ma6gi$fEOUllT"SOEP W|lWM i Bloemkool-soep ö&pjum VEILIG VERKEER Engeland kondigt volledige blokkade van Duitschland aan. IDe Amateur f Detective I De verkeersdagen 1939. DERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURNT) VAN WOENSDAG 22 NOVEMBER 1939. No. 276. De reactie op de jongste politieke spanning. Ais represaillemaatregel voor het leggen van mijnen. SPAARBONS VOOR FINAN CIERING VAN DEN OORLOG. Oneenigheid in den eierenexport. RUSSISCHE PROPAGANDA IN JOEGOSLAVIË. Oude vrouw te Amsterdam levend verbrand. Een petroleumtoesiel viel op den grond. Als de voetbalhartstocht oplaait Wielrijders zullen scherp in 't oog worden gehouden. De ondergang van de Bolivar". Simon Een claxon scheurt door het gewone ver keerslawaai heenHemmen knarsen en piepentwee auto's staan op een halve meter van elkaar stil. Goddank geen ongeluk. Maar: in plaats van tevreden aoor te loopen, komt net publiek er omheen staan, en begint de chauffeurs verwijtemte doen. „Je had niet moeten remmen sufferd, je had er nog net langs gekund". „Hé, he mensch, is dat schrikken, en dat terwyl het nog best goed gegaan zou zijn". Dat is de dankbaarheid van het publiek, in plaats van het te verwachten „Gelukkig, dat het zoo nog afliep". Zoo neeft ook een groot deel van ons volk gereageerd op het wijken van de span ning, die de vorige week op ons viel, en die eerst door de radio-rede van jhr. De Geer werd opgeheven. Wij hadden verwacht, dat men nu weer tevreden en gelukkig, met een wat opgeruimder gezicht dan de vorige week aan zgn werk zou gaan, maar niets daarvan. Men heeft zich ertoe gezet, om eens goed te gaan nakaarten, en eens te kijken, of de regeering nu eigenlijk niet al les rustig had kunnen laten, zooals het was. Wij willen in dit koor niet meezingen. Slechts één bedenking willen wij uiten: Wij hadden gaarne gezien, dat de Regeering wat eerder de dwaze geruchten had gedemen teerd. Weliswaar had dit eerste dementi misschien een wat minder positieven vorm moeten hebben, dan nu de radio-rede van jhr. De Geer kon krijgen, maar een offici- eele geruststelling ware dan toch gepubli ceerd. Het heeft ons echter pijnlijk getroffen, dat zoovelen twijfel hebben laten blijken aan de noodzakelijkheid van de getroffen maatregelen. Het iijkt ons, dat de samen stelling der Regeering er afdoende waar borgen voor biedt, dat niet ongegrond alar- meerende maatregelen worden genomen. Wijkt de spanning, dan zullen zij natuurlijk weer worden opgeheven. Er is echter, en dat dienen wij op het oogenblik goed te beseffen, slechts één orgaan, dat terstond de noodzakelijkheid van te nemen maat regelen kan en moet beoordeelen. En dat is de regeering. Zij alieen beschikt over een uitgebreiden inlichtingendienst. Men mag als particulier over nog zoo betrouwbare vertrouwensmannen beschikken, de inlich tingen, zooals de regeering die krijgen kan, krijgt geen particulier. Zeker, de ministers zijn verantwoording verschuldigd aan het parlement; en als dat noodig is en moge lijk, dan zal die verantwoording gevraagd en gegeven worden. Maar. wat zou de ver antwoordelijkheid zwaar wegen, als men de maatregelen niet getroffen had, en er zou wel iets gebeurd zijn! Dan zou ons heele volksbestaan op het spel gestaan hebben, terwijl nu slechts eenige toch-al-onrustige- slapers nog wat minder goed geslapen heb ben. Wij willen dan ook nadrukkelijk aan de regeering vragen, om als zij dat gewenscht acht onbeschroomd de maatregelen te tref fen, die zij noodig oordeelt, en niet op risico van onvolledig voorbereid een strijd te moeten beginnen voortaan nog maar weer eens af te wachten, of het misschien niet goed gaat. Zal iemand van de chauffeurs verlangen, dat zij nu in het vervolg het er maar op wagen,- en maar doorrijden? Moeten zjj de eerstvolgende keer maar niet remmen? In tegendeel! „Dood door schuld" is dan de