wmf
wIItI
IflM
reinigt zacht
Sn
yfOLOJt
10-P
qêh&ü
—krast nooit
Coöp. „DE BROEDERBAND" i.a.
Een Engelsch expeditielegervan 100.000
man stond gereed.
TE KOOP AANGEBODEN:
EEN 4/5 PERSOONS AUTO
4-deurs Sedan.
In kénrigen staat. Dodge 1934.
Van particulier.
Te bevragen EERSTE ZEEUW-
SCHE AUTO-GARAGE, Lange
Noordstraat 10, M'burg. Telef. 141.
bekendmakingen!
VRIJSTELLING WEGENS
'BKOEDERDIENST, LICHTING 1940.
De Burgemeester van Middelburg
brengt het volgende ter kennis van
belanghebbenden
Voor vrijstelling wegens broeder-
dienst komen vóór anderen in aan
merking zy, van wie de meeste broe
ders (hieronder te verstaan wettige
broeders en halfbroeders) hebben ge
diend of tot dienst verplicht zijn en
van dezen zij, die behooren tot gezin
nen met de meeste kinderen (hier
onder te verstaan broeders, halfbroe
ders en stiefbroeders, zusters, half
zusters en stiefzusters).
De broeder of halfbroeder, die ge
diend heeft of tot dienst verplicht is,
moet verkeeren in één. van de vol
gende gevallen:
a. tot gewoon dienstplichtige be
stemd zijn, voor zoover de voor zyn
inlijving bepaalde datum nog niet
is aangebroken;
b. als gewoon dienstplichtige of als
•vrijwilliger tot de land- of tot de zee
macht behooren;
c. 30 dagen in werkelijken dienst
zijn geweest;
d. militair pensioen genieten of ge
noten hebben;
e. gedurende zijn werkelijken dienst
zijn overleden.
Als werkelijke dienst wordt ook
beschouwd de dienst van hem, die op
grond van gewetensbezwaren is te
werk gesteld bij een burgerlijken tak
van staatsdienst.
Eerst nadat alle vrüstellingensaan-
vragen door den Commissaris der
Koningin zullen zijn beoordeeld, kan
worden bepaald, in welke gevallen
de vrijstelling zal kunnen worden
verleend. Hiervan zal bij openbare
kennisgeving mededeeling worden ge
daan.
Tijdstip, waarop op de aanvragen
een beslissing kan worden genomen
op alle aanvragen om vrijstelling we
gens broederdienst voor ingeschreve
nen voor bovengenoemde lichting, zal
eerst in Juli of Augustus a.s. een be
slissing kunnen worden genomen.
Middelburg, 18 Maart 1940.
De Burgemeester voornoemd,
M. H. BOASSON, wnd.
.Burgemeester en Wethouders van
Middelburg brengen ter openbare
kennis:
dat bij hen is ingekomen een schrij
ven van HERMANIJS MATTHEUS
VERSWIJVEREN, wonende te Mid
delburg, Teerpakhuizenstraat no. 30,
houdende verzoek hem een verlof A
te willen verleenen, als bedoeld in
artikel 38, le lid der Drankwet 1931,
Stbl. 476, voor de benedenlocaliteit
van het perceel plaatselijk bekend,
Teerpakhuizenstraat no. 30, welke
localiteit een oppervlakte heeft van
80 m2.
Binnen twee weken na heden kun
nen bezwaren tegen het verleenen van
het gevraagde verlof schriftelijk' bij
hun College worden ingebracht.
Middelburg, 19 Maart 1940.
Burgemeester en Wethouders
van Middelburg,
M. H. BOASSON, Lo. Voorz.
M. VAN DER VEUR, Secretaris. 1
verstopping, overmatig vet wil
doen verdwijnen en de schade
lijke gevolgen: aambeien, rheu-
matiek, zenuwachtigheid wit
voorkomen, die zuivere bloed
en Ingewanden met
Dr. Schieffer's
Stofwisselingszout
Het resultaat is verrassend! Men
bespeurt terstond den grooten
dienst aan de gezondheid; men
gevoelt zich vrijer en beter.
Flaoon f 1.05. Dubbele flacon f 1.75
bi) apothekers en vakdrogleten.
Voorradig bij:
Drog. Fa. Schulte Thieme,
Langedelit 119, Middelburg.
Per ons.
Puur chocolade-eitjes 10 en 13 ct.
Melk chocolade-eitjes 15 ct.
Zeer fijne gevulde eitjes 13 ct.
Suiker eitjes 10 ct.
Fondant Paas-assortiment.10 ct,
Dragé gekleurde eitjes,
30 stuks in één ons 10 ct.
Per stuk.
Netjes met eitjes 714, 10, 12 J4,
17 J4 en 35 ct.
Chocolade vogelnestjes
(zeer aardig) 5 en 12 ct.
