H. M* de Koningin VERKOUDHEID Goud in de Wildernis ifOlEI VAN DEI DAG Radio-rede vsod THERfóÖlte Bezwaren in de Tweede Kamer tegen extra-heffing op suiker, koffie en benzine TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN MAANDAG 18 MAART 1940. No. 66. De Fransche Senaat weissch'e „stijgende energie". Het boterde den laatsten tijd niet zoo heel goed meer tusschen de Fransche re- ring en de Fransche volksvertegenwoordi ging. Aan het einde der vorige week is er een schermutseling ontstaan, merkwaardi gerwijs in den Senaat; niet dus eerst in de Kamer. De premier Daladier forceerde het stormpje. Als politieke rot voelde hij, dat er een sfeer begon te ontstaan, waarin de beruchte intrigues voorspoedig tot ontwik keling zouden kunnen komen en hij nam zijn critici bij verrassing door hen tot on middellijke behandeling van hun grieven te dwingen. Daarop waren ze eigenlijk niet voorbereid, maar er viel natuurlijk niet veel tegen te doen, zoodat de koe meteen bij de horens moest worden gevat. De Senaat kwam blijkbaar onder den indruk van de uiteenzetting van Daladier, die de kunst verstaat door energie en di rectheid niet alleen het hart der dingen, maar ook dat der mensehen te raken. En de Senaat gaf zich gewonnen. Evenwel niet geheel, en niet zoo volkomen als mén uit de „algemeene stemmen", waarmede het vertrouwen in de regeering werd uitgespro ken, geneigd zou zijn op te maken. Er was namelijk een tamelijk groot contingent Se natoren, dat zich van stemming onthield, terwijl bijvoorbeeld de socialistische fractie niet heeft willen medewerken aan de op stelling van de vertrouwensmotie. Wat zjjn eigenlijk de grieven, welke men koestert? En wat gaf aanleiding tot zulk een blijkbaar diepgaande uiteenzetting tus schen kabinet en Senaat, waar zich dan nog een gelijksoortig debat in de Kamer bij zal aansluiten? In hoofdzaak kan men bij de beantwoor ding van die vraag verwijzen naar de re actie, welke de afloop van den Finsch Russischen oorlog op de publieke opinie in Frankrijk (en ook in Engeland) heeft ge had en welke wij reeds hebben besproken. Men is niet overtuigd van de „efficiency" van de geallieerde oorlogvoering. Men be treurt het, dat het initiatief steeds aan de andere zijde is en dat men op die manier niets, althans niets zichtbaars, bereikt. Of dat „niet-zichtbare" geheel zonder waarde is kunnen we hier buiten beschouwing la ten. In geallieerde politieke kringen stelt men het blijkbaar niet zoo erg op prijs. En in Parijs gaf vooral de Finsche zaak dus aanleiding om zich rekenschap te geven van den toestand van het oogenblik. Die werkzaamheid leidde tot den wenscli om wijziging te brengen in de methoden en, in nauw verband daarmede, ook in het kabinet. Men eischt een krachtiger poli tiek in de oorlogvoering, een snel gebruik van alle gelegenheden en mogelijkheden, en meent dat de instelling van een kern kabinet van vjjf of zes ministers dit ten zeerste zal bevorderen. Zulk een kern- bewind zou den oorlog moeten voeren in den geest van Clemenceau en zou tegelijk Daladier eenigszins ontlasten, die naar de meening van velen te veel hooi op zijn vork heeft geladen door het ministerpresi dium, de portefeuille van buitenlandsche zaken en die van oorlog in één hand te vereenigen, terwijl hij bovendien nog het contact met het parlement moet onderhou den. Er is ook een groep, die juist een ver breeding der regeeringscombinatie wenscht, zoodat zij een grootere politieke meerder heid tot basis zou hebben, maar die schijnt toch wel in de minderheid te