KRONIEK VAN DEN DAG
De oorlogseconomie in Frankrijk.
i-rcLut BLAU VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN ZATERDAG 16 MAART 1940. No. 65.
Het Duitsche volk hoopt op
vrede.
Nu de oorlog in het Noorden afgeloopen
Is, richt de aandacht zich weer meer op den
„strijd" in het Westen. Hoe zal deze zich
ontwikkelen, nu het oorlogstooneel niet
naar het Noorden is uitgebreid? Zullen de
Geallieerden trachten Duitschland op een
ander front aan te grijpen of te benadeelen?
Is te verwachten wat iedere twee weken
tloor militaire deskundigen wordt voorspeld,
steunend op tal van feiten; „de groote aan
val"? De regeeringen der oorlogvoerende
landen hullen zich in zwijgen over den
eigenlijken oorlog, maar dat is allerminst
vredelievende gezindheid. Om strijd verkla
ren zij in beide kampen, dat de oorlog zal
worden voortgezet tot het bittere einde. Af
en toe dringen er echter stemmen door naar
het buitenland, waaruit blijkt, dat de vol
keren in hun geheel niet zoo oorlogszuchtig
zijn als de tegenpartij ze afschildert. Eenige
merkwaardige voorbeelden daarvan hebben
wij in Engeland gezien. Hoe is het nu !n
Duitschland? Hitier beweert, dat deze wor
steling de beslissing moet brengen en hij
voorspelt Engeland de nederlaag Denkt
het Duitsche volk er ook zoo over? Wat
denkt, wat voelt, wat hoopt, wat zegt het?
Onze Berlynsche correspondent meldt, dat
Duitschland in stilte hoopt op vrede en
spoedig.
In Duitschland is weliswaar geen ge
brek aan bet allernoodigste, geen ont
breken van noodzakelijke voed'ng of klee
ding of schoeisel. Maar toch het bewust
zijn in elk opzicht gedwongen-zuinig te
moeten zijn, uit te moeten komen met le
vensmiddelen,bons, kleerenbons. overheids-
vergunningen voor schoeisel en andere din
gen.
Het weten ook, dat honderd en vijfhon
derd en duizend zaken ook voor geld niet
meer te koopen zijn, omdat de fabrieken
en werkplaatsen, waar ze vroeger ont
stonden of gesloten zijn, dan wel zich heb
ben „umgestellt", d.w.z. dingen fabricee-
ren, die de oorlog -eischt, De groote auto-
fabrieken in Duitschlard leveren geen
auto s meer. maar vliegtuigen,,, groote
confeetie-fabrieken in hoofdzaak unifor
men, en waar men heenkijkt worden, ka
nonnen, mitrailleurs, kogels, bommen
handgranaten, u>trustirgs~tukken voor de
weermacht vervaardigd. En daarnaast al
les wat de landsverdediging verder nog
noodig heeft.
Koffie, thee, sigaren, sigaretten, pijpta
bak, cacao1, chocolade voor zoover nog
importeerbaar, gaan, in de eerste,
tweede, de derdede tiende plaats naar de
soldaten. Dan pas komen de burgers: me'
drie sigaren of tien sigaretten per dag
Met een steeds kleiner wordende spijs
kaart in de restaurants, met een steed'
inkrimpende wijnkaart, zelfs van mineraio
wateren. Met twee vleeschlooze dagen pe'
week, veel te weinig fruit (een abnormaal
verschijnsel in een abnormalen winter)
mét vleeschsoorten, die vooral in de groo
te steden wat de qualiteit betreft bij Ne
derland nu eenmaal nooit konden halen, er
thans, minder dan ooit.
In Nederland rijden moderne luxe-auto's
zonder tal, blijkbaar verre v\ de meerder
heid naast veel minder karretjes met tien
of meer dienstjaren. In Duitschland hoog
stens nog 10 van het autoverkeer var
een jaar geleden en luxe-wagens nog
slechts onder de door de weermacht gere-
quireerde, of natuurlijk bij het exterritori
ale corps diplomatique. Daarnaast echter
een steeds toenemer de groep van versleten
ingeroeste, rammelende karVetjes van
klein kaliber, nauwelijks meer onderhou
den. de „kriegswagen."