Chocolade Paasfiguren 2 ons 25 ct.
Gevulde Paasbonbons 2 ons 25 ct.
Per stuk.
Gevulde Paasfiguren 5 ct
Grote chocolade Paas-eieren
7J4.8, 10 en 12 ct.
Chocolade eieren in dop 7J4 ct.
Langeviele - Zach. Jansenstraat
MIDDELBURG.
Ook verkoop aan niet-Ieden
Uaiven Prv)s
fcottie voor hal
1„ pond K°«'e
Naar keuze- cenk ol
van 53 voor Z° o(
van 43 v0°r ^,,2 cent
van 33 voor 10
n 00 aankoop
m_. Woensdag a-s-
vsn Donderdag tol eo
Scherpe reinigingsmiddelen zijn het bederf voor
Uw keukengerei. Ze maken mooie glanzende op
pervlakken dof en veroorzaken krassen, die vuil
en vet vasthouden. Wees zuinig op Uw keuken
gerei - gebruik Vim! Door haar dubbele wer
king maakt Vim eerst het vuil los en houdt
dit vast, zodat door spoelen alleen het
voorwerp volkomen schoon is. Gebruik in
Uw keuken en voor alle glanzende opper
vlakken in Uw huis uitsluitend Vim - het
„automatische" reinigingsmiddel.
Maar Noorwegen en Zweden ga ven geen doortocht naar Finland,
verklaart Chamberlain*
Een troepenmacht zou ook
Zweden hebben geholpen.
•De Britsche minister-president Chamber
lain heeft gistermiddag in het Engelsche
Lagerhuis de aangekondigde verklaring af
gelegd over de houding van Engeland in'
het FinschRussische conflict.
Chamberlain begon met er op te wijzen,
dat het een bittere gedachte is, voor allen
die de vrijheid liefhebben, dat de langdu
rige en heldhaftige verdediging der Finnen
is gevolgd moeten worden door vredes^
voorwaarden, welke alleen onder ernstigen
dwang konden worden aanvaard. Wellicht
is onze macht om Finland te helpen, nog
nilt ten einde, zeide Chamberlain.
Wederom is een kleine staat het slacht
offer geworden van de politiek van agres
sie, waartegen wij de wapens hebben opge
nomen.
Duitschland kan niet aan zijn verant
woordelijkheid ontsnappen. Finland zou
nooit aangevallen zijn, wanneer het pact
tusschen Duitschland en de Sovjet niet ge
sloten ware.
Alleen door de Duitsche dreigementen
werden de Scandinavische landen zoo ver
schrikt, dat zy do hulp, die Finland wellicht
had kunnen redden, hebben tegengehouden.
De bewering dat de Geallieerden gefaald
hebben in him verplichtingen kan geen en
kel oogenblik gehandhaafd worden.
Voortgaande verklaarde Chamberlain,
dat hij de aan Finland verleende hulp in
twee gedeelten zou bespreken, nl. de kwes
tie van het oorlogsmateriaal en die van
de manschappen.
Wat het materiaal beUcit kcxirrerde hii
het Huis er uit' .t Groot-Brittanme zien
ir oorlog bevonci. „Alle aanvragen om hulp
van den kant van bevriende neutralen moe
ten derhalve worden afgewogen tegen on
ze eigen behoeften". Dit was ook van toe
passing op Finland.
Kef beloofde en gezonden
oorlogsmateriaal.
Door de Finsche regeering is geen beroep
gedaan op Groot-Erittannië, dat onbeant
woord is gebleven. Eerst verzocht Finland
zoo snel .mogelijke verzending van oorlogs
materiaal volgens de bestaande contracten,
later vroeg het orh ander materiaal van
zeer uiteenloopenden aard, n.l. in de eer
ste plaats gevechtsvliegtuigen, vervolgens
bombardementstoestellen en aanzienlijke
hoeveelheden munitie voor kleine wapens.
Nog later werd de grootste nadruk gelegd
op de levering van geschut. Iedere aan
vraag werd prompt overwogen en zoo veel
mogelijk met het oog op Groot-Brittannië's
eigen behoeften werd er aan voldaan.
Chamberlain gaf daarop een opsomming
van het beloofde en gezonden materiaal:
vliegtuigen, toegezegd 150, gezonden 110;
kanonnen, toegezegd 223, gezonden 114;
granaten, toegezegd 297200, gezonden
185.000; Vickersgeschut, toegezegd 500
stuks, gezonden 400; handgranaten, toege
zegd 50.000, gezonden 50.000; vliegtuigbom
men, toegezegd 20.700, gezonden 15.700;
seinuitrustingen, toegezegd 1.300, gezonden
800; anti-tankgeweren, toegezegd 200, ge
zonden 200; gasmaskers, toegezegd 60.000,
gezonden 60.000; gevechtsuniformen, toege
zegd 100.000, gezonden 100.000; anti-tank
mijnen, toegezegd 20.000, gezonden 10.000;
ambulances, toegezegd 48, gezonden 48.