zjjn. De sterkste strooming gaat in de richting van een krachtig bewind, dat snel besluiten kan nemen. Dit komt zelfs bij de zoo spon taan aanvaarde motie van vertrouwen in de regeering nog uit door de zinsnede: „De Senaat vertrouwt op de regeering om in nauw aeeoord met onze geallieerden den oorlog met stijgende energie te voeren tot aan de volkomen overwinning, die de vol komen vrijheid van alle naties moet ver zekeren". In die „stijgende energie" schuilt toch nog een overgebleven wensch, na de tot zwijgen gebrachte critiek. Het zou ons dan ook niet verwonderen, wanneer, ondanks het behaalde succes in den Senaat, Daladier zekere wijzigingen in het kabinet zou overwegen, teneinde aan de toch in zeer ruimen kring tot uiting ko mende wenschen eenigermate te voldoen. Voor de Foreign Missions Conference of North America' te New-York, zooals de Koningin die zelve in onze taal heeft weergegeven, H. M. de Koningin heeft Zaterdagavond een radio-rede gehouden tot den Zendings dag, die te New-York gehouden werd door de „Foreign Missions Conference of North- America". Hare Majesteit sprak als volgt: „Waar tot Mij het verzoek is gericht Mijn oordeel te geven omtrent het werk der Christelijke zending, zooals Ik dat in de wereld heb leeren kennen en waardeeren, is het Mij aangenaam enkele woorden tot U te richten. „In de eerste plaats zoude ik U willen zeggen, dat Ik gröote belangstelling en sympathie heb voor de zending, vooreerst omdat haar arbeid te allen tijde voortge komen is uit een diepe en spontane erva ring van Christus als levende werkelijk heid. Voorts, omdat zij zich altijd gedron gen heeft gevoeld te leven in gehoorzaam heid aan Christus' geest, hetgeen wil zeg gen, dat zij zich vereenzelvigd heeft met de geestelijke maatschappelijke en stoffelijke nooden van onzen medemensch over de ge- heele wereld. „Als wereldbeweging, welke diep contact zoekt met haar geheel onbekende volken en hunne levensomstandigheden, heeft de zending in hooge mate bijgedragen tot be ter begrip en onderlinge waardeering. Dit, ondanks het feit, dat zij en de omgeving, waarin zij werkt, in diepe tegenstelling tot elkaar staan op godsdienstig gebied, op dat van den geest, op cultuur- en sociaal ge bied, op opvoedkundig terrein en op dat van zeden en gebruiken. „Indien men vraagt, hoe al dit vooraf gaande bereikt is kunnen worden, luidt het antwoord, dat de liefde tot Christus en tot den medemensch daartoe de machtige drijf veer is geweest. Waar men mij tevens verzocht heeft Mijn oordeel, juist in dit tijdsgewricht, te zeggen omtrent de behoefte aan, en de beteekenis van openbaring van krachtiger geestelijk leven in de, in diepen nood verkeerende, wereld, wenscli Ut uiting te geven aan Mijne rotsvaste overtuiging, dat thans voor alles noodig is eene algeheele inner lijke vernieuwing van elkeen persoonlijk. ruit de nooidge kracht vloeit voor de verwezenlijking van dat practische opbou wende werk, zonder het welk onze huidige wereld ten onder dreigt te gaan. „Wat.Mij betreft, heb Ik den weg tot innerlijke vernieuwing gevonden bij de bron van het Christendom, gelijk deze in het Nieuwe Testament te vinden is, welke bron ieder menseh, niemand uitgesloten, noodt en roept, opdat elkeen in haar op nieuw de waarheid en het leven kan ont dekken en vinden. Moge het menschdom door Christus' oogen leeren zienen zoodoende alle i gedachten, gevoelens en omstandigheden te j boven komen, die op dit oogenblik zoo die- pe scheiding maken tusschen menschen en menschen en welke toch, geplaatst