De beurs steeds ©mder invloed van de politiek, Borssele heeft een werkver schaffingsplan: arbeidsloon f1600 De Maansteen DERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COUR ANT) VAN ZATERDAG 23 MAART 1940. No. 71. Financieel economisch weekoverzicht. Merkwaardig verschil van reactie tusschen Amsterdam en New-York. Teruggaande conjunctuur in de Ver. Staten. De politieke gebeurtenissen hebben deze week aller aandacht in beslag genomen en de beurs is telkenmale beïnvloed gewor den door vredesgeruchten en door de be richten omtrent mogelijke politieke verras singen in de naaste toekomst. Opmerkelijk was, dat de New-Yorksche beurs en de Amsterdamsche markt geheel verschillend hebben gereageerd op de vre desgeruchten en later ook op de tegen spraak daarvan. Amerika heeft n.l. de mo gelijkheid van vrede beantwoord met een flauwere stemming in Wallstreet en de be richten, dat er in het geheel geen vredes voorstel was gedaan met een herstel der koersen. Bij ons heeft juist het tegenover gestelde zich voorgedaan. Deze wijze van reageeren is ook wel eenigszins verklaar baar. Immers er zijn in Amerika tal van takken van industrie, die in vrij sterke ma te profiteeren van oorlogsbestellingen voor Europeesche rekening, al moet hieraan on middellijk worden toegevoegd, dat de om vang van deze bestellingen van den aan vang af beneden de verwachtingen zijn ge bleven. Ons land daarentegen zou onge twijfeld evenals in andere Europeesche lan den, juist in belangrijke mate moeten pro fiteeren van het einde van den oorlog. Er is immers wel reden om aan te nemen, dat hiermede een nieuwe periode zou worden ingeluid, waarin zou worden getracht om de belemmeringen in den internationalen han del zoo veel mogelijk terzijde te stellen en waarin tevens de pogingen zouden worden gedaan om de schromelijke fouten, waarin men in de periode na den wereldoorlog is vervallen, niet opnieuw te maken. Men denke in de eerste plaats aan het scheep vaartbedrijf, dat op het oogenblik welis waar algemeen hoogere vrachten boekt, maar dat aan den anderen kant met zoo veel moeilijkheden te kampen heeft en ook voor het probleem wordt geplaatst, dat het tonnage die verloren ging zal moeten ver vangen tegen de kostprijzen, waarvan nog maar moet worden afgewacht of zij in een meer verwijderde toekomst niet te hoog zullen blijken te zijn. Dit zelfde verschijn sel heeft zich immers ook na den wereld oorlog voorgedaan. Een zoo spoedig moge lijke beëindiging van den strijd zou dan ook het scheepvaartbedrijf van vele lasten bevrijden. De Ver. Staten zijn er steeds op uit ge weest om de banden tusschen Noord- en Zuid-Amerika nauwer aan te halen, waar bij ongetwijfeld het vooruitzicht een rol speelt, dat tengevolge van den oorlog de Europeesche landen na verloop van eenige jaren sterk verai'md zullen zijn, waardoor de kans niet gering moet worden geacht, dat Amerika daarvan den ernstigen terug slag zou ondervinden. Indien het nu moge lijk zou blijken, dat de handelsbetrekkin gen tusschen de Amerikaansche landen onderling konden worden uitgebreid, dan zou zulks een compensatie kunnen vormen tegen het verlies van de Europeesche za ken. Het is thans reeds gebleken, dat de bestellingen, in Amerika voor Europeesche rekening niet aan de verwachtingen heb ben beantwoord en de' conclusie mag dan ook worden getrokken, dat de sterke uit breiding van de productie gedurende de afgeloopen zes maanden voor een belang rijk deel is gebaseerd geweest op de ver. wachting van verdere omvangrijke orders. M.a.w. men heeft ten deele op voorraad ge werkt. Reeds verscheidene maanden gele den waren de binnenkomende nieuwe or ders, ook voor binnenlandsche rekening, geringer in omvang dan de productie zelf. Het gevolg is