ENGELAND ZOEKT EEN
CONCREET IDEAAL
De opperbevelhebber|verwachf geen
gasoorlog tegen de burgerbevolking
KRONIEK VAN DEN DAG
Oude leuzen omtrent de oorlogsdoeleinden bieden
het Engelsche volk niet voldoende inspiratie. m
Engeland wil algeheele
controle op den handel der
neutralen.
lOut aftUurt
Z&è? gj&ri SO&AaxzZ
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 23 NOVEMBER 1939. No. 277.
Mussolini zou den moed nog niet
hebben opgegeven.
Debat over een „nieuwe orde" in
Europa.
Bespreking tusschen de
ministers van econ. zaken van
Nederland en België
Het voert „goederen-pas
poorten" in.
Duitsche eischen aan Roemenië.
Minister Van Boeijen antwoordt
op de Algemeene Beschouwingen
_o
Er wordt nog voortdurend nagekaart
over de vraag, of het verleden week ver
spre de bericht, dat Italië en Spanje te Ber
lijn stappen zouden hebben gedaan ten gun
ste van de onaantastbaarheid van Neder
land en België juist dan wel uit de lucht
gegrepen was. Zooals men zich zal herin
neren, hield dit bericht niets meer of min
der in dan dat Mussolini en Franco op het
nippertje voorkomen hadden, dat Duitsche
legers Nederland en België waren binnen
gevallen. De groote onrust, welke eenige
dagen hier te lande, zoowel als bij onze
Zuiderburen heerschte en de plotselinge
ontspanning daarna, zouden er dan recht
streeks mede in verband staan.
Te Berlijn en te Rome is het bericht (dat
afkomstig was van het Fransche pers
agentschap Havas) gedementeerd. Mussolini
en Franco hebben, volgens dit dementi,
geen enkele „officieele stap" te Berlijn on
dernomen. Waaraan moet men nu ge
loof hechten?
Het antwoord op deze vraag is niet ge
makkelijk te geven. Vermoedelijk echter
zal men de plank niet ver mis slaan, als
men aanneemt, dat de waarheid weer in het
midden ligt; d.w.z. dat niet een „officieele
stap" door Mussolini en Franco is onder
nomen, maar dat zij van een bepaalde op
vatting te Berlijn hebben blijk gegeven.
Formeel is dan dus het dementi juist, en
feitelijk het Havas-hericht.
Deze zienswijze heeft ook algemeen te
Brussel ingang gevonden en dat moet in
zooverre van belang worden geacht, dat te
Brussel naar alle waarschijnlijkheid het
„lek" zit, waardoor Havas kennis van de
zaak kreeg. De reconstructie der feiten zou
dan zijn, dat de Italiaansche ambassadeur
op 11 November ƒ.1. tijdens een onderhoud
met den Duitschen minister van buitenland-
sche zaken, een „persoonlijke boodschap"
(van Mussolini en Franco) heeft overge
bracht, behelzende, dat een schending van
de Nederlandsche en Belgische neutraliteit
een uiterst bedenkelijke reactie in de ge-
heele wereld, ook in Italië en Spanje, ten
gevolge zou hebben. Naderhand zou hiervan
op dé een of andere discrete manier kennis
gegeven zijn aan de regeering te Brussel,
waarop de Belgische minister van buiten-
landsche zaken Spaak, er onder opleg
ging van geheimhouding mededeeling
van moet hebben gedaan in de Kamercom
missie van buitenlandsche zaken. Enkele
leden der commissie nu zouden gebabbeld
hebben, waardoor het geval aan de groote
klok kwam.
Het spreekt welhaast vanzelf, dat die in
discretie een zeer onaangenamen indruk te
Rome maakte. Niet zoozeer om de zaak op
zichzelf, maar om het feit, dat de bood
schap van Mussolini een onderdeel zou vor
men van zijn „vredesactie". De Duce moet
n.l. de hoop, den vrede te herstellen, alvo
rens het volle geweld losbreekt, nog steeds
niet opgegeven hebben. Hij zou van plan
zijn, om het terrein te effenen voor een
breed opgezette actie, waaraan o.m. Neder
land en België, Turkije en de Ver. Staten
te eeniger tijd dienen deel te nemen. Op het
oogenblik is de Duce er nu vooral op uit, te
voorkomen, dat de krijg verder om zich
heengrijpt. Gelukt dat hem, zoodat de be
trekkelijke „stilte" van thans blijft voort
duren, dan zou de kans op het welslagen
van zijn onderneming, nog lang niet gering
zijn. Zoo oordeelt men althans te Rome.
