VOOR DEN POLITIERECHTER TE MIDDELBURG ONEERLIJKE CONCURRENTIE IN LUXEMBURG. SPORTNIEUWS DAMMEN (Zitting van gisteren). DE DURE BUIT. Al in een groen, groen knollen, knollen land... daar zaten niet twee haasjes, maar twee eendjes heel parmant. D.w.z., ze zwom men tevreden in een sloot, die door het knollenland liep, en verheugden zich in hel leven, zich wiegend in rozige argeloosheid. Want tamme eenden heoüen lang zoo'n zenuwachtig oestaan niet ais Wilae eenden, en hun leven roit vaax genoeg ïyk voort, onkundig van het hestaan van poeliers e.d. Mochten ze daar te zyner tyci acnter Ko men, dan is het gewoonlijk al te iaat om er nog siapelooze nacnten van te krijgen. Maar ach, zoo had het lol het dezen twee eendjes niet toegedacht. Er kwam een boo ze jagersman langs mei een dubbelloopsge weer, hu zag de nietsvermoedende tamme- leden van de lamilie der zwemvogels aan voor wilde dito's, en liet zijn vuurroer een taai spreken, die niet was mis te verstaan. De man die hem vergezelde werd bij ge breke van een jachthond naar de sloot ge stuurd om de slachtoffers te apporleeren. Doch hier nam het Nimrod-avontuur een onverwachte wending. Van den anderen kant kwam een man aan galoppeeren, die zoo duidelijk als de omstandigheden dat toe lieten, uitbracht: „Halt! Dat zijn eenden vail mijn vader!'. Sprakeloos keek Nimrod naar het gevogelte, en moest zijns ondanks constateeren, dat het zonder een spoor van twijfel tamme eenden waren. Het erf van genoemden vader was vlakbij. Vergissing omtrent de juistheid van de geponeerde stelling was uitgesloten, en Nimrod zei: „Als ze van jullie zijn, zal ik ze wel terug geven. Ik dacht dat het wilde eenden wa ren". De laatste bewering nu achtte de politie rechter niet juist of aannemelijk. Verd. was niet verschenen om haar te staven, en daar bij al vaker veroordeeld was en bekend stond als een strooper, eischte de officier van justitie 1 week gevangenisstraf met last tot vernietiging van het in beslaggeno men geweer. De uitspraak was iets milder, nl. f 25 boete of 15 dagen hechtenis met verbeurd verklaring, maar vermoedelijk zullen de eenden den verd. desalniettemin nogal zwaar op cie maag liggen. DE ONSCHULDIGE, Verd. stond terecht wegens hel doen vervoeren van autobanden zonder vervoer- üewus. Na eenig heen en weer praten was met het eens over de dagvaarding, die ui den oorspronkelijken vorm niet heelemaal juist was en ter plaatse gerectificeerd moest worden. Verd. spartelde eerst tegen, ver moedelijk wel wetend, dat een onjuiste dag vaarding tot vrijspraak kan leiden, maar in dit geval zou het weigeren van mede werking slechts uitstel van executie be- teekend hebben. Toen verd. hiervan een maal goed overtuigd was verliep herzie ning voor de rest vlot. Maar net bleek verd.'s uiterste concessie te zijn; bü het ver hoor zette hij zich weer schrap en betuigde bij halsstarrig zijn onschuld aan het ten laste gelegde feit. „Maar u bent hier twee weken geleden komen getuigen tegen twee personen, die een paar van die autobanden hadden ge kocht", zei de politierechter; „dat is alleen al een bewijs dat u er iets mee te maken hebt". Verd. gaf er de voorkeur aan het verle den met den mantel der liefde te bedek ken en de schuld op allerlei onjuiste plaat sen te deponeeren, maar er bestaan nog zulke dingen als rapporten van het vóór onderzoek en aanverwante artikelen, eu hierin stond een bekentenis, die practisch volledig was, opgeteekend. De