dan ook geweest, dat er al lengs een inkrimping van de bedrijvigheid viel te constateeren. Het indexcijfer van de industrieele productie, dat omstreeks de jaarwisseling op basis van 1923/25 100 was gestegen tot 128, waarmede het ni veau van 1929 ongeveer werd benaderd, is volgens de jongste opgave gedaald tot 109. Zulks beteekent dus in korten tijd een vrij aanzienlijken teruggang. In de staal- nijverheid is de daling nog veel grooter ge weest, hetgeen mag worden afgeleid uit het feit, dat aan het einde van het vorige jaar met 89 van de capaciteit werd gewerkt en thans met 62 Op zich zelf is dit per centage nog vrij bevredigend, althans voor de maatschappijen, die een loonend bedrijf hebben, zooals bijv. Bethlehem Steel. Voor de groote staaltrust de U.S. Steel is het echter noodzakelijk, dat met een zeer groo te bedrijvigheid wordt gewerkt, indien men een dividend op de gewone aandeelen wil verdienen. Naar men weet heeft dit con cern, ondanks de groote uitbreiding van de productie in de tweede helft van 1939 het dividend op de gewone aandeelen nog altijd niet hervat en nu de productie wederom sterk is teruggeloopen, is de kans daarop voor de naaste toekomst uit den aard der zaak vrijwel nihil. De financieele resultaten van de verschil lende Amerikaansche ondernemingen zijn intusschen zeer bevredigend geweest, om dat deze betrekking hebben op het achter ons liggende jaar, waarin fraaie winsten werden geboekt. De Republic Steel heeft een dividend van 6 gedeclareerd op de cum. pref. aandeelen op rekening van het achterstallig dividend. De vorige maand werd het gewone kwartaaldividend van 8 1.50 aangekondigd, waarmede toen de achterstand van 18 bestaan bleef. Nu er S 6 extra wordt betaald, is die achterstand dus gedaald tot 12. Vanzelfsprekend wordt de positie van de gewone aandeelen door deze afbetaling allengs verbeterd, al zal er natuurlijk nog geruimen tijd moeten ver- loopen alvorens de maatschappij in een positie zal komen om het dividend op deze aandeelen te hervatten. Sinds 1930 is er op deze aandeelen geen dividend betaald. De Kennecott Copper publiceerde even eens de jaarresultaten, waaruit bleek, dat in 1939 3.14 per aandeel is verdeeldtegen 2.10 in het voorafgaande jaar. Deze resul taten vielen betrekkelijk mee, omdat de koperprijzen ondanks de oorlogvoering geen buitengewone stijging hebben te zien ge geven. De vliegtuigfabrieken maken uit den aard der zaak goede zaken en de Ben- dix Aviation heeft in. 1939 8 4.48 millioen verdiénd of 8 2,14 per aandeel, tegen 5 156.000 of 7 cents per aandeel iif het voorafgaande jaar. De tot nu toe betaalde dividenden van deze maatschappij blijven sterk bij de behaalde resultaten ten achter. In 1939 werd n.l. S 1% betaald, terwijl in de loopende maand een dividend van 50 S cent werd gedeclareerd. Er is wel reden om aan te nemen, dat de winsten in 't niéu we jaar minstens even hoog, zoo niet hoo- ger zullen zijn dan over 1939. Deze tak van industrie ondervindt n.l. geen invloed van den teruggang van de conjunctuur, die zich elders openbaart. Ook de Ameri kaansche kunstzüdenijverheid kan zich nog altijd in een groote bedrijvigheid verheu gen. Verder maakt de levensmiddelenin dustrie en ook de kleinhandel met inbe grip van de warenhuizen een tijdperk van goede winsten door. De laatste dagen heeft er iets meer be langstelling bestaan voor Amerikaansche olieshares, omdat de resultaten ondanks de weinig bevredigende prijzen nogal zijn mee gevallen, De Phillips Petroleum boekte een winst van 2.21 per aandeel tegen 2.03 per aandeel in het voorafgaande jaar. Over de locale markt valt deze week zeer weinig nieuws te melden. De zaken bleven oortdurend van geringen omvang en het vooruitzicht van de vacantiedagen