De beurs steeds ©mder invloed van
de politiek,
Borssele heeft een werkver
schaffingsplan: arbeidsloon f1600
De Maansteen
DERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COUR ANT) VAN ZATERDAG 23 MAART 1940. No. 71.
Financieel economisch weekoverzicht.
Merkwaardig verschil van reactie tusschen
Amsterdam en New-York.
Teruggaande conjunctuur in de
Ver. Staten.
De politieke gebeurtenissen hebben deze
week aller aandacht in beslag genomen
en de beurs is telkenmale beïnvloed gewor
den door vredesgeruchten en door de be
richten omtrent mogelijke politieke verras
singen in de naaste toekomst.
Opmerkelijk was, dat de New-Yorksche
beurs en de Amsterdamsche markt geheel
verschillend hebben gereageerd op de vre
desgeruchten en later ook op de tegen
spraak daarvan. Amerika heeft n.l. de mo
gelijkheid van vrede beantwoord met een
flauwere stemming in Wallstreet en de be
richten, dat er in het geheel geen vredes
voorstel was gedaan met een herstel der
koersen. Bij ons heeft juist het tegenover
gestelde zich voorgedaan. Deze wijze van
reageeren is ook wel eenigszins verklaar
baar. Immers er zijn in Amerika tal van
takken van industrie, die in vrij sterke ma
te profiteeren van oorlogsbestellingen voor
Europeesche rekening, al moet hieraan on
middellijk worden toegevoegd, dat de om
vang van deze bestellingen van den aan
vang af beneden de verwachtingen zijn ge
bleven. Ons land daarentegen zou onge
twijfeld evenals in andere Europeesche lan
den, juist in belangrijke mate moeten pro
fiteeren van het einde van den oorlog. Er
is immers wel reden om aan te nemen, dat
hiermede een nieuwe periode zou worden
ingeluid, waarin zou worden getracht om de
belemmeringen in den internationalen han
del zoo veel mogelijk terzijde te stellen en
waarin tevens de pogingen zouden worden
gedaan om de schromelijke fouten, waarin
men in de periode na den wereldoorlog is
vervallen, niet opnieuw te maken. Men
denke in de eerste plaats aan het scheep
vaartbedrijf, dat op het oogenblik welis
waar algemeen hoogere vrachten boekt,
maar dat aan den anderen kant met zoo
veel moeilijkheden te kampen heeft en ook
voor het probleem wordt geplaatst, dat het
tonnage die verloren ging zal moeten ver
vangen tegen de kostprijzen, waarvan nog
maar moet worden afgewacht of zij in een
meer verwijderde toekomst niet te hoog
zullen blijken te zijn. Dit zelfde verschijn
sel heeft zich immers ook na den wereld
oorlog voorgedaan. Een zoo spoedig moge
lijke beëindiging van den strijd zou dan
ook het scheepvaartbedrijf van vele lasten
bevrijden.
De Ver. Staten zijn er steeds op uit ge
weest om de banden tusschen Noord- en
Zuid-Amerika nauwer aan te halen, waar
bij ongetwijfeld het vooruitzicht een rol
speelt, dat tengevolge van den oorlog de
Europeesche landen na verloop van eenige
jaren sterk verai'md zullen zijn, waardoor
de kans niet gering moet worden geacht,
dat Amerika daarvan den ernstigen terug
slag zou ondervinden. Indien het nu moge
lijk zou blijken, dat de handelsbetrekkin
gen tusschen de Amerikaansche landen
onderling konden worden uitgebreid, dan
zou zulks een compensatie kunnen vormen
tegen het verlies van de Europeesche za
ken. Het is thans reeds gebleken, dat de
bestellingen, in Amerika voor Europeesche
rekening niet aan de verwachtingen heb
ben beantwoord en de' conclusie mag dan
ook worden getrokken, dat de sterke uit
breiding van de productie gedurende de
afgeloopen zes maanden voor een belang
rijk deel is gebaseerd geweest op de ver.
wachting van verdere omvangrijke orders.