jjolitierech- ter las de voornaamste feiten voor. Verd. was in gezelschap van een zekeren L. naar Goes gekomen en had daar 25 gebruikte autobanden gekocht voor f 25. Daar hij in een personen-auto was gekomen kon hij de banden niet meenemen; hij zei dien avond terug te zullen komen. Hij charterde een vrachtauto en liet daar de banden in laden. „Hebt u de papieren?" vroeg de chauffeur, waarop verd. zonder blikken of blozen „ja" antwoordde en ten overvloede op zijn jaszak klopte, aldus suggereerend dat ze daar in zaten. Daar hü op dat oogenblik zelf niet vol doende geld bij zich had, schoot L. hem de f 25 voor, waarop men met de vrachtauto wegreed. „Nu", zei de politierechter na beëindi ging van de interessante lectuur, „dat is toch allemaal zoo? U moet er dan nu niet zoo om heen draaien". 25 boete of 25 dagen hechtenis", zei do officier van justitie, „met verbeurdverkla ring van de inbeslaggenomen banden". „Mijnheer ik ben onschuldig", kreet ver dachte pathetisch. „Oja? Dat is sterk", vond de politierech ter. „Dan hebt U hier niet veel geleerd, f 25 subs. 15 dagen hechtenis, met verbeurdver klaring". „Ik zal 't maar anneme edelachtbare", zei verd. met een schaapachtigen grijns. Niets is veranderlijker dan de mensch! VERDUISTERINGSOEFENING. Heel Zeeland heeft verduisterd, en Bieze- linge dus ook, zelfs wel drie avonden achter elkaar. Over de medewerking viel niet te klagen, die was uitstekend. Het was dan ook met een bloedend hart, dat een contro leur van de luchtbeschermingsdienst een overtreding moest constateeren: het vlak van een winkelraam straalde onbekommerd een grenzeloos brutaal licht over de straat uit. De winkelier werd bekeurd en kwam gis teren zijn zonden belijden: H'ü had zijn zaak gesloten gedurende deze oefeningen, maar dien avond had er even vóór achten een klant gebeld. „Had u de zaak gesloten?" vroeg de po litierechter met Elfkeuring in z\jn stem. „Ik werk altijd 's avonds in mijn winkel", verklaarde verd., „maar op deze avonden heb ik het met opzet niet gedaan. En ik had ook niets afgeschermd, omdat ik toch niet van plan was er te komen". „Ja maar, dat Is de bedoeling niet", zei Middenstandsproblemen. Een duidelijke wet. Om ons heen woedt de oorlog, in ons land heeft de vorst grootendeels het verkeer onmogelijk gemaakt en ligt de handel stil. De concurrentie rust. Wie aan een of ander behoefte heeft is blij, als hü bediend wordt. Er behoort moed toe om onder deze om standigheden toch nog over concurrentie te gaan schrijven. En nog wel over oneerlijke concurrentie. Er is evenwel reden toe. Straks zal de con currentie haar hoofd weer opsteken en zal de meer of minder oneerlijke vorm niet verdwenen blijken. De Nederlandsche wet geeft daartegen slechts matige bescher ming. Toen ik derhalve deze week de nieuw ste wet op dit gebied in handen kreeg, n.l. die van Luxemburg, trof mij de groote een voud daarvan en het ruime terrein, dat zij bestrijkt. Behalve een regeling van het uitverkoo- pen en opruimen en de vereischte strafbe palingen, bevat deze wet slechts twee arti kelen over wat wij in den regel oneerlijke concurrentie noemen. Van de beteekenis van deze twee artikelen volgt hier een na dere uiteenzetting.i Vooropgesteld worde, dat elke daad in de wet als een daad van oneerlijke concurrentie omschreven, straf baar is. Het eerste artikel is slechts kort. Het stelt vast. dat ieder koopman, industrieel of ambachtspatroon, die door een daad, strij