De Tweede Kamer keurt de
nieuwe staatsleening goed-
Drie honderd jaar geleden
Goud in de Wildernis
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 15 FEBRUARI 1940. No. 39.
KRONIEK VAN DEN DAG
Duitschland en Rusland.
Economische factoren spelen in den hui-
digen, evenals in den wereldoorlog, een
belangryke rol. Tot dusver hebben de mi
litaire apparaten niet veel anders gedaan
dan die economische factoren den grond
slag te verschaffen, waarop ze ten volle
tot gelding kunnen worden gebracht. Veld
en zeeslagen worden er niet of nauwelijks
geleverd. Des te meer echter tracht men
elkaar economisch in het nauw te drijven:
vernietiging van koopvaardijschepen en
wat dies meer zij.
Voorshands zijn Engeland en Frankrijk,
wat deze economische oorlogvoering betreft,
in de meerderheid. Rechtstreeks over zee
krijgt Duitschland vrijwel niets meer toe
gezonden. De Duitsche koopvaardijvloot
werd tot werkloosheid gedoemd en v
neutrale schepen is het risico, om een deel
van de taak dier vloot over te nemen, te
groot. Een sluitende blokkade-gordel heb
ben de geallieerden echter niet om Duitsch
land heen kunnen leggen. Lang niet. Met
de Scandinavische en Baltische landen (via
de Oostzee) met Italië en de landen van
Donaubekken en Balkan (over land en langs
groote rivieren en kanalen) bleven de Duit
sche verbindingen ongerept. Hier kunnen
Frankrijk en Engeland niet rechtstreeks
tusschenbeide komen. Wat ze probeeren is:
deze landen als het ware leeg te koopen,
zoodat er voor Duitschland niets zou over
blijven. Het spreekt welhaast vanzelf, dat
zulk een poging onmogelijk volkomen kan
slagen.
Intusschen: Zuidoost-Europa is in geen
geval in staat, Duitschland al de grondstof
fen te verschaffen, welke het noodig heeft.
Verscheidene ontbreken geheel en al. In
dien Duitschland zal voorkomen, dat het
economisch kapot gemaakt wordt, zal het
daarom andere bronnen moeten aanboren.
Er zijn zulke bronnen; overvloedig zelfs.
Men kan ze met een verzamelnaam aan
duiden: Rusland. Het groote Rusland zou
Duitschland economisch op de been kun
nen houden: als de ontzaglijke rijkdommen
van zjjn bodem voldoende werden geëxploi
teerd. Vlak voor de oorlog begon, sloot
Berlijn, zooals men weet, een economisch
verdrag met Moskou. Tot dusverre is het
profijt daarvan echter meer dan schamel
geweest. Rusland heeft op geen stukken
na geleverd, wat het had kunnen leveren.
Nu is er deze week een nieuwe overeen
komst tot stand gelcomen, een overeen
komst, waarover te Berlijn hoog van den
toren wordt geblazen. Russische grondstof
fen zullen tegen Duitsche industrie-produc
ten worden geruild en wel zoo intensief,
dat Engeland en Frankrijk geen kans meer
krijgen met hun blokkade.
Men moet afwachten, wat er van de
grootsche plannen terecht komt. Tot dus
ver is Rusland's capaciteit als leverancier
van grondstoffen den Duitschers, als ge
zegd, niet meegevallen, maar juist da&rom
willen zü, op grond dor nieuw tot stand
gebrachte regeling, zeiven ter plaatse de
hand aan 't werk slaan. Het Ijjdt wel geen
twijfel, of het Zuiden der Sovjet-Unie, dat
zoo nauw bij. het Balkangebied aansluit,
verheugt zich bij uitstek in hun belang
stelling. De Times-correspondent te Belgra
do spreekt zelfs van militair en economisch
Duitsch-Russisch samengaan in de Oekra-
ine, het gebied van den Kaukasus en de
Zwarte Zee, wat zou blijken uit tal van
authentieke rapporten. De spoorwegen Ba-
toemKief en OdessaLemberg zouden
dienstbaar worden gemaakt aan uitvoer
van olie, mangaanerts, keper en tarwe naar
Duitschland. Ook treffen Duitsche ingeni
eurs maatregelen, om eventueele vijande
lijke aanslagen op Odessa of dé spoorwe-
gen-in-kwestie af te weren.
