-NILLMU
KRONE VAN DEN DAG
Controle op filmjivertoonSgers
m ^besloten kring'
TEGEN DE WET
Suiker op bon 12.
Van heden, 20 Januari, tot en met Don
derdag. 8 Februari zal bon 12 .van .de rijks-,
distributiekaart recht geven op het koo-
pen van één kilogram suiker.
VERVOER EN AFLEVERING VAN
GROENE ERWTEN EN
SPLITERWTEN.
In aansluiting op een reeds eerder ver
schenen.. persbericht wordt ei- van offici-
eele zijde-aan herinnerd, dat, hoewel de
verkoop van groene erwten en spliterwten
aan, uiteindelijke verbruikers thans vip
is,, elk ander vervoer en elke afleverin;
aan andere personen zonder vergunning
is verboden Evenals tot nu toe het geval
was, kunnen de genoemde producten uit
sluitend betrokken worden van de ver-
eeniging \,De Korenbeurs'' te Rotterdam,
die den grossiers op aanvrage geleidebiljet-
ten verstrekt voor het vervoeren naar
het afleveren aan winkeliers.
Voorts wordt .er-de aandacht op. geves
tigd dat ten aanzien van groene erwten
en spliterwten thans wederom geldt het
voorschrift van de prijsopdrijvings-
hamsterwet 1939, dat geen grootere hoe
veelheid tegelijk- mag worden gekocht, dan
men voor een periode van één week noo-
dig heeft.
Naar 8-uurssIuiting op Zaterdag
en 7 uursshiiting op andere
werkdagen
Door de hoofdbesturen van den Ne-
derlandschen Roo.msch-Katholieken Bond
van Handels-, Kantoor en Winkelbedien
den „St. Franciscus van Assisie-' en de
Nèderlandsche Vereeniging van Christe
lijke Kantoor- en Handelsbedienden is be
sloten om gemeenschappelijk actie te
voeren ten behoeve van de winkelbedien
den ter verwezenlijking van het tweele
dig verlangen:
a 8-uur-sluiting op Zaterdag:
b. 7-uur-sluiting op andere werkdagen.
Genoemde besturen zijn er van over
tuigd. dat de verwezenlijking van dit ver
langen niet alleen vurig wordt begeerd
door de winkelbedienden, maar gelijk in
den laatsten tijd steeds duidelijker is ge
bleken, tevens door vele winkeliers Deze
begeerte zal in de toekomst sterker
den naarmate in verband met de omstan
digheden, waarin wijl thans verkeeren, de
noodzakelijkheid van zoo economisch
mogelijk beheer steeds meer klemmen
gaat.
Immers, wie eenigexmate met den
toestand in het winkelbedrijf- bekend is,
weet, dat het thans veelal zoo is, dat zü,
die in winkels werkzaam zijn (zoowel win
keliers als bedienden) gewoonlijk hun
werkzaamheden beëindigen tegen half ne
gen, en des Zaterdags half elf of kwart
voor elven, terwijl het heusch geen uit
zondering is als het op laatstgenoemden
avond nog later wordt Wie er rekening
mee houdt, dat het laatste uur, hetwelk
aan sluiting voorafgaat, doorgaans weinig
koopers en koopsters levert, behalve dan
die, welke altijd en onder alle omstandij
heden, juist tegen sluitingstijd komen, die
begrijpt, dat menigeen zich afvraagt: Waar
om moet daarvoor de winkel zoo laat open-
blijlven?
Dit laat open zijn der winkels betee-
kent immers, dat personeen, die reeds een
langen arbeidsdag hebben al is hp dan
niet meer zoo lang als een kwart eeuw ge
leden practisch geen, of althans een
zeer beperkt aantal, avonduren overhouden
voor hun gezinsleven, hun ontwikkeling en
hun ontspanning. Vooral in den tegenwoor-
digen tpd nu mede ten gevolge van de
H VAN 1859
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COUR ANT) VAN ZATERDAG 20 JANUARI 1940. No. 17,
Waarheid en lengen.
Het is in dezen tijd wel eens lastig voor
de krantenmehschen. Zij moeten als het
ware met hun geestelpke vingers rondtas
ten in den stroom berichten, die van overal
vandaan gestadig binnen komt vloeien. Zij
móeten wikken en wegen: Is het waar of
niet waar; is het propaganda of nieuws?
