjes kan worden weergegeven. Hierbij werd de opmerking gevoegd: „Je hebt een gouden ketting in KMdrecht gestolen" voor welke lasterlijke aantijging toch op zijn minst de bewijzen ontbraken. Getuige E. L. nam het niet en met behulp van haar zuster wist ze haar buurvrouw de deur, waartegen deze eerst nog een flinke trap gaf, uit te krij gen. Verd. vierde haar woede vervolgens bot op een fiets, die onder het raam stond, en die ze met kracht tegen den grond smeet. Bij het opnemen van de schade kon worden vastgesteld, dat het stuur verbogen was, het achterlicht ver nield en het glas van de lantaren ge barsten. Verd. ontkende categorisch. Ze was niet in het huis van haar buurvrouw geweest. En die was begonnen. En de fiets was al kapot toen hq nog onder het raam stond. Haar verhaal vond geen geloof, en de officier van justiite eischte tegen haar 15 boete of 15 dagen hechtenis. De po- Wordt Finland economisch afhankelijk? Volgens berichten uit Moskou duren de onderhandelingen, die de Finsche gedele geerden daar voeren, langer dan men ver wacht had. Men zegt, dat de Russen het terrein der besprekingen uitbreiden met het doel, ook een grooteren invoer van Finsche goederen, in het bijzonder industrieproduc ten, te behandelen. Men denkt, dat een speciale gemengde commissie over een nieuw handelsverdrag, zal onderhandelen. Volgens het" Estlandsclie blad „Rahvaleht", zal Finland in econo misch opzicht van de sovjet-unie afhanke lijk worden. Tot dusverre zijn bij de besprekingen slechts principieele kwesties behandeld. Men verwacht, dat zich de volgende maand een Finsche handelscommissie naar Mos kou zal begeven. Men zegt ook, dat voor verscheidene grenskwesties nog geen over eenstemming bereikt is. Een bericht uit Helsinki meldt, dat de Russen hun keurtroepen uit de in Finland bezette streken terugtrekken en ze vervan gen door andere afdeelingen. Voor een redelijke belooning van den agrarischen arbeid* EEN ADRES VAN ^LANDBOUW EN MAATSCHAPPIJ." Het dagelijksch bestuur van den Natio- i.alen Bond „Landbouw en Maatschappij" heeft, een adres gezonden aan den minis ter van Economische Zaken, waarin wordt aar gedrongen op nieuwe regeeringsmaat- regelen in verband met de moeilijke posi tie van de veehouderij. Iri d't adres herinnert het bestuur aan de radiorede, welke de minister -op 11 Maart jl heeft gehouden er. waaruit bleek, dat ook de minister ervan op de hoogte was, dat de veehouderij in den laatsten tijd met niet veel anders dan te genslagen te kampen heeft gehad Na nog gewezen te hebben op een aan tal vorige adressen, geeft adressante aan welke maatregelen zij noodig acht om verbetering te brengen in den toestand van de veehouderij. Deze maatregelen zijn le. Doorbetaling van den huidigen melkprijs gedurende den geheelen zomer 2e. Onmiddellijke uit de markt name van tweede en derde soort rundvee té gen redelijke prijzen. 3e Onmiddellijke ve'rhooging van de prijzen der slachtvarkens tol een loonend niveau. 4e. Wat de pluimveehouderij beftrefl. dient de kort geleden aangekondigde ver laging van den toeslag bij export minstens ongedaan te worden gemaakt. Het bestuur van „Landbouw en Maat schappij" laat zijn wenscheh vergezeld gaan van een uitvoerige motiveering. litierechter maakte er 10 of 5 dagen van, waarna de bordjes verhangen werden en getuige E. L. op hel bankje terecht kwam. Zij had eenige dagen te vo.-en bij het passeeren van de huurwoning haar buur- vijandin. die in haar tuintje stond, belee- digd. Ze had een scheldwoord (zelfde stip peltjes) geroepen en gezegd: „Je hebt twaalfduizend francs gestolen van den se cretaris in KieldrecM." Get. A S. van de gelegenheid gebruik makende, spoot haar klachten op als een dolgeworden fontein. De politierechter knikte wijs en merkte op: „Het lijkt me niet prettig wonen zoo naast elkaar. Een van jullie moest maar verhuizen." „Ik denk er niet over", zei verd. verbe ten. „Ik ook niet", zei get. nóg vastberadener. De officier van justitie voorzag in deze omstandigheden een eindelooze rij van pro cessen-verbaal wegens scheldpartijen er ruzies, en stelde de vrouwen op de hoog te van zijn voornemen: de eerstvolgende keer een vrijheidsstraf te eischen. Dan konden ze er in de eenzaamheid eens over nadenken. Thans eischte spr. 10 boete subs. 5 dagen. De politierechter velde vonnis conform den eisch en deelde mee, dat hij van plan was de volgende keer met de officier van justitie mee te gaan en vrijheidsstraf op te leggen. Waarop de vrouwen tot zwij gen gebracht, maar daarom niet minder onverzoenlijk, huiswaarts gingen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 5