M.a.w. men heeft ten deele op voorraad ge
werkt. Reeds verscheidene maanden gele
den waren de binnenkomende nieuwe or
ders, ook voor binnenlandsche rekening,
geringer in omvang dan de productie zelf.
Het gevolg is dan ook geweest, dat er al
lengs een inkrimping van de bedrijvigheid
viel te constateeren. Het indexcijfer van
de industrieele productie, dat omstreeks de
jaarwisseling op basis van 1923/25 100
was gestegen tot 128, waarmede het ni
veau van 1929 ongeveer werd benaderd, is
volgens de jongste opgave gedaald tot 109.
Zulks beteekent dus in korten tijd een
vrij aanzienlijken teruggang. In de staal-
nijverheid is de daling nog veel grooter ge
weest, hetgeen mag worden afgeleid uit het
feit, dat aan het einde van het vorige jaar
met 89 van de capaciteit werd gewerkt
en thans met 62 Op zich zelf is dit per
centage nog vrij bevredigend, althans voor
de maatschappijen, die een loonend bedrijf
hebben, zooals bijv. Bethlehem Steel. Voor
de groote staaltrust de U.S. Steel is het
echter noodzakelijk, dat met een zeer groo
te bedrijvigheid wordt gewerkt, indien men
een dividend op de gewone aandeelen wil
verdienen. Naar men weet heeft dit con
cern, ondanks de groote uitbreiding van de
productie in de tweede helft van 1939 het
dividend op de gewone aandeelen nog altijd
niet hervat en nu de productie wederom
sterk is teruggeloopen, is de kans daarop
voor de naaste toekomst uit den aard der
zaak vrijwel nihil.
De financieele resultaten van de verschil
lende Amerikaansche ondernemingen zijn
intusschen zeer bevredigend geweest, om
dat deze betrekking hebben op het achter
ons liggende jaar, waarin fraaie winsten
werden geboekt. De Republic Steel heeft
een dividend van 6 gedeclareerd op de
cum. pref. aandeelen op rekening van het
achterstallig dividend. De vorige maand
werd het gewone kwartaaldividend van
8 1.50 aangekondigd, waarmede toen de
achterstand van 18 bestaan bleef. Nu er
S 6 extra wordt betaald, is die achterstand
dus gedaald tot 12. Vanzelfsprekend wordt
de positie van de gewone aandeelen door
deze afbetaling allengs verbeterd, al zal er
natuurlijk nog geruimen tijd moeten ver-
loopen alvorens de maatschappij in een
positie zal komen om het dividend op deze
aandeelen te hervatten. Sinds 1930 is er op
deze aandeelen geen dividend betaald.
De Kennecott Copper publiceerde even
eens de jaarresultaten, waaruit bleek, dat
in 1939 3.14 per aandeel is verdeeldtegen
2.10 in het voorafgaande jaar. Deze resul
taten vielen betrekkelijk mee, omdat de
koperprijzen ondanks de oorlogvoering geen
buitengewone stijging hebben te zien ge
geven. De vliegtuigfabrieken maken uit
den aard der zaak goede zaken en de Ben-
dix Aviation heeft in. 1939 8 4.48 millioen
verdiénd of 8 2,14 per aandeel, tegen
5 156.000 of 7 cents per aandeel iif het
voorafgaande jaar. De tot nu toe betaalde
dividenden van deze maatschappij blijven
sterk bij de behaalde resultaten ten achter.
In 1939 werd n.l. S 1% betaald, terwijl in
de loopende maand een dividend van 50 S
cent werd gedeclareerd. Er is wel reden
om aan te nemen, dat de winsten in 't niéu
we jaar minstens even hoog, zoo niet hoo-
ger zullen zijn dan over 1939. Deze tak
van industrie ondervindt n.l. geen invloed
van den teruggang van de conjunctuur,
die zich elders openbaart. Ook de Ameri
kaansche kunstzüdenijverheid kan zich nog
altijd in een groote bedrijvigheid verheu
gen. Verder maakt de levensmiddelenin
dustrie en ook de kleinhandel met inbe
grip van de warenhuizen een tijdperk van
goede winsten door.