Indien de zaak werkelijk goed werd aan
gepakt, zou Duitschland er zeer waarschijn
lijk een onmetelijk profijt van kunnen trek
ken, althans op den duur. Ten aanzien van
het verloop van den oorlog zal dus vooral
de vraag zijn, of men in het Derde Rijk
genoeg reserves bezit, om den strijd vol
te houden, totdat de Russische bronnen
overvloedig gaan vloeien. Uiteraard is daar
van heel weinig te zeggen. Alleen valt het
op, dat Frankrijk en Engeland de zaak
geenszins en bagatelle behandelen. Men
schijnt er zich te Parijs en Londen eenigs-
zins ongerust over te maken. Hetgeen maar
Alleen de communisten tegen.
Na een beraadslaging, die nog binnen de
twee uren is gebleven, heeft de Tweede
Kamer zich gistermiddag zonder hoofde
lijke stemming vereenigd met het leening-
ontwerp, waarbij de regeering wordt ge
machtigd tot de opneming van driehonderd
millioen gulden op de geldmarkt, tegen een
rente van vier procent, indien de inschrij
vingen vrijwillig binnenkomen, met als stok
achter de deur een gedwongen leening te
gen drie procent voorzoover de vrijwillige
deelneming niet toereikend mocht zijn.
De heer Rost van T o n n i n g e n
(n.s.b.) heeft bij deze 'gelegenheid woor
den van critiek gesproken, voornamelijk
om te betoogen dat het grootkapitaal bij de
Decemberleening zijn maatschappelijke
plicht heeft verzuimd en dat de mislukking
van genoemde leening heeft doen blijken
dat de kapitaalmarkt is ontwricht. Hij
drong overigens aan op het nemen van
drastische deviezenmaatregelen en wat
vei'der zou kunnen dienen om de kapitaal
markt tot het eigen land te limiteeren.
Vervolgens heeft de heer Posthuma
(chr. $em.) als zijn opvatting te kennen ge
geven, dat reeds thans het rentepercentage
over de geheele linie dezer leening op drie
had dienen te zijn gesteld, waar de Decem
berleening reeds mocht worden beschouwd
als het vrijwillige 4 object, terwijl de
minister met den stok van drie procent de
rest zou hebben binnen te halen. Tevens be
pleitte deze spreker leeningsfaciliteiten
voor provinciën en gemeentebesturen.
Feitelijke oppositie kwam alleen van de
zijde der communisten, bij monde van den
heer E f f e n d i, wiens conclusie was, dat
uiteindelijk toch de arbeiders de lasten der
mobilisatie moeten dragen, gezien o.a. het
voorstel om een koffiebelasting in te voe
ren. In plaats van koffe met slagroom, zoo
ironiseerde de communistische afgevaardig
de, krijgt het volk nu koffie met slagkrui-
Tenslotte zeide de heer T e u 1 i n g s (r.
k.)dat de instjtueele beleggers bij de De
cemberleening te veel naar eigen standje
hebben gekeken.
Minister D e G e e r behoefde geen zwa-
ren strijd meer te voeren om het leening-
ontwerp erdoor te krijgen. Spr. zette uiteen
waarom hetzelfde rentetype als bij de De
cemberleening moest worden gekozen voor
het vrijwillige deel van dit ontwerp. Ware
reeds thans het rentepercentage lager ge
steld, dan zouden degenen, die in December
hebben deelgenomen, geen gebruik maken
van de gelegenheid tot overschrijving en
ware het hooger dan vier, dan zouden de
schuldbewijzen van December een onge-
wenscht agio doen. Voor het nemen van
drastische maatregelen, als bedoeld dooi
den heer Rost van Tonningen, achtte de
minister geen aanleiding aanwezig. Tege
moetkoming aan gemeèntebesturen door
het verschaffen van leeninggelden tegen
laag percentage, zou naar de meening van
den bewindsman mogelijk zijn op den voet
als bij de woningwetvoorschottèn geschiedt.