Men kan welhaast aannemen, dat alle
berichten uit de hoofdsteden of hoofd
kwartieren der oorlogvoerende landen min
of meer geldeurd zijn.
Aan den neutralen krantenman de taak om
de diverse kleuren zoo goed mogelijk te
mengen, zoodat de lezer als eindindruk een
tint ziet, die het meest overeenkomt met de
werkelijke.
De meeste lezers gelooven, dat de kleur
zoo ongeveer is uit te drukken in cijfers,
dat het hem zit in het verschil tusschen de
aantallen vliegtuigen, tanks, soldaten, die
overwonnen, respectievelijk verloren zijn,
volgens de legerberichten der tegenstan
ders.
„Mélden de Engelschen, dat zij vier vlieg
tuigen hebben verloren en tien neergescho
ten, terwijl de Duitschers precies het omge
keerde in de krant willen zien, dan zal de
waarheid wel in het midden liggen", rede
neeren deze rekenaars.
Maar zoo eenvoudig is het niet!
Propaganda, die er zoo dik bovenop ligt,
is geen propaganda.
Men doet het in dezen oorlog heel anders,
veel geraffineerder. Zeker, het goochelen
met cijfers is nog steeds een geliefd hulp
middel, maar daarbij blijft het niet.
Wp dachten aan dit soort berichtgeving
toen gisteren op ons bureau een verslag
werd binnen-getelext over hevige gevechten
nabij de Duitsche vliegbasis Sylt, een der
eilanden voor de Noordzee-kust.
Een Reuter-correspondent meldde, met
vele details, hevig geschutvuur, het opstij
gen van 10 Duitsche vliegtuigen van Sylt
en vijf van het vasteland. De correspondent
berichtte verder, dat de plaatsjes Rantun
en Keitun waren gebombardeerd en dat 't
afweergeschut in felle actie was. Nog lan
gen tijd kwamen, zoo telegrafeerde hij, be
richten binnen over groote activiteit in de
lucht boven Sylt
Wp hebben het bericht eenigen tijd vast
gehouden. Reeds eerder had deze correspon
dent zich nl. „vergist"Ook thans kwam
prompt van officieele Engelsche zijde een
mededeeling, dat geen enkel Britsch vlieg
tuig boven Sylt had gevlogen
Ppnlijk voor den correspondent. De man
schijnt te ijverig!
Of en nu krijgt de zaak een heel ander
aanzien heeft men officieel te Londen
een beetje gefantaseerd? Immers uit een
Duitsch legerbericht is gebleken, dat zich
Donderdagavond Engelsche vliegtuigen bo
ven N.W. Duitschland hebben bevonden. En
tevens, dat deze vliegtuigen over het Noor
den van ons land zijn gevlogen. Ze schon
den aldus onze neutraliteit en onze regee
ring heeft om opheldering te Londen ge
vraagd. Kan het zijn, dat men zich te Lon
den alvast van te voren van een dementi
heeft willen voorzien?
Wp neutralen hoeven er ons geen illusie
over te maken, dat de oorlogvoerenden
voor dit soort van misleiding te eerlijk zou
den zijn. Ook tegenover de neutralen bedie
nen de oorlogvoerenden zich van een ver
draaiing der werkelijkheid of van leugens,
als dat in hun kraam te pas komt.
We beleefden deze week al eerder iets in
dezen geest. Een D.N.B.-bericht wist te ver
tellen, dat een Nederlandsch militair vlieg
tuig bp Nordhorn boven Duitsch grondge
bied zou hebben gevlogen. Onze regeering
liet officieel weten, dat zulks onmogelijk
juist kon zijn, nademaal op het genoemde
tijdstip ter plaatse geen Nederlandsch vlieg
tuig in de lucht was geweest. Het D N.B.
vond het echter niet de moeite waard, deze
tegenspraak te publiceeren. In tegendeel
het hield zijn foutief bericht staande
Men zou zich van al deze dingen met een
schouderophalen kunnen afmaken, ware
het niet, dat ze eventueel aangewend zou
den kunnen worden voor het „motiveeren"
van niet nader te noemen maatregelen van
een oorlogvoerende. Er heeft zich de laatste
jaren, wat dit betreft, in ons werelddeel een
praktijk gevormd, waarvan zekere aspecten
nu achter af nog schier ongelooflijk kunnen
schijnen.
