-NILLMU KRONE VAN DEN DAG Controle op filmjivertoonSgers m ^besloten kring' TEGEN DE WET Suiker op bon 12. Van heden, 20 Januari, tot en met Don derdag. 8 Februari zal bon 12 .van .de rijks-, distributiekaart recht geven op het koo- pen van één kilogram suiker. VERVOER EN AFLEVERING VAN GROENE ERWTEN EN SPLITERWTEN. In aansluiting op een reeds eerder ver schenen.. persbericht wordt ei- van offici- eele zijde-aan herinnerd, dat, hoewel de verkoop van groene erwten en spliterwten aan, uiteindelijke verbruikers thans vip is,, elk ander vervoer en elke afleverin; aan andere personen zonder vergunning is verboden Evenals tot nu toe het geval was, kunnen de genoemde producten uit sluitend betrokken worden van de ver- eeniging \,De Korenbeurs'' te Rotterdam, die den grossiers op aanvrage geleidebiljet- ten verstrekt voor het vervoeren naar het afleveren aan winkeliers. Voorts wordt .er-de aandacht op. geves tigd dat ten aanzien van groene erwten en spliterwten thans wederom geldt het voorschrift van de prijsopdrijvings- hamsterwet 1939, dat geen grootere hoe veelheid tegelijk- mag worden gekocht, dan men voor een periode van één week noo- dig heeft. Naar 8-uurssIuiting op Zaterdag en 7 uursshiiting op andere werkdagen Door de hoofdbesturen van den Ne- derlandschen Roo.msch-Katholieken Bond van Handels-, Kantoor en Winkelbedien den „St. Franciscus van Assisie-' en de Nèderlandsche Vereeniging van Christe lijke Kantoor- en Handelsbedienden is be sloten om gemeenschappelijk actie te voeren ten behoeve van de winkelbedien den ter verwezenlijking van het tweele dig verlangen: a 8-uur-sluiting op Zaterdag: b. 7-uur-sluiting op andere werkdagen. Genoemde besturen zijn er van over tuigd. dat de verwezenlijking van dit ver langen niet alleen vurig wordt begeerd door de winkelbedienden, maar gelijk in den laatsten tijd steeds duidelijker is ge bleken, tevens door vele winkeliers Deze begeerte zal in de toekomst sterker den naarmate in verband met de omstan digheden, waarin wijl thans verkeeren, de noodzakelijkheid van zoo economisch mogelijk beheer steeds meer klemmen gaat. Immers, wie eenigexmate met den toestand in het winkelbedrijf- bekend is, weet, dat het thans veelal zoo is, dat zü, die in winkels werkzaam zijn (zoowel win keliers als bedienden) gewoonlijk hun werkzaamheden beëindigen tegen half ne gen, en des Zaterdags half elf of kwart voor elven, terwijl het heusch geen uit zondering is als het op laatstgenoemden avond nog later wordt Wie er rekening mee houdt, dat het laatste uur, hetwelk aan sluiting voorafgaat, doorgaans weinig koopers en koopsters levert, behalve dan die, welke altijd en onder alle omstandij heden, juist tegen sluitingstijd komen, die begrijpt, dat menigeen zich afvraagt: Waar om moet daarvoor de winkel zoo laat open- blijlven? Dit laat open zijn der winkels betee- kent immers, dat personeen, die reeds een langen arbeidsdag hebben al is hp dan niet meer zoo lang als een kwart eeuw ge leden practisch geen, of althans een zeer beperkt aantal, avonduren overhouden voor hun gezinsleven, hun ontwikkeling en hun ontspanning. Vooral in den tegenwoor- digen tpd nu mede ten gevolge van de H VAN 1859 TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COUR ANT) VAN ZATERDAG 20 JANUARI 1940. No. 17, Waarheid en lengen. Het is in dezen tijd wel eens lastig voor de krantenmehschen. Zij moeten als het ware met hun geestelpke vingers rondtas ten in den stroom berichten, die van overal vandaan gestadig binnen komt vloeien. Zij móeten wikken en wegen: Is het