UGOESCHE COURANT
Fa. Paf er ik
De „Graf Spee" door
eigen bemanning opgeblazen.
Het roode leger heeft
reeds 40.000 dooden
ADVENT-REDE VAN
M. DE KONINGIN
Drie Noorsche schepen op
mijnen geloopen
en gezonken.
WIJ ETALEEREN
NOUVEAUTÉS
am
Uruguay weigerde een ongewonen
hersteltermijn.
Hitier gaf het bevel
DE COMMANDANT PRO
TESTEERDE.
HOE DE „GRAF SPEE"
ONDER GING.
HET SCHIP WAS DRIE
MAANDEN ONDERWEG.
Zweedsch vrachtschip door
mijn in tweeën geslagen.
Bulgarije zal 200.000 varkens
aan Duitschland leveren.
De vorst beperkt de scheepvaart
op het IJsselmeer.
EEN GRIEKSCH EN EEN
ENGELSCH SCHIP VER
GAAN.
BRITSCH SCHIP DOOR
DUITSCHE VLIEGERS
TOT ZINKEN GE
BRACHT.
129 DOODEN BIJ DEN ONDERGANG
VAN DEN TORPEDOJAGER
„DUCHESS".
Een gevecht van man tegen man.
Ten Oosten van de Moezel.
Muiterij in het roode leger.
(Ingez. Med.)
DE PRINS OP INSPECTIE.
Vreemde vliegtuigen boven ons
land.
In het Noorden moeten de Finnen terugtrekken
„Men kan ons niet alleen laten
strijden."
ENORME VERLIEZEN DER
RUSSEN.
MEN VREEST EPIDEMIEcN.
GEEN WOORD RUSSISCH I
„MEN KAN ONS NIET
ALLEEN LATEN."
Ier
|o'
NUMMER 298 182e JAARGANG
Dagblad. Uitgave C.V. De Middel-
burgsche Courant. Bureaux: te
MIDDELBURG: St. Pieterstraat 28,
Tel. Redactie 269, Administratie 139;
te GOES: Turfkade, Tel. 2863. Post
giro 359300. Abonnementsprijs voor
Middelburg en Goes 2.30, elders
2.50 per kwartaal. Weekabonne
menten in Middelburg en Goes 18 ct.
TWEE BLADEN
EERSTE BLAD
fP
MIDOELBURGSCHE COURANT
MAANDAG 18 DECEMBER 193»
Advertentiën 30 cent per regel,
ingezonden mededeelingen 60 cent
per regel. Bij contract lager. Tarict
op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum 2.10.
„Kleine Advertenties", maximum 6
regels, 75 cent, bij vooruitbetaling.
„Brieven, of adres bureau v. d. blad"
10 cent extra. Bewijsnummers 5 ct.
Het Duitsche vestzak-slagschip „Graf
Spee" ia door zijn eigen bemanning gister
avond tot zinken gebracht. De kapitein
drukte op een knop, welke verbonden was
met een electrische mijn in het munitiema
gazijn. Een vershcrikkelyke ontploffing volg
de en daarna kwamen er nog een aantal
zwakkere explosies. Do bemanning had het
schip verlaten. Staande in de reddingbooten
brachten de officieren het saluut toen hun
schip in de golven verdween.
Hitier zelf had bevel gegeven het oor
logsschip van 10000 ton in de lucht te doen
vliegen. Als protest tegen de houding der
regeering van Uruguay, die weigerde
aan de „Graf Spee" een langeren termijn
toe te staan dan volgens de internationale
regelen gebruikelijk is, doch welken de ka
pitein noodig beweerde te hebben, is de
„Graf Spee" tot zinken gebracht op een
van de belangrijkste ankerplaatsen der ree-
de van Montevideo. Op eenigen afstand
stoomden de oorlogsschepen der Geallieer
den
Voor de „Graf Spee" het anker heeft ge
licht, zijn 700 leden der bemanning en het
grootste deel der voorraden aan boord van
het Duitsche stoomschip „Tacoma" ge
bracht.