Ten aanzien van de provinciale besturen
was z.i. geen leeningfaeiliteit. van rijkswege
noodig, daar zij voldoende crediet bezitten.
Tijdens de behandeling in de Kamer wer
den in het ontwerp nog enkele in hoofd
zaak redactioneele wijzigingen aangebracht,
waarna de aanneming geschiedde met aan-
teekening, dat de communisten -tegen wa
ren.
kreeg de Ned. Herv. kerk te Sint Laurens
baar eerste predikant.
Tweede phase van den
oorlog zal spoedig beginnen
Een Engelsch woordvoer
der acht groot Duitsch
offensief mogelijk.
De parlementaire secretaris van het
Britsche ministerie van: voorlichting, Sir
Edward Grigg heeft in een rede te AT
trincham in Cheshire gezegd, dat spoedig
een tweede phase van den oorlog zal be
ginnen. Ten aanzien van de strategische
mogelijkhedenzeide Grigg, dat het moge-
Hik is, dat Duitschland een groot offensief
op touw zal zetten en indien dit zoo
dan zal het Britsche volk toon en wat het
kan, evenals het vroeger- heeft gedaan.
Duitschland heeft het voordeel, dat het
langer tijd heeft gehad zich voor te be
reiden en zyn munitievoorraad is zeker
zeer groot. Het zou van groote beteeke-
nis zijn, wanneer de zorgvuldig voorberei
de hevige slag zou mislukken.
Grigg zeide verder, dat indien de mili
taire macht van Duitschland niet wordt
vernietigd, er geen toekomst voor Euro
pa en Engeland bestaat, doch .alleen ver
laging en duisternis
Om te overwinnen heef! Engeland vier
dingen noodig: ten eerste: een snelle -uit
breiding van de strijdmacht, welke reeds
zeer groot is; ten tweede: een groote toe
name van de munitie-productie; ten der
de: een sterke nationale financieele toe
stand; ten vierde: een levendige uitvoer
handel.
Tegen de communisten in
België.
De afdeelingen van de Belgische Kamer
hebben geweigerd twee communistische
wetsvoorstellen te laten drukken, doch zij
hebben toestemming gegeven tot het druk
ken van een voorstel tot ontbinding van de
communistische partij.
De „Nation Beige" meent, dat de meest
verkieslijke oplossing zou zijn, algemeene
opheffing" der parlementaire immuniteit van
de communistische afgevaardigden.
EEN 103-JARIGE.
Vrijdag 16 Februari a.s. hoopt de heer J.
M. Littig te Dordrecht zijn 103den verjaar
dag te vieren.
De oude heer geniet nog een vrij goede
gezondheid.
al te begrijpelijk is. Lang, heel lang, dacht
men daar, dat Stalin zjjn „vriend" Hitier
in laatste instantie een kool zou stoven.
Daar is men nu echter opeens veel minder
van overtuigd.
AMERICA N B_L END
(Ing. Med.l
(Slot
Op 10 Nov. 1639 werd tot eersten pre
dikant der Ned Herv. gemeente te Sint
Laurens dus beroepen, ds. Pieter van Es
sen, ook wel geheeten Petrus van Essen,
predikant der Hervormde kerk te Philippi
ne. Mede stond op de voordracht een pro
ponent of canjdidaat, zoodat de keuze voor
het collegium qualificatum niet moeilijk
was. Bovendien was mogelijk de keuze nog
beïnvloed door de vroedschap van Middel
burg, welke stad als halsheer en als be
zitter van het ambacht St Laurens twee
stemmen had in. 't genoemde college, Hier
bij kwam nog, dat ds Pu van Essen een
zoon was van P. van Essen, burgemeester,
van Middelburg.
Dat hij zijn beroep aanfnam, bevreemdt
ons ook niet Philippine was een kleine ge
meente. in het jaar na de inname der
vesting door Frederik Hendrik in 1634 ge
sticht. te midden van een zeer overwe
gende Roomsch-Katholieke bevolking.
