lp tyv&x?iticïule |g $.eewm0ck,e fp iiPKLBiiGSOE ommm UGOESCHE COURANT) Nedevlandseh schip vergaan Sumner Welles in Parijs. De ramp van de O 11 vergt drie mensch en!evens Vanmiddag om 12 uur is de gezonken duikboot gelicht. De Dyitsehe foombarderrseraten van neutrale schepen 183e JAARGANG TWEE BLADEN KKKSXE imi.ftire Dagblad. Uitgave C.V. De Middel- burgsche Courant. Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstraat 28, Tel. Redactie 269, Administratie 139; te GOES: Turfkade, Tel. 2863. Post giro 35*9300. Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes 2.30, elders 2.50 per kwartaal. Weekabonne menten in Middelburg en Goes 18 ct. DONDERDAG 7 MAART 1040 Advertenti ën 30 cent per regel, ingezonden mededeelingen 60 cent per regel. Bij contract lager. Tarief op aanvraag. Familieberichten en dankbetuigingen minimum 2.10. „Kleine Advertenties", maximum 6 regels, 75 cent, bij vooruitbetaling. „Brieven, of adres bureau v. d. blad" 10 cent extra. Bewijsnummers 5 ct. De bemanning van 18 per sonen vermist. Gevreesd moet worden, dat opnieuw een Nederïandsch schip ten offer is gevallen aaa den oorlog ter zee. Er bestaat namelijk groofce ongerustheid over het lot van het s-s. „Grutto" van de firma Smith en Van Ommeren te Rotterdam. Dit schip moet j.l. Dinsdag van Londen met een lading stukgoederen naar Rotter dam zijn vertrokken, zoodat het in den loop van Woensdag aldaar had moeten aanko men. Men heeft evenwel niets meer van de „Grutto" vernomen. Wel hebben eenige schepen Woensdag op de Noordzee ter®hoogte van de Thornton- bank een ledig vlot en eenig wrakhout, ge merkt „Grutto" gevonden. Men vreest daarom het ergste. De'bemanning van de „Grutto" bestond ersonen. Kapitein was de heer t Rotterdam. tad een bruto-inhoud van 920 t en is in 1925 bij de N.V. C. van der Giessen en Zn's scheepswerf te Krimpen a. d. Lek gebouwd. De „Grutto" voer in geregelden vracht- dienst tusschen Rotterdam en Londen. Prinses Juliana by het Alg. Steuncomité 1939. Men meldt ons uit Den Haag: H, K. H. Prlhses Jul.ana heeft de ver gadering van het dagelijksch bestuur van het algemeen steuncomité 1939 bijgewoond. Tegen een directen vrede. Reuter meldt uit Londen: Bij een tuschentijdsche verkiezing voor het Éngélsche Lagerhuis in Ketteriiig (Northamptonshire) is de conservatieve candidaat Profumó gekozen. Hij behaalde 17.914 stemmen tegen Ross, die voorstander van liet sluit e n v a it vred e 'is, 6616. Tevoren hadden de conservatieven in dit district een meer derheid van 1843 stemmen. Amerika zal niet ingrijpen in den FinschRussischen oorlog. Hedenochtend om tién uur is de Ameri- kaansche onderminister van buitenlandschc zaken, Sumner Welles, in Parijs aangeko men. Hedenm.ddag zal hij ontvangen wor den door de Franschen president Lebrun, en door Daladier en Champetier de Ribes, de minister-président en den onderminister van buitenlandsche zaken van Frankrijk. Gisteren heeft Welles te Ouchy, in Zwit serland, de pers ontvangen. Hij ontkende categorisch, dat hij te Londen een confe rentie van de Amerikaansche vertegen woordigers in de Scandinavische landen bij een zal roepen. Hij herhaalde verder, dat zijn opbracht strikt vertrouwelijk was en dat alleen pre sident Roosevelt zijn rapport zou ontvangen. Zijn missie heeft slechts betrekking op Engeland, Frankrijk, Duitschland en Italië, zoodat de geruchten over een ingrijpen van Amerika in den FinschRussischen oor log onjuist zijn. Vrijdag en Zaterdag zal de Amerikaan sche staatsman de gelegenheid hebben tot het vderen van besprekingen met de voor zitters van de Fransche Senaat en Kamer, met den minister van staat Chautemps, den minister van justitie Bonnet en den minister van financiën Reynaud. Ook zal Welles den Poolschen premier in Frankrijk, Sikorski, en den Poolschen minister van buitenland sche zaken, Zaleski, ontmoeten. „VERDRIJF HITLER EN MAAK VRIJDE". Reuter meldt uit New York: Amerikaan sche dagbladen, die commentaar leveren op de missie van Sumner Welles, beschouwen vrede als practisch hopeloos zonder d£ vooraf militair krachtvertoon geschied i. „Sumner Welles zou even goed terug kunnen