Het verschil tusschen het leveni in Ne
derland en in Duitschland is nog veel groo-
ter dan deze uiterlijkheden. Wie
Duitschland woont en sirds het. uitbreken
van den oorlog niet over de grens is ge
komen, weet dat zoo niet. Hij meent
en van, zijn standpunt gezien is dat ook
niet onjuist dat hij van den oorlog
eigenlijk niet. al te veel bemerkt. Er ko
men slechts boven enkele kuststreken vij
andelijke vliegtuigen die echter steeds
nog verkenners zijn gebleken en geen scha
de hebben aangericht.
Wel zijn in den strijd tegen Polen, ruim
11,000 Duitschers gesneuveld en zeker nog
een 4 tot 5000 in kleine gevechten aan de
Wesfwall, in,'de luent en op zee. Maar zelfs
al waren het er in deze eerste zes maan
den te zamen 25 000 geweest, wat b'etee-
kent dat in vergelijking met den wereld
oorlog, die veldslagen van 50 000 dooder
in weinige dagen heeft beleefd! Zoo den
ken de menschen (behalve natuurlijk zij
die onmiddellijk getroffen zijn, en voor
wie sta+istieken en vergelijkingen, bitter
weinig troost beteekenenEn zoo is het
toch ook. Deze oorlog is voor den rjet-
combattant en voor het overgroote deel
van de weermacht nog niet. eens een
vuurdoop geweest. Vergelijkt men de ont
beringen, waarorder op het oogenblik in
Duitschland de bevolking te lijden heeft
met-die van de jaren 1917 en 1918 (en
feitelijk ook nog de zeven daarop volgende)
dan zijn de zes maanden, die nu achter
haar liggen inderdaad wel zeer gemakke
lijk te dragen.
Dat ze echter wel degelijk oorlogsmaan
den zijn, zoo vervolgt onze correspondent
ziet hij, die even in een zoo rijk
gezegend gebleven land als Nederland (o
ik kén ook de zware zorgen van mijn va
derland!) is geweest en nu weer in. het
oorlogvoerende Duitschland zit,
De menschen zijn niet meer zoo goed
gekleed als in normale tijden, hun, schoei
sel begint oorlogsverschijnselen te vertoo-
nen, de gezichten zijn vaak somber, vele
gesprekken vol bitterheid, en lachen, doet
feitelijk alleen maar de overal en altijd
zorgelooze jeugd. De onzekerheid der toe
komst drukt wel zeer. Elk geruchtje over
een mogelijken snellen vrede gaat sneller
dan een radiobericht van mond tot mond
en wordt al te vaak geloofd.
Een Sumner Welles hoeft maar ui+
Amerika over te komen en al dadelijk
winden zich om dezen orbekende heele
volksverhalen van vrede en voorspoed. Dat
beteekent niet, dat in Duitschland defaitls-
PaaschverloJ voor
de gemobiliseerden.
Naar wij vernemen, is bij ministerieele
beschikking d.d. 11 Maart j.l.,- een bijzon
dere regel ng vastgesteld betreffende de pe
riodieke verloven voor het Paaschfeest.
I. de gewone periodieke verloven der ge-
mobiliseerden (dus niet van de dienstplich
tigen, die voor het volbrengen der eerste
oefeningen en de militairen, die voor het
volbrengen der eerste oefening doch lan
ger dan vijf maanden in werkelyken dienst
zijn), moeten zoodanig worden verleend, dat
op 18 Maart na afloop van den dienst de
laatste groep met periodiek verlof 'ver
trekt, welke dus op 20 Maart per laatste
reisgelegenheid naar de onderdeelen moet
terugkeeren.