De laatste dagen heeft er iets meer be
langstelling bestaan voor Amerikaansche
olieshares, omdat de resultaten ondanks de
weinig bevredigende prijzen nogal zijn mee
gevallen, De Phillips Petroleum boekte een
winst van 2.21 per aandeel tegen 2.03
per aandeel in het voorafgaande jaar.
Over de locale markt valt deze week zeer
weinig nieuws te melden. De zaken bleven
oortdurend van geringen omvang en het
vooruitzicht van de vacantiedagen heeft
jovendien nog grootere terughouding mee
gebracht. Aandeelen Unilever werden na
genoeg niet beïnvloed door hét gepubli-
eefde jaarverslag van de Britsche onder
maatschappij Home £nd Colonial Stores.
Ann den cencn kant werd hierin gemeld,
dat de afzet van margarine zich zeer be
vredigend blijft ontw.kkelen, maar aan den
anderen kant wordt gemeld,' dat "tengevolge
van de Britsche overheidsmaatregelen
moeilijkheden worden ondervonden met den
aanvoer van grondstoffen.. Het dividend van
Philips zal dit jaar ongetwijfeld belangrijk
lager uitvallen dan over 1938, toen het
11 bedroeg. Ter beurze raamt men de
uïtkeering over 1939 op 6 a 7 Daarmede
zou dan de huidige koers van ca. 118
wel ongeveer in overeenstemming zijn.
In de cultuurafdeeling was nagenoeg
geen variatie. In Amsterdam Rubber ging
op sommige dagen niet meer dan 1 aan
deel om. Tabaksaandeelen waren vrij gun
stig gestemd op het bericht, dat de pak
huistypen, die getoond werden over het al
gemeen een goeden indruk maakten. De
kwaliteit is bevredigend en. !/t product blijkt
goed beregend te zijn.
Na de vastere stemming voor scheep-
vaartaandeelen is ook deze afdeeling we
der in een lustelooze houding vervallen.
Het jaarverslag van de Koninklijke Boot
zal. Zaterdag worden gepubliceerd. Het di
vidend is echter nog niet bekend. Uit de
geringe beweging van den koers van ca.
107 zou men mogen afleiden, dat het
dividend zal tegenvallen, ofschoon het be
vredigende dividend van de Holland Ame
rika Lijn het tegenovergestelde zou doen
verwachten.
Op de beleggingsmarkt was zeer weinig
te doen, terwijl in de tweede helft van de
vorige maand vrij veel beleggingsvraag viel
waar te nemen, waarbij de houders van
uitgelote stukken der 33% leening
zich bij voorbaat dekten, op de verwachting
van hoogere koersen, heeft de inmiddels
aan de markt gebrachte nieuwe Staatslee-
ning in deze opvatting een ingrijpende ver
andering gebracht. Het vooruitzicht, dat,
zooals wij de vorige week reeds schreven,
waarschijnlijk reeds omstreeks het midden
van het jaar, een nieuwe leening aan de
markt zal worden gebracht, werkt natuur
lijk niet animeerend op de stemming.
Hieronder volgt een overzicht van het
koersverloop in de afgeloopen week:
4 Nederland 1940 11, 94%, 93%.
Koloniale Bank 159, 160.
Philips 116%, 123, 118%.
Unilever 92, 94, 93%.
Rep. g'/tel 15, 15%, 15%.
Kon. Petroleum 232%,239%, 231%,232%.
Amsterdam Rubber 183, 186%, 185%.
Kon. Boot.107, 108%, 107%.
H.V.A. 386, 393, 387.
Deli Bat. Mij. 121%, 122.