dig met de eerlijke gebruiken inzake handel of nijverheid, aan zijn mede dingers, of een hunner, een deel der klan ten ontneemt of tracht te ontnemen, een daad van oneerlijke concurrentie pleegt. Er is hier heel wat aan het oordeel van den rechter overgelaten. Deze zal moeten uitmaken, wat eerlijk'e gebruiken in den handel zy'n. Wordt het hem dus niet gemak kelijk gemaakt, den eenvoudigen onderne mer geven deze simpele woorden meer licht, dan de geleerdste en nauwkeurigste weten schappelijke omschrijving. Van het standpunt van den eenvoudigen winkelier of ambachtsman gezien, is hier een gelukkige greep gedaan. Anderzijds legt deze formuleering ook den ondernemer geen lichte verantwoordelijkheid op. Hij zal bij zijn reclame in woord en geschrift steeds er aan moeten denken binnen de grenzen van de eerlijkheid te blijven. Het tweede artikel is heel wat omvang rijker en geeft een opsomming van de handelingen, welke in het bijzonder als een daad van oneerlijke mededinging zullen gel den en gestraft worden. Dit artikel omvat niet minder dan tien groepen van handelin gen. De eerste groep omvat het met het oog merk bij het publiek verwekken van de meening eener bijzondere voordeelige aan bieding door opzettelijke misleiding ten aan zien van den aard, den oorsprong, de wijze van fabricatie of voortbrenging de hoeveel heid, den. prijs of de herkomst der aangebo den goederen. Dus geen aanbieding van wol, welke katoen is (aard); van Zeeuw- sche witte boonen uit Hongarije (oor sprong) van fabriekswerk als handwerk of van nuchteren kalfsvleesch als gemeent (wijze van fabricatie of voortbrenging)van een Engelsch pond als een >j kg (hoeveel heid). Geen aanbieding tot verminderden prijs, als deze gelijk blijft en geen aankon diging van goederen uit een faillissement (herkomst), als deze rechtstreeks van de fabriek komen. Twee volgende groepen omvatten, wat bij ons in de Merkenwet geregeld is, doch brei den dit uit in dien zin, dat niet alleen het gebruik van eens anders merk, enz. verbo den is, doch ook het gebruik van een ge fingeerd merk of andere aanduiding, welke het publiek kunnen misleiden omtrent oor sprong of herkomst der goederen. Onder de vierde groep valt, wat bü ons in de Handelsnaamwet geregeld is. In dit opzicht verdient de Nederlandsche regeling de voorkeur. Zü is in een afzonderlöke wet belichaamd en dus veel uitvoeriger. Evenals is strafbaar wie z"ün concurrent, of zelfs diens personeel in een kwaad dag licht stelt. Als aanvulling van dit verbod is opgenomen het strafbaarstellen van wie onjuiste of opgeschroefde verhalen omtrent zijn eigen zaak aan den man tracht te bren gen. Dit zün vormen van oneerlijke concur rentie, welke onder onze wetgeving nu eens wel, dan weer niet ie achterhalen zijn. Scherper dan bü een andere wetgeving mogelük is, wordt hü aangepakt, die een niet-toegestaan gebruik maakt van de mo dellen of monsters van zün concurrenten. In den textielhandel is dus navolging van mo dellen, in ons land zoo moeilük te achterha len, niet geoorloofd. Meer in overeenstemming met onze wet geving is weer het verbod van gebruik en verpakking van den concurrent, terwyl daarentegen de in 'Luxemburg verboden cadeaux in ons land vrüwel ongehinderd kunnen worden uitgedeeld. Aan een ander euvel, dat van verleening van kortingen aan leden van bepaalde ver- eenigingen is eveneens finaal een einde ge maakt. Als oneerlüke concurrentie wordt gestraft het