In den tyd van 21 Maart 1940 t/m 2
April wordt dezen militairen verlof ver
leend:
a. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 21, 22 en 23 Maart, vertrek
20 Maart, terugkeer 24 Maart per eerste
reisgelegenheid
b. 1/6 van de sterkte van elk troepen
onderdeel op 23, 24 en 25 Maart, vertrek
22 Maart, terugkeer 26 Maart.per eerste
reisgelegenheid
c. 1/6 van de sterkte van elk troepen
onderdeel op 25, 26 en 27 Maart, vertrek
24 Maart, terugkeer 28 Maart per eerste
reisgelegenheid
d. 1/6 van de sterkte van elk troepen
onderdeel op 27, 28 en 29 Maart, vertrek
26 Maart, terugkeer 30 Maart per eerste
reisgelegenheid
e. 1/6 van de sterkte van elk troepen
onderdeel op 29, 30 en 31 Maart, vertrek
28 Maart, terugkeer 1 April per eerste
reisgelegenheid;
f. 1/6 van de sterkte van elk troepen-
onderdeel op 31 Maart, 1 en 2 April, ver
trek 30 Maart, terugkeer 3 April per eerste
reisgelegenheid;
II. Aan militairen, die voor het vol
brengen der eerste oefening korter dan
vjjf maanden in werkelyken dienst zyn:
a. zooveel mogelijk aan allen periodiek
verlof op 22, 23, 24 en 25 Maart, vertrek
21 Maart, terugkeer 25 Maart;
b. aan de overigen, dat zijn de militairen,
aan wie voor het vervullen van de onver
mijdelijke diensten geen verlof als onder a.
verleend kan worden, periodiek verlof op
16, 17, 18 en 19 Maart, vertrek 15 Maart,
terugkeer 20 Maart per eerste reisgelegen
heid.
Er zal een drastische versobering komen.
Ook verplichte arbeidsdienst?
De Finsche troepen
zijn uitgeput
Reuter meldt uit Helsinki:
De uitputting der Finsche troepen,
zonder respijt en zonder slaap gevochten
hebben rond Wiborg en op de Karelische
landengte, maakt den last der bezorgdheid
van het Finsche opperbevel nog zwaarder.
Vele dezer sodlaten zyn volstrekt niet in
staat, om de zeven kilometer per dag af
te leggen, welke vereischt zijn door het te
Moskou gesloten verdrag voor den terug
tocht naar de nieuwe grenslijn.
En officier, die teruggekeerd is van dt-
Karelische landengte, vertelde een specia-
len correspondent van Reuter, dat de man
schappen in zoo'n staat van uitputting en
vermoeidheid verkeeren, dat velen hunner
het physiek onmogelijk vinden om den
vereischten afstand af te leggen. Ook gaf
hij een beschrijving van de droeve ont
dekking van honderd Finnen, die waren
gaan rusten om van hun uitputting tc be
komen, en die doodgevroren waren. Intus-
schen gaat de evacuatie door de inwo
ners van het afgestane gebied voort. Of
schoon niemand gedwongen wordt te ver
trekken, heeft slechts 1 pet. van d
voiking in de Zuidelijke districten, die aan
Rusland komen, verkozen in hun woni
gen te blijven en onder Sovjetbewind ov
te gaan.
„Wij aanvaarden niet alle
verwijten".
In een artikel naar aanleiding van het
internationale debat rondom den Finsch
Russisclien vrede, schrijft het Zweedsche
blad „Stockholms Tidningen":
Wanneer de Finnen constateeren, dat
Zweden en Noorwegen zich verzet hebben
tegen inmenging van de Westelijke mo
gendheden, dan is dat geen werkelijk ver
wijt, maar eerder de vaststelling van een
noodlottig feit, want de Finnen begrijpen
zeer goed, dat indien Zweden en Noorwe
gen den doortocht van Geallieerde troepen
hadden toegelaten, alle Noordsche landen
by een grooten oorlog betrokken waren
geworden, en het lot van Finland een on
belangrijk onderdeel zou zyn geworden.
Doch indien Finland het recht heeft ons
verwijten te maken, dan aanvaarden^ wy
zulks nog niet van de groote mogendhe
den, die op het laatste oogenblik, toen zy
hun eigen belangen op het spel zagen
staan, zich bereid verklaard hebben hulp
te sturen, welke toen slechts had kunnen
dienen om den grooten oorlog uit te brei
den.
Nu de oorlog zes maanden oud is, heeft
dezer dagen dan ook de Fransche regeering
jesloten een distributie-regeling in te voe
ren, met welk fe.t ook hier de oorlogs
economie haar intrede heeft gedaan; deze
eerste serie decreet-wetten raken voorna
melijk het productie- en consumptie-vraag
stuk, en wijzen er tevens op, dat zich in
stijgende mate moeilijkheden deden gelden;
men hoopt nu, door middel dezer verorde
ningen een pryzenstabilisatie te kunnen
verzekeren, weike weer van het meeste be
lang wordt geacht voor een correcte func-
tionneering der oorlogsfinanciering.
