KRONIEK VAN DEN DAG
Wellicht binnenkort enkele gedeelten
des lands in staat van beleg.
De regeering wijzigt haar prijspolitiek
Die
Hoest
bedreigt ja
Uw
Kind
De Amateur
Detective
Eert halve ton voor het
Alg. Steuncomité
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 1 NOVEMBER 1939. No. 258.
Amerika's neutraliteit.
Minister-president De Geer over
de voornemens der regeering.
Vijf schepen van een convooi
tot zinken gebracht.
DE JOODSCHE STAAT IN POLEN.
Opdracht voor de K.L.M. in
Zuid-Amerika.
Op den voorgrond blijft staan:
geen oorlogswinst!
Frankrijk concentreert de
krachten des lands.
„Ons ideaal; houdt niet op bij de
grenzen".
Neem dan slechts
's Werelds beste
Hoestsiroop
(Ingez. Med.)
Deze week zal naar alle waarschijnlijk
heid de beslissing tot wijziging van de
Amerikaansche neutraliteitswet vallen. Zoo
als men weet is de bedoeling hiervan het
bestaande verbod van levering van wape'
nen aan oorlogvoerenden op te heffen, zoo>
dat landen, die contant kunnen betalen en
het risico der verscheping aandurven, oor
logstuig uit de Ver. Staten zullen kunnen
betrekken. In de praktjjk zal dat neerko
men op profijt voor Frankrijk en Enge
land, nademaal deze beide mogendheden
over voldoende contanten beschikken en
baas zijn op den Atlantischen oceaan.
Er zijn politieke profeten, die in de wij
ziging der neutraliteitswet het voorspel
zien van Amerika's deelneming aan den
oorlog, zulks dan aan de zijde der geallieer
den. Zrj plegen zich daarbij te beroepen op
den gang van zaken tijdens den wereldoor
log, waarin de Ver. Staten tenslotte ook be
trokken raakten. Het is echter geheel ver
keerd tusschen nu en toen zonder meer een
parallel te trekken.
Vijfentwintig jaar geleden waren in de
Vereenigde Staten de gevoelens ten aan
zien der oorlogvoerende partijen uitermate
verdeeld. Vele Amerikanen gevoelden toen
groote sympathie voor Duitschland; thans
vindt men deze slechts bij een deel der be
volking, dat van Duitsche afkomst is, mis
schien óók nog bij fascistisch aangelegde
oud-Italianen, maar zelfs daar huldigt me
nigeen nu andere opvattingen. Op „kapita
listische" en religieuze kringen, waar men
het Derde Rijk als een stevig bolwerk te
gen 't communisme placht te beschouwen,
heeft de totstandkoming van het Duitsch-
Russische vriendschapsverdrag een bijna
verpletterenden indruk gemaakt. En dit te
meer, omdat het verbond Berlijn-Moskou de
vernietiging van 't conservatieve, anti-
bolsjewistische, streng geloovige Polen ten
doel had.
Is dus de meerderheid der Amerikanen
ongetwijfeld sterk anti-Duitsch, deze om
standigheid wordt ten deele door een ande
ren factor weer opgewogen. De vredesver
dragen, waarmee de oorlog 1914'18 werd
afgesloten en de gevolgen van een en ander
hebben in de Noord-Amerikaansche Unie
een ware ontnuchtering te weeg gebracht.
Slechts enkelen begrepen, dat hun eigen
land aan de na-oorlogsche toestanden even
eens debet was door zijn weigering, tot den
Volkenbond toe te treden. De groote massa
en ook tal van op den voorgrond tredende
personages kregen het gevoel, dat Amerika
tevergeefs aan den wereldoorlog had deel
genomen en dat de „gewiekste" Europee-
sche staatslieden ach, hoe zijn ze per slot
van rekening bij alle gewiekstheid te kort
geschoten! hun minder met de fijne kne
pen bekende Amerikaansche collega's in
de luren hadden gelegd. Uit deze overtui
ging nog versterkt door Europa's nala
tigheid wat zijn oorlogsschulden jegens
Amerika betreft is langzamerhand bij de
daarginds zeer machtig zijnde openbare
meening, het voornemen gegroeid: „Een
volgenden keer doen wij in geen geval weer
mee". De doorsnee-Amerikaan wil zich niet
nogmaals laten „beetnemen".