Daarbij lag Philippine in Staats-Vlaande-
ren, waarin de Spanjaarden: herhaaldelijk
invallen deden om het verlórene te her
winnen
Naar de gewoonte dier tijdeni kon de
gemeente St. Laurens met haar nieuwen
predikant kennis maken,, doordat 'deze',
voor hij zich aan de gemeente verbond op
29 Jan 3!Ö40 een zoogen. proef-predikatie
hield. Dit gebruik bestaat nog in som
mige streken van ons land. inj Zeeland
echter niet meer.
Op 19 Februari 1640 deed ds P. van Es
sen zijn intrede. Jammer dat niet bekend
is met welke tekst hij zich aan( de ge
meente verbond. Het bezit van een eigen
predikant zal wel medegewerkt hebben tot
meerdere uitbreiding der kerkelijke ge
meente. Niet alleen dat de houten nood
kerk of schuur, die op deni Zuid-Oosthoek
van het oude kerkhof stond, vervangen
diende te worden door een hecht steenen
gebouw, zij werd ook te klein
Dank zij het ijyereni van ds. P. van Es
sen en de groote medewerking van de stad
Middelburg kon na vier jaar, nl op 5 April
1644 overgegaan worden tot het. aanbeste
den van. een nieuw kerkgebouw en een
pastorie. Het kerkgebouw kwam op de
zelfde plaats te staan, waar vroeger de
Roomsche kerk stond Deze had de ingang
naar het Westen, .in tegenstelling met de
tegenwoordige kerk. Die ingang was toen
ook dicht bü den toegang tot het kasteel
Popkeii|Sburg. De nieuwe kerk was een
gewoon rechthoekig gebouw, zooals in de
zelfde eeuw meer nieuwe P, rotestantsche
kerken werden, gebouwd, bv. te Schoondij-
lce. Retranchement, Zuidzande en Nieuw-
vliet, met een open houten torentje als
zoogen. dakruiter..
In 1645 waren kerk en pastorie gereed
Na aflevering van beide gebouwen bleek,
dat de totale kosten der kerk bedroegen
S374.85 en die der pastorie 7135,47. De
hooge som van deze laatste laat zich een
weinig begrijpen, als wij weten, dat de
pastorie zeer ruim was
De stad Middelburg heeft 500 pond
Vlaamsch of 3000 bijgedragen tot den
bouw der kerk. Voor het maken) van een
gebrandschilderd glas met het wapen van
Middelburg in een der kerkramen werd
9 pnd vl of 54 betaald. De kqsten van
het gieten van een, nieuwe klok of bel
nam Middelburg geheel voor haar reke
ning. Johannes. Burgerhuis!, die op de
Groenmarkt een beroemde klokkengieterij
had, maakte destijds ook voor de St Pie
terskerk een nieuwe klok. Hij ontving in
1646 voor beide klokken samen 166 3 6
of 997,05 De afzonderlijke kosten zijn
niet bekend.
Op de klok van St. Laurens stonden, de
namen van de toenmalige burgemeesters
en thesauriers van Middelburg. Verder
nog: Soli Deo Gloria Johannjes Burger
huis me fecit 1646.
In 1934 is de klok gebarsten. Toen is er
een nieuwe gegoten door Gebrs. van Ber
gen te Midwolda. Zij is grooter dan de
oude en, weegt 300 kg. Zij geeft een fraaie
zware klank en draagt ook het oude op
schrift: Soli Deo Gloria. Verder de namen
ds. J. H. van H Hoffl. Mar. Franke, Man
Kwekkeboomv A. Bomméljé en J. Koole.
De laatste namen zijn die der vier kerk
voogden Ook de n)aam der vervaardigers
staat er op, beneven/; het jaartal 1934.
Een paar jaar geleden heeft de kerke
lijke gemeente een nieuwe pastorie ge
bouwd. De burgerlijke gemeente heeft de
oude pastorie overgenomen en, haai- doen
afbreken Op dezelfde plaats is een ruim
vergaderlokaal gebouwd.
Ds P. van Essen heeft de gemeente 9
jaar gediend In 1649 vertrok hij als pre
dikant naar Middelburg. Hij was een man
van groote gaven en had ook in zün va
derstad groot gezag.