waar of niet waar; is het propaganda of nieuws? Men kan welhaast aannemen, dat alle berichten uit de hoofdsteden of hoofd kwartieren der oorlogvoerende landen min of meer geldeurd zijn. Aan den neutralen krantenman de taak om de diverse kleuren zoo goed mogelijk te mengen, zoodat de lezer als eindindruk een tint ziet, die het meest overeenkomt met de werkelijke. De meeste lezers gelooven, dat de kleur zoo ongeveer is uit te drukken in cijfers, dat het hem zit in het verschil tusschen de aantallen vliegtuigen, tanks, soldaten, die overwonnen, respectievelijk verloren zijn, volgens de legerberichten der tegenstan ders. „Mélden de Engelschen, dat zij vier vlieg tuigen hebben verloren en tien neergescho ten, terwijl de Duitschers precies het omge keerde in de krant willen zien, dan zal de waarheid wel in het midden liggen", rede neeren deze rekenaars. Maar zoo eenvoudig is het niet! Propaganda, die er zoo dik bovenop ligt, is geen propaganda. Men doet het in dezen oorlog heel anders, veel geraffineerder. Zeker, het goochelen met cijfers is nog steeds een geliefd hulp middel, maar daarbij blijft het niet. Wp dachten aan dit soort berichtgeving toen gisteren op ons bureau een verslag werd binnen-getelext over hevige gevechten nabij de Duitsche vliegbasis Sylt, een der eilanden voor de Noordzee-kust. Een Reuter-correspondent meldde, met vele details, hevig geschutvuur, het opstij gen van 10 Duitsche vliegtuigen van Sylt en vijf van het vasteland. De correspondent berichtte verder, dat de plaatsjes Rantun en Keitun waren gebombardeerd en dat 't afweergeschut in felle actie was. Nog lan gen tijd kwamen, zoo telegrafeerde hij, be richten binnen over groote activiteit in de lucht boven Sylt Wp hebben het bericht eenigen tijd vast gehouden. Reeds eerder had deze correspon dent zich nl. „vergist"Ook thans kwam prompt van officieele Engelsche zijde een mededeeling, dat geen enkel Britsch vlieg tuig boven Sylt had gevlogen Ppnlijk voor den correspondent. De man schijnt te ijverig! Of en nu krijgt de zaak een heel ander aanzien heeft men officieel te Londen een beetje gefantaseerd? Immers uit een Duitsch legerbericht is gebleken, dat zich Donderdagavond Engelsche vliegtuigen bo ven N.W. Duitschland hebben bevonden. En tevens, dat deze vliegtuigen over het Noor den van ons land zijn gevlogen. Ze schon den aldus onze neutraliteit en onze regee ring heeft om opheldering te Londen ge vraagd. Kan het zijn, dat men zich te Lon den alvast van te voren van een dementi heeft willen voorzien? Wp neutralen hoeven er ons geen illusie over te maken, dat de oorlogvoerenden voor dit soort van misleiding te eerlijk zou den zijn. Ook tegenover de neutralen bedie nen de oorlogvoerenden zich van een ver draaiing der werkelijkheid of van leugens, als dat in hun kraam te pas komt. We beleefden deze week al eerder iets in dezen geest. Een D.N.B.-bericht wist te ver tellen, dat een Nederlandsch militair vlieg tuig bp Nordhorn boven Duitsch grondge bied zou hebben gevlogen. Onze regeering liet officieel weten, dat zulks onmogelijk juist kon zijn, nademaal op het genoemde tijdstip ter plaatse geen Nederlandsch vlieg tuig in de lucht was geweest. Het D N.B. vond het echter niet de moeite waard, deze tegenspraak te publiceeren. In tegendeel het hield zijn foutief bericht staande Men zou zich van al deze dingen met een schouderophalen kunnen afmaken, ware het niet, dat ze eventueel aangewend zou den kunnen worden voor het „motiveeren" van niet nader te noemen maatregelen van een oorlogvoerende. Er