Deli Mij. 176%, 180%, 176; 177.
Senembah MJj. 135%, 139%, 137.
ZaS de teren gerestaureerd of
ges8o®pt_worden
Aantal verkeersslachtoffers in
Januari j.I. beduidend minder.
Blijkens de gegevens van het Centraal
Bureau voor de Statistiek bedraagt het
aantal verkeersslachtoffers over de maand
Januari 1940 beduidend minder dan in de
zelfde maand van vorig jaar, schrijft de
KNAC.
Voor een belangrijk gedeelte zal deze
vermindering kunnen vvordeu. toegeschre
ven aan. de weersomstandigheden. Door ijs
en sneeuw was de verkeers-frequentie
voor alle verkeerssoorten uiteraard belang
rijk lager.
De cijfers voor de laatste zes maanden
zijn als volgt (tusschen haakjes de over
eenkomstige cijfers van hel voorgaande
jaar):
omgekomen ernstig gewond
Augustus 92 (68) 513 (429)
September 68 (68) 421 (452)
October 76 (90 415 (408)
November 59 (68) 378 (365)
December 55 (42) 341 (312)
Januari 27 (42) 2Sl (326)
In vergelijking met andere maanden had
de vermindering cler ongevallen vooral
plaats buiten de groote steden, hetgeen wel
duidt op een sterk verminderd interiocaal
verkeer.
Een groot gedeelte der ongevallen in de
steden v/irdf. aTtijd zijn oorzaak ,fn het
niet of voldoende verleenen van voorrang.
BORSSELE. Donderdag vergaderde de
Raad onder voorzitterschap van burge
meester G. A. Bax. B. en W. stellen voor
verschillende ingekomen stukken, o.a. het
verzoek van den Ned. Politiebond tot ver
hooging van het salaris van den gemeen
te-veldwachter, voor kennisgeving aan te
nemen. De heei' M. W a 1 fi o u t verklaart
er zich voor het bedoelde verzoek in te wil
ligen. Hp meent, dat met 't oog op- de al-
gemeene prijsstijging, verhooging ook van
dit salaris billijk is. De heer A.v a n
Zweed-en zegt dezelfde meening te zün
toegedaan. Als de v o o r z. vraagt, of
nog meer leden voor verhooging zijn, zegt
wethouder S. Alm-ekinders, dat
hij vóór eenverhooging van alle ambte
naarensalarissen in deze gemeente zou
stemmen, maar, waar er hier een uitzon
dering zou gemaakt worden, niet aan dt
gevraagde herziening meent te mogen mee
werken. Geen der overige raadsleden ver
klaarde op de vraag van den voorzitter, dat
zij de meening van de heeren Walhout en
Van Zweeden deelen, waarna deze het voor
stel verworpen verklaart. De v o o r z.
zegt. daarbij, dat hij meent, dat het niet op
den weg der gemeente ligt, om in dezen
voor te gaan, maar dat zij volgen kan, als
het Rijk de salarissen van zijn ambtenaren
verhoogt.
Bij den aanslag voor schoolgeld is een
vergissing begaan ten opzichte van mej. J.
Mol. Haar aanslag moet vervallen en alzoo
besluit men.
s#*..
EEN WERKVERSCHAFFINGS
PLAN.
B. en W. hebben omgezien naar de
gelijkheid om de werkloozen plaatselijk te
werk te stellen, door allerlei kleine werk
verschaffingsgelegenheden tot éên plan te
vereenigen. Dit is gelukt in overleg met de
Heidemaatschappij. Er zuilen nu boomen
gerooid worden, struikgewas langs de we
gen worden opgeruimd, wat er maar a
veel is, de grond om de boomen zal ge
spit worden, beplantingen zal men aanleg
gen, en verder zal plaats hebben egalisatie
van 150 m berm, het opgraven van een
sloot, afgraven van hoogte langs een sloot.