Laten we van harte hopen, dat dit won
derlijke optimisme werkelijk reden van
bestaan heeft. Mussolini zou de wereld een
onschatbaren dienst bewijzen, als hij er in
slaagde een einde te maken aan het directe
onheil, dat haar bedreigt.
(Van onzen correspondent).
LONDEN, 9 Nov. D
Een van de merkwaardigste dingen van
dezen merkwaardigen oorlog is, dat hij, al
thans wat Engeland betreft, begonnen is
met een levendige discussie over den vrede,
die er moet volgen. In 1914 was dat heel
anders. Het Engelsche volk had toen geen
tijd en geenerlei wensch zich bezig te hou
den met de problemen van de toekomst. Het
was van het begin af aan meegesleept in de
maalstroom van een oorlogskoorts, die
geen plaats overliet voor objectieve discussie
van de problemen die men na den oorlog
zou hebben op te lossen. De overwinning
was toen het eenige wat den Engelschman
interesseerde, en alles wat deze overwin
ning in den weg stond, werd in de opge
zweepte stemming van die dagen meedoo-
genloos weggevaagd. Er was haat tegen den
vijand, echte oorlogshaat, die tot tal van
betreurenswaardige excessen aanleiding gaf,
en er waren voortdurend demonstraties
van intense vaderlandslievendheid. „Voor
volk en vaderland", dat was het motto dat
toentertijd heel Engeland's gedachteleven
beheerschte.
In scherp contrast daarmee staat de
stemming van Engeland in de eerste maan
den van den tweeden (Punischen) oorlog
tegen Duitschland, zooals hij genoemd is
stelt bij deze constructie toe te passen. De
grootste officieele oppositie-partij, de ar
beiderspartij; heeft haar /inzicht hierom
trent reeds kenbaar gemaakt. „Bij de re
constructie van den vrede", zoo heeft haar
leider op 8 November onder meer verklaard
„moet het principe worden aanvaard, dat
internationale anarchie onvereenigbaar is
met vrede, en dat er in het gemeenschap
pelijk belang een internationale autoriteit
erkend moet worden, die boven de indivi-
dueele staten staat en die bij machte is zijn
bevoegdheden over hen zoowel in de poli
tieke als in de economische sfeer effectief te
makenDe oorlog moet afgezworen
worden en de heerschappij van het recht in
zijn plaats worden gesteld. Bij geschillen,
die niet door onderhandelingen kunnen
worden opgelost, moet het besluit van on
partijdige" arbiters wordeii aanvaard... De
toepassing van deze principes brengt de
schepping van een internationale machine
rie met zich mee. Er moet een macht zijn
om den aanvaller te dwingen, zich in te
toornen. Als er recht zal zijn, moet er een
middel zijn, om dat recht te doen gelden, er
moet een internationale macht zijn van
zoo'n overweldigende sterkte, dat geen
would-be aanvaller haar ooit zou durven
uit te dagen... Europa moet zich in een fe
deratie vereenigen of ondergaan".
Ziedaar de denkbeelden van Engeland's
officieele oppositie over de grondslagen van
het uit dezen oorlog op te bouwen. Europa.
Er is niets nieuws in, maar wat wèl nieuw
is, is dat deze denkbeelden over de nood-
In een Berlijnsch ziekenhuis deelt een verpleegster boeken uit aan de gewonde
Duitsche soldaten, die daar zijn ondergebracht
geworden. Van oorlogskoorts is geen spra- zaak van een of anderen vorm van een
Een kort bezoek van minister
Sap aan Den Haag.
De Belgische minister van economische
zaken, de heer Sap, is gistermiddag in Den
Haag gearriveerd voor een korte bespre
king over economische aangelegenheden
met minister Steenberghe. De heer Sap is
aan het station Hollandsche Spoor welkom
geheeten door den Belgischen zaakgelas
tigde baron Ruzette, te wiens huize hij ook
de lunch heeft gebruikt.