Chamberlain voegde hieraan toe, dat de
ze lijst tevens een aantal kleinere posten
en groote hoeveelheden kleine wapens en
munitie omvatten. Alles was gedaan om
deze artikelen met een minimumvertraging
te zenden.
Wat de levering van manschappen be
treft, verklaarde Chamberlain, dat lialf Fe
bruari Mannerheim den Engelscheri verte
genwoordiger er van in kennis stelde, dat
hij geen manschappen noodig had, omdat
zijn hulpbronnen voldoende waren om den
strijd voort te zetten tot de dooi zou bi
llen. ~ïij zeide, dat hij in Mei gaarne om
streeks i.100 man zou krijgen, maar sti
puleerde, dat dit geoefende soldaten moes
ten zijn. „Tegelijkertijd werd ons te ver
staan gegeven, dat Finland en Zweden ner
veus waren over de reactie op Duitschland
en dat beide hoopten, dat welke strijdkrach
ten ook gezonden werden, zij niet officieel
zouden worden -.wonden".
EEN EXPEDITIELEGER STOND
GEREED.
De voorbereidingen voor de expeditie
werden ten uitvoer gelegd met alle snelheid
en in begin Maart stond een expeditieleger
van 100.000 man gereed om te vertrekken.
Tw6e maanden voor Mannerheim om aan
komst daarvan had gevraagd. Bij het ont
werpen van de expeditie deden zich twee
voorname factoren voor: ten eerste, geen
doeltreffende expeditie in Finland kon aan
komen, behalve langs den weg van een
doortocht door Noorwegen en Zweden.
Daarom was het noodzakelijk de toestem
ming van die beide regeeringen te verkrij
gen.
Duitschland dreigde met
interventie.
Wat de houding van Duitschland in dit
verband betreft, zefide Chamberlain „wij
weten thans, dat zoodra Duitschland het
gerucht hoorde over een doortocht van een
dergelijke troepenmacht door de beide lan
den, het Noorwegen en Zweden bedreigde
met zy'n Interventie, wanneer zij hun toe
stemming gaven. Wy waren van gevoelen,
dat wy gereed moesten zyn ook een troe
penmacht te verschaffen, die Zweden zou
moeten, bijstaan om zichzelf to verdedigen,
wanneer het door Duitschland mocht wor
den aangevallen."
Wanneer Noorwegen en Zweden hun toe
stemming gaven, zouden dë transportfaci
liteiten, een limiet met zich mede brengen
voor den omvang van de troepenmacht.
„Onder deze omstandigheden besloten wy
de grootste troepenmacht op de been te
brengen, die mogelijk zou zijn in verband
met de physieke omstandigheden, die wij
zouden ontmoeten.
Een deel van die troepen zou noodig zijn
voor den bijstand van Zweden, een deel zou
expeditieleger zijn voor hulp aan Finland.
Bovendien zouden zekere troepen noodig
zijn. om de lange verbindingslijn te hand
haven. De omvang van die troepenmacht,
berekend op de genoemde basis, was onge
veer 100.000 man, volledig bewapend en
uitgerust. Plannen werden ontworpen, vol
gens welke de troepen in Maart zouden be
ginnen in Scandinavië te arriveeren en het
geheel zou voor eind April zijn aangekomen.
Dat was niet noodzakelijkerwijze de laatste
troepenmacht. De kwesties der versterkin
gen zouden afhangen van de ontwikkeling
in den strijd.
Wjj stelden de Finnen in kennis van deze
plannen in de tweede helft van Februari
en wij stelden hun voor, dat zij een openlijk
beroep zouden doen op bijstand, niet later
dan 5 Maart. Na ontvangst van dat open
lijke beroep stelden wij ons voor een for
meel beroep te doen op de regeeringen van
Noorwegen en Zweden betreffende toestem
ming tot doortocht van het expeditieleger.
Wij hoopten, dat het resultaat van het be
roep van Finland zou zijn, dat de twee be
trokken regeeringen geen hinderpaal zou
den opwerpen. Niet-formeel richtten de
Finnen zich tot de Zweedsche regeering.
De Zweedsche regeering echter kon niet
toestemmen in de passage van geregelde
gewapende troepen.
Ofschoon dit ontmoedigend was, werden
de voorbereidingen voor de verzending van
de troepen voortgezet, omdat de regeering
hoopte, dat Noorwegen en Zweden tot an
dere gedachten zouden komen.