aanbieden, aankondigen of ver- leenen van prüsvermindering aan koopers in hun hoedanigheid van leden van groepee ringen of vereenigingen. Alles te zamen genomen een wet, waarmee de middenstand in Luxemburg tevreden kan zün. Mr. M. Visser. Nadruk verboden. DAMMEN. VLISSINGEN—AAGTEKERKE 14—6. Maandagavond speelde Aagtekerke I een competitlewedstrüd voor den Zeeuwsehen Dambond tegen Vlissingen I. De uitslag was. A. WillemseL. Goedbloed Jz. 11 P. de VisserC. v. Biemen 11 D. TriellerO. Hellinga 02 J. Maljers—G. Luwema 0—2 S. Blaas—C. Kaan 0—2 D. HugenseJ. v. Egeraat 0—2 P. BimmelP. Geelhoed 11 G. WattelP. J. v. Bulch 2—0 A. ProvoostJ. Kopmels 02 L. Bakker—F. C. Ulterschout 1—1 Aagtekerke G punten, Vlissingen 14 pnt. Doordat de afgebroken partü van Boo gaard te Middelburg en D. Trieller te Aag tekerke, voor Trieller is gewonnen ver klaard is de uitslag MiddelburgAagte kerke geworden 146. Om liet kampioenschap van Nederland. De gisteravond te Utrecht gespeelde par tij uit de tweede ronde om het kampioen schap van Nederland tusschen Jurg en Kalden eindigde in remise. WIELRENNEN. Ernstige val van Boeyen op de Antwerpsche zesdaagsche. Gisteravond heeft zich op de zesdaagsche te Antwerpen weer een ernstige valpartü voorgedaan. De Belgische renner Vissers viel, onze landgenoot Boeyen, die vlak ach ter hem reed, kon niet meer uitwijken, viel over hem heen en kwam op de baan te recht. Hierbü liep Boeyen een lichte her senschudding op. Duitschers op neutrale schepen. Reuter meldt uit Londen: In het Britsche hoogerhuis heeft de mi nister van buitenlandsche zaken, lord Hali- [fax, een verklaring afgelegd over de be sprekingen tusschen Engeland en Japan in zake het incident met de „Asama Maroe". Halifax zeide het volgende: Na onderzoek is gebleken, dat sommige van de 21 Duitschers, die van de „Asama Maroe" zün afgehaald, betrekkelijk onge schikt zün voor den militairen dienst. Met behoud van. haar rechten, heeft de Brit sche regeering zich bereid verklaard, negen van deze mannen in vrüheid te stellen. Te züner tüd zullen zü worden overgegeven aan de bevoegde Japansche autoriteiten. In middels hebben de Japansche scheepvaart maatschappijen opdracht gekregen voortaan passage te weigeren aan eiken persoon van een oorlogvoerend land, die deel uitmaakt van de gewapende macht of verdacht wordt daarvan deel uit te maken. Met handhaving van haar meening over de legale positie in deze zaak, verwacht de Britsche regeermg, dat dergelüke incidenten als die verband hielden met de „Asama Maroe" in de toe komst vermeden kunnen worden. (Zooals men weet, heeft de Japansche regeering verklaard, dat de vrülating van deze Duitschers haar geen genoegdoening schenkt. Zü verlangt de in vrüheidstelling van alle 21 betrokkenen. Red.) Zes Duitschers van Portu- geesch schip gehaald. Naar Reuter uit Kaapstad bericht, zün zes Duitschers, verdacht van vüandelijke ac- de politierechter, „alles- moet zooveel mo gelijk gewoon door gaan". „Dat wist ik toen ook niet", zei verd., hiermee bhjk ge vend van oprechte naïeviteit. „Dien avond belde er iemand, en ik ging natuurlük ko ken. En automatisch, zonder er bü te den ken, heb ik het licht aangedraaid". „Maar u had niet moeten denken"; zei de politierechter, waarschünlük de mee ning toegedaan, dat een mensch daarvoor zün hersens heeft gekregen. „Maar ik moest toch zien wie er was. 