komen", is een zin, die herhaalde lijk door de bladen wordt gebruikt. De „Herald Tribune" schrijft: Iedere vrede, die thans gesloten wordt met de nat. soc. re geering zou catastrophaal zijn. Een over winning voor Hitier moet worden uitgescha keld. Maar een uitvoerbare vrede in de hui dige militaire positie zou men zich kunnen indenken met het Duitsche leger, wanneer dit het Hitlerisme uit de macht zou willen verdrijven en een Duitsche regeering aan het bewind zou willen brengen, waarin de Geallieerden eenig vertrouwen zouden kun nen stellen, met gelijktijdige handhaving van het intacte militaire schild, dat aan Duitschland het vertrouwen zou geven, dat het, door onderhandelingen aan te gaan, niet zo» ingaan op pogingen tot vernieti ging. De ramp van de O 11, die gisteren in de haven van Den Hélder door een sleepboot geramd werd, heeft drie menschen het le ven gekost. Alle pogingen hen te redden, moestén helaas falen. Hedenmiddag is men er intusschen in geslaagd de - gezonken duikboot te lichten, met behulp van drie groote bokken uit Amsterdam, die vannacht naai' Den Helder warén gekomen. Na tot 12 uur vanmiddag gewacht te hebben op het stille ty, werd met vereende krachten door de drie drijvende bokken de eerste gezamenlijke poging gedaan. De marine-commandant schout-bij-nacht H. Jolles, had zich, vergezeld van den chef staf, kapitein-ter-zee J. G. van den Berg, aan boord van een der drijvende bokken begeven om het werk van nabij gade te slaan. Aan den kant stonden ingenieurs en technisch personeel van de rijkswerf en tal van officieren. Langs de buitenhaven had zich een dichte menigte belangstellen den verzameld, die den geheelen ochtend reeds op dit moment gewacht hadden. Vrij spoedig zag men den achtersteven van de O 11 zich verheffen en, getrokken door de sleepboot „Antoinette Goedkoop", kwam er verder meer en meer beweging, zoowel in de O 11 als in de drie drijvende bokkon en, terwijl het schip word opgehe ven, werd het geheel door do sleepboot verder de haven ingetrokken. Binnen enkele minuten was de O 11 uit de modder losgemaakt. De duikboot werd daarop naar de lig plaats van de onderzeebooten nabij do At- jeh-loods achter in de haven gesleept. KRANIGE KERELS. Aan de N.R.C. ontleenen we nog de vol gende bijzonderheden over de toedracht van het ongeluk: Toen de sleepboot de O 11 ramde, was de consternatie aan boord begrijpelijker wijs vrij groot. De slag was geweldig. Heel het schip dreunde en trilde. Op de com mandobrug stonden de commandant, luite nant ter zee der tweede klasse H. A. W. Goossens, en de chef van de machinekamer, de officier van den M.S.D. tweede klasse, W. D. J. Gestel. De commandant gaf na de aanvaring oogenblikkelijk order naar be neden alle compartimenten te sluiten. De eerste officier, luitenant ter zee der twee de klasse E. Steinmetz, nam deze order over en zorgde voor de uitvoering. Alle vijf compartimenten werden waterdicht geslo ten. De snelle reactie van alle instanties is oorzaak geweest, dat het schip niet met alle opvarenden is vergaan. De chef van de machinekamer, die, zooals wij zeiden, op de brug stond, begaf zich direct naar bene den. Toen hem later gevraagd werd waar om hij niet overboord was 'gesprongen, zoo als de andere leden van de bemanning de den, die bovendeks waren, was zijn ant woord: „Mijn taak was beneden". Toen de chef beneden was, sloot de commandant den commandotoren. Daarna sprong hij ook te water en zwom naar den wal. Het schip zonk in minder dan geen tijd. De O 11 was getroffen in het tweede com partiment, het z.g. batterijcompartiment, dat tevens .dient als logies voor de officie ren. Aan dit verblijf grenst' het hokje voor den telegrafist, zoodat men begreep, dat deze verdronken zou zijn. Vóór comparti ment 2 is .de boegbuiskamer en hier waren de twee andere opvarenden, die niet te 'redden waren, in de eerste plaats omdat dit deel v,an het schip niet te bereiken was door het volgeloopen tweede compartiment, in de tweede plaats, omdat hier geen nood- luik was waardoor men zou kunnen ont snappen. De ontstelde toeschouwers op den wal het bericht van het ongeluk ging