Er waren dramatische tooneelen, toen de
„Graf Spee" vertrok. De kaden stonden vol
toeschouwers. De politie hield het publiek
op een afstand. Toen 31 gewonden aan land
werden gebracht, snelde een matroos naar
de ambulance, de tranen biggelden over zijn
wangen. Hij riep zijn kameraden een „auf
Wiedersehen" toe. Een matroos droeg een
kleinen kerstboom.
De commandant van de „Graf Spee", ka
pitein ter zee Langsdorff heeft een langen
brief gezonden aan den Duitschen gezant,
waarin hij op bitteren toon protesteert te
gen het weigeren der regeering van Uru
guay om meer tijd toe te staan voor herstel
lingen aan het schip. In dezen brief ver
klaart hij dat het onmogelijk was herstellin
gen uit te voeren binnen 72 uren, niet alleen
voor gevechtsdoeleinden doch ook om het
hoofd te bieden aan de normale gevaren
van scheepvaart en zee.
Met het oog op de houding der autoritei
ten van Uruguay en zijn verantwoordelijk
heid voor de levens van duizend man was de
eenige weg, welke hem overbleef, de red
ding voor te bereiden van de bemanning en
als protest het schip op te blazen in de
buurt van de haven van Montevideo.
Te Montevideo geeft men, volgens Reuter,
algemeen uitdrukk'ng aan verontwaardi
ging over het feit, dat de plaats, welke was
uitgezocht om het vlaggeschip in de lucht
te laten vliegen, de voornaamste anker
plaats was. Het wrak vormt een ernstige
hinderpaal voor het havenverkeer en waar
schijnlijk kan het alleen met behulp van
dynamiet worden opgeruimd.
Men is van meening, dat de regeering van
Uruguay het slagschip een kiesche behan
deling heeft doen deelachtig worden.
Nader wordt nog gemeld, dat zich voort
durend ontploffingen bij het wrak hebben
voorgedaan, daar de olie, welke ook onder
water brandde, de granaten bereikte. Men
gelooft, dat de gezagvoerder de laatste
man was, die de „Graf Spee" heeft verlaten,
hoewel van Duitsche zijde nadrukkelijk ge
meld werd, dat hij bij den ondergang van
zijn bodem met verschillende officieren om
het leven is gekomen.
Nu het uitgebrande wrak van het vest
zakslagschip op de voornaamste anker
plaats voor de rede van Montevideo ligt, is
de bemanning op weg naar Buenos Aires
aan boord van sleepbooten en lichters.
Slechts eenige honderden opvarenden wa
ren aan boord van het schip gebleven, de
overigen waren met de meeste voorraden
overgegaan op de „Tacoma", welke in de
haven lag. Bij het verlaten van de haven,
volgde de „Tacoma" den oorlogsbodem.
Voor de drie ontploffingen het lot van het
schip bezegelden begaven de officieren en
de overige leden van de bemanning zich in
de booten. In het licht van de vlammen,
welke oplaaiden nadat de wegstroomende
olie in brand was gevlogen, werden zij aan
boord van de „Tacoma" genomen.
Twee Britsche schepen bewaken de „Ta
coma" welke nog steeds op de reede van
Montevideo ligt.
Kapitein Langsdorff drukte op een elec
trische knop toen de zon onder de horizon
verdween en de lucht hierdoor gloeiend
rood gekleurd was. Het geheele schouwspel
scheen onwerkelijk. De electrische knop
was met een draad verbonden aan een
groote electrische mijn in het munitiemaga
zijn. De werking was doeltreffend: binnen
tien minuten sloegen de vlammen over de
geheele lengte uit het schip, terwijl voort
durend ontploffingen in de ruimen werden
gehoord. Het schip brandde 80 minuten.
Een Duitsche persvertegenwoordiger
heeft langen tijd aan boord van het vestzak
slagschip vertoefd, waar de commandant
mededeelingen heeft gedaan over den kruis
tocht van den bodem gedurende meer dan
drie maanden en over het zeegevecht. Voor
het eerst s'nds dagen was weer een warm
maal verstrekt. Granaatsplinters hebben
ook hun sporen nagelaten in het officiers-
verblijf.