't Had ook wel een slecht individu kunnen zün", zei verd. „Het was absoluut niet myn bedoeling om tegen te werken". De officier van justitie oordeelde echter, dat verd. nog niet doordrongen was van den ernst van dezen tü'd. Hü had zün winkel moeten afschermen, zoodat er geen licht naar buiten kon stralen. Spr. eischte voor dezen keer dan nog f 5 boete of 5 dagen hechtenis, in verband met de verzachtende omstandigheden. Verd. had alleen een principieel be zwaar, nl. tegen het feit dat hü niet door drongen zou zün van de ernst der tyden. Hü had toch zyn best gedaan volledig mee te werken? (Er zyn er wel meer, die niet beseffen, dat het slechts een passieve wijze van medewerken is, wanneer z'ü kortweg hun winkel sluiten bü het begin der oefe ning. Wanneer de zaak eens ernst werd en de verduistering permanent, dan zouden zü vermoedelük niet eiken dag bü het invallen van de duisternis hun zaak sluiten). De politierechter vond dat een waarschuwing van veel nut zou zün en veroordeelde verd. tot f 5 boete of 2 dagen hechtenis. tiviteit, door een Brltsch „oorlogsschip ge haald van het Portugeesche lijnvaartuig „Nyassa".. Het oorlogsschip had de „Nyas- sa" tüdens het weekeinde aan de kust ter hoogte van Kaapstad aangehouden. De Duitschers zün gisteren onder militaire be waking in Kaapstad aan land gebracht. Zweedsche sympathieën voor Finland. Actie tegen de communisten. Prins Willem een zoon van den Zweed- schen koning, heeft in een radiorede de Zweden opgewekt Finland financieel met een maandelü'ksch bedrag te helpen en de uitgewekenen op te nemen. „Reeds de blik alleen van een uitgeweken kind, aldus de prins, moet het wereldgewe ten wakker schudden". In tal van steden worden inschrüvingen opengesteld voor het aanschaffen van lucht doelgeschut. Zoo heeft de bevolking van Malmoe de vorige week een bedrag een millioen kronen büeengebracht. In alle lagen der bevolking is sinds eenigen tüd een beweging ontstaan om de nationale verdediging te versterken. Er worden schietverenigingen opgericht en talrüke studenten hebben zich opgegeven voor het houden van oefeningen met geweren en lichte mitrailleurs. Ook uit den arbeiders rangen meldt men zich bij de vrüwillige schietverenigingen aan. Sedert de Zweedsche vakorganisatie op 17 December een anti-communistischen oproep heeft uitgevaardigd, wordt de anti-commu nistische actie voortgezet. De communisten worden verwüderd van leidende posten in organisaties van arbeiders enz. DEKENS VOOR DE FINSCHE LEGERPAARDEN. De Ned. Ver. tot bescherming van die ren, als erfgename van de Ned. Roode Ster, (welke zich speciaal tot doel had gesteld hulp te verleenen aan zieke en gekwetste legerpaarden en -honden) heeft besloten te trachten tot een internationale actie te ko men om hulp te brengen aan de'zieke en gewonde legerpaarden in Finland. Het hoofdbestuur heeft als eerste gift 500 beschikbaar gesteld, terwÜl het de 65 afdeelingen in den lande zal opwekken om voor dit doel te collecteeren, of op andere wüze mede te werken. De. vereeniging ontving o.m. van het „Bu reau International humanitaire zoophile" te Genève een verzoek tot steun voor het be schikbaar stellen van paardendekens, aan gezien gebleken is, dat hieraan groote be hoefte bestaat. In afwachting van een na der uitgewerkt voorstel, dat spoedig tege moet kan worden gezien, heeft de vereeni ging zich bereid verklaard, aan deze actie deel te nemen en reeds is een aanvang ge maakt tot voorbereidende maatregelen, Ongetwüfeld zal deze actie slechts kun nen slagen, wanneer