toepassing der Vestigingswet Kleinbedrijf,
de noodzakelijkheid" van vakkundige scho
ling en algemeene ontwikkeling steeds
meer gaat klemmen wordt het gemis
aan vrijen tijd npg sterker gevoeld dan
voorheen Dit, laat open zijn der winkels
beteekent voor dé winkeliers bovendien
nóg, dat de exploitatiekosten (kosten van
verlichting en verwarming, etc.) hooger
zijn dan strikt genomen noodzakelijk is,
terwijl hier geen redelijke compensatie in
den vorm van een behoorlijken verkoop te
genover staat
Hier komt wat dén Zaterdagavond be
treft nog bij. dat ten gevolge van het door
voeren van den vrijen Zaterdagmiddag in
schier alle beroepen en bedrijven, het pu
bliek tusschen 1 en 8 uur 's namiddags
ruim voldoenden tijd en gelegenheid heeft
om zijn inkoopen te doen.
De hoofdbesturen van bovenvermelde or
ganisaties houden er zich dan ook van
overtuigd, dat zij bij hun streven naar
een vroeger sluitingsuur, behalve op de
medewerking van geestverwante winkel
bedienden. op de instemming van tal van
winkeliers en verschillende winkeliersorga
nisaties zullen kunnen rekenen Bovendien
doen zij een. krachtig beroep op het pu-
bliék om nu reeds, zooveel .mogelijk zijn in
koopen te doen des Zaterdags vóór 8 uur
en op andere werkdagen vóór 7 uur opdat
straks de inwilliging van het verlangen der
winkelbedienden des te gereeder kan ge
schieden.
DE „REIGER" TE JOHANNESBURG.
Het KLM-toestel de ..Reiger", dat een
retourvlucht naar Zuid Afrika maakt, met
als gezagvoerder den heer Blaak, is gister
morgen om 8,20 uur (Amsterd. tijd) te
Johannesburg aangekomen
Gisteren vertrok het vliegtuig van Bu-
lawayo en heeft het laatste traject van
6S0 km naar Johannesburg in zeer vlot
tempo afgelegd. De bemanning en de
passagiers verkeerden allien in goeden
welstand De speciale vlucht van dit vlieg
tuig, van Napels naar Johannesburg, is
op buitengewoon voorspoedige wijze ver-
loopen.
De aankomst van de „Reiger" heeft
in Johannesburg levendige belangstelling
ontmoet. Honderden Nederlanders bevon
den zich op het vliegveld, toen de KLM.-
vogel er neerstreek. Onder degenen, die
passagiers en bemanning van de „Reiger"
verwelkomden, bevonden zich o.m. de bur-
Een wetsontwerp bij de Tweede
Kamer ingediend.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot wijziging en aanvulling
van de bioscoopwet.
Ter toelichting schrijven de ministers van
binnenlandsche zaken en van justitie o.a.:
De behoefte heeft zich doen gevoelen om
ontduiking van het preventief toezicht,
neergelegd in art, 16 van de wet, tegen te
gaan. Gebleken is n.l., dat getracht wordt
films, welke niet voor openbare vertooning
zijn toegelaten, te vertoonen in publieke
bijeenkomsten, waaraan slechts naar den
uiterljjken vorm het karakter van besloten
gezelschap wordt gegeven. Men geeft dan
op groote schaal aan een ieder, die zich
meldt, lidmaatschapskaarten uit of ver
schaft introductie, hetzij om niet, hetzij te
gen een bedrag, dat naar den omvang veel
eer entree voor eenmaal, dan contributie is.
Gelijk bekend, is het volgens het stelsel
van de bioscoopwet niet verboden niet-ge-
keurde of niet-toegelaten films in be
sloten kring te vertoonen. Weliswaar
is het besloten karakter der hiervoren be
doelde bijeenkomsten slechts schijn, maar
bij gebrek aan positief bewijs kan hier
tegen niet steeds voldoende worden opge
treden. Aldus wordt het voor aanhangers
van stroomingen, gericht op verstoring van
openbare orde en rust, mogelijk om door
het vormen van zoogenaamde besloten ge
zelschappen films, welke geschikt zijn om
de openbare orde te ondermijnen, wel de
gelijk voor het publiek te vertoonen.