heeft jovendien nog grootere terughouding mee gebracht. Aandeelen Unilever werden na genoeg niet beïnvloed door hét gepubli- eefde jaarverslag van de Britsche onder maatschappij Home £nd Colonial Stores. Ann den cencn kant werd hierin gemeld, dat de afzet van margarine zich zeer be vredigend blijft ontw.kkelen, maar aan den anderen kant wordt gemeld,' dat "tengevolge van de Britsche overheidsmaatregelen moeilijkheden worden ondervonden met den aanvoer van grondstoffen.. Het dividend van Philips zal dit jaar ongetwijfeld belangrijk lager uitvallen dan over 1938, toen het 11 bedroeg. Ter beurze raamt men de uïtkeering over 1939 op 6 a 7 Daarmede zou dan de huidige koers van ca. 118 wel ongeveer in overeenstemming zijn. In de cultuurafdeeling was nagenoeg geen variatie. In Amsterdam Rubber ging op sommige dagen niet meer dan 1 aan deel om. Tabaksaandeelen waren vrij gun stig gestemd op het bericht, dat de pak huistypen, die getoond werden over het al gemeen een goeden indruk maakten. De kwaliteit is bevredigend en. !/t product blijkt goed beregend te zijn. Na de vastere stemming voor scheep- vaartaandeelen is ook deze afdeeling we der in een lustelooze houding vervallen. Het jaarverslag van de Koninklijke Boot zal. Zaterdag worden gepubliceerd. Het di vidend is echter nog niet bekend. Uit de geringe beweging van den koers van ca. 107 zou men mogen afleiden, dat het dividend zal tegenvallen, ofschoon het be vredigende dividend van de Holland Ame rika Lijn het tegenovergestelde zou doen verwachten. Op de beleggingsmarkt was zeer weinig te doen, terwijl in de tweede helft van de vorige maand vrij veel beleggingsvraag viel waar te nemen, waarbij de houders van uitgelote stukken der 33% leening zich bij voorbaat dekten, op de verwachting van hoogere koersen, heeft de inmiddels aan de markt gebrachte nieuwe Staatslee- ning in deze opvatting een ingrijpende ver andering gebracht. Het vooruitzicht, dat, zooals wij de vorige week reeds schreven, waarschijnlijk reeds omstreeks het midden van het jaar, een nieuwe leening aan de markt zal worden gebracht, werkt natuur lijk niet animeerend op de stemming. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop in de afgeloopen week: 4 Nederland 1940 11, 94%, 93%. Koloniale Bank 159, 160. Philips 116%, 123, 118%. Unilever 92, 94, 93%. Rep. g'/tel 15, 15%, 15%. Kon. Petroleum 232%,239%, 231%,232%. Amsterdam Rubber 183, 186%, 185%. Kon. Boot.107, 108%, 107%. H.V.A. 386, 393, 387. Deli Bat. Mij. 121%, 122. Deli Mij. 176%, 180%, 176; 177. Senembah MJj. 135%, 139%, 137. ZaS de teren gerestaureerd of ges8o®pt_worden Aantal verkeersslachtoffers in Januari j.I. beduidend minder. Blijkens de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek bedraagt het aantal verkeersslachtoffers over de maand Januari 1940 beduidend minder dan in de zelfde maand van vorig jaar, schrijft de KNAC. Voor een belangrijk gedeelte zal deze vermindering kunnen vvordeu. toegeschre ven aan. de weersomstandigheden. Door ijs en sneeuw was de verkeers-frequentie voor alle verkeerssoorten uiteraard belang rijk lager. De cijfers voor de laatste zes maanden zijn als volgt (tusschen haakjes de over eenkomstige cijfers van hel voorgaande jaar): omgekomen ernstig gewond Augustus 92 (68) 513 (429) September 68 (68) 421 (452) October 76 (90 415 (408) November 59 (68) 378 (365) December 55 (42) 341 (312) Januari 27 (42) 2Sl (326) In vergelijking met andere maanden had de vermindering cler ongevallen vooral plaats buiten de groote steden, hetgeen wel duidt op een sterk verminderd interiocaal verkeer. Een groot gedeelte der ongevallen in de steden v/irdf. aTtijd zijn oorzaak ,fn het niet of voldoende verleenen van voorrang. BORSSELE. Donderdag vergaderde