de belangstelling, die hiervoor in breeden kring bestaat, ook wordt omgezet in een daad, waartoe het publiek wordt opgewekt. Het gironummer der vereeniging is 25685, 's-Gravenhage, Prinses Mariestraat 40. De Poolsche oplichter Wreszynski weer voor het Gerechtshof. Opnieuw 4 jaar gevangenis straf, met aitrek, geëischt. Weer stond gisteren de Poolsche bankier S. Wreszynski in het bankje der verdach ten. Door allerlei oorzaken is het hooger beroep van de strafzaken nog steeds niet afgehandeld. Zeer conscientièus heeft het gerechtshof te Amsterdam deze zaak onder zocht. Wreszynski heeft geruimen tüd in een deel van de financieele wereld een rol van beteekenis. zü het dan geen fraaie rol, ge speeld. Hü was ook betrokken bü transac ties, die hij met den Engelschman Morris verrichtte voor de Amsterdamsche bank, waardoor deze instelling groote schade heeft geleden. Het betrof hier ontdooien van bevroren credieten in het buitenland. Doch hiervoor stond Wreszynski niet te recht. Hem was ten laste gelegd, dat hij een Oostenrüksche dame en een Goeschen koopman resp. voor 4000 en 6.000 had opgelicht. Aan de Oostenrüksche, die in Nederland vertoefde, had hü gezegd, dat hü visa zou verzorgen voor haar Weensche familie om naar Amerika te emigreeren. Hü kende had hy beweerd een Amerikaanschen consul en bovendien was hij zelf honorair consul van Argentinië. Den Goeschen koopman, die zelfs als pri- vé-secretaris bü hem in dienst was getre den, had hy groote zaken en dito winsten voorgespiegeld. De procureur-generaal eischte vier jaar gevangenisstraf met aftrek van de geheele voorloopige hechtenis. Het hof echter wees op 14 December j.l. een interlocutoir ar rest, omdat het van oordeel was, dat het onderzoek niet volledig was geweest. Het hof n.l. wilde nauwkeurig vastgesteld zien of verdachte inderdaad honorair consul van Argentinië was. Op een tot hem gericht verzoek is tele grafisch geantwoord door den Nederland sehen gezant te Buenos Aires: „Wreszynski is nooit in Argentünschen consulairen dienst geweest". Wat hebt U daarop te zeggen, verdachte. Houdt U nu nog vol, dat U honorair consul was? vroeg de president. Kalm antwoordde verdachte: Ik heb ook nooit beweerd, dat ik in diplomatieken dienst was. Wreszynski handhaafde echter onver stoorbaar zijn bewering. „Ik was honorair consul en ik zal het zelf onderzoeken". Ook hield hü vol, dat hü een ambtenaar bü het Amerikaansche consulaat heel goed kendeeen naam weet hij echter niet te noemen. Nogmaals bracht de president de quaestie van de visa voor de Oostenrijksche dame op het tapüt. Hebt U wel eens iets gedaan om die visa te verkrijgen? Verd.: Ik heb er over getelefoneerd met iemand te Londen. Pres.: Naar Londen? Wat heeft Londen er nu weer mee te maken? Verd.: De man, die mij de visa beloofde, zat in Londen. Die zal ook wel weer niet te vinden zün, merkte de president op. Wreszynski wilde vervolgens „iets loo- nen", maar dat kon alleen wanneer de deu ren gesloten werden. De president voelde hier weinig voor: ,,U bestookt me met brie ven en memoranda, ik heb er nu genoeg van, ik lees ze nu niet meer De verdediger: hij wil bewüzen, dat het geld dat toebehoorde aan den Goeschen koopman, werkelük door hem aan twee be staande personen is gegeven. Lang en breed sprak de president met ein deloos geduld over de 6.000 van den Goeschen manufacturer. Verd. hield vol, dat hü zelf niet van het geld heeft gepro fiteerd. Evenmin als dat