De besprekingen hadden te doel de mo
gelijkheden van een meer intensief econo
misch verkeer tusschen beiden landen on
der het oog te zien.
De heer Sap is gistermiddag weder naar
Brussel vertrokken.
SPIONNAGE?
Gister nacht heeft zich een inci
dent voorgedaan bij de brug over de
Maas bij Ougree in België. De brug wordt
door drie schildwachten bewaakt en van
nacht te drie uur merkte een der schild
wachten, dat iemand zich verborg. Hij
loste een schot, waarop de onbekende in de
mist verdween. Bijna op hetzelfde oogen
blik schoot een der andere schildwachten,
die op den oever stond. Tot nu toe heeft
men niets verder kunnen ontdekken.
GEEN STRAFFEN MEER VOOR
OVERTREDING ZONDAGRIJVERBOD.
Wegens opheffing van het rijverbod
Voor den Zutphensche politierechter had
zich gisteren een landbouwer uit Colm-
schaten te verantwoorden, die op Zondag 1
Oct. te Diepenveen met een auto had ge
reden, waarvoor hij dien dag geen benzine
mocht gebruiken.
In verband met de wetswijziging, waar
door het verbod op Zondag weer is opge
heven, eischte de officier van justitie, ont
slag van rechtsvervolging, een eisch, waar
mede de politierechter zich vereenigde.
ke. Er is haat, noch opwinding, noch jin-
goïsme. Engeland verkeert in een koele,
zakelijke, bijna verveelde stemming, en het
is juist omdat het zijn hoofd koel heeft we
ten te houden, dat de objectieve geest zich
nog kan laten gelden en zich bezig kan hou
den met een constructieve discussie van de
vraagstukken, die Engeland na den oorlog
op te lossen zal hebben.
Dat dit vraagstuk zoozeer in het middel
punt van de belangstelling staat, heeft ech
ter ook nog een andere verklaring. Men
praat over het nieuwe Europa, dat uit den
oorlog te voorschijn zal moeten komen, om
een antwoord te vinden op de vraag, die
zich natuurlijkerwijs in den geest van een
democratisch volk moet opdringen, de
vraag: „Waarvoor vechten wij?"
Wil Engeland met inzet van al zijn mo-
reele kracht en het is immers een ge
meenplaats dat die van groot belang is voor
het militaire uithoudingsvermogen van een
oorlogvoerend land strijden, dan moet 't
een klaar idee hebben waarvoor het strijdt.
Dat heeft men hier van het begin af aan
sterk gevoeld, evenals men en dit is een
verheugend feit van het begin af aan
getoond heeft te gevoelen, dat de oude en
afgesleten motiveeringen niet voldoende
waren.
De beroepen, die er door de pers en vaak
ook door leden van de Engelsche regeering
op het Engelsche volk zijn gedaan om ten
strijde te trekken voor recht, vrijheid, de
mocratie en nog een heele reeks andere
schoone idealen van dezen aard, hebben wei
nig weerklank 'gevonden. Het Engelsche
volk herinnert zich nog maar al te goed
hoe weinig resultaat de strijd voor deze be
grippen 25 jaar geleden heeft opgeleverd,
en kan zich dan ook door al deze leuzen
niet meer voldoende laten inspireeren. Het
is er van overtuigd, dat het in zijn strijd
tegen het Nazi-dom inderdaad, zij het dan
ook incidenteel, voor vrijheid, recht en de
mocratie strijdt, maar het is er tevens van
overtuigd, dat er iets méér noodig is dan
een vage geestdrift voor al die mooie woor
den om de principes, die zij symboliseeren
ook in de werkelijkheid duurzaam te doen
zegevieren. Het zoekt naar een concreet
ideaal om voor te vechten, een ideaal dat
practisch verwezenlijkbaar is en de hoop
biedt, dat Engeland over 25 jaar niet weer
gedwongen wordt te vechten. Het wil een
ideaal, waarin het werkelijk gelooven kan
en waarvan het een betere toekomst kan
verwachten.