Intusschen, wat het beroep van Finland
betreft, vroegen de Finnen in begin Maart,
of zij het besluit mochten uitstellen. Voorts
vroegen de Finsche gezanten in Parijs en
Londen, of Groot-Brittannië niet 50.000
man binnen een maand kon zenden.
Wy antwoordden, dat reeds voorstellen
waren gedaan voor het transporteeren van
de grootste troepenmacht, die physiek mo
gelijk was, met een maximaal gebruik van
de beschikbare havens en spoorwegen.
Geen verzoek van de Finnen.
Wy voegden hieraan toe, dat wij bereid
waren om de oorspronkelijke troepenmacht
tot lederen omvang uit te breiden en zoo
snel als mogelijk was in het licht van de
ervaring en de militaire ontwikkeling.
Tenslotte ging de datum, die door de
Finnen voor hun beslissing gesteld was,
voorbij zonder dat er een beslissing geno
men werd. Den volgenden dag hoorden wy,
dat vredesvoorwaarden waren aanvaard.
Het was niet aan ons om critiek uit te
oefenen. Een volk, dat zoo'n strijd had ge
leverd als de Finnen, moet immuun zyn
voor iedere critiek. Ik wil het volstrekt
duidelijk maken, dat wy voortdurend hun
recht hebben erkend om een eigen beslis
sing te nemen in het licht van de hun be
kende feiten, die ons wellicht niet bekend
waren. Wy waren gehouden om die beslis
sing te aanvaarden of wy nu een andere
beslissing zouden hebben verkozen of niet.
Met uitzondering van Mannerheim's ver
zoek om 30.000 man, te zenden in Mei, is
geen verzoek van eenigerlei aard om land
troepen door de Finnen gedaan.
Zelfs op het laatste oogenblik zouden wy
een expeditiecorps hebben kunnen zenden.
Dit was een gemeenschappelijk Britsch
Fransch expeditieleger en het zou hebben
kunnen arriveeren lang voor den gevraag-
óen datum, wanneer Noorwegen en Zwe
den doortocht hadden verleend".
Voortgaande zeide Chamberlain, dat de
verantwoordelijkheid voor den Finschen
ooi-log geheel en uitsluitend op de schou
ders van Duitschland ligt.
In dit verband stelde Chamberlain de
1 vraag „is de veiligheid van Noorwegen en
Zweden behouden? Integendeel, het gevaar
Onlusten in Britsch-lndië.
23 betoogers gedood.
Reuter meldt uit Lahore (Britsch-lndië)
Officieel wordt gemeld, dat de politie
door leden van een Mohammedaansch li
chaam, die tegen het bevel der regeering
van de Pendsjaab een optocht in militaire
formatie wilden vormen, is aangevallen.
Twee politie-inspecteurs werden ernstig ge
wond door spaden, welke de betoogers bij
zich hadden. Een districtsmagistraat werd
gewónd, twee politiebeambten werden ge
dood en zes gewond. Hierop opende de poli
tie het vuur waardoor 23 betoogers gedood
werden; 39 personen werden gewond. De
politie en militairen patrouilleeren thans in
de stad.
Deze Mohammedaansche betoogers wor
den genoemd Khaksars. Zy hebben spaden
bij zich, dragen uniformen en zijn militair
gedrild. Hun optreden heeft het ontstaan
aangemoedigd van rivale organisaties der
Hindoes die op denzelfden grondslag zyn in
gericht. De verscherping der verhouding
tusschen Hindoes en Mohammedanen in de
laatste maanden heeft ertoe geleid, dat de
regeering een verbod heeft uitgevaardigd
op militaire formaties, of zy wapenen bij
zich hebben of niet.
Handgemeen in het Japansche
parlement.
In liet Japansche Lagerhuis is gisteren
een vechtpartij ontstaan, nadat de voorzit
ter bepaald had, dat de minister van bui-
tenlandsche zaken niet behoefde te ant
woorden op een bewering van een rechtsc'n
lid betreffende het geval van de „Asama
Maroe", het Japansche schip waarvan door
een Britsch oorlogsschip eenige Duitsche
passagiers zijn gehaald.
Een lid der party van -V: ociaie '•sa
rende op den voorzitterszetel toe en eiscii-
te een antwoord. De suppoosten trachtten
hem de zaal uit te werken, war p anu..
leden v?S 'Jr. party hem te hulp kwamen.
Daarop kwamen de leden van de Minseilo-
partij den voorzitter Lo hulp en ontstond
een algeme- vecht.
In verband hiermede werd de vergade
ring geschorst.
is dichter by deze beide landen gebracht
dan ooit. Thans staat het op hun drempel.
Niets zal of kan hen redden dan de vastbe
radenheid om zich zelf te verdedigen
zich aan te sluiten bij anderen, die bereid
zyn hen te helpen bij hun verdediging."