van Toni M„ de Oostenrüksche. Hü was er van overtuigd, dat hü de visa zou kunnen verzorgen. De procureur-generaal had aan zün reeds gehouden requisitoir geen woord toe te voe gen. PI ij persisteerde bü zün eisch: Wres- zynski's veroordeeling tot vier jaar gevan genisstraf met aftrek van de geheele pre ventieve hechtenis. Het hof zal 20 Februari arrest wüzen. REDACTEUR: J. A. VAN DISHOORN, Hoogeweg, 289, Haamatede. Van de hand van den wereldkampioen Raichenbach verscheen in „1001 Miniatu ren" het volgende schitterende stukje, waarmede deze damvirtuoos tevens zijn kunnen bewüst op het gebied der proble matiek. Auteur: M. Raichenbach, Parijs. 1 2 3 4 5 46 47 48 49 50 Cüferstand: Zwart 7 schüven op 8, 12, 13, 16, 18, 26 en 29. Wit 7 schijven op 17, 27, 31, 32, 38, 43 en 48. Als steeds: Wit begint en wint. Oplossingen worden gaarne ingewacht vóór of op 21 Februari a.s. bü de Redactie der Midb. Crt. onder motto Damrubriek. Een aardig „snapshot". Tüdens een verleden jaar gehouden si- multaan-séance voor de damclub „DOS" te Wemeldinge werden we aan een der 29 borden in den volgenden stand op onberis- pelüke wüze in de luren gelegd. 1 2 3 4 5 Wit: v. D. Het drama werd als volgt voltrokken: 20—14 29x31; 14—10 31—37!; 10—4 (Op 105 volgt immers eenvoudig 3746) 37—31; 41x8 31—36; 18x31 en 36x27. Een niet diepe maar niettemin fraaie afwikkeling. Dit stukje demonstreert voor de zooveelste maal de verrassingen ln het edele damspel, waardoor het immer blüft bekoren. Een aardige damzet. In een onzer vriendschappelüke partüen, die we eenigen tüd geleden met den heer J. Prosman te Brouwershaven speelden ont stond na 29 zetten den volgenden stand: Zwart: Van Dixlioorn, Haamstede. 1 2 3 4 5 46 47 48 49 Wit: J. Prosnian, Brouwershaven. In dezen stand speelde de heer Prosman 4943, daarbü in de meening verkeerend, dat zün linkervleugel voldoende beschermd stond, doch met een listige combinatie voer de schrüver dezes onverwachts een damzet uit. Het ging n.l. als volgt: 4943? 2328!; 32x14 21x32!; 38x27 (gedwongen) 9x20!!; 25x14 13—19!; 14x23 en 18x49. Een niet diepe maar evenwel fraaie damzet. Oplossing probleem C. K. Kaan. Dit in onze rubriek van 17 Januari j.l. aangeboden probleem had den volgenden stand: Zwart 11 schüven op 9, 10, 12, 13, 18, 19, 22, 25, 27, 28 en 40. Wit 11 schyven op 16, 24, 29, 34, 36—39, 41, 45 en 50. In deze fraaie compositie, die jammer ge noeg een technische fout bevat doordat zwart inplaats van achter schüf 24 te loo- pen eenvoudig een stuk had kunnen winnen door 37—32 en 22 x 42, waardoor dit pro bleem als zoodanig zoo niet alles dan toch zeer veel aan schoonheid inboet, wint wit als volgt: 29—23 18x20 (gedw.); 36—31 27x47; 37—32 47x44 (meersl.); 32x3 40x29; 3x18! 4428 (want op 4435 volgt 50—44 en 18—27); 16—11 28x6 en 18—1 met gewonnen slotstand, welke zeer goed is geconstrueerd. Een aantrekkelük pro bleem van den volüverigen Walcherschen problemist, dat echter voor verbetering vatbaar is. Goede oplossingen ontvingen we van de heeren W. B. te Middelburg, A. W. te 't Zand en A. C. en D. v. d. K., beide te Goes. Nagekomen oplossing van het probleem van den heer Wagter ontvingen we van den heer W. M. te St. Laurens. AANBESTEDINGEN DO 8 Feb. 13,30 h. Polderhuis Abdü te Middelburg door dagel. Bestuur Polder Walcheren: uitvoering wer ken aan den Wesitkapelschen Zee dijk. Zie Middelb. Crt. 27 Jan. 1940.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 10