De kosten aan arbeidsloon bedragen 1600,
waarvan het rijk 99 procent voor zijn re
kening neemt. De overige kosten beloopen
f 610, waaronder aankoop materiaal, toe
zicht Heidemaatschappij enz. Het plan heeft
zegt de v o o r z. reeds de goedkeuring van
den minister van sociale zaken en'van Ged.
Staten. Neemt de Raad het aan, dan zal
zoo -spoedig mogelijk begonnen -worden,
waarschijnlijk reeds Dinsdag a.s. De ver
koop van de gerooide boomen zal 406,25
opbrengen en de rest kan uit de gewone
inkomsten betaald worden.
De heer A. van Z wte e d e n juicht
het plan toe, doch noemt het arbeidsloon
van 22 cent per uur bedroevend. Hü vraagt,
of dit niet hooger kan gesteld worden. De
voo r z. zegt daarop, dat ook in particu
liere werkverschaffing bij polders en boe
ren, in naburige gemeenten dit loon werd
gegeven en hij kan aantoonen, dat er goed
werd verdiend, soms wel 12 of meer per
week. De heer A. v a n Zweeden be
grijpt niet, hoe iemand voor 22 cent per
uur. bij een werkdag van 8% uur tol een
loon van 12 per week kan komen. Dan
verkrijgt de heer M. Walhout het
het woord, die zegt, dat het inderdaad is
voorgekomen, dat een arbeider 12 of iets
meer verdiende, doch dat was uitzondering
en dan kwam zijn loon een volgende week
niet hooger dan 11, soms lager, daar het
gemiddelde toch niet boven, de steunuitkee-
ring mocht gaan. Hij zegt verder, dat de ar
beidscontracten nog niet zijn afgesloten met
de werkgevers en dat het loon naar alle
waarschijnlijkheid zal bepaald worden op
j" 2,60 per dag.
De burgemeester verklaart
zich bereid, als dit wordt bewaarheid, bij
den betrokken minister pogingen te doen
tot verhooging van het uurloon. Thans, zegt
hij, zou deze daar niet voor te vinden zijn.
Het voorgestelde plan wordt goedgekeurd.
Op voorstel van den heer M. d e R e g t
zal men het kaphout gebruiken voor ver
betering van de „zate" in de haven.
Daarna brengt men eenige wijzigingen in
de begrootingen voor 1939 en 1940 en in die
voor 1939 van het waterleidingbedrijf, o.a.
wordt de post voor luchtbescherming op
aandrang van den minister van binnenland
sche zaken gebracht op 1000.
Voor den gemeente-werkman wordt 20
uitgetrokken als rijwieltoelage.
De post verlies waterleidingbedrijf voor
1939 wordt verhoogd met 291 en die voor
meerdere kosten aankoop water met
398,28.
HERSTELLING TOREN.
Dan komt aan de orde het agendapunt:
„Herstelling toren". De voorz. zegt, dat
zich voor B. en W. in deze zaak groote
moeilijkheden hebben opgedaan. Hij wijst
er op, dat de heer A. v a n Z w e e d e ti
in een vorige vergadering heeft gewaagd,
of met een bedrag van 800, dat voor
herstelling noodig geacht werd, de herstel
ling dan afdoende zou 'zijn. Tot ons leedwe
zen, aldus spr., blijkt nu, dat we er met
dit bedrag niet af zullen zijn. De gemeente-
opzichter heeft een plan opgemaakt. Daar
na is nog een andere deskundige gehoord.
Deze verklaarde, dat er veel goeds was in
het plan, doch wees er op, dat de toestand
van den binnenmuur te wenschen overlaat,
't Plan van den gemeente-opzichter voor
ziet in het direct noodzakelijke, doch dit
was de bedoeling niet. Br zou eerst nu een
onderzoek moeten worden ingesteld, of de
fundamenten goed zijn. Om zekerheid te
hebben dient de fundeering bloot gegooid
te worden onder toezicht van een deskundi
ge. De kosten daarvan zullen met arbeids
loon en belooning deskundige 100 niet te
boven gaan. Daarbij komt nog, dat de kerk
zeer slecht is en ook gevaar schijnt op te le
veren.