naam van hun m i s d r ij f. In dienzelfden geest mag niet van onze regeering verlangd worden, dat zij het er een volgenden keer maar eens op waagt. ,,Gouverner c'est prévoir", besturen is vooruit zien. Ook het ergste gevaar valt hieronder. Zelfs oorlog. v. H. t. S. DUITSCHE VLIEGER AAN ONZE KUST ERNSTIG GEWOND. Naar van Duitsche zijde gemeld wordt is bij het korte luchtgevecht dat dezer dagen in de Nederlandsche territoriale wateren nabij Vlieland heeft plaats gehad tusschen een Duitsche vliegboot en een Nederlandsch jachtvliegtuig, een Duitsche vlieger door 'n kogel ernstig gewond. In het Engelsehe Lagerhuis heeft de minister-president,i Chamberlain gisteren aangekondigd, dat Engeland overgaat tot den maatregel, dat exporten van Duit- schen oorsprong op zee in beslag genomen zullen worden. Chamberlain noemde dit een represaille maatregel^ naar aanleiding van het feit, dat de Duitschers mijnen zouden hebben gelegd op. de scheepvaartroutes om En- geland, zonder daarvan kennis te geven, wat in strijd is met het internationale recht. Chamberlain legde deze verklaring ai in antwoord op een vraag van den afge vaardigde oer oppositie van de Arbeiders partij, Attlee, die herinnerde aan de ramp met de Simon Bolivar." Chamberlain antwoordde: „Het zal het Huis bekend zijn, dat de laatste drie da gen meer dan tien schepen, waaronder zes neutrale, door Duitscne mijnen tot zinken zijn gebracnt en dat daarop zeer ernstige verliezen aan menschenlevens zijn te be treuren, De Haagscne Conventie, welke door Duitschland is onderteekend Duitschland heeit nog op 17 September verklaard deze overeenkomst te willen na leven bepaalt, dat bij net gebruik van verankerde mijnen alle mogeujke voor zorgsmaatregelen voor de vemgneid dei vreedzame scneepvaart moeien woruen genomen. De conventie eiscnt in het bij zonder, dat, wanneer de mijnen niet lan ger onder controle van hen, die ze ge legd hebben, staan, de gevaarlijke zone oenend gemaakt wordt, zooara ae militaire benoemen uat toelaten Bij net leggen van de mijnen, welke de door mg genoemde verhezen veroorzaakt heooen, neeit de Duitscne regeenng geen dezer bepalingen in acnt genomen. Deze nieuwe geweld daad is een noogtepunt in de reexs ver- dragsscnendmgen, waaraan Duitscnlanu zien heelt scnuidig gemaakt. Ik benoei slechts te herinneren aan het tot zinken brengen van de „Athenia"", waarbij 110 menschenlevens verloren gingen,j en de daarop volgende vernietiging van Britsche geallieerde of neutrale schepen door mid del van mijnen, torpedo's of kanonvuur. Deze aanvallen zijn vaak zonder waar schuwing ondernomen en in een stijgend aantal gevallen met volkomen veronacht zaming van het door Duitschland geteeken- de protocol over den duikbootoorlog en de meest elementaire wetten van mensche- lijkheid. De Britsche regeering is niet voorne mens toe te laten, dat deze methodes van oorlogvoering voortduren zonder vergel dingsmaatregelen (bijval). Ik moge het Huis er aan herinneren, dat gedurende den vorigen oorlog bij wijze van gerechtvaardige represaille voor de duikbootaanvallen op koopvaardijschepen exporten van Duitschen oorsprong of van Duitsche eigenaars op zee in beslag zijn genomen. De vele schendingen van het internatio nale recht en de meedoogenlooze ruwheid der Duitsche methodes hebben ons er toe doen besluiten thans opnieuw een derge lijke koers te volgen (luide bijval). Binnenkort zal een koninklijk besluit verschijnen, waarbij aan deze beslissmg uitvoering zal worden gegeven." De minister van financiën, sir John Si mon, deelue in het Lagerhuis verder me de, dat een nieuwe uitgifte zal plaats hebben van „nationale spaarbons", ter fi nanciering van den oorlog. De emissie zal in de plaats treden van de loopende uit gifte. De aankoopprijs zou ongewpzigd blij ven op vijftien shillings, maar de rente zou iets verhoogd