Ondanks de opwinding der laatste dagen
werd aan boord de kerstboom gereed ge
maakt. Drie maanden lang heeft de „Ad
miral Graf Spee" de Engelsche scheepvaart
op verscheiden wereldzeeën verontrust. Op
dezen kruistocht heeft het schip de tradi
tie van de „Emden" voortgezet. De Engel
sche opgaven bevestigen zelf, aldus het D.N.
B., dat voor meer dan 50.000 ton aan
scheepsruimte tot zinken is gebracht De
vuurproef aan de monding van de Rio de
la Plata was voor schip en bemanning hard,
daar hier strijd moest worden geleverd na
dat het schip bijna drie maanden van huis
was. De commandant, die tijdens het ge
vecht op het hoogste punt van den ge
vechtstoren had gestaan, werd door een
granaatsplinter licht aan het hoofd ge
troffen en door een andere licht aan den
schouder. Door een geweldigen treffer werd
hij tegen den grond geslagen. Hij herstelde
zich en heeft het gevecht tot het einde toe
geleid.
Vrijdagmorgen is voor de monding van
de Theems (Oostkust van Engeland) het
Zweedsche schip „Ursus" op een mijn ge-
loopen en gezonken. Negen opvarenden
kwamen daarbij om het leven. De overige
zeven leden der bemanning werden gered
door het Nederlandsche kustvaartuig „Brin-
da", dat op weg was naar Rotterdam. Za
terdag is de „Brinda" den Waterweg bin-
nengeloopen. Het bleek dat onder de gered
den nog drie ernstig gewonden waren. Zij
z\jn in het ziekenhuis te Rotterdam opge
nomen.
De bemanning van het Nederlandsche
vaartuig vertelde, dat zij Vrijdagmorgen op
2 mijl voor zich een schip zag, dat later de
„Ursus" bleek te zijn.
Om precies vijf minuten voor negen, op
vijf mijl buiten de Theemsmonding zag men
plotseling uit het toen nog onbekende schip
een enorme vuurzuil opstijgen. Een water
massa, gemengd met rook, spoot om hoog
en op hetzelfde moment zag men het schip
in twee stukken breken. Direct daarop
klonk een slag. Men volle kracht stevende
de „Brinda" op het verongelukte schip af,
waarvan het achterdeel zich intusschen
rechtstandig in de hoogte verhief om een
paar tellen later onder den zeespiegel weg
te zinken. Het voorschip voer nog even
door doch weldra verdween ook dit in de
diepte.
Een afgrijselijke aanblik wachtte den op
varenden van de „Brinda" toen dit schip
op de plaats van de ramp was aangekomen.
Tusschen allerlei wrakhout zag men overal
verminkte lijken drijven. Vijf mannen klem
den zich wanhopig vast aan een omgesla
gen reddingboot, zes anderen hielden zich
op de planken en balken drijvende in het
ijskoude water. Anderhalf uur bleef de
„Brinda" de zee afzoeken doch men slaagde
er niet in meer dan deze elf mensehen op
te pikken. De lijken moest men noodge
dwongen laten drijven daar de ruimte op
een scheepje als de „Brinda" niet van dien
aard is, dat men ook de dooden aan boord
had kunnen nemen, meldt de Tel.
De bemanning van de „Brinda", stoere
Groningsche zeelieden, die niet voor een
kleintje vervaard zijn, deed intusschen alles
wat zij kon om de ongelukkige Zweden te
verzorgen. Zoo goed mogelijk verleende
men de gewonden de eerste hulp waarna
de Groningers hun eigen kleedingstukken
afstonden om den totaal verkleumden
schipbreukelingen wat warmte te geven.
Men gaf hun warm eten doch daar de voor
raad levensmiddelen maar klein was had
de „Brinda" bij aankomst te Rotterdam
geen hap eten en geen kruimel brood meer
aan boord.
Reuter meldt uit Sofia (Bulgarije): Het
nieuwe handelsverdrag tusschen Bulgarije
en Duitschland, dat Zaterdag te Sofia is
onderteekend, voorziet in den uitvoer in
1940 van 200,000 levende varkens van Bul
garije naar Duitschland.
Bulgaarsche handelsdelegaties zullen de
volgende week naar Sovjet-Rusland en
Spanje vertrekken om er te onderhandelen
over handels- en scheepvaartovereenkom
sten.