als een loopend vuurtje door de marinestad kon den uit de beweging van het water con- cludeeren, dat de menschen in het vaar tuig maatregelen namen om aan den dood te ontsnappen. Op den bodem van de zee werd niet alleen beraadslaagd, maar ook gewerkt. In volkomen rust overlegden de bevelvoerende officier en de chef van de machinekamer wat hun te doen stond. Met verschillende opvarenden bevonden zij zich in het z.g. centrale station, het hart van het schip, van waaruit alles geregeld wordt. Men zocht eerst verbinding met de op varenden in de andere compartimenten. Nadat men er zich rekenschap van had ge geven, dat alleen het voorschip was ge troffen, belde de commandant naar de op varenden in het achterste compartiment en zeide, dat men de deuren kon openen en naar het centrale station kon komen. Hier aan werd gevolg gegeven. Men probeerde toen met de boegbuiskamer in verbinding te komen, en hoewel men aanvankelijk meende teekenen van leven te hooren, kon men daarna geen contact meer krijgen. Toen de eerste officier met den chef van de machinekamer en een kleine twintig andere opvarenden in het centrale station bijeen waren, nam de heer Steinmetz de leiding. Alle zware kleeren en schoenen werden uitgedaan en de zwemvesten aan getrokken, opdat men zich zoo gemakkelijk mogelijk in het water zou kunnen bewegen als men door een noodluik naar buiten zou moeten. De Drage-apparaten werden aan gedaan, waardoor men zich van toevoer van zuivere lucht verzekerde en toen begon men met de maatregelen het schip zoo mo gelijk naar boven te krijgen. Men blies daarvoor de reserve-olietank leeg en men voelde hoe het achterschip naar boven kwam. Een geluk mag het heeten, dat het schip in betrekkelijk ondiep water lag, ter wijl de commandant naar alle waarschijn lijkheid op het oogenblik van de aanva ring zijn schip nog den wal had ingestuurd, waardoor het zoo ondiep mogelijk kwam te liggen. Het roer stond n.l. naar stuurboord. Het schip kwam zoover naaf boven, dat de commandotoren boven water uitstak. Dit was een groot geluk, want nu kon men de menschen via den toren naar buiten brengen. Een officier van de marine-re serve sprong van een sloep over op de O 11, draaide het luik open en praaide de menschen beneden. Daarvan waren er ver schillende zoo druk bezig, dat zij er niet aan dachten om direct uit de boot te ko men. Eerst toen de stem dringender klonk, omdat het schip ieder oogenblik eenige centimeters overslag kon gaan, haastte men zich naar buiten. Toen allen buiten boord waren, werd het luik van den toren weer Het ongeluk met de O. 11, die Woensdag in de haven van Den Helder door de sleepboot „Amsterdam" werd aangevaren en zonk. Het oogenblik, waarop het grootste deel der opvarenden wordt gered door hulp, welke ijlings geboden werd, toen het achterschip boven water kwam. Een officieele verklaring, die met voldoet. Van officieele Duitsche zijde wordt me degedeeld: In de buitenlandsche pers worden voort durend verwijten geuit, le. Dat Duitsche vliegtuigen neutrale schepen tot zinken brengen, zonder zich er om te bekommeren, of het betreffende schip vrijwillig onder bescherming van een buitenlandsch oorlogsschip vaart, dan wel gedwongen naar de een of andere contróle- haven wordt opgebracht, en 2e. Dat Duitsche vliegtuigen de scheeps bemanningen met machinegeweren beschie ten, hetgeen meestal als een terrorisatie- maatregel wordt voorgesteld. Ten aanzien hiervan kan het volgende ge zegd worden: Wat betreft punt 1: Een Duitsch vlieg tuig boven zee kan niet vaststellen of een neutraal koopvaardijschip, onder geleide van een vijandelijk oorlogschip varend naar de vijandelijke kust, vrijwillig onder be scherming van dit oorlogsschip vaart, of gedwongen naar een contrölehaven wordt opgebracht. Het vliegtuig kan slechts het feit van de vijandelijke begeleiding vaststel len. De verantwoordelijkheid voor het feit, dat een neutraal vaartuig, dat naar een contrölehaven wordt opgebracht, als een in vijandelijk gebied varend schip moet wor den beschouwd en in overeenstemming .met de beginselen van het volkenrecht aange vallen wordt, berust