woruen, zoodat zulk een spaarbon na vijf jaar zou gestegen zpn tot 17 sh. 6 d. en na tien jaar tot 20 sh. b d. Simon voegde hieraan toe, dat de tpo nog niet daar is om een leening op de open markt te plaatsen. Ook zal nog een ander certificaat te koop zijn, t.w. de „verdedigingsbons wel ke in eenheden van vijf pond sterling elk worden uitgegeven. In verband met het bericht in zake de oprichting door den „Ned. Industrie- en Handelsraad voor land- en tuinbouw" van een „Alg. vereeniging voor den eierenex port", welke een concentratie van alle eieren-exporteurs zou beoogen, wordt ons van de zijde der „Centrale commissie uit den eieren-exporthandel" o.m. het volgen de medegedeeld „Twee jaar geleden werden ernstige po gingen gedaan om meer concentratie in den eierenexporthandel te verkrijgen. Het re sultaat daarvan is geweest, dat een zestal rechtspersoonlijkheid bezittende vereeni- gingen van eierenexporteurs werd gefor meerd, die tezamen de „Centrale commis sie uit den eieren-exporthandel" zijn gaan vormen. In December 1937 heeft minister Steenberghe, bij de behandeling der begroo ting van het Landbouw-crisisfonds in de Tweede Kamer, dit als een juist voorbeeld van de door hem gedachte ordening uit het bedrijfsleven zelf, aangehaald. De gedragslijn van den „Ned. Industrie- en Handelsraad voor land- en tuinbouw" kan in de kringen der eieren-exporteurs dan ook alleen worden begrepen, wanneer men zich realiseert, dat van de zeven der destijds onder dat lichaam ressorteerende eieren-exportvereenigingen, niet minder dan zes zich geleidelijk hebben teruggetrok ken, zoodat zijn actie als een laatste kramp achtige poging wordt beschouwd om te trachten, van een vrijwel verloren geraakt terrein en een daardoor ernstig geschokt prestige nog zoo veel mogelijk te redden." In Slovenië zijn vlugschriften verspreid met den volgenden tekst: „Sloveensch volk, strijdt voor de oprich ting van de eenheid der Balkanlanden on der bescherming van Sovjét-Rusland, dat den vrede wil en dat zich verheft tegen het wereldimperialisme". De politie van Ljoebliana heeft verschei dene arrestaties verricht. Gisteren heeft de politie op de boven verdieping van een woning aan de Passeer- dersgracht te Amsterdam een afschuwelijke vondst gedaan. Een door een buurvrouw te hulp geroepen agent van politie vond hier, nadat hij de deur had opengebroken, de tachtigjarige bewoonster geheel ver koold naast een omgevallen petroleumstel op dén grond. Met de conclusies van den politie-schei- kundige is men tot de volgende reconstruc tie van het geval gekomen. Op de bovenverdiep.ng woonde in een klein primitief ingericht kamertje alleen de tachtigjarige mejuffrouw M. C. J. Auer- bach. In het kamertje kon men zich bijna niet bewegen of men stootte tegen een meubel of voorwerp aan. zoo dicht stond alles in de kleine woonruimte opeen. Op een wankele sinaasappelkist was een pe troleumstel geplaatst. Vermoedelijk is het oudje, toen zij bezig was haar potje te ko ken, tegen de kist gestruikeld, zoodat het brandende stel is gevallen en de vrouw in brand is geraakt. Wanneer het ongeluk precies is gebeurd is niet meer na te gaan, doch het moet in ieder geval op een tijdstip tusschen Zater dag en Maandag zijn gebeurd. Een buur vrouw van de derde verdieping, die met de oude vrouw bevriend was, had haar sinds Zaterdag niet meer gezien. En toen zij ook gisteren weer na herhaalde malen kloppen geen gehoor kreeg, heeft zij een agent van politie gewaarschuwd. Deze heeft de deur, welke aan de binnenzijde was gegrendeld, opengebroken. De G.G. en G.D. heeft het stoffelijk over schot naar het Binnen gasthuis vervoerd. In de kamer was verder niets verbrand. Op 8 October van dit jaar was te Ubach over Worms (L.) een voetbalwedstrijd ge houden tusschen elftallen uit dit mijnstreek dorp en het naburige Nieuvvenhagen. Het