Of hij bij die onthouding zal volharden, is
een andere kwestie, 't Bloed kruipt waar 't
niet of slechts moeilijk gaan kan en de
Vereenigde Staten zijn nu eenmaal een land
met democratische instellingen, verwant
aan die in Engeland en Frankrijk. Nog af
gezien van alle andere overwegingen, hoopt
daarom de overgroote meerderheid der
Amerikanen, dat de geallieerden mogen ze
gevieren. Anderzijds wordt juist op gron
den, aan het democratisch karakter der na
tie ontleend, veelal gewaarschuwd voor
daadwerkelijk „meedoen", 't Argument is
dan, dat Amerika het ideaal van democra
tie en vrijheid moet hoog houden en dus
buiten de Europeesche verwikkelingen blij
ven. Isolationisten en pacifisten spelen, zon
der het te willen, aldus in de kaart der na-
tionaal-socialisten en fascisten, die alle
hulpverleening aan de groote Westelijke
mogendheden uit den booze achten.
Om de houding der Vereenigde Staten en
die van President Roosevelt, welke dan ook
zijn persoonlijke zienswijze moge zijn, naar
waarde te schatten, moet men dit alles goed
In een rede van anderhalf uur heeft de
minister-president, jhr. mr. De Geer, gis
termiddag in de Tweede Kamer de twaalf
sprekers beantwoord, die in eerste instan
tie het woord hebben gevoerd bij de Alge-
meene Beschouwingen over de rijksbegroo-
ting voor 1940.
Alvorens over te gaan tot beantwoording
van de beschouwingen naar aanleiding van
de kabinetsformatié, behandelde de minister
enkele andere ter sprake gebrachte punten
Minister De Geer verklaarde o.m,, dat, hoe
wel met de contingenteeringspolitiek niet
geheel en al gebroken zal kunnen worden,
toch overwogen wordt enkele bestaande
contingenteeringen niet te verlengen.
De minister noemde de benzinevoorraden
niet onbevredigend, doch de regeering moet
maatregelen nemen, daar zij vooruit moet
zien. Spr. zegde toe, dat ongeveer 1 Decem
ber een nota betreffende den economischen
toestand van ons land zal verschijnen. Op
een desbetreffende vraag antwoordde de
minister, dat de tewerkstelling van werk-
loozen, zooals het vierde kabinet-Colijn die
voorstond, zal worden voortgezet, evenals
de bestrijding van jeugdwerkloosheid.
Het ligt niet in het voornemen het op
nemen van de bepalingen uit de collectieve
arbeidsovereenkomsten uit te breiden tot
andere dan waterstaatswerken.
Ten aanzien van de maritieme defensie
van Nederlandseh-Indië, merkte de minister
op, dat iedereen het er over eens is, dat
deze moet worden versterkt, doch de vraag
is alleen nog, hoe. Op spoed zal worden
aangedrongen.
Naar aanleiding van een vraag, verklaar
de de minister voorts, dat de directie van
de Nederlandsche Bank inzake de déconfi
ture van Mendelssohn's Bank geen beleids
fout had gemaakt.
Ten aanzien van de financiën merkte de
minister-president op, dat aan verbetering
van de leerlingenschaal op dit oogenblik
niet gedacht kan worden. De minister deel
de voorts mede, dat het wetsontwerp betref
fende de gemeentefinanciën waarschijnlijk
in het voorjaar zal worden ingediend.
Wat de kabinetsformatie betreft, merkte
minister De Geer nogmaals op, dat er bij
de voorstemmers van de motie-Deckers
slechts een accidenteel samentreffen plaats
had. De oorzaak van de crisis in het vierde
kabinet-Colijn is spr. nog steeds onbegrij
pelijk. Voorts verdedigde de minister-presi
dent het opnemen van sociaal-democrati
sche ministers in het kabinet, dit motivee-
rende met hun gewijzigde houding.