Men meldt ons uit Den Haag:
H.M. de Koningin heeft het voornemen
zich op Woensdag, 20 December a.s., des
namiddags te 1 uur met een advent-rde te
richten tot haar volk, zoowel in Nederland
als in de overzeesche gebiedsdeelen des
rijks.
De rede zal door alle Nederlandsche om-
roepstations, alsmede door de rijkskorte-
golf-zenders te Kootwijk en door de Phohi
worden uitgezonden.
Het scheepvaartverkeer op het IJssel
meer ondervindt reeds zeer groote hinder
van het ijs De bemanning van de weini
ge bij de Oranje-sluizen te Schellingwoude
binnenkomende stoom- en motorschepen
maakt melding van 't feit, dat zoover het
oog reikt, het meer bedekt is met grond
ijs, dat naar boven is gekomen. Zeilverkeer
is daardoor reeds onmogelijk geworden
Om zich een weg door het ijs te banen
hebben de schepen een sterken motor
noodig. De haven van Duggerdam ligt
reeds geheel dicht en verwacnt wordt, aai
heden het geheele IJselmeer dicht zal
liggen, want overal ook in het Buiten-IJ
komt grondijs naar de oppervlakte, waar
het zich in korten tijd zet
De haven van Monnikendam was geheel
toegevroren, zoodat de boot der Noord-
Zuid-Hollandsche Tramweg Maatschappij,
welke hier onder normale omstandigheden
binnenvaart, een anderen weg moest ne
men.
In het afgeloopen weekend zijn drie
Noorsche schepen aan de Engelsche kust
op een mijn geloopen en vergaan. Aan de
Noord-Oostkust van Engeland zonken de
„Range" groot 3000 ton en de „Flood"
metende 1907 ton. Van deze beide schepen
worden tien man vermist. Deze Noorsche
schepen voeren kort bij elkaar. Eerst liep
de „Range" op een mijn en toen de
„Flood" te hulp wilde snellen werd zij
eveneens door een explodeerende mijn tot
zinken gebracht.
Voorts is bij de Schotsche kust het Noor
sche vrachtschip „Strindheim" (460 ton) op
een mijn geloopen en gezonken. Gemeld
wordt, dat 8 leden der bemanning worden
vermist. Twee opvarenden zijn in een ha
ven aan de Noord-Oostkust van Engeland
aan wal gebracht door het Noorsche stoom
schip „Finse", evenals het lijk van den ka
pitein van de „Strindheim".
Zaterdag is in den Atlantischen Oceaan
het Grieksche stoomschip „Germaine" door
een mijn of door een torpedo tot zinken ge
bracht. Alle opvarenden zijn gered door het
Nederlandsche schip „Pennland".
Tenslotte is Zondag het Engelsche stoom
schip „Amble", groot 1162 ton, op een mijn
geloopen en gezonken. De uit 17 koppen
bestaande bemanning is Zaterdag aan land
gekomen na zeven uur in open booten te
hebben rondgedreven.
Gisteren werd in een haven aan de Oost
kust van Engeland een verzoek om hulp
ontvangen nadat een Britsch motorschip op
ongeveer acht mijl uit de kust door twee
Duitsche vliegtuigen was aangevallen en
tot zinken gebracht. Een visschersvaartuig
heeft alle leden der bemanning aan boord
genomen. Niemand werd gedeerd.
Het aangevallen vaartuig was het Brit
sche motorschip „Serenity" (244 ton). Een
bom trof direct doel en heeft de „Serenity"
volkomen onklaar gemaakt. De bemanning
nam plaats in de booten en roeide land
waarts.
De twee Duitsche vliegtuigen werden
aangevallen door Britsche vliegtuigen en
verdreven. Volgens menschen, die aan de
kust stonden te kijken werd een der Duit
sche vliegtuigen vernield.
De Britsche adm'raliteit deelt mede, dat
zes officieren en 123 manschappen het leven
verloren hebben toen de torpedojager
.Duchess" aan de Engelsche Oostkust ver
leden week op een mijn liep en binnen en
kele oogenblikken zonk.