in het licht van Christus' geest, als oorzaken van verwijdering hun recht van beslaan gaan verliezen. „Hiermede hoop Ik voldaan te hebben aan het tot Mij gerichte verzoek en besluit met Mijne beste wenschen te uiten voor het welslagen van dezen zendingsdag". „Geen vrede zonder erkenning van het begrip „broederschap''. Ook president Roosevelt heeft een radio toespraak gehouden tot de „Foreign Mis sion Conference of North-America". Hierin zeide de president, dat de wereld „een mo- reelen grondslag voor den vrede zoekt". Een vrede kan echter geen gezonde vrede zijn, „indien de kleine volken in vrees voor hun machtige buren moeten leven". R,oose- velt zeide verdere, dat geen vrede blijvend kan zijn, indien de vruchten bestaan in on derdrukking, uithongering, wreedheid of beheersching van het menschelijk lever door gewapende kampen. „Een vrede is onmogelijk" aldus Roo sevelt als hij geen rekening houdt met de broederschap tusschen de menschen. Een vrede kan niet werkelijk zijn, als de kleine landen in vrees voor machtige buren moe ten leven. Een vrede is immoreel, als de garantie tegen een inval met een schatting betaald moet worden. Een vrede kan niet wijs zijn, als hij de vrije uitwisseling van de kennis der idealen, die den menschen een onderling begrijpen mogelijk maken, ont kent. Een vrede kan niet rechtvaardig zijn, als hij God vergeet. Tusschen het einde van den wereldoorlog en het uitbreken der tegenwoordige oor logen heeft de wereld geen werkelijken vrede gekend, doordat men deze allerbe langrijkste voorwaarden heeft vergeten. Het zoeken naar een daadwerkelijken vrede, zooals de eerste Christenen dat deden, be- teékende een strijd tegen de machten, die zich tegen de menschelijke broederschap richtten. In die oude tijden scheen men on overwinnelijke machten aan te vallen en niettemin heeft men gezegevierd". Roosevelt gaf daarop een kort overzicht van de pogingen voor het tot stand bren gen van vrede en goede gezindheid tus schen de menschen van voor de Christelijke jaartelling tot aan onze dagen. „Deze po gingen, aldus de president, werden niet altijd met succes bekroojid. Wij schijnen opnieuw te leven in een tijdvak, dat geor ganiseerde machten de menschen en de volken trachten te verdeden. Daarom is het noodig, dat de vertegenwoordigers bij eenkomen van de groote godsdienstige li chamen, die er niet na streven de men schen en volken te verdeelen, doch ze te vereenigen in het teeken van de oude boodschap van broederschap en goede ge zindheid. In het vertrouwen in de uiteinde lijke overwinning der idealen van gerech tigheid, broederschap, goedheid en geloof, die niet kunnen sterven. Het zijn de hoog ste menschelijke idealen. Zij zullen ver dedigd worden en bewaard blijven. De ge- heele wereld heeft bij hun overwinning te winnen." Weer een Finsche delegatie naar Moskou. De Finsche president Kallio heeft Zater dag het Finsch—Russische vredesverdrag, onderteekend, nadat het parlement zijn goedkeuring aan de ratificatie had gehecht. Hij heeft minister Paasikivi en het parle mentslid Vojonmaa gevolmachtigd voor het uitwisselen der ratificatie-oorkonden, die volgens het vredesverdrag uiterlijk tien da gen na het sluiten van den vrede te Moskou dient te geschieden. Vandaag is wederom een Finsche delega tie met Paasikivi aan het hoofd naar Mos kou vertrokken, om met de Sovjet-regee ring verscheidene kwesties te regelen, die bij de eerste vredesonderhandelingen han gende zijn gebleven. Het betreft hier in 't bijzonder: le. De nauwkeurige afbakening der FinschRussische grenzen. 