ging daarbij zoo ruw toe, dat de scheids rechter den wedstrijd staakte. Na het „spel" hebben de vader en de broer van een der spelers van Ubach eenige Nieuwenhagers, die naar de bus wilden gaan, opgewacht, waarbij zij het hadden voorzien op den 27- jarigen mijnwerker van Rooy, die zich af keurend over een der tegenstanders had uitgelaten. De 64-jarige vader van D. gooi de met steenen naar dezen speler, maar de projectielen misten hun doel. Toen gooide de zoon van D., een mijnwerker uit Ubach, met een stuk beton en trof van Rooy zoo ernstig aan het achterhoofd, dat deze be wusteloos vooroversloeg en een schedel breuk bekwam, waarvoor hij enkele weken in het ziekenhu.s moest worden verpleegd Vader van D., die den bewustelooze nog eens te lijf wilde gaan, moest worden tegen gehouden door de omstanders. Hij trok toen een mes, waarmee hij naar een der Nieu wenhagers stak. De steek miste het doel, doordat de zoon van den bedreigde den arm van den aanvaller wegsloeg. Vader en zoon van D. stonden in verband met deze feiten Maandag voor de Maastrichtsche rechtbank terecht. Tegen den zoon, die gedetineerd was, werd vijf maanden wegens zware mishan deling geëischt, terwijl tegen vader van D., wegens bedreiging twee maanden gevange nisstraf werd gevraagd. De rechtbank be paalde de uitspraak in dit weinig sportief optreden van de sport-aanhangers van Ubach op 4 December. (Ingez. Med.) Tijdens de Verkeersdagen, welke door de Vereeniging voor Veilig Verkeer in samen werking met de politie op Donderdag 23, Vrijdag 24 en Zaterdag 25 November a.s. zuilen worden gehouden, zal bijzondere aandacht worden geschonken aan het rij den der fietsers, terwijl er tevens scherp op zal worden gelet, of het rijwiel aan de wet telijke voorschriften voldoet. Wielrijders, dit geschiedt in het belang van veilig verkeer, wat ook Uw belang is. Men volge dus steeds stipt de verkeersre gels op en drage zorg, dat het rijwiel in orde wordt bevonden. Aarzelt men, wat dit laatste betreft, dan roepe men onverwijld de hulp in van een bekwamen vakman! De wettelijke exschen, waaraan het rij wiel moet voldoen, alsmede de voorschrif ten, waaraan de wielrijders(sters) zich hebben te houden, laten wij hieronder vol gen: Eischen voor het rijwiel. 1. Een goede stuurinrichting. 2. Een krachtige rem, indien het rijwiel een vrijwielinrichting heeft. 3. Een goede bel. 4. Het ondereinde van het achterspatbord over een lengte van minstens 30 cm. hel der wit. 5. Aan de voorzijde een lantaarn met hel der geel of wit licht, dat niet verblindend is (dus de stralenbundel kennelijk naar den weg gericht). 6. Aan de achterzijde in verticalen stand een rood achterlicht met reflector (voor zien van rijkskeur), welke moet zijn aan gebracht op het witte spatbord niet hoo- ger dan 60 cm boven het wegdek. Voorschriften voor den wielrijder. 1. Geef vooral tijdig met gestrekten arm een teeken bij richtingverandering. 2. Geef met Uw linkerarm door dezen op en neer te bewegen bijtijds het teeken, dat U -gaat stoppen of vaart verminderen. 3. Geef op kru.spunten en op punten van vereeniging van wegen aan den wegge bruiker, die U aan Uw rechterhand hebt, voorrang en bij nadering van een voor- rangsweg ook aan het verkeer van links voorrang. 4. Geef alleen een belsignaal als de veilig heid van het verkeer dit vordert. 5. Rijd op den weg zooveel mogelijk aan de uiterste rechterzijde en niet met meer dan twee naast elkaar. 6 Maak gebruik van rijwielpaden. 7. Sta alleen stil aan den kant van den weg, doch nooit zoo, dat ge het verkeer belemmert. 