Havas meldt uit Parijs: De vijand heeft
Zaterdagochtend tegen kwart over zes een
onverhoedschen aanval ondernomen op een
der Fransche stellingen ten Oosten van den
Moezel. Deze aanval werd uitgevoerd door
een detachement ongeveer ter sterkte van
een compagnie, na voorbereiding der artil
lerie en houwitsers en onder bescherming
van artillerie en zware mitrailleurs. De aan
gevallen post verdedigde zich krachtig in
een gevecht van man tegen man. De vijand
werd door zware verliezen teruggeslagen en
heeft in handen der Fransehen een hoe
veelheid wapens en materiaal achter gela
ten. De vijand had twee gevangenen ge
maakt, die er in slaagden te ontkomen en
de Fransche linies weer te bereiken.
Havas meldt uit Kopenhagen: Het blad
„Poiitiken" bericht, dat een geheel bataljon
van het roode leger in Finland heeft ge
muit aan den oever van het Ladoga-meer.
De soldaten hebben hun officieren en de
communistische commissarissen gedood. De
meeste soldaten hebben zich vervolgens aan
de Finnen overgegeven en de rest keerde
keerde naar de Russische linies terug.
heden in onze Kerst
etalage reeds enkele
Winterhoeden tegen
DECEMBER PRIJZEN.
Middelburg.
Prins Bernhard heeft heden, vergezeld
van zijn waarnemenden adjudant, den
luitenant-kolonel Phaff, namens H. M. de
Koningin troepen-afdeelingen in de Betuwe
in oogenschouw genomen.
In den loop van Zondagochtend zijn op
verschillende tijdstippen boven het midden
en Oosten des lands enkele verspreide
vreemde vliegtuigen, welke op zeer groote
hoogte vlogen, waargenomen De vliegtui
gen hebben ons rechtsgebied verlaten, na
dat verschillende patrouilles jachtvliegtui
gen opgestegen waren en zij ook herhaalde
malen van den grond af onder vuur geno
men waren.
Na een week van hevige gevechten langs
de geheele Oostgrens, houdt het Finsche le
ger in eiken sector stand, behalve in het
uiterste Noorden, waar de Finnen terug
trekken en alles achter zich brand ste
ken.
De dubbele bedreiging voor Finlands
„Wespentaille", waar de Russen trachten
door het nauwste deel des lands naar zee te
komen, is voor het oogenblik afgewend.
Twee Russische regimenten infanterie
werden afgesneden van het hoofdleger en
door de Finnen omsingeld, die. hun zware
verliezen zouden hebben toegebracht.
Men verwacht echter, dat het offensief
in deze week wordt voortgezet. De sterkte
der Russische troepen in Midden-Finland
wordt geraamd op een half tot driekwart
millioen man.
Sinds het begin van den oorlog heeft het
roode leger in zeventien dagen tijds 176
tanks verloren. Vooral in de herhaalde ver-
geefsche aanvallen tegen de eerste stellin
gen van de Mannerheim-linie en tijdens het
optrekken over de met mijnen bezaaide ter
reinen, hebben de gemechaniseerde briga
des der Russen zware verliezen geleden. Al
leen reeds in een gevecht bij het Ladoga-
meer geraakten de Russen onder het vuur
der Finsche kazematten. Zij lieten twintig
strijdwagens, verscheidene pontons, talrijke
kanonnen en vijftienhonderd dooden achter,
terwijl tezamen met de gewonden en gevan
genen 10.000 man buiten gevecht werden
gesteld.
Over den strijd ten Noorden van het La-
dogameer wordt vernomen, dat de Finsche
tegenaanvallen een gunstig verloop hebben.
De Finnen, hoewel geringer in aantal, zijn
superieur, doordat zij zoo uitstekend ge
bruik maken van de geografische en geolo
gische gesteldheid van hun land. Een groot
deel van hun kazematten is uit graniet ge
houwen, hetgeen voor hen goedkooper en
bovendien nog sterker is dan beton.
De Finsche weerstand is voor 90 pet. te
danken aan den persoonlijken moed van de
Finnen en aan hun handigheid in het ge
bruik maken van het terrein, terwijl de Rus
sische druk voor 90 pet geschreven moet
worden op rekening van de overmacht van
manschappen en materiaal. De resteerende
tien procent worden dan gevormd door al
lerlei niet te definieeren zaken, die ten
gunste van Finland zullen komen, wanneer
dit de versterkingen aan troepen en mate
riaal ontvangt, die het noodig heeft.