2e. Het openen van economische bespre kingen, als in het verdrag voorzien. 3e. Hervatting der economische betrek kingen. Tenslotte brengt Paasikivi het geratifi ceerde vredesverdrag naar Moskou. Bestrijdt met de warmle verwekUeride Het eenvoudige middel legen HOEST en BRONCHITIS u ae eersie teekenen w.. verkoudheid, als U zich rillerig en atgemat gevoelt, neem dan direct de nood i ge voorzorgen om U te behoe den voor complicaties, z.jo- als hardnekkige hoest, keel pijn en zelfs bronchitis. Leg bij het naar bed gaan een vel Thermo gene op uw borst. De weldadige warm te, die de Thermogene ontwikkelt, ver drijft de benauwdheid en de prikkeling uwer ademhalingsorganen. Reeds den volgenden morgen voelt U zich opge lucht en kunt U Uw werkzaamheden hervatten. Voor alle zekerheid kunt U de Thermogène ook overdag onder uw kleeren blijven dragen om U tegen plotselinge afkoeling te beschermen. Thermogène is verkrijgbaar bij Apoth. en Drog. in doozen m rpnt- (Ingez. Med.) De aandrang in de bedoelde richting is in Frankrijk nog sterker dan eenigen tijd ge leden in Engeland het geval was ten aan zien van een concentratie in de economi sche oorlogsvoering die men (toen) nog bijna belangrijker achtte dan de militaire. Zijn de in Frankrijk, en thans ook in En geland, in aantal toenemende ontevreden stemmen een aanwijzing, dat men tot de erkenning is gekomen, dat de economische blokkade ditmaal niet zulk een effect heeft, doordat Duitschland 2ich in den rug wist te dekken? En dat men dus tot de over tuiging begint over te hellen, dat het zwaartepunt naar de strategie en de mili taire actie zal moeten worden verlegd? Gespannen toestand aan JapanschRussische grens. Domei meldt uit Tokio: Het Japansche deparement van buitenlandsche zaken heeft een krachtig protest ingediend bij de Sov jet-regeering tegen het nieuwe grensinci dent op het eiland Sachalin, waar Russi sche soldaten de grens zjjn overschreden en op Japansche contrölebeambten hebben geschoten, van wie een ernstig en een licht gewond werd. In dit grensgebied zoo voegt het Japansche Domei hieraan toe, waar de Japansche en Russische troepen tegenover elkaar liggen .heerscht een gespannen toe stand. Verschillende andere heffingen worden de regeering aan de hand gedaan. en vermogens van in het buitenland wo nende Nederlanders en van die bedragen, die uit Nederlandsche inkomstenbronnen naar andere bestemmingen in het buiten land afvloeien; 2. Een verhooging van de belasting, wel ke thans geheven wordt van bepaalde be- standdeelen van het inkomen van Neder landers in het buitenland; 3. Een extra-heffing wegens het ver strekken of verlengen van paspoorten ten behoeve van Nederlanders, die zich in het buitenland gaan vestigen of aldaar geves tigd zijn; 4. Een verhooging van de omzetbelasting, voor zoover die geheven wordt van weelde artikelen 5. Een verhooging van den accijns op het gedistilleerd; 6. Een verhooging van de tabaksbelas ting; 7. Een heffing op het hebben van radio ontvangtoestellen; 8. Een rijksbelasting op openbare verma kelijkheden; 9. Een verhooging der couponbelasling en heffing van een belasting op andere renten 10. Een weerbelasting naar draagkracht, bijv. in den vorm van verhooging met een matig percentage van de inkomstenbelas ting, voor hen, die niet op grond van een daartoe op hen rustende verplichting in militairen dienst zijn. Tenslotte werd, behalve andere wen schen, ook een voorstel vernomen tot ver hooging van het tarief der winstbelasting tot 25 