Vandaar, dat men zich in Engeland nu
zoo levendig bezig houdt met de vraag, hoe
Europa na den oorlog gereconstrueerd zal
moeten worden. In groeienden kring wordt
er op aangedrongen, dat de regeering hier
omtrent meer moet zeggen dan zij tot nu
toe heeft gedaan. Men eischt van haar, dat
zij Engeland's oorlogsdoeleinden nader for
muleert, niet alleen om het eigen volk de
noodige inspiratie en hoop te geven, maar
ook om de sympathieën van de neutrale
landen te winnen door hen ervan te over
tuigen, dat Engeland niet alleen voor zijn
zelfbehoud, maar ook voor een betere toe
komst voor geheel Europa ten strijde is ge
trokken.
Het is niet verwonderlijk, dat de regeering
tot nu toe geweigerd heeft, aan dezen aan
drang gehoor te geven. Niet alleen kan zij
geen gedetailleerde oorlogsdoeleinden op
stellen zonder daarover eerst tot overeen
stemming met haar strijdgenooten te zijn
gekomen, maar ook is het op het huidige
oogenblik om voor de hand liggende rede
nen volkomen onmogelijk, gedetailleerde po
litieke en territoriale vredesvoorwaarden
af te kondigen. Dat zal uiteraard eerst mo
gelijk worden, wanneer de vrede eenmaal
in het zicht is, en zoover is het helaas op
het oogenblik nog niet gekomen Daarmee
gaan ook diegenen, die op nadere formu
leering van Engeland's oorlogsdoeleinden
aandringen, over het algemeen accoord.
Wat zij echter wel mogelijk en wensche-
lijk achten, is een nadere verklaring van de
regeering over het soort van Europa, dat
zij na den oorlog hoopt op te bouwen, en
de algemeene principes; die zij zich voor
Europeesche Unie en de daarmee onvermij
delijk gepaard gaande opofferingen van na
tionale souvereiniteit nu niet meer tot
linksche en intellectueele „droomers" zijn
beperkt en door diens politieke tegenstan
ders als utopiaansche worden beschouwd,
maar door verantwoordelijke vertegen
woordigers van alle elementen in Enge
land's politieke samenleving ernstig wor
den bepleit.
Dat erkent zelfs een zoo conservatief
blad als de Times, dat onlangs nog schreef,
„dat het voorstel voor een nieuwe orde in
Europa gebaseerd op de delegatie van sou-
vereine rechten aan een internationale
autoriteit iin breede en verantwoordelijke
kringen gesteund werd". Dat is zeker geen
overdrijving, want het idee, dat een duur
zame vrede slechts verkregen zal kunnen
worden door een eind te maken aan het
systeem van internationale anarchie, is hier
in de laatste maanden van de meest ver
schillende kanten naar voren gebracht.
Niet alleen de linksche pers, maar ook de
conservatieve bladen hebben zich in dezen
zin uitgelaten. Het in de provincie zoo in
vloedrijke conservatieve blad de Yorkshire
Post heeft er zich bijv. reeds zonder schroom
toe bekeerd. Nog belangrijker, de Times
zelf, dat bolwerk van Engeland's orthodox
conservatisme, wijdde onlangs een lang ar
tikel van een specialen correspondent aan
de mogelijkheid van een federale solutie
voor Europa's steeds weer terugkeerende
ziekte. En de bladen zijn niet de eenige ele
menten in de Engelsche samenleving, die
zich met het idee bezig houden. Ook in of
ficieele kringen wordt het gepropageerd
Zoo schroomde bijv. de Engelsche gezant te
Washington zich niet, onlangs in een rede
als zijn meening uit te spreken, dat „een of
andere vorm van federatiealthans voor
een deel van Europa een noodzakelijke
voorwaarde is voor elke stabiele wereld
orde".
Symptomatisch voor de ernst, waarmee
dit idee wordt besproken is ten slotte, dat
zelf iemand als Lord Halifax het in zijn
laatste rede over Engeland's oorlogsdoel
einden niet zonder meer voorbij durfde te
gaan, maar het noodig vond te erkennen,
„dat sommigen gelooven, dat een nieuwe
orde alleen kan komen, doordat de naties
tot op zekere hoogte hun souvereine rech
ten opofferen om den weg te banen naar
een meer organische unie".
i) Deze brief, door onzen Londenschen
correspondent gedateerd 9 November, ont
vingen wij eerst thans, nadat hij de Brit-
sche censuur is gepasseerd en daarbij waar
schijnlijk geruimen tijd is opgehouden.