De heer M. de R e g t vraagt of de
binnenmuur van de kerk of van de gemeen
te is, waarna bJijkt, dat ze aan de gemeen
te behoort. De hr. De R e g t meent, dat
de geheele binnenmuur zou moeten opge
trokken worden, waarop de voorz. op
merkt, dat dan een heele. toren moet ge
bouwd worden, wat den heer Va nZ w e e-
d e n doet opmerken, dat het z.i. werkelijk
beter ïvjkt de toren te sloopen en een nieu
we te bouwen. Dit hadden B. en W. ook
overwogen, doch ze meenden, dat een nieu
we toren bij een oude kerk heel vreemd
zou staan, en daarom stelt de v o o r z.
voor de fundamenten te laten blootleggen.
De heer A. vanOverbeeke vindt
den heer Warren, den gemeente-opzichter
deskundig glenoeg om te onderzoeken boe
het staat met de fundeering. De heer M.
de R e g t is van dezelfde meening en
toont zich bovendien huiverig, om dit een
architect op te dragen, zoo iemand heeft
belang bij bouwen en gal omvergooien aan
raden. Hij vindt dat we een gemeente-op
zichter hebben, dien we kunnen vertrou
wen. Waarom, zoo vraagt de voorz. heeft
de gemeente-opzichter dit niet voorzien,
waarop de heer D e R e g t opmerkt, dat hij
heeft gedaan, wat hem is opgedragen, dit
goed gedaan heeft en de kwestie van de
fundeering niet heeft kunnen voorzien.
De heeren A. van Overbèeke
en A. v a n Zweeden vvüzen in ver
band met het vele werk, dat zal moeten ge
schieden, er beiden op, dat de kosten gewis
niet beneden 100 zullen blijven. Tenslotte
wordt z.h.s. besloten een deskundige op te
dragen te zamen met den gemeen te-opzich
ter het bedoelde onderzoek in te stellen.
Door WELK IE COLLINS.
Nederlandsche bewerking van
A. A. HUMME Jr.
2).
EERSTE PERIODE.
HET VERLIES VAN DEN DIAMANT.
(1848).
De gebeurtenissen, zooals verhaald
door Gabriel Betteredge, rentmees
ter in dienst van Julia, Lady
Verinder.
HOOFDSTUK I.
Vanmorgen (21 Mei 1850) kwam mijn
heer Franklin Blake, de neef van mijn
meesteres, bij mij en deelde mij het volgen
de mede:
„Betteredge, ik ben b(j den advocaat ge
weest om eenige familie aangelegenheden
te bespreken en we hebben het ook gehad
over de verdwijning van den Indischen dia
mant uit het huis van mijn tante in
Yorkshire, twee jaar geleden. Mijnheer
Bruff is het met mij eens, dat de waarheid
het meest gediend is door de feiten, die
hierop betrekking hebben, op schrift te
stellen hoe eerder hoe beter.
„Er" zijn bijzonderheden, die aan het licht
kunnen worden gebracht", vervolgde mijn
heer Franklin, „en er zijn personen bij be
trokken. die hiervan melding kunnen ma
ken; dus van deze feiten uitgaande stel ik
voor dat wij allen, ieder voor zich, de ge
schiedenis van den Maansteen, voor zoover
ons die persoonlijk bekend is, neerschrijven
Wij moeten beginnen met aan te geven hoe
vijftig jaar geleden de diamant in het bezit
kwam van mjjn oom Herncastlc, die toen
in Voor-Indië in het leger diende. Vervol
gens hoe twee jaar geleden de diamant in
het huis van mijn tante in Yorkshire te
recht kwam en daar ongeveer twaalf uur
later uit verdween. Niemand is zoo goed op
de hoogte als jij, Betteredge, omtrent de ge
beurtenissen, die gedurende dien tijd in het
huis plaats hadden. Neem dus de pen op en
zet je aan het werk".