Met betrekking tot de vrije meenings-
uiting zeide minister De Geer, dat door aan
hangers van de N.S.B. soms opmerkingen
worden gemaakt, waardoor de oprechte
neutraliteitspolitiek van onze regeering in
twijfel kan worden getrokken. Slechts in
het uiterste geval zal van de afkondiging
van den staat van beleg als middel om scha
delijke persuitingen te voorkomen, gebruik
worden gemaakt.
Wanneer wellicht binnenkort in enkele
gedeelten van ons land de staat van beleg
zal worden afgekondigd, dan houdt dit hier
mede geen verband, aldus verklaarde de
minister.
Minister De Geer eindigde met de over
tuiging uit te spreken, dat de Christenen
de pioniers zullen zijn bij den opbouw van
een nieuwe internationale rechtsorde.
De heeren Schouten (a.r.), Bierens (lib.),
De Marchant et d'Ansenbourg (n.s.b.) en
Deckers (r.k.) voerden hierna nog in twee
de instantie het woord. De heer Deckers
wees er hierbij o.m. op, dat het geenszins
de bedoeling van dr. Colijn geweest moet
zijn, de sociaal-democraten van de regee
ring uit te sluiten.
Hedenmiddag zullen de replieken wor
den voortgezet.
Het Alg. Steuncomité 1939 meldt ons:
Het bestuur maakt met bijzondere vreug
de -en groote erkentelijkheid bekend, dat de
N.V. Kon. Ned. Mij. tot exploitatie van pe-
troleumbronnen in Ned.-Indië en de N.V.
De Bataafsche Petroleum Mij. elk afzonder
lijk aan het Algemeen Steuncomité 1939 'n
bedrag van f 25,000 hebben geschonken.
Moge deze schenking van onze groote pe-
troleummaatschappijen een aanmoediging
zijn voor andere groote Nederlandsche
maatschappijen, om dit voorbeeld te volgen!
De „Berlingske Tidende" meldt uit Oslo,
dat daar het Noorsche s.s. „Bardaland" na
een dramatische reis is aangekomen. De be
manning vertelde, dat zij ter hoogte van
kaap Finisterre de 37 opvarenden van het
Britsche s.s. „Clan Chisholm", dat door een
Duitsche duikboot tot zinken was gebracht,
had gered. Naar de Engelsche bemanning
mededeelde aldus het D.N.B. was de
„Clan Chisholm" met 24 andere schepen op
14 October in convooi van Gibraltar ver
trokken. Plotseling waren de aanvallen der
Duitsche duikbooten begonnen. Minstens
vijf schepen van het convooi waren tot zin
ken gebracht.
Alle Joden in Polen verlaten de Poolsche
haven Gdynia om plaats te maken voor de
immigranten der Duitsche minderheden uit
andere landen, aldus de correspondent van
het Deensche blad „Politiken" te Berlijn.
Volgens andere uit Berlijn ontvangen be
richten verlaten alle Polen en Ariërs Lu
blin het middelpunt van een groot gebied,
waar een Joodsche staat zou worden ge
sticht, onder toezicht vanDuitschland. Dui
zenden Joden uit Berlijn, Weenen en
Tsjeeho-Slowakije komen te Lublin aan.
Reeds eenige dagen, nadat de fototechni-
sche dienst der K.L.M. een opdracht van
het gouvernement van Suriname had uitge
voerd om luchtfoto's te maken van eenige
gebieden in het binnenland, is een nieuwe
opdracht binnengekomen.
De regeering van Venezuela heeff ver
zocht een belangrijk gebied door middel
van luchtfotografie in kaart te brengen.
Dit is de eerste maal, dat van Venezolaan-
sche zijde een dergelijk verzoek ontvangen
is.
In Midden-Amerika neemt de belangstel
ling voor luchtkaartfotografie zeer toe.
Vele moeilijk toegankelijke streken zijn
door expedities langs den grond wel in
kaart te brengen, doch dit neemt zeer veel
tijd en gaat met buitengewoon hooge kos
ten gepaard. In dit opzicht ontwikkelt zich
voor de luchtvaart in deze landen een be
langrijke taak.
Omstreeks half November zal de foto-
ploeg van het K.L.M-bedrijf in West-Indië
haar werkzaamheden in Venezuela aanvan
gen. De vluchten zullen met de „Snip"
worden uitgevoerd.
EEN VREEMDELINGEN-LEGIOEN IN
ZriD-AFKIKA.