pet. Verscheidene leden zouden aan een com binatie van sommige der hiervoren genoem de heffingen verre de voorkeur geven boven de voorgestelde heffingen op suiker en kof fie. Gaarne zouden eenige leden vernemen, of de regeering het niet ge wenscht acht, het ontwerp aan te vullen met een bepa ling, welke voorkomt, dat deze verhooging van successierechten ook zal worden toe gepast op de successierechten, te betalen door de erfgenamen van de slachtoffers van de rampen met twee der mijnenvegers. Het Voorloopig Verslag van de commis sie van rapporteurs uit de Tweede Kamer betreffende 't wetsontwerp „Hefringen ten behoeve van het Leeningfonds 1940" is thans verschenen. Aan het stuk wordt ont leend: Sommige leden vonden reden lot de vraag, of met de afdoening van dit ont werp niet kan worden gewacht totdat de regeering een algemeen financieel plan zal hebben ontvouwd. Mocht dit niet mogelijk zijn, clan zouden deze leden aan de thans voorgestelde heffingen in elk geval een tijdelijk karakter willen zien gegeven. Ernstige bedenking bestond bij vele le den legen de in het ontwerp vervatte hef fingen op suiker en koffie. De last der in directe heffingen, welke een onevenredig zwaren druk leggen op personen met gerin ge inkomens, is in den loop der laatste ja ren aanzienlijk verzwaard. De thans voor gestelde maatregelen zullen het daarin ge legen bezwaar nog in niet onbelangrijke mate doen toenemen. Nog stelden enkele leden de vraag, of niet moet worden gevreesd, dat de voorge stelde heffing op koffie een ongunstige werking zal blijken te hebben op de resul taten, welke de regeering van de door haar getroffen maatregelen ter bevordering van het gebruik hier te lande van Indische kof fie verwacht. Ook de verhooging van het bijzonder in voerrecht op benzine vond bij vele leden een weinig gunstig onthaal, In ons land legt naast de heffingen op benzine ook de motorrijtuigenbelasting een belangrijken druk op dat verkeer. Tezamen vormen deze lasten een niet geringe belemmering voor de ontwikkeling van deze wijze van ver voer. Een verdex-e verzwaring van die las ten zou deze belemmering nog in ernst doeix toenemen en daardoor ook tot een verhindering van de opbrengsten der des betreffende belastingen leiden. Vele andere leden gaven als hun oor deel te kennen, dat men deze bezwaren niet al te zwaar mag doen wegen. Wel waren verscheidene dezer leden ech ter van oordeel, dat het redelijk moet wor den geacht, dat de regeering in andere op zichten een tegenxoetkomende houding te genover dat verkeer aanneemt. ANDERE "HEFFINGEN VOOR GESTELD. Van verschillende zijden wei'den nog een aantal andere heffingen genoemd, welker invoering ten bate van den gewonen dieixst van hel Leeningfonds men moge lijk en ge- wenscht achtte, te weten: 1. Een algemeene heffing van inkomens (Ingez. Med.T Naar het Engelsch van C. VANDERBILT Jr. 30). En terwijl zij door de eenige straat van Avarilla in Ontario liep, deed het gebroken hart haar geweldig veel pijn. Het liet haar geen oogenblik met rust. Maar gelukkig had ze haar nuchtere verstand toch ook nog. En dat sprak in haar binnenste, zoo als haar vader tegen haar gesproken zou hebben. Haar hart zei: „Ilc heb Jim lief!" Maar haar hart zei ook: „Ik wil zoo graag, dat Jim weer beter wordt. Dat verlang ik vuriger dan wat anders te wereld ook en ik kon hem daarbij niet helpen". En haar verstand, dat ze in haar twintig jaren nog zoo weinig gebruikt had, stemde daar mee in. „Natuurlijk kon je niet helpen. Hoe zou dat mogelijk zijn geweest? Je bent dat