Een 25-tal predikanten hebben de Ned-
Herv. kerk te St. Laurenp voor korten o£
langen tijd gediend. De tegenwoordige pre
dikant ds. J. P. Simons is alzoo de 26ste.
Daar al hun namen vermeld zijn in het
verslag van de herdenjking van het 300-
jarig jubileum op Zondag jl. zullen wy ze
niet herhalen. Uit de lyst is te zien. dat
no 2 Ds. Johannes de Meij en no. 20 Ds.
J. D. Sigel de gemeenjte maar één jaar
hebben gediend Het langst heeft gestaan
no. 19 Ds. J. H. Callcoen, nl. 42 jaar.. Na
hem is het no 25 Ds. J. H. van t Hoff,
die 35 jaar predikant te St. Laurens is ge
weest. Vóór St. Laurens was hij nog 15
jaar elders predikant.
In de Zeeuwsche geschiedenis zijn om
hun groote geleerdheid bekend' Ds. Johan
nes de Meij en Ds Baldirinus Hunnius. De
laatste is de schrijver van De Zeeuwsche
Buïse. Hij was in 1691 van Oostburg na.ar
St Laurens gekomen, waar hij in 1719
overleed
No. 15. Ds. A. J. Clinge heeft te St. Lau
rens den geheelen Franschen tijd medege
maakt. Toen de Walchersche boeren in
Febr 1S14 tegen den Franschen in opstand
kwamen, waarvoor de eerste en meeste
actie van St. Laurens uitging, doordat de
landbouwer J. Gideonse eigenmachtig de
klok liet luiden tot oproep der boeren,
werden Ds. Clinge var., St Laurens even
als Ds Borsboom van Serooskerke dooi
de Franschen te Vilssingen ale gijzelaars
gevangen gezet.
Met het kerkelijke leven le St Laurens
zal het in den: loop der tijden gegaan zijn
als in de andere Walchersche gemeenten.
Conflicten bleven niet altijd uit, vooral
toen de kerkeraad le velde trok tegen „de
wulpsch- en ongerijmdheden van danserijen
en drinkerijen Deze laatste hadden voor
al plaats bij het jaarlijksch ringrijden en
andere volksvermaken op Pinksteren. De
kerkeraad had hel zoover gedaan weten
te krijgen, dat het ringrijden in 16S7 ver
boden werd De toenmalige ambachtsheer
de heer Boudaen Courlen, noodigde echter
de ringr-ijders uit op zijn kasteel Popkens-
burg, waar de lanen een uitstekende gele
genheid boden voor het steken naar den
ring en geen enkel overheidspersoon kon
het verhinderen.
R B J. de M.
Britsche onderdanen mogen
dienst nemen voor Finland
Reuter meldt uit Londen: Officieel wordt
medegedeeld, dat de Britsche regeering
aan Britsche onderdanen vergunning heeft
gegeven dienst le nemen bij de Finsche
strijdkrachten Het te Londen gevestigde
recruteeringsbureau mag zich met de wer
ving bezig houden.
Naar het Engelsch van
C. VANDERBELT Jr.
3).
Jim schudde aarzelend het hoofd. „Z&l
jk dan nog teruggaan?" vroeg hy.
In zyn geest beantwoordde de oude Rob
die vraag met: „Ik wil hopen van niet".
Maar hardop antwoordde hy: „Wel, jongen,
denk er nog eens over na. En nou heb ik
je lang genoeg van ons feestje afgehou
den. Kom mee! Mimi verwacht je, zie je!"
En inwendig glimlachte hij, omdat het ge
zicht van Jim zoo opklaarde.
„Mimi is mijn laatste en myn beste meis
je", mompelde hy halfluid onder het ver
laten der bibliotheek. „Ik kan niet uit
staan, dat ze met dien vreemden snuiter
uit pure kwaadwilligheid zou gaan trou
wen, omdat ze nu eenmaal haar zinnen op
hem gezet heeft. Het is puur kwaadwillig
heid en perversiteit, Jamie. Zyn titel en
buitenlandsche manieren hebben haar in
gepalmd. Hij noemt zich een Oostenrylc-
schen graaf! Hy zegt, dat hy een boek over
•de Indianen in Canada aan het schrijven is.