Reuter meldt uit Pretoria: In Zuid-Afrika
zal een vreemdelingenlegioen worden ge
vormd.
overwegen. Roosevelt heeft de wijziging der
Neutraliteitswet aanbevolen onder de leuze,
dat de door hem gewenschte bepalingen er
toe zouden bijdragen, Amerika uit den oor
log te houden. Met dit doel zal ook een ver
bod voor Amerikaansche schepen, om in de
eigenlijke oorlogszone gelegen havens der
belligerenten aan te doen, worden uitge
vaardigd en mogen die schepen, zoodra het
ontwerp wet is geworden, geen wapenen,
waarheen dan ook, meer vervoeren.
Wij vernemen van bevoegde zijde
In de eerste week na het uitbreken van
den oorlog verklaarde de minister van
Econ. Zaken een verhooging der prijzen bo
ven het peil van Augustus 1.1. ongeoorloofd,
tenzij een dergelijke verhooging op grond
van stijging van den kostprijs gerechtvaar
digd was.
Tevens werd het standpunt ingenomen,
dat een prijsberekening waarbij van de ver
vangingswaarde werd uitgegaan in beginsel
niet kon worden aanvaard.
Intusschen is het vraagstuk der vervan
gingswaarde in beteekenis verminderd door
dat de voorraden, welke bij het uitbreken
van den oorlog aanwezig waren, geleidelijk
worden geruimd. De tot nu toe genomen
maatregelen droegen vooral een incidenteel
karakter. De minister acht thans het oogen
blik gekomen, om tot een meer systemati
sche behandeling van het prijsprobleem
over te gaan.
Daarbij zal er van worden uitgegaan, dat
de prijsontwikkeling het beste kan worden
gevolgd, door in de eerste plaats de prijzen
der grondstoffen bij den invoer of bij de
productie dus bij de bron te contro
leeren en ook er tegen te waken, dat on
redelijke prijsverhooging plaats vindt.
Door deze controle aan de bron zal de
basis voor de prijspolitiek worden gelegd
en zal het gemakkelijker vallen prijsop
drijving tegen te gaan, dan wanneer het
product zijn volgende stadia bij den groot
handel en bij den kleinhandel doorloopt.
De controle in deze stadia kan dan beperkt
blijven tot het nagaan of niet meer dein
de normale marge in rekening wordt ge
bracht. De kosten van het levensonderhoud
zullen aldus niet meer stijgen dan strikt
noodzakelijk is.
De regeering, die immers de prijzen der
voeding door haar landbouw-crisispolitiek
beïnvloedt, kan op deze wijze ook de prij
zen van andere levensbehoeften als klee
ding, schoenen en dergelijke die voor het
levensonderhoud der minder draagkrachti-
gen van veel beteekenis zijn, meer in de
hand houden.
Bij de controle aan de bron staat niet de
bedoeling voor om starre prijzen vast te
stellen, maar prijzen, die met de groote
beweeglijkheid van de huidige economische
ontwikkeling rekening houden. Ook thans
zal weder een scherp onderscheid worden
gemaakt tusschen een geoorloofde prijsver
hooging en een strafbare prijsopdrijving.
Geen bezwaar zal kunnen worden ge
maakt tegen een prijsverhooging, die voort
spruit uit hoogere productiekosten, tegen
een prijsverhooging, die het gevolg is van
een prijsstijging van het product op de we
reldmarkt, van gestegen vrachten, hoogere
verzekeringspremies enz.
De regeering vertrouwt op deze wijze
een geleidelijke prijsontwikkeling te kun
nen bevorderen, waarin het productieproces
zich aanpast bij de gewijzigde economische
verhoudingen, terwijl tegelijk de bevolking
van Nederland tegen prijsopdrijving wordt
beschermd.
Het spreekt vanzelf, dat aan deze materie
voortdurend groote aandacht wordt ge
schonken door de overheid. Het is uiter
aard niet mogelijk om thans reeds, waar
de praetijk nog gering is, principieele wij
zigingen aan te brengen.
NEDERLAND NIET MEER OP DE
TENTOONSTELLING TE NEW-YORK.