heeft zich de laatste jaren, wat dit betreft, in ons werelddeel een praktijk gevormd, waarvan zekere aspecten nu achter af nog schier ongelooflijk kunnen schijnen. toepassing der Vestigingswet Kleinbedrijf, de noodzakelijkheid" van vakkundige scho ling en algemeene ontwikkeling steeds meer gaat klemmen wordt het gemis aan vrijen tijd npg sterker gevoeld dan voorheen Dit, laat open zijn der winkels beteekent voor dé winkeliers bovendien nóg, dat de exploitatiekosten (kosten van verlichting en verwarming, etc.) hooger zijn dan strikt genomen noodzakelijk is, terwijl hier geen redelijke compensatie in den vorm van een behoorlijken verkoop te genover staat Hier komt wat dén Zaterdagavond be treft nog bij. dat ten gevolge van het door voeren van den vrijen Zaterdagmiddag in schier alle beroepen en bedrijven, het pu bliek tusschen 1 en 8 uur 's namiddags ruim voldoenden tijd en gelegenheid heeft om zijn inkoopen te doen. De hoofdbesturen van bovenvermelde or ganisaties houden er zich dan ook van overtuigd, dat zij bij hun streven naar een vroeger sluitingsuur, behalve op de medewerking van geestverwante winkel bedienden. op de instemming van tal van winkeliers en verschillende winkeliersorga nisaties zullen kunnen rekenen Bovendien doen zij een. krachtig beroep op het pu- bliék om nu reeds, zooveel .mogelijk zijn in koopen te doen des Zaterdags vóór 8 uur en op andere werkdagen vóór 7 uur opdat straks de inwilliging van het verlangen der winkelbedienden des te gereeder kan ge schieden. DE „REIGER" TE JOHANNESBURG. Het KLM-toestel de ..Reiger", dat een retourvlucht naar Zuid Afrika maakt, met als gezagvoerder den heer Blaak, is gister morgen om 8,20 uur (Amsterd. tijd) te Johannesburg aangekomen Gisteren vertrok het vliegtuig van Bu- lawayo en heeft het laatste traject van 6S0 km naar Johannesburg in zeer vlot tempo afgelegd. De bemanning en de passagiers verkeerden allien in goeden welstand De speciale vlucht van dit vlieg tuig, van Napels naar Johannesburg, is op buitengewoon voorspoedige wijze ver- loopen. De aankomst van de „Reiger" heeft in Johannesburg levendige belangstelling ontmoet. Honderden Nederlanders bevon den zich op het vliegveld, toen de KLM.- vogel er neerstreek. Onder degenen, die passagiers en bemanning van de „Reiger" verwelkomden, bevonden zich o.m. de bur- Een wetsontwerp bij de Tweede Kamer ingediend. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot wijziging en aanvulling van de bioscoopwet. Ter toelichting schrijven de ministers van binnenlandsche zaken en van justitie o.a.: De behoefte heeft zich doen gevoelen om ontduiking van het preventief toezicht, neergelegd in art, 16 van de wet, tegen te gaan. Gebleken is n.l., dat getracht wordt films, welke niet voor openbare vertooning zijn toegelaten, te vertoonen in publieke bijeenkomsten, waaraan slechts naar den uiterljjken vorm het karakter van besloten gezelschap wordt gegeven. Men geeft dan op groote schaal aan een ieder, die zich meldt, lidmaatschapskaarten uit of ver schaft introductie, hetzij om niet, hetzij te gen een bedrag, dat naar den omvang veel eer entree voor eenmaal, dan contributie is. Gelijk bekend, is het volgens het stelsel van de bioscoopwet niet verboden niet-ge- keurde of niet-toegelaten films in be sloten kring te vertoonen. Weliswaar is het besloten karakter der hiervoren be doelde bijeenkomsten slechts schijn, maar bij gebrek aan positief bewijs kan hier tegen niet steeds voldoende worden opge treden. Aldus wordt het voor aanhangers van stroomingen, gericht op