Twee uren na het vertrek van mijnheer
Franklin zette ik mü aan mijn schrijftafel
en begon dit verhaal.
Als ge iets van de uitgaande wereld af
weet, heeft u wel hooren spreken over de
drie mooie meisjes Herneastle: Adelaide,
Caroline en Julia. De laatste was de jong
ste en naar mijn meening de aardigste der
drie zusters, waarover ik, zooals zal blij
ken, wel kan oordeelen. Op vijftienjarigen
leeftijd trad ik in dienst bij haar vader,
den ouden lord, een buitengewoon driftig
persoon, en werd als bediende* voor de drie
meisjes aangesteld. Ik bleef daar tot juf
frouw Julia in het huwelijk trad met den
nu overledeh sir John Verinder.
Op verzoek van de bruid en zeer tot mijn
genoegen volgde ik haar naar het huis van
haar echtgenoot en zoo kwam ik in. zijn
dienst. Mijn meesteres zorgde er voor, dat
ik te werk gestéld werd als assistent van
den opzichter der domeinen en ik deed mijn
best, zoodat ik spoedig promotie maakte.
Eenige jaren later werd, door haar tus-
schenkomst, de oude opzichter op pensioen
gesteld en ik kreeg zijn betrekking.
Ik had het nu eerst recht naar mijn zin.
Tk bekleedde een post van vertrouwen, had
mijn eigen huisje en na 's morgens op in
spectie te zijn geweest, hield ik 's middags
de boeken bij en genoot 's avonds, onder
het i'ooken van een pijp, van de rust na ge-
rlanen arbeid.Wat kon een mensch meer
verlangen, maar zooals het Adam verging
in den tuin van het Paradijs, verging het
Elk onzer daden wordt beloond of
gestraft. Doch wij erkennen dit zel
den, want de belooning schijnt te klein
toe, de straf te groot.
ook mij.
Do vrouw, op wie ik mijn oog had laten
vallen, was de vrouw, die bij mij hét huis-
houden deed, Selina Goby. Selina bereken
de iedere week een zeker bedrag voor kost
en werkloon en als ik haar trouwde, zou
zij mij niets voor haar voeding kunnen re
kenen én haar werk ook voor niets doen.
Zoo beschouwde ik het zuinigheid met
een tikje liefde. Wij vormden geen ideaal
echtpaar, maar waren toch ook niet onge
lukkig samen.
Na vijf jaar van onderling misverstand
behaagde het den Almachtige ons van el
kaar te scheiden door mijn vrouw tot Zich
te nemen. Ik bleef achter met mijn eenig
dochtertje Penelope. Kort daarop stierf sir
John en ook mijn meesteres bleef achter
met een eenig kind haar dochtertje Rachel.
Na wat ik reeds over mijn meesteres ge
schreven heb, is het haast niet meer noo
dig te vermelden, dat mijn kind onder haar
■•ogen werd groot gebracht en opgevoed,
totdat zij, na de school verlaten te hebben,
vereerd werd met de aanstelling als ka
menier van juffrouw Rachel.
Wat mij betreft, ik bleef op mijn post als
opzichter, tot Kerstmis van het jaar 1847,
toen er een verandering in mijn leven in
trad. Op dien dag noodigde mijn meesteres
zichzelf op een kopje thee in mijn. woning.
Zij maakte toen de opmerking, dat ik, van
den dag af waarop ik bij den ouden lord
nis haar bediende was aangesteld, reeds
meer dan vijftig jaren in haar dienst was,
waarop zij mij een prachtig wollen vest
overhandigde, dat zij zelf voor mij had ge
breid.