Maar ik zeg, dat hij een nietsnut is! En
Mimi is voor geen praten vatbaar. Koppig!
•Stijfhoofdig! Precies haar vader!"
Ze daaden de breede trap af. Oude Rob
hield Jim staande voor een traliewerk,
waardoorheen men in de benedengelegen
groote zaal kon kijken.
„Die zaal had ik voor de familie be
stemd", zei hy. „Maar ze komen zoo goed
als nooitze vinden hun vader een ou
den gekKijk, daar is Mimi! Zij is de
eenige, die voor mijn verjaardag uit Chica
go hierheen wou komenmaar ik heb
baar dan ook, om haar te paaien, een nieu
we vliegmachine moeten geven en goed
vinden, dat ze met mij en dien aap hierheen
vloog".
Jim luisterde al niet meer. Hij keek. Hij
keek naar een tooneel vol licht en leven...
naar een meisje in een met loovertjes be
zaaide witte japon, dat ping-pong speelde.
Een meisje met het mooiste figuurtje ter
wereld, met glanzend rood-goud haar, dat
wedijverde met de schitterende koperkleu
ren van den dageraad der poolkringen. Jim
voelde zyn hart opspringen en ronddraaien,
hoewel hy toch zoo gewend was, zich in dit
visioen te koesteren. Maar zy was ouder
geworden, stralender, ongelooflijk begee-
renswaardiger. Het Noorderland verbleek
te plotseling in Jim's gedachten. Geen Noor
derlicht meer over de sneeuwvlakten; geen
twijfelachtig goudgeschitter in het hol van
van een Indiaan; geen droom meer over
hard werken, om gezondheid en beschaving
te brengen in een slapend gebied! Neen!
Van nu af zou het worden: Chicago, geld,
machtMimi!
Jim liep vlug de trap af en en elke stap
verwijderde hem verder van het schitteren
de leven dat hy zich zooeven nog had voor
gesteld. Toen hy die volle, prachtige speel
zaal binnentrad, ondervond hy een emotie
van verhevener hoop, verwachting en zelf
vertrouwen, dan hy nog ooit in zijn leven
gekend had. Hij zag nauwelijks de beide
oude dames, aan wie Rob hem voorstelde,
noch een der andere gasten. Hij zag alleen
Mimi.
Op het oogenblik, dat zy hem zag, ge
beurde iets onvergeeflijks. Ze stond gereed,
haar laatste „serve" te geven en keek met
Dit is de wet der zgn. solidariteit,
die zoodanige ordening eischt van de
economische werkzaamheid der men-
schen dat deze gericht zij en hlijve op
de bereiking van het natuurlijke doel
der samenleving: het algemeen wel
zijn.
opgeheven arm glimlachend over tafel heen
naar haar donkeren tegenspeleren
toen langs hem heen naar Jim. Met een
overdreven uitbundig kreetje wierp ze haar
„bat" op tafel en rende naar Jim toe.
„Mijn held uit de wildernis!" stelde ze
hem aan de gasten voor. „Heb ik geen ge
lijk gehad met wat ik over hem verteld
heb? Kijk maarGary Cooper, of Nel
son Eddy na een vermageringskuur!" Ze
sloeg haar armen om zijn hals, ging op
haar teenen staan en gaf hem een kus op
zyn mond. „Hoezee voor Noord Canada! De
laatste van een uitstervend ras! Salué!"
De jongeren brulden van het lachen.
Maar oude Rob lachte niet, net zoo min als
.de tantes, net zoo min als Jim zelf. Jim,
die de whisky van haar lippen rook in dien
eenen, banalen kus en die in dat ééne
oogenblikje, dat hij haar in zyn armen had,
voelde, hoe zwak ze op haar beenen stond.
Mimi danste van hem weg en riep: „Je
bent nog net zoo geweldig als vroeger! Zelfs
al kijk je leelyk, Jamie, en zelfs in die klee-
ren! Maar waarom draag je toch je prach
tige roode uniform niet en je hoed met op
geslagen rand?"
„Omdat ik geen lid ben van de bereden
politie".