Het Britsche ministerie voor de voor
lichting heeft medegedeeld, dat het Engel
sche ministerie voor den economischen
oorlog in de nabije toekomst een „navi-
cerf'-systeem zal instellen om den bona-
fidehandel tusschen neutrale landen „bij
te staan". Dit systeem zal in de eerste
plaats gelden voor den handel tusschen
de Ver Staten en zekere neutrale landen,
die aan Duitschland grenzen Men hoopt,
dat het systeem later uitgebreid zal wor
den en dan een groot deel zal dekken
van den handel tusschen overzeesche neu
tralen en aan Duitschland grenzende neu
tralen
De „navicertskunnen omschreven
worden als handelspaspoorten voor con
signaties, die goedgekeurd zijn door ver
tegenwoordigers van de Britsche regeering
voordat zij verzonden werden uit het land
van oorsprong. Dit systeem werd gedu
rende den vorigen oorlog toegepast en
bleek succes te hebben (voor Engeland
Red Vele neutrale- verschepers maak
ten gebruik van de faciliteiten van dit
systeem Goederen, die gedekt worden
door „navicerts", zullen een begunstigde
behandeling krijgen in de contrabandecon
trole-bases en de schepen, welker geheele
lading door „navicerts" gedekt wordt, zullen
een minimum vertraging ondervinden.
Het „navicerf'-stelieb komt dus neer op
een algeheele preventieve controle door
Engeland op den handel van de aan
Duitschland grenzende neutrale staten
De regeering der Ver. Staten heeft we
derom Groot-Britannië ervan in kennis
gesteld, dat zij zich alle rechten der re
geering en der onderdanen volgens het
internationle recht voorbehoudt en geen
goedkeuring hecht aan eenigerlei ingrijpen
in den handel tusschen de Ver Staten en
De Roemeensche minister van Economi
sche Zaken, Bujoiu, is gisteravond afge
treden na het voltooien van moeilijke on
derhandelingen met de Duitsche handels
delegatie Verklaard wordt, dat Bujoiu het
onmogelijk vond, sommige Duitsche han
delsmethoden en eischen in overeenstem
ming te brengen met het huidige systeem
van den buitenlandschen handel in Roe
menië Toen hij zag, dat de besprekingen
in een impasse geraakten, in verband met
een aantal kwesties zooals importen uit
Duitjschland;, olieleveranties; en de ver
houding tusschen rijksmark en leu, vroeg
Bujoiu de regeering toestemming te ver-
leenen tot het instellen van een nieuw
systeem voor de Roemeensche importen
en exporten. Aangezien dit niet werd aan
vaard, trad hij af.
De Duitsche delegatie, met uitzondering
van dr. Clodius, is per vliegtuig uit Boe
karest naar Berlijn vertrokken Voor hun
vertrek werd een protocol onderteekend,
betreffende de toepassing van het recente
Roemeensch-Duitsche accoord
NEDERLANDSCH SCHIP ALS
VERLOREN BESCHOUWD.
Het Nederlandsche vrachtschip „Vre-
denburg", dat Zondag bij het Zuid-Ameri-
kaansche eiland Lobos gestrand was, is
ten gevolge van een storm geheel over
spoeld door de golven, die over de brug
slaan Men wacht op kalm weer om de
bemanning te redden Het schip wordt als
verloren beschouwd
neutrale landen Welles voegde hieraan
toe, dat het navicert"-systeem voor het
oogenblik niet beschouwd zou wor
den als een ingrijpen
Het „navicert -stelsel zal om. van toe
passing zijn op alle verschepingen uit de
Ver Staten naar België, Denemarken,
Estland, Finland. IJsland, Letland, N e-
d e r 1 a n d, Noorwegen en Zweden Het
systeem zal uitgebreid worden wanneer de
gelegenheid daartoe ontstaat
Het Nederlandsche Roode Kruis
Bloedtransfusie-dienst
Meldt U aan als bloedgever bij de
Plaatselijke werfcommissie of bij het
Secretariaat van de
Centrale Commissie
Prinsessegracht 27 te 's-Gravenhage.