de Raad onder voorzitterschap van burge meester G. A. Bax. B. en W. stellen voor verschillende ingekomen stukken, o.a. het verzoek van den Ned. Politiebond tot ver hooging van het salaris van den gemeen te-veldwachter, voor kennisgeving aan te nemen. De heei' M. W a 1 fi o u t verklaart er zich voor het bedoelde verzoek in te wil ligen. Hp meent, dat met 't oog op- de al- gemeene prijsstijging, verhooging ook van dit salaris billijk is. De heer A.v a n Zweed-en zegt dezelfde meening te zün toegedaan. Als de v o o r z. vraagt, of nog meer leden voor verhooging zijn, zegt wethouder S. Alm-ekinders, dat hij vóór eenverhooging van alle ambte naarensalarissen in deze gemeente zou stemmen, maar, waar er hier een uitzon dering zou gemaakt worden, niet aan dt gevraagde herziening meent te mogen mee werken. Geen der overige raadsleden ver klaarde op de vraag van den voorzitter, dat zij de meening van de heeren Walhout en Van Zweeden deelen, waarna deze het voor stel verworpen verklaart. De v o o r z. zegt. daarbij, dat hij meent, dat het niet op den weg der gemeente ligt, om in dezen voor te gaan, maar dat zij volgen kan, als het Rijk de salarissen van zijn ambtenaren verhoogt. Bij den aanslag voor schoolgeld is een vergissing begaan ten opzichte van mej. J. Mol. Haar aanslag moet vervallen en alzoo besluit men. s#*.. EEN WERKVERSCHAFFINGS PLAN. B. en W. hebben omgezien naar de gelijkheid om de werkloozen plaatselijk te werk te stellen, door allerlei kleine werk verschaffingsgelegenheden tot éên plan te vereenigen. Dit is gelukt in overleg met de Heidemaatschappij. Er zuilen nu boomen gerooid worden, struikgewas langs de we gen worden opgeruimd, wat er maar a veel is, de grond om de boomen zal ge spit worden, beplantingen zal men aanleg gen, en verder zal plaats hebben egalisatie van 150 m berm, het opgraven van een sloot, afgraven van hoogte langs een sloot. De kosten aan arbeidsloon bedragen 1600, waarvan het rijk 99 procent voor zijn re kening neemt. De overige kosten beloopen f 610, waaronder aankoop materiaal, toe zicht Heidemaatschappij enz. Het plan heeft zegt de v o o r z. reeds de goedkeuring van den minister van sociale zaken en'van Ged. Staten. Neemt de Raad het aan, dan zal zoo -spoedig mogelijk begonnen -worden, waarschijnlijk reeds Dinsdag a.s. De ver koop van de gerooide boomen zal 406,25 opbrengen en de rest kan uit de gewone inkomsten betaald worden. De heer A. van Z wte e d e n juicht het plan toe, doch noemt het arbeidsloon van 22 cent per uur bedroevend. Hü vraagt, of dit niet hooger kan gesteld worden. De voo r z. zegt daarop, dat ook in particu liere werkverschaffing bij polders en boe ren, in naburige gemeenten dit loon werd gegeven en hij kan aantoonen, dat er goed werd verdiend, soms wel 12 of meer per week. De heer A. v a n Zweeden be grijpt niet, hoe iemand voor 22 cent per uur. bij een werkdag van 8% uur tol een loon van 12 per week kan komen. Dan verkrijgt de heer M. Walhout het het woord, die zegt, dat het inderdaad is voorgekomen, dat een arbeider 12 of iets meer verdiende, doch dat was uitzondering en dan kwam zijn loon een volgende week niet hooger dan 11, soms lager, daar het gemiddelde toch niet boven, de steunuitkee- ring mocht gaan. Hij zegt verder, dat de ar beidscontracten nog niet zijn afgesloten met de werkgevers en dat het loon naar alle waarschijnlijkheid zal bepaald worden op j" 2,60 per dag. De burgemeester verklaart zich bereid, als dit wordt bewaarheid, bij den betrokken minister pogingen te doen tot verhooging van het uurloon. Thans, zegt hij, zou deze daar niet voor te vinden zijn. Het voorgestelde plan wordt goedgekeurd. Op voorstel van den heer M. d e R e g t zal men het kaphout gebruiken voor ver