uitsluitend bij de vij andelijke partij, die het vaartuig tegen zijn wil tot het aanloopen van een vijandelijke haven dwingt. In ieder geval beteekent de gedwongen opbrenging niets anders dan het zich met geweld meester maken van het schip, met het doel zich de lading voorzoover mogelijk toe te eigenen. Alle eenheden van de lucht macht, die boven de Noordzee opereeren, gesloten, en dat bleek goed te zijn, want kort daarna was het schip weer onder water. EERST KLOPSIGNALEN, LATER NIET MEER. Men heeft den geheelen nacht koorts achtig gewerkt, om kabels om het schip heen te brengen, noodzakelijk voor het lichten. Vanochtend reeds was men daar mee gereed, nog voordat de bokken uit Amsterdam arriveerden. Duikers verleen den bij dit werk hun onmisbare assistentie. In den beginne heeft men klopsignalen waargenomen van de drie mannen, die in de gezonken boot achter waren geble ven. Later verstomden ze echter. Aangeno men moet worden, dat zij door gebrek aan zuurstof zijn overleden. De namen der ongelukkigen zijnde sergeant-torpedomaker G. L. Logmans, in 1906 te Haarlem geboren en gehuwd; de sergeant-telegrafist F. W, J. Steenvoort, in 1905 te Beeck in Duitschland geboren eveneens gehuwd en de koksmaat O. E. B. E, L. E. Postma in 1918 te Buiten post geboren en ongehuwd. Allen waren in Den Helder woonachtig. hebben strenge orders, zich onder alle om standigheden te onthouden van aanvallen op neutrale koopvaardijschepen, die niet in vijandelijk convooi varen en zich niet aan vijandelijke handelingen schuldig maken. Wat betreft punt 2: beschieting zonder re den van de bemanning van een neutraal koopvaardijschip met machinegeweer door Duitsche vliegtuigen komt in geen geval in aanmerking. De schepen worden in de ge vallen, dat zulks noodig is, slechts door een mitrailleursalvo voor den boeg uitgenoo- digd, te stoppen of hun vlag te toonen, of ook wel een bepaalden koers te sturen. Slechts wanneer aan deze uitnoodiging geen gevolg gegeven wordt, of het schip zich op andere wijze verweert, wordt van de wa pens gebruikt gemaakt. Dat bemanningen van neutrale, of ook wel vijandelijke sche pen, in reddingboolen door Duitsche vlieg tuigen met machinegeweervuur zijn aange vallen, zooals nu en dan beweerd is, is kwaadwillige laster. Wel hebben de schen zich in verscheidene gevallen i brutale optreden schuldig gemaakt. Duitsche soldateneer is zulk onvereenigbaar. EELE FANTASIE. Zoo is er dus een officieele verklaring verstrekt van Duitsche zijde over de gru welijkheden, die de neutrale scheepvaart van de Duitsche vliegers ondervindt bij de volkomen rechtmatige uitoefening van haar taak- Zooals steeds van beide zijden gebeurt, beroept ook Berlijn zich thans op het vol kenrecht. In zooverre dit recht volgens de Duitsche regeering billijkt, dat neutrale schepen, welke gedwongen een Britsche ha ven aandoen, gebombardeerd worden, is de ze officieele verklaring een officieele fan tasie. Een fantasie, die klaarblijkelijk is uit gevonden ter verdediging van daden, waar van Duitschland zelf h maar al te goed inziet. Geen verstandig mens een smet te werpen op de 1 teneer, maai' soldaat is soldaat en bevel is bevel. Zonder eenigen twijfel zal onze re geering tegen dit Duitsch standpunt pro testeeren, evenals de regeeringen van de andere neutrale landen. Duitschland moet weten, dat zelfs bü wat Berlün ziet als „ijzeren noodzaak", de neutralen recht op leven, op handel, op varen hebben. Wij hebben recht op recht en dit loo chenend is Duitschland hard op weg om wat de neutralen aan sympathie 1 ben voor het Duitsche volk, te LEGER EN VLOOT Bij Kon. besluit van 4 Maart is met den 8en Maart 1940 de kapitein ter zee P. J. Feteris eervol ontheven van hel bevel over Hv. Ms. wachtschip Willemsoord en is het bevel over dien bodem opgedragen aan den kapitein-luitenant ter zee S. Woldringh. Voorts is met dei pitèin luitenant tei vol ontheven van opleidingsschip „Va over dien bodem o tein-luitenant ter 1940 de ka- zee J. C. Cornells eer iet bevel over Hr. Ms. Speijk" en is het bevel jedragen J. C. A. l den kapi- lolte.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 1