Sedert eind November inderdaad, liepen
gestaag de prijzen op, en alle getroffen
voorzorgsmaatregelen ten spijt, werd het
„leven geleidelijk aan duurder", de produc
tie daalde constant, de consumptie hand
haafde zich op hetzelfde peil, én ofschoon
aan voorraden geen gebrek was, oordeelde
de regeering den tijd langzamerhand rijp
tot ingrypen, mede ook, gelijk Paul Rey-
naud het in zyn radio-rede verklaarde, om
te vermijden dat elke prijsstijging weer op
den voet zou worden gevolgd door een
drang naar loonsverhoogmg, waardoor men
slechts in den bekenden vicieuzen cirkel
zou belanden, waarmee niemand gebaat
zou zijn.
Dat er sinds eenigen tijd een sterke pro
ductie-Vermindering) viel te siignaleeren,
mag overigens volstrekt geen verwonde
ring baren, gezien het feit, dat momenteel
zes en een halve millioen man aan het-
normale leven zijn onttrokken, en boven
dien nog vele andere werkkrachten, in
plaats van hulp te kunnen bieden op land
bouwgebied, door de bewapeningsindustrie-
worden opgeëischt; daarnevens manifes
teerde zich dan nog, gaandeweg meer, een
toenemende vraag naar bepaalde levens
middelen, ten overstaan waarvan het aan
bod tenslotte in gebreke bleef en de reser
ve-voorraden in gevaar l^wamen.
In antwoord op een en ander, heeft men
dus thans naai' de voor de hand liggende
middelen ter saneering gegrepen: eener-
zijds wil men pogen de productie op land
bouw- en industriegebied op te voeren, on
der meer door de zich niet aan het front
bevindende gemobiliseerde landbouwers
voorloopig met een maand verlof naar huis
te zenden, en anderzijds werd besloten tot
de invoering van een distributie- en res
trictie-regeling.
HET ZAL ERGER WORDEN DAN
IN DEN VORIGEN OORLOG.
Kende Frankrijk tijdens den vorigen oor
log slechts het gebruik van brood- en sui
kerbonnen, het ziet er heden naar uit, dat
de beperkingen den volke opgelegd aan
merkelijk grooter zullen worden, dit te
meer, wijl men reeds hoort spreken over
een volgende serie deereetwetten, en ook,
overigens, de toekomst nog volmaakt in
duister blijft gehuld.
De broodbonnen zullen ook ditmaal weer
het eerst dienst doen, terwijl de andere
voornaamste besluiten, met betrekking tot
de productie en de consumptie, de volgen
de zyn:
In de restaurants zal in het algemeen 'n
versobering haar intrede doen, waarbij te
vens het aantal schotels gelimiteerd wordt;
niet meer dan vier schotels in totaal, waar
onder twee hoofdschotels en een met
vleesch, terwijl het aantal vleeschlooze da
gen nog een uitbreiding schijnt te zullen
ondergaan; een extra portie boter kan men
niet meer bekomen.
Elke in Frankrijk verblijf houdende per
soon, zal voor 1 April a.s. een kennisge
ving dienen af te leggen, welke verband
houdt met het verstrekken van distributie
kaarten, de militairen zullen een aparte
kaart ontvangen.
De banketbakkerijen gaan dicht op Dins
dag, Woensdag en Vrijdag; evenmin zal
men gebak op deze dagen kunnen nuttigen
in restaurants, hotels en café's; een uit
zondering wordt gemaakt voor de feest
dagen.
Het gewone brood zal van dezelfde kwa
liteit blijven; het luxe brood gaat verdwij
nen; bij maaltijden in restaurants van meer
dan 15 franken, zal men ten hoogste per
persoon 150 gram brood kunnen krijgen.
De fabricage en de verkoop van luxe
soorten, chocolade-reepen wordt stopgezet,
de gewone tabletten echter, zoowel als de
cacao, blijven in den handel.
De benzine voor particulieren zal nog
slechts in maandelijksche hoeveelheden
worden verstrekt, voldoende voor één auto
per persoon; militairen met verlof, krijgen
recht op 10 1 benzine per dag.