betering van de „zate" in de haven. Daarna brengt men eenige wijzigingen in de begrootingen voor 1939 en 1940 en in die voor 1939 van het waterleidingbedrijf, o.a. wordt de post voor luchtbescherming op aandrang van den minister van binnenland sche zaken gebracht op 1000. Voor den gemeente-werkman wordt 20 uitgetrokken als rijwieltoelage. De post verlies waterleidingbedrijf voor 1939 wordt verhoogd met 291 en die voor meerdere kosten aankoop water met 398,28. HERSTELLING TOREN. Dan komt aan de orde het agendapunt: „Herstelling toren". De voorz. zegt, dat zich voor B. en W. in deze zaak groote moeilijkheden hebben opgedaan. Hij wijst er op, dat de heer A. v a n Z w e e d e ti in een vorige vergadering heeft gewaagd, of met een bedrag van 800, dat voor herstelling noodig geacht werd, de herstel ling dan afdoende zou 'zijn. Tot ons leedwe zen, aldus spr., blijkt nu, dat we er met dit bedrag niet af zullen zijn. De gemeente- opzichter heeft een plan opgemaakt. Daar na is nog een andere deskundige gehoord. Deze verklaarde, dat er veel goeds was in het plan, doch wees er op, dat de toestand van den binnenmuur te wenschen overlaat, 't Plan van den gemeente-opzichter voor ziet in het direct noodzakelijke, doch dit was de bedoeling niet. Br zou eerst nu een onderzoek moeten worden ingesteld, of de fundamenten goed zijn. Om zekerheid te hebben dient de fundeering bloot gegooid te worden onder toezicht van een deskundi ge. De kosten daarvan zullen met arbeids loon en belooning deskundige 100 niet te boven gaan. Daarbij komt nog, dat de kerk zeer slecht is en ook gevaar schijnt op te le veren. De heer M. de R e g t vraagt of de binnenmuur van de kerk of van de gemeen te is, waarna bJijkt, dat ze aan de gemeen te behoort. De hr. De R e g t meent, dat de geheele binnenmuur zou moeten opge trokken worden, waarop de voorz. op merkt, dat dan een heele. toren moet ge bouwd worden, wat den heer Va nZ w e e- d e n doet opmerken, dat het z.i. werkelijk beter ïvjkt de toren te sloopen en een nieu we te bouwen. Dit hadden B. en W. ook overwogen, doch ze meenden, dat een nieu we toren bij een oude kerk heel vreemd zou staan, en daarom stelt de v o o r z. voor de fundamenten te laten blootleggen. De heer A. vanOverbeeke vindt den heer Warren, den gemeente-opzichter deskundig glenoeg om te onderzoeken boe het staat met de fundeering. De heer M. de R e g t is van dezelfde meening en toont zich bovendien huiverig, om dit een architect op te dragen, zoo iemand heeft belang bij bouwen en gal omvergooien aan raden. Hij vindt dat we een gemeente-op zichter hebben, dien we kunnen vertrou wen. Waarom, zoo vraagt de voorz. heeft de gemeente-opzichter dit niet voorzien, waarop de heer D e R e g t opmerkt, dat hij heeft gedaan, wat hem is opgedragen, dit goed gedaan heeft en de kwestie van de fundeering niet heeft kunnen voorzien. De heeren A. van Overbèeke en A. v a n Zweeden vvüzen in ver band met het vele werk, dat zal moeten ge schieden, er beiden op, dat de kosten gewis niet beneden 100 zullen blijven. Tenslotte wordt z.h.s. besloten een deskundige op te dragen te zamen met den gemeen te-opzich ter het bedoelde onderzoek in te stellen. Door WELK IE COLLINS. Nederlandsche bewerking van A. A. HUMME Jr. 2). EERSTE PERIODE. HET VERLIES VAN DEN DIAMANT. (1848). De gebeurtenissen, zooals verhaald door Gabriel Betteredge, rentmees ter in dienst van Julia, Lady Verinder. HOOFDSTUK I. Vanmorgen (21 Mei 1850) kwam mijn heer Franklin Blake, de neef van mijn meesteres, bij mij en deelde mij het volgen de mede: „Betteredge, ik ben b(j den advocaat ge weest om eenige familie aangelegenheden te bespreken en we hebben het ook gehad over de verdwijning van den Indischen dia mant uit het huis van