leven niet gewend. Jim is niet voor jou be stemd. Laura Hill past xiitstekend bij hem. Wees dus verstandigen vergeet hem!" Met dit besluit onx Jim te vergeten, keerde Mimi langs de andere zijde der straat terug. Na enkele minuten kwam ze voorbij een makelaarskantoor. Er hing een groot uithangbord boven, vermeldend dat de eigenaar de bevoegdheid bezat tot het opmaken van verschillende wettelijke do cumenten. Mimi las de pedante aankondi ging. Ze ging naar binnen. Maar ze slaagde er toch niet in, eenige Opgewekte belang stelling te toonen, toen een kleine roodha rige man haar tegemoet trad met de vraag: „Wat is er van uw dienst?" Alleen om haar plicht te doen en haar belofte te vervullen antwoordde ze op effen toon: „Wilt u zoo goed zijn, deze vindplaats te registreeren op naam van James Wayne, Lone Island, Ontario? Ik was erbij, toen hij zijn vondst deed. Ik heb hem de plek zien afpalen". Ze betaalde de kosten met het geld, dat ze tijdens haar vlucht naar Ava rilla van den politiebeambte ter leen ge vraagd had. Daarna schreef ze Jinx een briefje. „Ik hoop, .dat je mijn niet een even groote mislukking zal blijken te zijn, als ik was. Beterschap, Jim. Pas goed op jezelf! Mimi". „Ziezoo, dat is dat!" zei ze, toen ze weer de zonnige straat opstapte, om naar het stationnetje te gaan. „Het einde van een kruising tusschen een droom en een nacht merrie! Wat verder?" „Wat verder?" Dat was in de volgende weken en maanden vrijwel het eenige thenxa van Mimi's gedachten. Zoodra ze in Chicago aangekomen was, begaf ze zich ge dwee naar eeri elegant herstellingsoord, be heerd door den Salon voor de Slanke Lijn. Want haar moeder stond erop gechoqueerd als ze was over Mimi's verbrande huid, ge barsten handen en onverzorgde haar. En Mimi voelde zich geestelijk te moe om te gen te sputteren. En zoo sliep ze dan weer in een blokhut, maar een, die veel ver schilde van de hut. op Lone Island. Hier sliep ze tusschen zijden lakens, dronk haar vruchtensap uit kristallen bekers, en deed haar oefeningen op tango-muziek in een zijden gymnastiekpakje. Maar soms werd ze midden in den nacht wakker en ver beeldde zich, dat in haar naar gardenia's geurend slaaphokje muskieten zoemden, of dat er buiten poolhonden jankten, of dat De domheid plaatst zich op den voorgrond om gezien te worden, de wijsheid op den achtergrond om te zien. Illlill!lllllllllllllll!lllllll!!llllllllllllllllllllllll!l!lllllllllllllllllll|||||||||||||l!ll|[||lllllll||||| Jim over een landkaart zat gebogen onder deix schijn van het lamplicht. Mimi vertelde aan haar vader den tocht met Jim naar Jxet hol en hoe ze de niet bestaande mijn had laten registreeren, al leen maar om hen een pleziertje te doen. Ze toonde haar vader ook het korte, hoffe lijke briefje, dat Jim, om haar te bedanken, geschreven had van uit liet hospitaal te To ronto, waar hij met zijn been in het gips verband lag. „Waarom vlieg je er niet eens heen, om hem te bezoeken, kindje?" vroeg de oude Jamiesou. Maar Mimi weigerde vlakweg. Dus ging de oude Rob verschillende malen alleen op ziekenbezoek en bracht dan aan Mimi verslag uit over de beterschap van Jinx. Gedurende al die lange zomermaanden van Jim's verblijf in het hospitaal bedacht Mimi voortdurend groeten, gx-apjes en ge schenkjes, die ze hem zoo graag zou toe zenden. Doch telkens weerhield de gedach te, dat hij zich niet eens de moeite gegeven had, afscheid van haar te nemen, haar te rug. Ze verbeeldde zich, dat xiiets, wat van haar kwam, hem welkom kon zijn. In die dagen hielde de