Een correspondent van het Zweedsche
blad „Pya Dagïigt Allekanda" in Finland
meldt, dat het Russische leger minstens
40.000 dooden heeft verloren en dat er
100.000 soldaten zijn, van wie ledematen
zijn bevroren. De materieele onmogelijkheid
de lijken te begraven wegens den bevroren
bodem doet vreezen, dat in het voorjaar
verschrikkelijke epidemieën zullen voorko
men.
Overigens heeft men geconstateerd, dat
Russische krijgsgevangenen aan pokken lij
den. De Finsche soldaten zijn, ondanks den
haat tegen den aanvaller vol afschuw over
de afslachtingen, waaraan het Russische
hoofdkwartier de roode troepen blootstelt.
Een Finsch soldaat heeft verteld op den
eersten dag drie Russische soldaten te heb
ben gedood, den dag daarop tien en den
derden dag een geheele groep Russen te
hebben vernietigd.
In Zweden bereidt men op opneming
voor van vluchtelingen uit het uiterste
Noorden van Finland. Er komen ook vele
Finsche soldaten over de grens, die worden
ontwapend en geïnterneerd. Dit zijn geen
deserteurs, maar soldaten, die teruggetrok
ken zijn voor den hevigen druk der Russen
in het Noorden.
Een Finsch officier, die tot taak heeft
een concentratiekamp van krijgsgevan
genen te bewaken en die de Russische taal
meester is, heeft verklaard, dat het onmo
gelijk is om met de meeste gevangenen
te spreken. In het kamp zoo zeide hij
bevinden zich allerlei wilden, zooals Tarta
ren. Kirghiezen, enz., die geen Russisch ver
staan. Ook is het onmogelijk iets uit de vlie
gers te halen. Dezen hebben bevel niet met
hun bommen terug te keeren. Dit verklaart
het feit, dat zij van zeer groote hoogte ze
kere punten in Zuid-West Finland hebben
gebombardeerd, duidelijk zonder poging om
een bepaald doel te treffene. Het is hun
soms zelfs overkomen, dat zij hun bommen
in de Finsche Golf wierpen om zich ervan
te ontdoen.
Men denkt, dat de gevechten een of twee
dagen zullen ophouden. Op het oogenblik
brengen de Russen beter uitgeruste troepen
uit de achterhoede naar voren. Men be
weert, dat de Russen op zekere punten troe
pen met zeer modern gemotoriseerd mate
riaal In den strijd hebben geworpen,
De president van Finland, Kallio, heeft
gisteren een radiorede tot het leger gehou
den. Kallio zeide: „Ondanks zijn hoogen
leeftijd, heeft Mannerheim op dit uiterst
belangrijke oogenblik de verantwoordelijke
taak op zich genomen van opperbevelheb
ber. Ons vertrouwen in het commando over
onze defensietroepen wordt verzekerd door
het bewustzijn, dat de Finsche officieren,
die thans hun plichten uitvoeren, standvas
tig gearbeid hebben gedurende heel den
tijd van onze onafhankelijkheid om zich en
het Finsche leger te oefenen, opdat zij zou
den zijn voorbereid om te strijden als wa
kers voor het vaderland. Ons leger heeft
getoond, dat zelfs een kleine natie, bewust
van haar plicht, met succes kan strijden
voor de edelste waarden der menschheid
tegen de agressie.
Aangezien onze taak die van de geheele
beschaafde wereld is, gelooven wij, dat de
beschaafde naties ons niet alleen kunnen
laten strijden op dit front.
Maar zelfs, wanneer dat het geval mocht
blijken, hetgeen wij niet gelooven, dan nog
kan het Finsche volk niet wijken tegenover
de agressie, want wanneer men toestaat,
dat de beginselen der rechtvaardigheid on
der den voet worden geloopen door de
anarchie, dan zal onze oude Westelijke be
schaving haar meest betrouwbaren hoek
steen hebben verloren".