Naar wij vernemen, heeft de Nederland
sche regeering thans definitief besloten het
volgend jaar niet weder deel te nemen aan
de wereldtentoonstelling te New-York.
Reynaud, de Fransche minister van fi
nanciën, heeft g steren een rede gehouden,
ter gelegenheid van de installatie van een
comité, dat tot taak heeft de moreele, in-
tellecteele en economische krachten van
Frankrijk te vereenigen met de kracht der
wapenen.
Reynaud sprak o.a. als volgt: „Wij heb
ben heden den plicht de mogelijkheid van
een langdurigen oorlog onder de oogen te
zien en ons daarop voor te bereiden, dus de
opofferingen aanvaarden. Dat wil zeggen:
vertrouwen stellen in ons land.
Frankrijk heeft de moreele krachten niet
afgewezen. Thans gaat het daarvan de
vruchten plukken. Elk lid van het comité
gaat over het geheele land een leger van
vrijwilligers in beweging stellen, die geest
driftig gezind zijn voor de zaak, welke niet
slechts die van ons is, want ons ideaal
houdt niet bij de grenzen op. Door de Fran-
schen te vragen in te schrijven op de bewa
peningsbons, stelt gij hen in staat een daad
te verrichten, opdat de oorlog korter moge
duren en de overwinning zekerder moge
zijn. Ik weet niet, of de geschiedschrijvers
van de toekomst zullen zeggen, dat de fi-
nancieele ineenstorting van Duitschland de
diepe oorzaak was van den oorlog, maar ik
weet, dat gij tot het land kunt zeggen, dat
de financiën in orde zijn.
Ondanks onze geweldige uitgaven zijn
onze wisselreserves niet aangetast. Integen
deel, zij zijn heden sterker dan bij het aan
breken van den oorlog.
Opofferingen en beperkingen zullen door
ons van het land gevraagd worden, niet
slechts om den oorlog tot de overwinning
te voeren, maar om ons in staat te stellen
voordeel te trekken uit het herstel na den
oorlog, waardoor het mogelijk zal worden
onze militaire uitgaven krachtig te ver
lichten.
Onze financieele kracht zal ons in staat
stellen aan de behoeften van het leger te
voldoen, en tevens onze soldaten gerust te
stellen over het lot van hun achtergebleven
familieleden. De eenstemmigheid van het
land wordt verwezenlijkt. Vertegenwoordi
gers van alle sociale krachten des lands
getuigen daarvan eiken dag. Zij erkennen,
dat onze opvatting van beschaving het ge
zag en de vrijheid verzoent".
Zoo noemt men de bekende AKKER's
Abdijsiroop, die reeds zoovele ma
len de hevigste hoestbuien overwon,
verlichting bracht en de benauwdhe
den als't ware wegtooverde bij haar
jonge gebruikers. Daarom als Uw
kind hoest geeft het dan evenals vele
anderen doen een lepel Abdijsiroop
voor het naar schoolgaan. Het is een
schild voor hun borst. Abdijsiroop
verwijdert de met ziektekiemen be
zaaide slijm, zuivert en geneest de
ontstoken slijmvliezen en verdrijft
de ziekten der ademhalingsorganen.
Terecht zegt men thans dan ook
.,'s-Werelds beste Hoestsiroop" is
Eenige der
20 kruiden
tegen hoest, griep, bronchitis, asthma.
Flacon 90 ct., f 1,50, f 2.40, f 4.20. Alom verkrijgbaar,
Kaar het En£elsch van
Anthony Berkeley.
31).
Judith lachte hen allebei toe.
„Werkelijk", dacht Chitterwick, toen hij
naar den uitgang liep, „dit is de flinkste
vrouw, die ik ooit ontmoet heb. Je zou het
onmogelijke doen om zoo'n moed te beloo-
nen".
De volgende 35 minuten verliepen net
zoo als de vorige; alleen stelde Chitterwick
nu vast, dat hij op het gebied van. woedend
kijken nog heel wat te leeren had. Tenslot
te kwamen zij voor de tweede maal bij de
tafel van Judith bij elkaar.
Chitterwick deed geen moeite om zijn
opwinding te verbergen. „Ik heb nog wat
ontdekt", barstte hij los. „Nog iets. Mijn he
mel, kerel, ik weet werkelijk niet of....