Ik kon zoo gauw geen woorden vinden
om haar voor dit mooie geschenk en de
eer, die zij mij hiermede bewees, te bedan
ken. toen tot mijn groote verbazing bleek,
clat het hier geen eerbewijs, doch een soort
omkopperij gold. Mijn meesteres had, eer
der dan ik zelf, ingezien dat ik oud was
geworden en zij was bij mij gekomen om
mij te verleiden als ik dit woord gebrui
ken mag mijn werk buitenshuis op te
geven en mijn verdere levensdagen als rent
meester onder haar dak te slijten. Ik strib
belde zoo lang mogelijk tegen, daar ik het
onwaardig vond er nu reeds mijn gemak
van te nemen, doch mijn meesteres deed
het voorkomen, alsof ik er haar een diens"
mede bewees, waarop Tk wel moest toege
ven. Het einde van het dispuut was, dat ik
als een oude idioot mijn oogen met het
nieuwe vest afveegde en zei er nog eens
over te zullen nadenken. Ik sliep dien nacht
in als opzichter van lady Verinder's domei
nen en ontwaakte den volgenden morgen
als haar rentmeester.
Ik lieb u tot dusver mijn eigen geschiede
nis verteld en moet nu een aanvang maken
met hetgeen betrekking heeft op den dia
mant.
HOOFDSTUK II.
Op een Woensdagmorgen, den 24en Mei
1848, werd ik voor een onderhoud in de zit
kamer van mijn meesteres geroepen.
„Gabriel", deelde zij mij mede „ik heb
nieuws voor je, waar je van zult opkijken.
Franklin Blake is terug uit het buitenland.
Hij heeft eenigen tijd bij zijn vader in Lon
den vertoefd en komt morgen hier om tot
de volgende maand te blijven en Rachel's
verjaardag mee te vieren".
Dit was inderdaad groot nieuws voor mij.
lie had mynheer' Franklin, sedert hij als
jongen bij ons in ditzelfde huis woonde niet
weer gezien en ik had hem altijd de aar
digste jongen gevonden, die ooit een tol
voortzweepte of een ruit inwierp. Dat hij al
die jaren in het buitenland had doorge
bracht, kwam doordat zijn vader het onge
luk had de eerste erfgenaam te zijn van
een hertogdom en de noodige bewijzen hier
voor miste. Deze Blake, gehuwd met de
oudste zuster van mijn meesteres, was be
roemd geworden door zijn rijkdom® en de
jarenlange rechtzaak, waarin hij zijn aan
spraak op den titel trachtte te doen gelden.
Nadat hij enorme bedragen besteed had aan
zijn pogingen den bestaanden hertog le
ontzetten en inmiddels zijn vrouw en twee
van zijn kinderen had verloren, was er
geen rechtbank meer in het land, die zijn
zaak in behandeling wilde nemen. Hierover
ten zeerste verbolgen, besloot hij zijn land
niet de eer aan te doen zijn zoon te mogen
opvoeden.
De jonge Franklin was dus reeds jong
naar het buitenland gegaan en had zjjn op
voeding op de scholen en universiteiten in
Duitschland, Frankrijk en Italië voltooid.
Door zijn regelmatige briefwisseling met
zyn tante, Rachel en mij, waarin in hoofd
zaak zijn chronisch geldgebrek tot uiting
kwam, waren wq steeds op de hoogte ge
bleven van zijn wederwaardigheden, zoodal
het geen vreemde was, dien wij binnenkort
verwachtten.
De dag van zijn aankomst was een prach
tige zomerdag en daar mijnheer Franklin
pas tegen etenstijd verwacht werd, waren
mijn meesteres en juffrouw Rachel bij
vrienden in de buurt gaan lunchen.
Ik haalde mijn rieten stoel, om in den
achtertuin te gaan zitten, toen mijn oor
getroffen werd door een geluid, alsof er
zacht op een trommel werd geslagen, welk
geluid van het terras aan de voorzijde scheen
te komen.
(Wordt vervolgd)..