Wel mag de regeering hier met waar
deering gewag maken van het besluit van
den Ned. Bioscoopbond, waarbij het den
bij dien bond aangesloten leden verboden
is, hun theaters voor het vertoonen van
door de centrale commissie niet toegelaten
films af te staan. Hierdoor wordt het euvel
ingeperkt. De smalfilm en het feit dat ver-
gemeester van Johannesburg.
De Nederlandsche Kamer van Koophan
del heeft den luchtreizigers een lunch
aangeboden. Maandag zullen zij door het
gemeentebestuur van Germiston worden
ontvangen.
schillende zalen bioscoopinstallaties bezit
ten, werken bovenbedoelde vertooningen in
de hand.
De regeering heeft nu besloten, dat de
kring, waarbinnen geen andere dan door
de „rijkscommissie filmkeuring" aldus
wordt voorgesteld voortaan de centrale
commissie voor de keuring van films te
noemen toegelaten films mogen worden
vertoond, in beginsel wordt verruimd.
Voorts zal in een nieuw lid worden be
paald voor welke voorstellingen het verbod
om andere dan door de rijkscommissie
filmkeuring toegelaten films te vertoonen,
niet zal gelden. Daarnevens schept de nieu
we bepaling, volgens welke de rijkscommis
sie filmkeuring de toelating van films kan
beperken tot door haar aan te wijzen groe
pen van personen, de mogelijkheid, dat
films, die voor een willekeurig samenge
steld bioscooppubliek in aanmerking mogen
komen (medische films b.v.), voor een pu
bliek van bepaalde bijzondere samenstelling
wordt vertoond. De ministers denken hier
o.a. aan gezelschappen,deskundig op het
gebied, waarop de film betrekking lieert.
Overigens wordt de toelating in de prac-
tijk zeer gemakkelijk verkregen.
In de tweede plaats strekt de wetsvoor-
dracht om de werkingssfeer van de wet te
verruimen, in dien zin, dat in het vervolg
ook voor een niet-beroepsmatige vertooning
van films in het openbaar vergunning van
B. en W. zal zijn vereischt.
Een derde voornaam onderdeel van de
wetswijziging betreft de sancties op over
treding der bij de wet gestelde voorschrif
ten.
Door bij de vergunning te onderscheiden
tusschen vergunningen voor een onbepaald
aantal voorstellingen (vergunningen a) en
vergunningen voor enkele bepaaldelijk om
schreven voorstellingen (vergunning b),
kan de noodige soepelheid worden betracht,
in geval het incidenteele voorstellingen be
treft. Het is de bedoeling de vergunning b
bepaaldelijk te doen gelden voor de z.g. rei
zende bioscopen.
Het spreekt vanzelf, dat allen, die na het
in werking treden dezer wet openbare bi
oscoopvoorstellingen willen geven en die
nog geen vergunning, gebaseerd op de
thans geldende wet, bezitten, ten spoedig
ste een aanvrage om een vergunning a of
b zullen moeten indienen.
De overwinning van de Finsche troepen op de 44ste
leverde enorme hoeveelheid oorlogsmateriaal op.
waar de vijand een
Russische divisie aan het front van Suomussalmi
Een overzicht van een gedeelte van het slagveld,
gevoelige nederlaag leed.
Naar het Engelsch van
MARTIN PORLOCK.
44).
De drie oude vrienden dronken een rond
je, voor den heer Palmer's rekening en een
tweede voor rekening van Kapitein Phelps.
De beide heeren dronken bier, mejuffrouw
Crabtree dronk brandewijn met Vichywa-
ter. Het was pas in het midden van het
tweede rondje, dat zij hun luchtig gescherts
staakten en tot een ernstig onderwerp over
gingen. Er zat niemand in hun buurt, doch
al ware dit wel het geval geweest, zelfs dan
zou het nog zeer twijfelachtig zijn, of hü
ook maar eenige verandering in hun gedra
gingen opgemerkt had. En wat afluisteren
aangaat, bleek al heel gauw, dat mejuffrouw
Crabtee, evenals Kapitein Phelps en Joseph
Palmer, volkomen ingewijd was in de kunst
om voor anderen onhoorbaar te spreken
zonder daarbij den indruk te wekken moeite
te doen om niet afgeluisterd te worden.