Het alcoholverbruik wordt besnoeid; ge
durende drie dagen per week, 's Dinsdags,
's Donderdags en 's Zaterdags, is de ver
koop van alcoholische dranken verboden,
evenals het gebruik in het openbaar; bo
vendien zal vanaf 1 Juli a.s. een verbod
van kracht worden, waardoor het niet meer
mogelijk zal zijn zijn spiritualiën in te slaan,
in hoeveelheden van minder dan twee 1.
Een crediet van tien millioen is uitge
trokken voor het in cultuur brengen van
een deel der geëvacueerde gebieden; de
oogst zal in de eerste plaats bestemd zijn
voor de locale militaire formaties.
De prijzen in het algemeen zullen gefix
eerd worden volgens het niveau van 1 Sep
tember j.l., elke verhooging is ten streng
ste verboden, terwijl in bijzondere gevallen
door de autoriteiten zal worden beslist.
Jonge menschen boven de zestien jaar,
die geen geregelde bezigheden verrichten,
kunnen worden aangewezen voor de op
leiding van een vak; voorts zal een. aan
werving plaats vinden van vrijwillige vrou
welijke werkkrachten; mochten de resul
taten langs dezen weg onvoldoende blij
ken, dan zal hoogstwaarschijnlijk worden
overgegaan tot den verplichten arbeids
dienst; tenslotte zullen nog zoo veel mo
gelijk landbouwers, die momenteel in de fa
brieken werkzaam zijn, naar hun akkers
worden teruggeroepen; van de landbou
wers in militairen dienst, buiten de front-
zóne, spraken we reeds: zij gaan voorloopig
met een maand verlof.
HET FRANSCHE VOLK AAN
VAARDT DE MAATREGELEN
RUSTIG.
Het is wel buiten eiken twijfel, dat het
Fransche volk deze beperkingen, met een
helder begrip van den feitelijken toestand,
rustig zal aanvaarden; men stelt zich in op
de toekomst, die onzeker is en nog heel
wat kan beloven; niettemin hebben we
kunnen vaststellen dat men in het alge
meen de voorkeur geeft aan een „verbod
systeem" boven een distributie-regeling met
kaarten; deze laatste zal eerder schaarsch-
te suggereeren, meent men, terwijl een ver
bod van verkoop en consumptie gedurende
zekeren tijd veel eenvoudiger zou zijn en
bovendien doeltreffender. De regeering
heeft evenwel een andere visie op de din
gen gehad en binnenkort krijgen de Fran-
schen dus hun broodbonnen in huis.
En strengere doorvoering van het bon
nensysteem zou vermoedelijk echter moei
lijkheden brengen, in dien zin, dat de keu
ken-gebruiken in de diverse streken van
Frankrijk nogal uiteenloopend zyn; om de
boter als voorbeeld te nemen: in midden-
Frankrijk en andere deelen, kent men vrij
wel geen boter, alles wordt er toebereid
met olie; daarentegen is in Bretagne het
boterverbruik weer enorm.
Hoe het echter ook zy, de 45 millioen
levensmiddelenkaarten zyn reeds tijdens
de eerste oorlogsdagen over de 36.000 Fran
sche gemeenten verspreid; voor dat het sy
steem in werking treedt, voor dat, alleen
hier in Parijs al, de kaarten straat
straat, huis aan huis, zijn uitgedeeld, zullen
evenwel nog enkele maanden verstrijken
om ie wennen kunnen de Parijzenaars het
intusschen met de r-ndere beperkende
maatregelen doen.
(Ingez. Med.)
me rondspookt. Wie dat derkt. weet niets
van de ware stemming. Vrijwel niemand
hier voelt iets voor dezen oorlog, maar
vrijwel niemand ware voor een vrede te
vinden, die heF Duitsche volk weer met
een tweede „Versailles" zou bedreigen.
Ook zij in Duitschland, die nog heden
het nationaal-socialisme liever vandaag
dan morgen zouden zien, verdwijnen, ver
zekeren u. dat zij zich streng aan een
godsvrede zulen houdentotdat dit ré
gime met hun hulp den oorlog heeft ge
wonnen.
Maar kon men morgen een eervol com
promis met den buitenlandschen vijand
sluiten men zou het steil'g doen, Wan1
dezen oorlog is n'emand in Duitschland
sympathiek, de massa der bevolking zeker
niet.