mijn tante in Yorkshire, twee jaar geleden. Mijnheer Bruff is het met mij eens, dat de waarheid het meest gediend is door de feiten, die hierop betrekking hebben, op schrift te stellen hoe eerder hoe beter. „Er" zijn bijzonderheden, die aan het licht kunnen worden gebracht", vervolgde mijn heer Franklin, „en er zijn personen bij be trokken. die hiervan melding kunnen ma ken; dus van deze feiten uitgaande stel ik voor dat wij allen, ieder voor zich, de ge schiedenis van den Maansteen, voor zoover ons die persoonlijk bekend is, neerschrijven Wij moeten beginnen met aan te geven hoe vijftig jaar geleden de diamant in het bezit kwam van mjjn oom Herncastlc, die toen in Voor-Indië in het leger diende. Vervol gens hoe twee jaar geleden de diamant in het huis van mijn tante in Yorkshire te recht kwam en daar ongeveer twaalf uur later uit verdween. Niemand is zoo goed op de hoogte als jij, Betteredge, omtrent de ge beurtenissen, die gedurende dien tijd in het huis plaats hadden. Neem dus de pen op en zet je aan het werk". Twee uren na het vertrek van mijnheer Franklin zette ik mü aan mijn schrijftafel en begon dit verhaal. Als ge iets van de uitgaande wereld af weet, heeft u wel hooren spreken over de drie mooie meisjes Herneastle: Adelaide, Caroline en Julia. De laatste was de jong ste en naar mijn meening de aardigste der drie zusters, waarover ik, zooals zal blij ken, wel kan oordeelen. Op vijftienjarigen leeftijd trad ik in dienst bij haar vader, den ouden lord, een buitengewoon driftig persoon, en werd als bediende* voor de drie meisjes aangesteld. Ik bleef daar tot juf frouw Julia in het huwelijk trad met den nu overledeh sir John Verinder. Op verzoek van de bruid en zeer tot mijn genoegen volgde ik haar naar het huis van haar echtgenoot en zoo kwam ik in. zijn dienst. Mijn meesteres zorgde er voor, dat ik te werk gestéld werd als assistent van den opzichter der domeinen en ik deed mijn best, zoodat ik spoedig promotie maakte. Eenige jaren later werd, door haar tus- schenkomst, de oude opzichter op pensioen gesteld en ik kreeg zijn betrekking. Ik had het nu eerst recht naar mijn zin. Tk bekleedde een post van vertrouwen, had mijn eigen huisje en na 's morgens op in spectie te zijn geweest, hield ik 's middags de boeken bij en genoot 's avonds, onder het i'ooken van een pijp, van de rust na ge- rlanen arbeid.Wat kon een mensch meer verlangen, maar zooals het Adam verging in den tuin van het Paradijs, verging het Elk onzer daden wordt beloond of gestraft. Doch wij erkennen dit zel den, want de belooning schijnt te klein toe, de straf te groot. ook mij. Do vrouw, op wie ik mijn oog had laten vallen, was de vrouw, die bij mij hét huis- houden deed, Selina Goby. Selina bereken de iedere week een zeker bedrag voor kost en werkloon en als ik haar trouwde, zou zij mij niets voor haar voeding kunnen re kenen én haar werk ook voor niets doen. Zoo beschouwde ik het zuinigheid met een tikje liefde. Wij vormden geen ideaal echtpaar, maar waren toch ook niet onge lukkig samen. Na vijf jaar van onderling misverstand behaagde het den Almachtige ons van el kaar te scheiden door mijn vrouw tot Zich te nemen. Ik bleef achter met mijn eenig dochtertje Penelope. Kort daarop stierf sir John en ook mijn meesteres bleef achter met een eenig kind haar dochtertje Rachel. Na wat ik reeds over mijn meesteres ge schreven heb, is het haast niet meer noo dig te vermelden, dat mijn kind onder haar ■•ogen werd groot gebracht en opgevoed, totdat zij, na de school verlaten te hebben, vereerd werd met de aanstelling als ka menier van juffrouw Rachel. Wat mij betreft, ik bleef op mijn post als opzichter, tot Kerstmis van het jaar 1847, toen er een verandering in mijn leven in