„Wanneer op z'n vroegst?" vroeg Kapi
tein Phelps.
Palmer schudde met zijn hoofd. „Ik weet
't niet. Vraag het Doris maar".
„Rijp nou", zei Doris, terwijl zij eerst
Palmer met een vriendelijk lachje aankeek
en toen Kapitein Phelps, maar met een
lachje, dat nog heel wat meer dan vriende
lijk was.
„Vanavond, als je wilt".
Kapitein Phelps trommelde met zijn vin
gertoppen op het tafelblad. Hü scheen nu
te denken.
Doris keek naar Palmer. „Wat zit je
dwars, Joe?" vroeg ze.
Kapitein Phelps keek plotseling op. „Ja,
je ziet er een beetje belabberd uit, Joe. Wat
is er?"
„Er is niks niemendal", gromde Palmer.
„Behalve dat het allemaal afgeloopen is".
„Wat allemaal?" vroeg Doris.
„Wat bedoel je?" vroeg Kapitein Phelps.
„Alles afgeloopen. Finaal afgeloopen! Van
de baan! De klad zit er in en alles naar den
bliksem, of hoe je het nog meer noemen
wilt!"
Doris' volle doch fraai gevormde mond
ging open, als of zij iets wilde zeggen, zü
wierp echter een zijdelingschen blik op Ka
pitein Phelps en zweeg.
„Waarom?" vroeg Kapitein Phelps.
Joseph Palmer boog zich voorover. Te
oordeelen naar zijn rood, rond gezicht, dat
nu weer straalde, zou men gezegd hebben,
dat hij weer bezig was met wat men in
„The Bull and Trumpet" noemde: „een
reuze boom op te zetten".
„Stillen K" zei de heer Joseph Palmer.
„Duizenden en nog eens duizenden „stillen!"
„Maar je hebt me toch gezegdbe
gon Kapitein Phelps.
„Weet ik wel, maar dat neemt niet weg
dat er „stillen" bij bosjes rondloopen. De
heelen dag en iederen dag en den heelen
nacht èn iederen nacht!"
„Maar waarom dan, man? Waarom?"
Het nieuws scheen er bij Kapitein Plielps
niet al te goed in te gaan.
De heer Palmer haalde de schouders, de
hoekjes van zijn oogen, zijn neus en de
hoekjes van zijn mond alles tegelijk op.
„Hoe voor den dzou ik dat kunnen
weten? Maar ik kan het wel raaien. Xü Er
is laatst een klabak om zeep gebracht daar,
herinner je je nog? 't Is een afgelegen
plekkie. De „stillen" beginnen zich te roe-
Hoe menigmaal hebt U zich ter
neergeslagen gevoeld, terwijl de toe
komst U toch later geleerd heeft, dat
zulke gevoelens wel wat overdreven
waren?
ren, is me opgevallen".
Er trad een oogenblik stilte in. Kapitein
Phelps bestudeerde zijn nagels. De heer
Palmer floot een hartroerend deuntje naar
uit de bewegingen van zijn lippen op te ma
ken viel, doch scheen zjjn muzikale evolu
ties „binnenmonds" te houden, want hü
bracht geen enkelen noot voort. Mejuffrouw
Crabtree steunde met haar kin op haar sa
mengevouwen handen en staarde Kapitein
Phelps aan. Kapitein Phelps zag haar plot
seling aan.
„Hoe lang blijft het rijp?" vroeg bij.
,,'t Is nou rijp", antwoordde zü- „Eerste
fruit acht dagen. Voor 't' op apegapen ligt
bedoel voor 't gaat rotten veertien
dagen op z'n hoogst."
„Maar 't haalt niks uit. Geen snars!" zei
Palmer nu. „Je kunt geen voet verzetten
of je hebt die „stillen" op je hielen!"
Weer trad er een stilte in. Mejuffrouw
Crabtree zuchtte.
„Wacht 's!" riep Kapitein Phelps uit. „Ik
weet wat!"
De drie hoofden werden nog eens bij el
kaar gestoken. Het leek Bessie, die het
drietal van achter het buffet gadesloeg, toe,
dat mejuffrouw Crabtree een beetje (il te
veel belang stelde in het verhaal dat Kapi
tein Phelps deed.