verstoring van openbare orde en rust, mogelijk om door het vormen van zoogenaamde besloten ge zelschappen films, welke geschikt zijn om de openbare orde te ondermijnen, wel de gelijk voor het publiek te vertoonen. Wel mag de regeering hier met waar deering gewag maken van het besluit van den Ned. Bioscoopbond, waarbij het den bij dien bond aangesloten leden verboden is, hun theaters voor het vertoonen van door de centrale commissie niet toegelaten films af te staan. Hierdoor wordt het euvel ingeperkt. De smalfilm en het feit dat ver- gemeester van Johannesburg. De Nederlandsche Kamer van Koophan del heeft den luchtreizigers een lunch aangeboden. Maandag zullen zij door het gemeentebestuur van Germiston worden ontvangen. schillende zalen bioscoopinstallaties bezit ten, werken bovenbedoelde vertooningen in de hand. De regeering heeft nu besloten, dat de kring, waarbinnen geen andere dan door de „rijkscommissie filmkeuring" aldus wordt voorgesteld voortaan de centrale commissie voor de keuring van films te noemen toegelaten films mogen worden vertoond, in beginsel wordt verruimd. Voorts zal in een nieuw lid worden be paald voor welke voorstellingen het verbod om andere dan door de rijkscommissie filmkeuring toegelaten films te vertoonen, niet zal gelden. Daarnevens schept de nieu we bepaling, volgens welke de rijkscommis sie filmkeuring de toelating van films kan beperken tot door haar aan te wijzen groe pen van personen, de mogelijkheid, dat films, die voor een willekeurig samenge steld bioscooppubliek in aanmerking mogen komen (medische films b.v.), voor een pu bliek van bepaalde bijzondere samenstelling wordt vertoond. De ministers denken hier o.a. aan gezelschappen,deskundig op het gebied, waarop de film betrekking lieert. Overigens wordt de toelating in de prac- tijk zeer gemakkelijk verkregen. In de tweede plaats strekt de wetsvoor- dracht om de werkingssfeer van de wet te verruimen, in dien zin, dat in het vervolg ook voor een niet-beroepsmatige vertooning van films in het openbaar vergunning van B. en W. zal zijn vereischt. Een derde voornaam onderdeel van de wetswijziging betreft de sancties op over treding der bij de wet gestelde voorschrif ten. Door bij de vergunning te onderscheiden tusschen vergunningen voor een onbepaald aantal voorstellingen (vergunningen a) en vergunningen voor enkele bepaaldelijk om schreven voorstellingen (vergunning b), kan de noodige soepelheid worden betracht, in geval het incidenteele voorstellingen be treft. Het is de bedoeling de vergunning b bepaaldelijk te doen gelden voor de z.g. rei zende bioscopen. Het spreekt vanzelf, dat allen, die na het in werking treden dezer wet openbare bi oscoopvoorstellingen willen geven en die nog geen vergunning, gebaseerd op de thans geldende wet, bezitten, ten spoedig ste een aanvrage om een vergunning a of b zullen moeten indienen. De overwinning van de Finsche troepen op de 44ste leverde enorme hoeveelheid oorlogsmateriaal op. waar de vijand een Russische divisie aan het front van Suomussalmi Een overzicht van een gedeelte van het slagveld, gevoelige nederlaag leed. Naar het Engelsch van MARTIN PORLOCK. 