trad. Op dien dag noodigde mijn meesteres zichzelf op een kopje thee in mijn. woning. Zij maakte toen de opmerking, dat ik, van den dag af waarop ik bij den ouden lord nis haar bediende was aangesteld, reeds meer dan vijftig jaren in haar dienst was, waarop zij mij een prachtig wollen vest overhandigde, dat zij zelf voor mij had ge breid. Ik kon zoo gauw geen woorden vinden om haar voor dit mooie geschenk en de eer, die zij mij hiermede bewees, te bedan ken. toen tot mijn groote verbazing bleek, clat het hier geen eerbewijs, doch een soort omkopperij gold. Mijn meesteres had, eer der dan ik zelf, ingezien dat ik oud was geworden en zij was bij mij gekomen om mij te verleiden als ik dit woord gebrui ken mag mijn werk buitenshuis op te geven en mijn verdere levensdagen als rent meester onder haar dak te slijten. Ik strib belde zoo lang mogelijk tegen, daar ik het onwaardig vond er nu reeds mijn gemak van te nemen, doch mijn meesteres deed het voorkomen, alsof ik er haar een diens" mede bewees, waarop Tk wel moest toege ven. Het einde van het dispuut was, dat ik als een oude idioot mijn oogen met het nieuwe vest afveegde en zei er nog eens over te zullen nadenken. Ik sliep dien nacht in als opzichter van lady Verinder's domei nen en ontwaakte den volgenden morgen als haar rentmeester. Ik lieb u tot dusver mijn eigen geschiede nis verteld en moet nu een aanvang maken met hetgeen betrekking heeft op den dia mant. HOOFDSTUK II. Op een Woensdagmorgen, den 24en Mei 1848, werd ik voor een onderhoud in de zit kamer van mijn meesteres geroepen. „Gabriel", deelde zij mij mede „ik heb nieuws voor je, waar je van zult opkijken. Franklin Blake is terug uit het buitenland. Hij heeft eenigen tijd bij zijn vader in Lon den vertoefd en komt morgen hier om tot de volgende maand te blijven en Rachel's verjaardag mee te vieren". Dit was inderdaad groot nieuws voor mij. lie had mynheer' Franklin, sedert hij als jongen bij ons in ditzelfde huis woonde niet weer gezien en ik had hem altijd de aar digste jongen gevonden, die ooit een tol voortzweepte of een ruit inwierp. Dat hij al die jaren in het buitenland had doorge bracht, kwam doordat zijn vader het onge luk had de eerste erfgenaam te zijn van een hertogdom en de noodige bewijzen hier voor miste. Deze Blake, gehuwd met de oudste zuster van mijn meesteres, was be roemd geworden door zijn rijkdom® en de jarenlange rechtzaak, waarin hij zijn aan spraak op den titel trachtte te doen gelden. Nadat hij enorme bedragen besteed had aan zijn pogingen den bestaanden hertog le ontzetten en inmiddels zijn vrouw en twee van zijn kinderen had verloren, was er geen rechtbank meer in het land, die zijn zaak in behandeling wilde nemen. Hierover ten zeerste verbolgen, besloot hij zijn land niet de eer aan te doen zijn zoon te mogen opvoeden. De jonge Franklin was dus reeds jong naar het buitenland gegaan en had zjjn op voeding op de scholen en universiteiten in Duitschland, Frankrijk en Italië voltooid. Door zijn regelmatige briefwisseling met zyn tante, Rachel en mij, waarin in hoofd zaak zijn chronisch geldgebrek tot uiting kwam, waren wq steeds op de hoogte ge bleven van zijn wederwaardigheden, zoodal het geen vreemde was, dien wij binnenkort verwachtten. De dag van zijn aankomst was een prach tige zomerdag en daar mijnheer Franklin pas tegen etenstijd verwacht werd, waren mijn meesteres en juffrouw Rachel bij vrienden in de buurt gaan lunchen. Ik haalde mijn rieten stoel, om in den achtertuin te gaan zitten, toen mijn oor getroffen werd door een geluid, alsof er zacht op een trommel werd geslagen, welk geluid van het terras aan de voorzijde scheen te komen. (Wordt vervolgd)..

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 4