oude Jamieson zijn dochter scherp in het oog. Hii had zoo ge hoopt, dat het avontuur met Jim een vol waardig mensch van haar gemaakt zou hebben. Maar toen Mimi doelloos en ge jaagd bleef rondloopen, vond Rob haar, tot zijn groot verdriet, hoe langer hoe wilder. Mimi wierp zich begeerig in een maal stroom van vex-maken, Ze weigerde met haar moeder en Clara met haar verloofde, naar de villa aan hel Delavaix Meer te gaan. Ze vertelde tegen Jan en alleman dat titels haar dol maakten. „Ik was bijna met zoo'n adellük man getrouwdeen spion nog wel!" Ze wilde ook niet met haar zuster Jeannie mee naar Parijs. „Waarvoor naar al die vreemde plaatsen? Alles is immers overal hetzelfde, niet waar? „Woepie, woepie, wiepie, vviepie; trouwen en schei denen de oude Mozes is moi-sdood"!" Ze bleef hardnekkig den heelen, gloeiend heeten zomer in Chicago en scharrelde daar rond met de luchthartige Sally en haar orkestdirigent. En wanneer ze bij ge legenheid liedesliedjes met een dof, broei erig stemmetje onder begeleiding van zijn orkest zong, dan zei het publiek: „Mimi Jamiesoxx treurt: ixog steeds over haar graaf!" En zij liet hen zoo wijs als ze wa ren. Op een woesten, winderigen avond in het begin vaix September ging Mimi met Sally en twee uitverkorenen xiaar de Ivan-hoe- Club. Sally's begeleider was slechts een plaatsvervanger, die verdwijnen moest, zoo dra Tony zijn nummers afgespeeld had. Maar Russell, Mimi's begeleider was nog een oude vlam van haar en een uitstekend lichtgewicht bokser. Hij was de zoon van een millionnair in Chicago, die erop stond, dat zjjn „Russ" leerde werken. En zoo was ,Russ" van alles geweest, jongste bediende op een van zijn vaders kantoren, chauf feur, liftjongen, tot reiziger in ,,Fullex*'s Box-stelS" toe. „Zou je denken, dat ik aan die lui hier misschien eèn stelletje borstels zou kun nen kwijtraken om de spinnewebben van de biervaten te verwijderen?" vroeg hij Mimi, toen hij haar naar het vertrek, waar de groot vaten op rijen stonden, vergezelde. „Jij kunt niemand iets verkoopen of aan smeren, schattebout", antwoordde zij. „Bo vendien die spinnewebben hebben ze daar expres gemaakt." „Je bent toch zoo mooi", fluisterde hij over zijn schuimende glas heen, „en toch ook zoo wreedWeet je, Mim, jouw haar heeft precies de kleur van bier, waar het licht dooi'heen schijnt! Toe, Mimi, trouw met mij!" Mimi schudde haar roodgouden lokken. „Ik ben eens bijna getrouwd met een nxan. die een aanzoek bij me deed. En wat zou dat een vergissing zijn geweest! Daarom trouw ik van xxu af aan alleen met den man die i k vraag!" „Heb je er al een op het oog?" Ze lachte. „Ik kijk de winkels wat rond!" Maar heel even verduisterden haar oogen. Er was slechts een man... en ze deed zoo haar best, om dién te vergetexx! „Laten we naar de Pump Room gaan. Ik voel veel voor sleepende muziek." „Niks hoor!" zei Mimi, zonder eenige re den. „Laten we hier nog maar een poosje blijven. Of latexx we ïxaar beneden gaan!" Mimi herinnerde zich, hoe ze over deze gelegenheid met Jim had gesproken op dien donkeren 'avond toen ze met dekens voor de vensters hun avondeten hadden ge- bx-uiktom te zorgen, dat Otto de hut. niet ontdekte En toen had Jim gezegd: Ik zal je nog eens meenemen naar de Ivaii- hoe-Club." Wat leek dat alles lang gele den. Kon ze het toch maar vergeten! „Best, mij goed", zei Sally. „Als je naar beneden wilt, laten we dan maar meteen gaan. Al heb ik dan ook nog zoo'n hekel aan die catacomben en mummies!" (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 7