44). De drie oude vrienden dronken een rond je, voor den heer Palmer's rekening en een tweede voor rekening van Kapitein Phelps. De beide heeren dronken bier, mejuffrouw Crabtree dronk brandewijn met Vichywa- ter. Het was pas in het midden van het tweede rondje, dat zij hun luchtig gescherts staakten en tot een ernstig onderwerp over gingen. Er zat niemand in hun buurt, doch al ware dit wel het geval geweest, zelfs dan zou het nog zeer twijfelachtig zijn, of hü ook maar eenige verandering in hun gedra gingen opgemerkt had. En wat afluisteren aangaat, bleek al heel gauw, dat mejuffrouw Crabtee, evenals Kapitein Phelps en Joseph Palmer, volkomen ingewijd was in de kunst om voor anderen onhoorbaar te spreken zonder daarbij den indruk te wekken moeite te doen om niet afgeluisterd te worden. „Wanneer op z'n vroegst?" vroeg Kapi tein Phelps. Palmer schudde met zijn hoofd. „Ik weet 't niet. Vraag het Doris maar". „Rijp nou", zei Doris, terwijl zij eerst Palmer met een vriendelijk lachje aankeek en toen Kapitein Phelps, maar met een lachje, dat nog heel wat meer dan vriende lijk was. „Vanavond, als je wilt". Kapitein Phelps trommelde met zijn vin gertoppen op het tafelblad. Hü scheen nu te denken. Doris keek naar Palmer. „Wat zit je dwars, Joe?" vroeg ze. Kapitein Phelps keek plotseling op. „Ja, je ziet er een beetje belabberd uit, Joe. Wat is er?" „Er is niks niemendal", gromde Palmer. „Behalve dat het allemaal afgeloopen is". „Wat allemaal?" vroeg Doris. „Wat bedoel je?" vroeg Kapitein Phelps. „Alles afgeloopen. Finaal afgeloopen! Van de baan! De klad zit er in en alles naar den bliksem, of hoe je het nog meer noemen wilt!" Doris' volle doch fraai gevormde mond ging open, als of zij iets wilde zeggen, zü wierp echter een zijdelingschen blik op Ka pitein Phelps en zweeg. „Waarom?" vroeg Kapitein Phelps. Joseph Palmer boog zich voorover. Te oordeelen naar zijn rood, rond gezicht, dat nu weer straalde, zou men gezegd hebben, dat hij weer bezig was met wat men in „The Bull and Trumpet" noemde: „een reuze boom op te zetten". „Stillen K" zei de heer Joseph Palmer. „Duizenden en nog eens duizenden „stillen!" „Maar je hebt me toch gezegdbe gon Kapitein Phelps. „Weet ik wel, maar dat neemt niet weg dat er „stillen" bij bosjes rondloopen. De heelen dag en iederen dag en den heelen nacht èn iederen nacht!" „Maar waarom dan, man? Waarom?" Het nieuws scheen er bij Kapitein Plielps niet al te goed in te gaan. De heer Palmer haalde de schouders, de hoekjes van zijn oogen, zijn neus en de hoekjes van zijn mond alles tegelijk op. „Hoe voor den dzou ik dat kunnen weten? Maar ik kan het wel raaien. Xü Er is laatst een klabak om zeep gebracht daar, herinner je je nog? 't Is een afgelegen plekkie. De „stillen" beginnen zich te roe- Hoe menigmaal hebt U zich ter neergeslagen gevoeld, terwijl de toe komst U toch later geleerd heeft, dat zulke gevoelens wel wat overdreven waren? ren, is me opgevallen". Er trad een oogenblik stilte in. Kapitein Phelps bestudeerde zijn nagels. De heer Palmer floot een hartroerend deuntje naar uit de bewegingen van zijn lippen op te ma ken viel, doch scheen zjjn muzikale evolu ties „binnenmonds" te houden, want hü bracht geen enkelen noot voort. Mejuffrouw Crabtree steunde met haar kin op haar sa mengevouwen handen en staarde Kapitein Phelps aan. Kapitein Phelps zag haar plot seling aan. „Hoe lang blijft het rijp?" vroeg bij. ,,'t Is nou rijp", antwoordde zü- „Eerste fruit acht dagen. Voor 't' op apegapen ligt bedoel voor 't gaat rotten veertien dagen op z'n hoogst." „Maar 't haalt niks uit. Geen snars!" zei Palmer nu. „Je kunt geen voet verzetten of je hebt die „stillen" op je hielen!" Weer trad er een stilte in. Mejuffrouw Crabtree zuchtte. „Wacht 's!" riep Kapitein Phelps uit. „Ik weet wat!" De drie hoofden werden nog eens bij el kaar gestoken. Het leek Bessie, die het drietal van achter het buffet gadesloeg, toe, dat mejuffrouw Crabtree