„Wat jammer! Het zou hem zoo goed
staan, denken jullie ook niet? Maar lijj is
een beroemd vlieger, weten jullie dat 'wel?
Mijn eerste les heb ik van hem gehad. Ik
izal nooit vergeten
Het diner werd aangekondigd en zoo ble
ven verdere onaangename uitweidingen Jim
bespaard. Maar het begin van een bittere
teleurstelling was er nu eenmaal. De oude
ren volgden den butler onmiddellijk; doch
Mimi hield Jim tegen. „Eerst nog een op-
frisschertje!" riep ze. „Geef op, Otto!"
Even voorstellengraaf von Ungemach,
Jamiemijn gewichtige internationale
bondgenoot".
Jim vestigde een misnoegden blik op den
slanken, ietwat militairen man met zijn
olijfkleurige huid en koude, grauwe oogen,
die een stijve buiging voor hem maakte.
Een oogenblik meende Jim dat die vreemde
hem toch ongewoon bekend voorkwam;
maar hij voelde zich te ongelukkig, om over
iets anders na te denken, dan over wat er
met zyn hart gebeurde.
Graaf von Ungemach draaide zich om op
zyn hakken, om met een glimlachje aan
Mimi's bevel te voldoen, bukte zich onder
de ping-pong tafel en haalde een grooten
flacon te voorschijn.
„Drinken is hier verboden", zei hij zijn
woorden afbijtend. „Daarom heeft Mimi,
die schat, overal in huis voorraden verstopt
en haar bondgenooten een plattegrond van
het huis verschaft. Handig, niet waar?"
„Schieten jullie nou een beetje op!" fluis
terde Mimi. „Als paps het bemerkt, neemt
hij mij m'n vliegtuig weer af. Ilc heb hem
beloofd, dat ik me als een engeltje zou ge
dragen". Ze zette de flesch aan haar roode
lippen, en zag er uit als een mooi, ondeu
gend kindzoo mooi dat Jim zijn oogen
niet van haar afwenden kon. En toch vond
hij het ondragelijk om te zien. Hij kon ook
niet meer naar haar luisteren, omdat elk
woord dat ze met haar lieve stem zei, als
een messteek was naar het heerlijke vï-
sioen, dat hy van haar in zyn hart had ge
koesterd.
Jim kon bijna niet gelooven, dat een
heerlijke herinnering zoo op slag vernield
kon worden. Noch minder dat er daarom
zulk een bittere stemming in zijn hart kon
'ontstaanen zelfshaat! Want naar
mate het op dien koortsachtig drukken
avond later werd, begon hy Mimi hoe lan
ger hoe meer te haten. Ze had er geen recht
toe. zóó mooi te» zijn en haar eigen schoon
heid zóó te verraden!
Het leek Jim, of er aan het feest geen
einde wou komen. Een lang, saai diner; een
saai verloop van den avondsaai, omdat
de oude lui erbij bleven. Oude Rob kwam
met familiealbums aandragen.
„Dat doet hy nu ieder jaar: we moeten
telkens weer mee terug naar den tyd, dat
hy houweel en schop hanteerde!" fluisterde
Mimi, zoo hard, dat allen het konden ver
staan. En Jim schrok ervan, omdat hy
zag, dat de oude Rob het ook gehoord had
en zich door haar verveelden toon gekrenkt
voelde.
Tijdens het bekijken van die oude kiekjes
uit het mijnwerkerskamp en van de latere
der Jamieson Rivier-fabrieksinstallaties.
viel er iets voor, dat, toen hy er later aan
terugdacht, een diepen indruk op Jim
maakte.
Hij zag, hoe graaf von Ungemach een
bladzijde uit een der albums scheurde, toen
hij dien, op verzoek van Mimi's tante Lucy,
weer in de kast terugplaatste. Jim was er
zoo zeker van en tevens zoo verbaasd er
over, dat hij, toen de oude lui naar bed en
de jongelui naar de speelzaal teruggekeerd
waren, het album ging nakijken, juist, er
wès een blad uitgescheurd; een blad met
kiekjes van den laatsten tijd; kiekjes van de
eenige staking, die bij Jamiesons Landing
gehouden was. Vreemd!
(Wordt vervolgd).