8. Bevorder Uw eigen veiligheid door U stipt te houden aan de verkeersregels. yy Op dit kaartje is de route (met dikke zwarte lijn) aangegeven die de neutrale schepen volgen wanneer zij zich langs de Oostkust van Engeland via „The Downs" naar de vrije en sperzone willen begeven. Het Nederlandsche passagiersschip, „Si mon Bolivar" van de K.N.S.M. hep (de plaats is met zwart pijltje op de kaart aan gegeven) op een mjjn, nabij het lichtschip „Sunk". «Illllllllllllllllllllllllllllllllllllll^ taliiÉliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiü Naar het Engelsch van Anthony Berkeley. 49). „In dat geval", zei Chitterwick en zijn anders zoo vriendelijk gezicht werd hard en vastberaden. „In dat geval moeten wij onze toevlucht tot snellere methoden ne men. Wij moeten Benson zelf aanpakken". „Daar doe ik graag aan mee", zei Mouse met geestdrift. Toen zij Riversmead bereikten en onder de poort aan den ingang doorreden, keek Mouse op de klok. De 393 kilometer had den zij in 2 uur en 40 minuten afgelegd. Greggs, de sterke staljongen, stond toe vallig voor het huis van den concierge. Mouse hield even in, om hem op te nemen en verklaarde in het kort den toestand, terwijl hij de laan naar het slot opreed. Greggs, een jonge, stevige knaap, scheen te begrijpen, wat er van hem verwacht werd; hij grinnikte al van voorpret. De rest is gauw verteld. Greggs werd in de buurt van een open plek, de oprijlaan liep door licht houtgewas, opgesteld en Chitterwick bleef bij hem; Mouse ging naar huis toe, en zou Benson, als hij er was, mee naar buiten zien te krijgen. Na heel korten tijd kwam hij met hem terug. Benson scheen, toen hij de twee anderen onder de boomen zag staan wachten, lont te ruiken, .draalde een oogenblik en wilde er vandoor gaan. Mouse echter, die wat achter gebleven was, had een flinken. tak opgeraapt, waar mede hij dreigend zwaaide. Benson aarzel de weer even, zoodat Greggs den tijd had om naderbij te komen en hem een gewéldige rëchtsche te verkoopen, die Benson op den grond terecht deed komen. Hij bleef liggen waar hij gevallen was en Schreeuwde woedend wat dat te beteekenen had. „Waar is juffrouw Goole, schoft?" vroeg Chitterwick, ziedend van kwaadheid. „Juffrouw Goole?" bromde de ander. „Die ken ik niet. Loop jullie alle drie naar den duivel". „Sla er op Greggs", riep Chitterwick; door het dolle heen. „Geen medelijden met dien hond". Benson vond het blijkbaar beter om te blijven liggen. „Sla er op, Greggs, geef hem", drong Chitterwick aan. „Het is nu geen tijd om sportief te zijn". Greggs liep naar een boom en rukte een dikken tak af. „Dat varkentje zullen we wel eventjes wasschen", siste hij tusschen zijn tanden en begon er op los te slaan. „Waar is juffrouw Goole?" herhaalde Chitterwick, heesch van opwinding. Een half dozijn slagen op het kronkelende li chaam was genoeg. „Houd op, ik zal het jullie zeggén", Greggs hield hem in de gaten. „In den ijs kelder", zei Benson. „Leeft ze nog?" „Natuurlijk". „In den ijskelder?" vroeg Mouse. „Ik geloof, dat ik weet, wat hij bedoelt, zei Greggs. „Het is een ruimte onder den grond, waar ze vroeger in den zomer ijs bewaarden, maar dat is in jaren al niet meer gebeurd. Het is niet ver weg. Zal ik u den weg wijzen, Hoogheid?" Zoodra de menschen zullen hebben ontdekt, hoeveel vreugde en genot ook zonder het bezit van geld verkregen kan worden, zal de heerschappij van het goud ten einde zijn. lllllllllllllllllllillllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllIlllllllilllUllilllllllllllllllllllllllll „Dat is goed, maar dien kerel zullen wij meenemen. Als zij er niet is, zullen wij ons bedienen van de gebruiken van zijn vader land, en een klein lynchfeest aanrichten. Ik zou hem heusch graag aan een boom zien bengelen." Maar zulke maatregelen bleken niet noo dig. Juffrouw Goole was in den ijskelder en toonde zich heelemaal niet verrukt met haar bevrijding. Zij was uitgesproken on dankbaar. En Chitterwick schold zij zonder aarzelen uit voor Jan Hen en potkijker. Een paar vragen deden haar houding echter veranderen. Zjj was bang geweest, dat men haar in hechtenis wilde nemen en die