Steunt met een bijdrage op giro 291564
van den Penningmeester te Overschie.
De minister van binnenlandsche zaken, de
heer Van Boeijen heeft gistermiddag in de
Tweede Kamer geantwoord op de alge.
meené beschouwingen over de begrooting
van Binnenlandsche Zaken voor 1940 en de
afdeeling Binnenlandsch bestuur daarvan.
In antwoord op de geuite bezwaren tegen
een eventueele samenvoeging van de ge
meentepolitie in korpsverband, verklaarde
de minister, dat de commissie, die deze zaak
zal hebben te onderzoeken, o.m. tot taak zal
hebben na te gaan of in de wetgeving wel
voldoende geaccentueerd is, dat de ge
meentepolitie vóór alles een bestuurstaak
heeft te verrichten.
Voorts verklaarde de minister, dat ook
hij van oordeel is, dat de kwestie van de
gemeente financiën spoedig dient te worden
opgelost.
Wat den Vrijwilligen burgerlijken dienst
betreft, waarvoor 65,000 gulden wordt aan
gevraagd, zeide minister van Boeijen, dat
men heeft afgezien van een verplichten
burgerlijken dienst, daar men hier te lande
beschikt over enkele goed werkende vrij
willige organisaties. Een centraal apparaat
echter is noodzakelijk om leiding en voor
lichting te geven.
Nog zijn aan de orde gekomen de afdee-
lingen luchtbescherming, krankzinnigen
wezen en armwezen.
De Zondagswet,
Over de Zondagswet zal binnenkort kun
nen worden gesproken, over dit onderwerp
zal geen ieder bevredigende oplossing kun
nen worden gevonden.
Luchtbescherming.
Veel critiek hebben de sperkers geuit ten
aanzien van den gang van zaken met de
luchtbescherming. De meeste sprekers wa
ren van oordeel, dat de luchtbescherming de
taak is van de centrale overheid en niet
van de gemeenten, die thans voor een groot
deel de kosten te dragen hebben. Voorts
werd geklaagd over het gebrek aan cen
trale leiding, waardoor de verschillende ge-
meenten verschillende maatregelen nemen.
Ook verlangde men een duidelijke uitspraak
van den minister ten aanzien van het gas-
maskervraagstuk.
De minister gaf toe, dat in verschillende
gemeenten de luchtbeschermingsorganisatie
nog niet geheel in orde was, doch wees op
Amsterdam, dat door een commissie van
deskundigen uit het buitenland was bezocht
en waarover dezen niets dan lof hadden.
Over het gasmaskervraagstuk kan de re
geering zich niet aan een uitspraak wagen.
De opperbevelhebber acht voorziening
der burgerbevolking niet noodig, daar hij
geen gasoorlog tegen haar verwacht.
Wat de kosten van de luchtbescherming
betreft, verklaarde de minister, dat het rijk
niet alle kosten kan dragen, doch wanneer
een gemeente om financieele redenen niet
de noodige maatregelen kan treffen, dan
zal het Rijk zeker bereid zijn hulp te ver-
leenen. De financieele afhankelijkheid van
een gemeente mag geen beletsel zijn voor
een redelijke luchtbescherming. Aan de
voorschriften van de Luchtbeschermingswet
is volledig voldaan, aldus de minister, be
halve ten aanzien van de schuilkelders,
waarvan de kosten te hoog bleken. Daar
voor zijn richtlijnen aan de gemeenten ver
strekt.
Bij de afdeeling armwezen werden door
enkele sprekers de belangen van de kleine
zelfstandigen en de arme schippers bepleit.
Voorts werden, o.m. door den heer Don
ker (S.D.), verscheidene wenschen geuit
ten aanzien van het centrale vluchtelingen
kamp te Westerbork Deze spreker drong er
op aan, het onderscheid tusschen legale en
illegale vluchtelingen zoo spoedig mogelijk
op te heffen. Enkele sprekers, w.o. de hee-
ren Bijlsma (V.D.) en Diepenhorst
(A.R.) waardeerden de totstandkoming van,
het Algemeen Steuncomité, doch betwijfel
den, of dit en de andere steunorganisaties
voor den middenstand wel voldoende ge
outilleerd zijn.
Hedenmiddag zou de minister de sprekers
beantwoorden.