De distributie van ingevroren
varkens»
GEEN PRIJSOPDRIJVING GE
CONSTATEERD.
Op schriftelijke vragen van het lid der
Eerste Kamer, den hr. Maarsingh, betref
fende de distributie van ingevroren varkens
en betreffende prijsopdrijving door vleesch-
warenfabrikanten, heeft de minister van
Economische Zaken als volgt geantwoord:
Het is den minister niet bekend, dat de
distributie van ingevroren varkens niet tot
haar recht komt, doordat de Ned. Veehou-
derijcentrale een minimum afneming eischt
van vyf stuks tegelijk.
Het minimum aantal tegelijkertijd af te
nemen bevroren varkens, dat oorspronkelijk
op 15 was gesteld, is later verlaagd tot 5,
om zooveel mogelijk belanghebbenden in de i
gelegenheid te stellen deze varkens te be
trekken. Het is den minister niet gebleken,
dat van deze beperkende bepaling door de
slagers hinder ondervonden wordt. Desge-
wenscht kunnen belanghebbenden, die geen
5 stuks kunnen afnemen, tot gemeenschap-
pelyken aankoop overgaan.
Het is den minister niet bekend, dat de
vleeschwarenfabrikanten zich. hebben schul
dig gemaakt aan prijsopdrijving in zake bo-
terhammenworst in blik. Bij onderzoek is
hem gebleken, dat de prijsstijging overeen
komt met de verhoogde prijzen van de be-
noodigde grondstoffen en de verpakkings
materialen.
De minister acht een boekenonderzoek by
de vleeschwarenfabrikanten niet noodzake
lijk.
De toestand
in de eendenhouderij.
GEEN SPECIALE STEUN.
Op schriftelijke vragen van het lid der
Tweede Kamer, den heer Wijnkoop betref
fende den toestand in de eendenhouderij, in
verband met de langdurige vorstperiode,
heeft de minister van Econ. Zal;en het vol
gende antwoord gegeven:
Het is den minister bekend, dat door de
langdurige vorstperiode de productie van
eendeneieren in den laatsten tijd belangrijk
is verminderd. Dit veroorzaakt zeer zeker
moeilijkheden voor de eendenhouders, doch
er staat tegenover, dat de eierprys sterk is
gestegen. De productie van kippeneieren is
eveneens gedaald, zy het in verhouding dan
ook in geringere mate dan die van eenden
eieren. De pry's van kippeneieren is .even
eens aanzienlijk gestegen.
Het verschijnsel van teruggang van de
productie bij eenden heeft zich voorgedaan
bij alle eendenhoudersbedrijven, hoewel
niet overal in even sterke mate. De be
drijfsvoering speelt in dezen, dan ook een
belangrijke rol.
Naar verwacht mag worden, zal de pro
ductie, nu de weersomstandigheden beter
zyn geworden, zich weer spoedig herstel
len
Het ligt, naar de meening van den mi
nister, in verband hiermede niet op z\jn
weg speciale steunmaatregelen te treffen.
Sumner Welles weer
te Rome.
Maandag bij den Fans.
Het D.N.B. meldt uit Rome:
Summer Welles de afgezant van Roose
velt, is gisteravond te Rome aangekomen.
Hy zou vanochtend om negen uur reeds een
onderhoud hebben met koning Victor Ema
nuel. Zyn bespreking met den Italiaanschen
minister van Buïtenlandsche Zaken, graaf
Ciano, werd op tien uur bepaald, terwijl
Welles in de middaguren Mussolini zou ont
moeten.
Ter begroeting waren de gezant der V.
S., Philips, met zyn staf, alsmede hooge
ambtenaren van het Italiaansche ministe
rie van Buitenlandsche Zaken aanwezig.
Wat het programma betreft staat nog
vast, dat Welles Maandag door den paus
in particuliere audiëntie zal worden ontvan
gen. Dinsdag zal Rooseveit's afgezant zich
dan te Napels inschepen op de „Conté di
Savoie" om de terugreis naar de Vereenig-
de Staten te aanvaarden.
Geen verrassingen in Roemenië,
zegl Londen.