„Och, weet je, ze kon vast geen dame ge
weest zyn", vertelde Bessie later haar col
lega's.
HOOFDSTUK XVIII.
Uittreksel van een Dagboek.
Den 10 den Aug. 193
Het was niet mijn plan om vandaag te
schrijven, maar een gesprek, dat ik juisc
gehoord en waaraan ik deelgenomen
heb, heeft me van idee doen veranderen.
Niet dat ik nu zooveel zin in schrijven heb
O, nee! Maar ik moet mijn gemoed beslist
luchten, anders barst ik nog.
Ik vroeg Charlie zooeven, hoe die hel
dere kop heette en hoorde toen van hem
dat zijn naam Ward was een heel be
kend journalist. „Altüd op de hoogte", zei
Charlie. „Wanneer Ward je het laatste ge
rucht vertelt, vind je het een maand later
als een voldongen feit onder de rubriek
„Laatste Berichten" in de nieuwsbladen
vermeld".
Ik speelde het klaar om mü'n gezicht
daarbij in de plooi te houden. Het begint
hoe langer hoe duideUjker tot me door te
dringen, dat ik me niet het risico kan per-
mitteeren om er aangaande die kwestie een
afwekende meening op na te houden. Ik
was met Charlie een en al bewondering
voor dien meneer B. Ward en drukte de
vrome hoop uit, dat het ook dit keer bij
het rechte eind mocht hebben. Charlie leun
de over het buffet en zag er net uit als Sa
tan in een witte jas. Hij trommelde op de
toonbank en zei met een doodernstig ge
zicht: „Als hy zegt, dat het zoo is, dan is
het zoo!" Toen moest ik werkelük weg
gaan. Als ik nog een oogenblik langer ge
bleven was, had ik het uitgeschaterd.
Weet je, wat hü me vertelde? Hü ver
telde me, dat de reden, waarom er in de af
geloopen tien dagen geen een meer van hen
vermoord was. wasdat ze X te pakken
hadden!
Heb je daarvan terug? Heb je daarvan
l terug, vraag ik je? Ik had mijn bier zoo
wel in dat zwijn zün dikke, rooie snuit wil
len kwakken en hem vertellen wat een ont-
zaglüke leugenaar hij was. Waarachtig, ik
heb er nog een oogenblik aan gedacht om
het te doen. Maar gelukkig wist ik me te
beheerschen. Ik ging een beetje comedie
spelen, wat me al zeg ik het zelf heel
goed afging.
Ik deed heel ernstig en informeerde naar
allerlei bijzonderheden. Ik vroeg, hoe het
kwam, dat ze er geen ruchtbaarheid aan
gaven, dat ze X eindelijk gevonden haddon.
Het antwoord was werkelük vernuftig, ik
kan niet anders zeggen. Die Ward is nog
steeds een gevierd journalist, ik fiad dus
eigenlijk niet anders kunnen verwachten.
Hij zei, dat ze nog geen voldoende bewijs
gronden hadden. Ze hielden hem nu vast
tot ze genoeg bewijsmateriaal verzameld
hadden om hem voor den rechter te bren
gen. Voordien konden, of wilden z'ü het pu
bliek niet inlichten
Als ik iets van dat slag lui als die Ward
afweet en ik geloof wel, dat ik zeggen
mag, dat ik dat doe dan zal dat onnoo-
zele schooljongensverzinseltje morgenmid
dag om een uur of twaalf zich als een loo
pend vuurtje door heel Londen verspreid
hebben. Weet je, bet maakte me zoo helsch,
dat. ik na nnjn gesprek met Charley direct
naar huis gegaan ben om wat op mijn ver
haal te komen. Ik beefde over mijn heele
lichaam als 'n jong paard, dat een koliek
heeft. Ik moet me een beetje in acht nemen
ik heb het den laatsten tijd te vaak. Te
veel hoe zal ik het noemen zenuw-
stormen, denk ik. Je moet ook niet verge
ten, dat ik een allesbehalve gemakkelük
baantje op me genomen heb, een baantje,
waarvan ik gerust mag zeggen, dat het
uniek is. Wie ter wereld zou daarmee zoo
lang en met zooveel succes hebben kunnen
doorgaan als ik? (Wordt vervolgd).