vriendelijke heer Benson had haar voor zooiets willen behoeden, hoewel ze toegaf, dat Jimmy, zooals ze hem noemde, anders niet om zijn hulpvaardigheid bekend stond. „Dus u kent elkaar?" vroeg Chitterwick. „Of ik robijnen-Jimmy ken? Dat zou ik denken. Wij hebben toch indertijd samen gewerkt". „Zoo", zei Chitterwick, alsof die mede- deeling hem niet erg verbaasde. „Maar met deze zaak heb ik niets te ma ken", zei juffrouw Goole, weer volkomen beheerscht. „Jou verdleugenaarster!" merkte Benson onhoffelijk op. „Jij weet heel goed, dat je „Breng hem daarin en sluit hem op, Greggs", zei Chitterwick. „Ik zal later wel met hem spreken. Met een goed gerichten opstopper duwde Greggs Benson in de aangeduide richting en knalde de deur achter hem dicht. „Jimmy was altijd een lafaard", merkte juffrouw Goole met verachting op. Zij keek nieuwsgierig naar Chitterwick. „Heeft hij gekletst „Nog niet, maar dat zal hij nog doen", zei Chitterwick grimmig. „En u ook". ,„Ik?" zei juffrouw Goole uiterst ver baasd. „Wat bedoelt u? Ik weet van het heele geval niets af. Het was mij te doen om de sieraden van de oude dame, dat is alles. Dat andere gaat mij niet aan." „En wat zegt u dan van uw brief van vanmorgen?" zei Mouse met gefronst voor hoofd. „Brief?echode juffrouw (Goole. „Welke brief? Ik weet van geen brief". „Wilt u dat misschien liever aan mij over laten?" sloeg Chitterwick zoo bedeesd voor, dat Mouse zich schaamde. Chitterwick wendde zich tot juffrouw Goole en sprak: „U hebt laatst geprobeerd een beetje chantage te plegen?" Een uitdrukking van groote verwarring kwam even over het gezicht van juffrouw Goole. „Waar wilt u eigenlijk heen?" zei ze een beetje te schril. „Dat alles is Spaansch voor mij". „O, ik dacht het", merkte Chitterwick met genoegdoening op, alsof ze zijn vraag reeds beantwoord had. „Luistert u eens goed naar me. Voor dien Benson heb ik geen an dere mogelijkheid, dan hem eenvoudig aan de politie over te leveren. Voor u zie ik, geloof ik, nog een kansje. Tenminste, als u me nu heel nauwkeurig de waarheid zegt op alle vragen, die ik u stellen zal. Dus neem ik het op mijn verantwoording, dat in mijn verslag aan aan Scotland Yard uw naam niet genoemd wordt. Het kan verkeerd van mij zijn, maar ik beloof het u". Juffrouw Goole keek hem onzeker aan. „Wie bent u dan eigenlijk? U ziet er toch niet uit als een stille". „Dat doet er minder toe", antwoordde Chitterwick streng. „Ik geef u vijf minuten bedenktijd. Greggs, let op dat zij er niet tusschen uit knijpt." Hij nam Mouse even apart nagestaard door juffrouw Goole. „Ziezoo, die hebben we", zei Mouse te vreden, toen zij op voldoenden afstand wa ren, om niet meer gehoord te kunnen wor den. Vriend Benson is dus een beroepsmis dadiger. Erg prettig voor de Sinclairs". „Ik dacht wel, dat het op zooiets uit zou draaien" bromde Chitterwick, die nu de spanning voorbij was, weer in een afwezigen gemoedstoestand terugviel. „Robijnen-Jimmy" meende Mouse „is een prachtnaam voor hem, vindt u niet? En dan zijn optreden, toen hij gisteren aankwam. Hij heeft wel erg overdreven". „Ja", gaf Chitterwick toe. „Alles is bij die misdaad aldoor erg overdreven geweest en dat was hun fout". „Ja, en toch leek het eenvoudig genoeg, totdat u de zaak grondig onderzocht. Maar toch, Chitterwick, geloof ik, hoewel het mij niet aangaat, dat die Goole ook aan de po litie uitgeleverd moest worden, wegens medeplchtigheid en zoo". „Ja, inderdaad was ze mede schuldig", gaf Chitterwick toe, „maar alleen door een toeval. Ik bedoel, dat zij er niet veel van afgeweten heeft". Mouse keek verwonderd op; wat was er nu weer? „Maar als ze toch de medeplichtige van den moordenaar geweest is?" „Dat was zij niet". Mouse staarde hem aan. „Was zij dat niet? Maar „Er was heelemaal geen medeplichtige". (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 9