Maar het moet wel zoo geweest zijn, anders
was hij volslagen idiootDat kan de
heele zaak omgooien".
„Wat is er dan, mijnheer Chitterwick?"
vroeg Judith.
„Ziet u dien spiegel daar aan den anderen
kant? Nu
„Precies hetzelfde, wat ik ook had op
gemerkt", viel Mouse hem in de rede. „U
bedoelt toch, u zag
„Men moest zien", verbeterde Chitter
wick hem. „Ik keek dien kant uiten
misschien
„Wat moest u toch zien?" steunde Ju
dith. „Ach, vertel het mij toch als 't u
belieft".
Chitterwick was verlegen. „O, neemt u
mij niet kwalijk. U ziet dien spiegel daar?
Nu, toen ik mijn hand boven het kopje
hield, zag ik in de richting waarin de man
gekeken had en toen keek ik juist in den
spiegel en toen zag ik, hoe Mouse mij aan
staarde".
Even werd Judith een beetje bleek, en
haar hand greep de revers van haar man
tel, het volgende oogenblik was zij zich weer
heelemaal meester. „En dat zegt U?"
„Als u het goed vindt, zou ik liever nog
niets zeggen", zei Chitterwick met een kleur
van opwinding. „Dat wijst inderdaad op een
nieuwe mogelijkheid, die ik liever nog niet
onder woorden breng, voor ik er eens goed
over heb nagedacht. Maar het kan let
wel, dat ik zeg, het kan de zaak in een
heel ander licht brengen".
„U bedoelt", fluisterde Judith Lynn's on
schuld volkomen bewijzen?"
„Ik mag nog niets loslaten", zei Chitter
wick, maar zijn gezicht verried hem volko
men.
„Denk jij dat ook, Mouse?"
„Ik weet heelemaal niet, waar Chitter
wick het over heeft", antwoordde Mouse,
ook geheel van streek. „Ik zag het ook en
het kwam mij toevallig voor; ik wilde we
ten of het hem ook opgevallen was. Maar
ik kan hieruit alleen maar de conclusie
trekken, dat de man stapelgek moet ge
weest zijn".
„En dat was hij heelemaal niet", waar
schuwde Chitterwick ernstig.
„Nu, als u het mij niet wil zeggen, is er
niets aan te doen", zei Judith eenigszins
geraakt, hetgeen aantoonde, dat zij in den
grond maar een gewone vrouw was.
„Maar misschien wilt u dan wel van uw
Keer tot uzelven in; in het binnen
ste des menschen zetelt de waarheid.
andere ontdekking vertellen".
„Zeker", zei Chitterwick, die door haar
prikkelbaarheid wat geschrokken was,
haastig.
„Natuurlijk, en die kan ook van veel be
lang zijn. Het viel mij op, terwijl ik daar op
de telefoon wachtte, dat 14 minuten een
heel lange tijd is; dat bracht mij op een
idee, hoe lang, onder zulke omstandigheden,
een kwartier kan zijn. Veel langer, zou ik
denken, dan blauwzuur noodig heeft, om
zijn fatale werking te doen".
„Juist", knikte Mouse; hij had het ge
snapt.
„Nu zie ik hier", ging Chitterwick ver
der, terwijl hjj zijn pince-nez rechtzette en
zijn tabel met de tijden raadpleegde, dat ik
de hand om 2 uur 44 boven het kopje van
juffrouw Sinclair zag en het tijdstip, dat ik
naar haar toeging zooals wij weten, het
oogenblik dat zij stierf was om 3 uur 6.
Dat is dus 22 minuten en als wij aannemen
dat zij haar koffie pas na 7 minuten dronk,
nog een vol kwartier. Ik weet natuurlijk
wel dat het van de dosis afhangt of de
dood eventueel later intreedt, maar bij een
middelmatige hoeveelheid is een kwartier
veel te lang".
„Maar ik moet de werking van blauw
zuur kennen, zei Chitterwick en dan moet
er komen vast te staan, welke dosis hier
gebruikt is".
„Een oogenblikje", zei Mouse, die zijn
notitieboekje te voorschijn haalde.