een beetje (il te veel belang stelde in het verhaal dat Kapi tein Phelps deed. „Och, weet je, ze kon vast geen dame ge weest zyn", vertelde Bessie later haar col lega's. HOOFDSTUK XVIII. Uittreksel van een Dagboek. Den 10 den Aug. 193 Het was niet mijn plan om vandaag te schrijven, maar een gesprek, dat ik juisc gehoord en waaraan ik deelgenomen heb, heeft me van idee doen veranderen. Niet dat ik nu zooveel zin in schrijven heb O, nee! Maar ik moet mijn gemoed beslist luchten, anders barst ik nog. Ik vroeg Charlie zooeven, hoe die hel dere kop heette en hoorde toen van hem dat zijn naam Ward was een heel be kend journalist. „Altüd op de hoogte", zei Charlie. „Wanneer Ward je het laatste ge rucht vertelt, vind je het een maand later als een voldongen feit onder de rubriek „Laatste Berichten" in de nieuwsbladen vermeld". Ik speelde het klaar om mü'n gezicht daarbij in de plooi te houden. Het begint hoe langer hoe duideUjker tot me door te dringen, dat ik me niet het risico kan per- mitteeren om er aangaande die kwestie een afwekende meening op na te houden. Ik was met Charlie een en al bewondering voor dien meneer B. Ward en drukte de vrome hoop uit, dat het ook dit keer bij het rechte eind mocht hebben. Charlie leun de over het buffet en zag er net uit als Sa tan in een witte jas. Hij trommelde op de toonbank en zei met een doodernstig ge zicht: „Als hy zegt, dat het zoo is, dan is het zoo!" Toen moest ik werkelük weg gaan. Als ik nog een oogenblik langer ge bleven was, had ik het uitgeschaterd. Weet je, wat hü me vertelde? Hü ver telde me, dat de reden, waarom er in de af geloopen tien dagen geen een meer van hen vermoord was. wasdat ze X te pakken hadden! Heb je daarvan terug? Heb je daarvan l terug, vraag ik je? Ik had mijn bier zoo wel in dat zwijn zün dikke, rooie snuit wil len kwakken en hem vertellen wat een ont- zaglüke leugenaar hij was. Waarachtig, ik heb er nog een oogenblik aan gedacht om het te doen. Maar gelukkig wist ik me te beheerschen. Ik ging een beetje comedie spelen, wat me al zeg ik het zelf heel goed afging. Ik deed heel ernstig en informeerde naar allerlei bijzonderheden. Ik vroeg, hoe het kwam, dat ze er geen ruchtbaarheid aan gaven, dat ze X eindelijk gevonden haddon. Het antwoord was werkelük vernuftig, ik kan niet anders zeggen. Die Ward is nog steeds een gevierd journalist, ik fiad dus eigenlijk niet anders kunnen verwachten. Hij zei, dat ze nog geen voldoende bewijs gronden hadden. Ze hielden hem nu vast tot ze genoeg bewijsmateriaal verzameld hadden om hem voor den rechter te bren gen. Voordien konden, of wilden z'ü het pu bliek niet inlichten Als ik iets van dat slag lui als die Ward afweet en ik geloof wel, dat ik zeggen mag, dat ik dat doe dan zal dat onnoo- zele schooljongensverzinseltje morgenmid dag om een uur of twaalf zich als een loo pend vuurtje door heel Londen verspreid hebben. Weet je, bet maakte me zoo helsch, dat. ik na nnjn gesprek met Charley direct naar huis gegaan ben om wat op mijn ver haal te komen. Ik beefde over mijn heele lichaam als 'n jong paard, dat een koliek heeft. Ik moet me een beetje in acht nemen ik heb het den laatsten tijd te vaak. Te veel hoe zal ik het noemen zenuw- stormen, denk ik. Je moet ook niet verge ten, dat ik een allesbehalve gemakkelük baantje op me genomen heb, een baantje, waarvan ik gerust mag zeggen, dat het uniek is. Wie ter wereld zou daarmee zoo lang en met zooveel succes hebben kunnen doorgaan als ik? (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1940 | | pagina 5