De diplomatieke medewerker van Reuter
verneemt., dat gewoonlijk welingelichte
Roemeensche kringen in Londen geen be
vestigingen hebben ontvangen van de De-
richten, volgens welke onderhandelingen
zouden worden gevoerd over een Russisch-
Roemeensch pact. Evenmin slaat men ge
loof- in deze kringen aan de beweringen
van den Duitschen omroep, volgens welke
„onderhandelingen, d e gaande zijn tus
schen Rusland en Roemenië, den interna
tionalen toestand volledig zullen wijzigen
voor het einde van deze week".
In feite worden geen "sensationeel© ont
wikkelingen verwacht door Roemeensche
kringen in Londen. Men gelooft dat de
Duitsche bewering voor internationaal ge
bruik is geuit.
De „IJzeren Garde" onderwerpt
zich.
Havas meldt uit Boekarest:
De Roemeensche premier heeft gisteren
een groep van gewezen leden van de „IJze
ren Garde" (de nat. soc. organisatie in Roe
menië) ontvangen, die hem hun onderwer
ping aan het nieuwe regime kwam meedee-
len. Sedert eenigen tijd werden reeds on
derhandelingen gevoerd tusschen gewezen
leiders der Garde en den premier. In be
voegde kringen verklaart men dat met deze
besprekingen een ontspanning in de ver
houdingen met de gewezen leden der IJze
ren Garde ingeluid is.
Een groot aantal oudleden der garde,
hun aantal wordt op 600 geschat, hebben
den wensch te kennen gegeven te worden
opgenomen in het front van nationaal her
stel, en zich bereid verklaard te werken
voor het vaderland en het Roemeensche
volk. Zy hebben een manifest opgesteld, dat
in 't geheele land aangeplakt zal worden.
De premier zal Zondag in een radiore
de mededeelingen doen over de onderwer
ping der IJzeren Garde.
Meer dan 40 leden der garde vertoeven
't oogenblik in Duitschland. Tusschen
hen en hun wapenbroeders in Roemenië zijn
besprekingen gaande om hun terugkeer te
bewerken. Zooals men weet waren tegen de
uitgeweken leden vervolgingen ingesteld.
Men verwacht dat enkele veroordeelde
gardisten clementie zullen krijgen.
GROOTE SCHEEPSRAMP IN JAPAN.
Vermoeilolijk 41 slachtoffers.
Men gelooft, dat 41 opvarenden verdron
ken zyn van het Japansche s.s. „Yokosan
Maroe", dat ter hoogte van Toeiyoe (zui
delijk Korea)) is vergaan. Men heeft elf
lijken gevonden. Dertig opvarenden worden
nog vermist, en men vreest, dat zij ver
dronken zijn.
Weer een fJuitsefo schip door
eigen bemanning iet zinken
gebracht.
Naar officieel uit Londen wordt gemeld,
heeft een Britsch oorlogsschip het Duitsche
s.s. „La Coruna" opgevangen. Het schip
werd daarna door eigen bemanning tot zin
ken gebracht. De opvarenden werden gered.
De „La Coruna" is een schip van 7.414
ton van de Hamburg-Zuid-Amerika-Lijn.
Het was geladen met koffie, reuzel, mica,
nikkel en kolen.
Tien officieren en vijftig minderen van de
„La Coruna zijn aan boord genomen van
het Engelsche oorlogsschip, bij welks nade
ring de Duitsche bemanning de luiken had
opengezet. Het schip zonk snel en werd ten
slotte door geschutvuur van den Britschen
bodem naar de diepte gejaagd.
De „La Coruna" was op 2 Maart uit Rio
de Janeiro vertrokken; liet was het op een
na laatste van de vijf Duitsche schepen, die
sedert het uitbreken van den oorlog de Ar-
genntysche haven hebben verlaten. Het
plan was kennelijk om via de Noorsche ter
ritoriale wateren een Duitsche haven te be
reiken. De „La Coruna" is echter ver van
de Noorsche kust aangehouden.
Door de vernietiging van dezen koop
vaarder is de totale tonnage van Duitsche
schepen, die door de eigen bemanning tol
zinken zyn gebracht, volgens een opgave
van Reuter gestegen tot 184.641 ton. Buiten
dien viel nog 103.867 ton aan Duitsche koop-
vaardijruimte in Britsche handen.