„Dit weet ik wel", zei Chitterwick, „dat
blauwzuur, in een flinke hoeveelheid toege
diend, directe bewusteloosheid en spoedig
daarop den dood tengevolge heeft".
„Een oogenblikje", herhaalde Mouse, ter
wijl hij haastig zijn boekje door bladerde.
„Ah, hier is het, wat Sir James Ridley, bij
de lijkschouwing vaststelde. „Dosis onge
veer niet minder dan 14 gram van het ge
wone mengsel waarbij nog 2% gram water-
vrij blauwzuur. U begrijpt wat dat zeggen
Wil?"
„Ja", zei Chitterwick met gefronst voor
hoofd. „Dat is een flinke portie. Zeer flink
inderdaad. Nu, in ieder geval, moet ik het
nog eens nakijken. Het is buitengewoon be
langrijk".
„Ik begrijp er niets van", zei Judith. „Als
wat u zegt zoo is, zou de man vrijuit gaan".
„Dat is ook zoo", gaf Chitterwick toe.
„Dat is het typische. Anders
„Had hij er wel voor gezorgd, dat zij het
pas later zou drinken", zei Mouse. „Is dat
niet veel waarschijnlijker?"
„Ja, gaf Chitterwick bereidwillig toe.
„Dat is beslist de eenige verklaring. Het is
toch uitgesloten dat hij zou willen dat zij
bewusteloos werd, zoolang hij nog in de
buurt was. Zonder twijfel had hij haar, op
de een of andere manier belet om haar kof
fie uit te drinken, totdat hij een geschikte
gelegenheid zag om te verdwijnen".
„Maar dan is dus uw tweede punt ook
niet zoo heel veel waard", zei Judith.
„Wij moeten ieder punt angstvallig vast
houden, omdat wij zoo heel weinig hebben
waarop wij kunnen steunen"; zei Chitter
wick.
„En dan moeten wij niet vergeten, dat
u ons nog iets te vertellen had. Wat was
dat?"
„Het kijken van juffrouw Sinclair. Ik
keek gespannen naar Mouse en u, toen wij
in gesprek waren en weet u, ik kan maar
niet begrijpen, al zou ik ook nog zoo kort
zichtig zijn, waarom zij hem tijdens het
onderhoud, zoo aanzag. Ik denk eerder dat
juffrouw Sinclair vermoedde, dat die man
Lynn niet was. Dit zou er dus op wijzen,
dat de man alleen maar probeerde, om voor
den majoor door te gaan", mompelde Chit
terwick.
„Nu ik dacht, dat wij het daar al over
eens waren; denk alleen maar even aan
het verkeerde telefoontje en de manier
waarop men u weglokte. Neen ik vind als
er iets vaststaat, dat het dan zeker wel dit
is, dat de man voor Lynn wilde doorgaan".
Judith was övernerveus, anders had zij niet
zoo verontwaardigd gesproken.
„Hij zal haar wat vreemd voorgekomen
zjjn, dunkt me?" ging zij kalmer voort. „En
zijn stem klonk misschien wat ongewoon,
want men kan stemmen niet volkomen imi-
teeren en daarom keek zij hem zoo aan
dachtig aan".
„Ik geloof, dat je gelijk hebt Judith", zei
Mouse, terwijl hij haar bewonderend aan
keek. Chitterwick merkte den blik op en
schrok even. Lieve hemel, die jongen is tot
over zijn ooren verliefd op haar; nu daar
kon niemand zich over verwonderen, want
Chitterwick was er heelemaal niet zeker
van, dat dit bij hem ook niet het geval was.
„Maar ik ben bang, dat dit den rechter
niet zal overtuigen", zuchtte Judith.
„Alle beetjes helpen", bemoedigde Chit
terwick haar.
Het was nu over vieren. Chitterwick zag
een juffrouw in de buurt van het tafeltje
en nam de gelegenheid waar om nog iets
te bestellen. Nu bespraken zij wat zij verder
zouden doen. Judith wilde haar man in
Pentonville bezoeken. De overheid had haar
te verstaan gegeven dat zij den majoor zoo
vaak zjj wilde mocht opzoeken en Chitter
wick had een paar dingen die zij aan haar
man moest vragen, voor haar opgeschreven.
(Wordt vervolgd).
9