KRONIEK VAN DEN DAG
Hoe de
petroleum zal
worden gedistribueerd.
1 De Amateur
1 Detective 1
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT GOESCHE COURANT) VAN DONDERDAG 5 OCTOBER 1939. No. 235.
Een advies van Lloyd George en
een bemoedigende canard.
Geen gas- en bacteriënoorlog.
Molotof naar Berlijn?
„Polen heeft zijn plicht gedaan."
Duitsche waarschuwing aan
Denemarken en Finland.
Noorsch schip op een mijn
geloopen en gezonken.
Op één bon kan 1 liter petroleum
gekocht worden. De bon is zeven
dagen geldig.
Britsche verontschuldigingen.
Inschakeling der vakcentrales.
De Wegentroepen blijven onder
de wapenen.
Europa lijdt opnieuw
onder de oorlogsplagen.
Wat IBIS in de pijp
en 't leven is te'dragen.
Dobbelmannlekker, man
0
Het is merkwaardig te lezen, hoe fel het
Engelsche Lagerhuis zich schrap zet tegen
het „vredesoffensief", dat door Moskou en
Berlijn werd aangekondigd, maar waarin
tot dusver al even weinig schot zit als in
de operaties aan het Westelijk front. Zoo
heeft dit Huis het den liberalen grijsaard
Lloyd George (Groot-Brittanniës groote po
litieke figuur uit den wereldoorlog) eergis
teren hoogst kwalijk genomen, naar de N.
R.C. meldt, dat hij Chamberlain durfde ad-
viseeren een eventueel vredesaanbod uit
Berlijn in geen geval overhaast van de
hand te wijzen, maar het ernstig in over
weging te nemen.
Onredelijk was dit advies allerminst.
Lloyd George stelde nog wel nadrukkelijk
voorop, dat hij het geheel met de regeering
eens was, dat Engeland eenig voorstel, dat
het aan Polen aangedane onrecht niet on
gedaan zou maken, onmogelijk zou kunnen
aanvaarden. Hij motiveerde zijn waarschu
wing tegen overhaast handelen bovendien
nog door er, terecht, op te wijzen dat En
geland een vredesvoorstel, dat het door
bemiddeling van een neutrale mogendheid
zou worden voorgelegd, niet botweg kan
verwerpen, zonder het gevaar te loopen
van achteruitgang van zijn betrekkingen
met de neutrale mogendheden.
Alles bij elkaar was er dus tegen Lloyd
George's verzoek om een rustige beschou
wing van het verwachte Duitsche voorstel
weinig'te zeggen. Hij vroeg slechts om tact
en bedachtzaamheid.
Zoo fel is het Lagerhuis echter gestemd
tegen elk idee van onderhandelen met Hit-
Ier, dat Lloyd George onmiddellijk na het
uitspreken van zijn rede uit alle hoeken
van het Huis scherp werd aangevallen. Dat
hij om een rustige beschouwing van even-
tueele Duitsche voorstellen had gevraagd,
was voor verschillende sprekers reeds ge
noeg om hem van gebrek aan vastberaden
heid te beschuldigen, van lafheid zelfs. Er
bleek duidelijk uit, dat het verwachte vre
desaanbod naar de meening van de groote
meerderheid van het Huis reeds van te
voren als verworpen moet worden be
schouwd. Men is blijkbaar de opvatting toe
gedaan, dat Hitier niets meer aan Enge
land te bieden heeft, omdat men in zijn aan
biedingen en beloften geenerlei vertrouwen
meer stelt. Ook de Engelsche pers zit hier
op voortdurend te hameren. Zoo schreef
de „Times" gisteren: „Een aannemelijk vre
desvoorstel zou niet alleen het gedane on
recht moeten goedmaken, maar ook de ver
zekering moeten bieden, dat de vrede van
Europa voortaan niet meer door de agres-
siepolitiek van de nazi's wordt bedreigd.
Die verzekering nu kan het woord van de
huidige Duitsche regeering ons niet geven.
Zij heeft keer op keer ons vertrouwen ge
schonden, zij hebben dat vertrouwen ver
raden, en daar is alles mee gezegd".
Het hoeft geen betoog, dat het herstel
van den vrede op korten termijn als uit
gesloten moet worden beschouwd, indien
men zich in Engeland hardnekkig aan deze
these blijft vastklampen. Een vredesaan
bod, dat de gestelde eischen zou inwilligen
is ten eenenmale onbestaanbaar.
Voor het overige is de situatie intuesehen
in zoover weer iets gunstiger geworden, dat
de waarschijnlijkheid van deelneming van
Italië aan den oorlog (aan de zijde van
Duitschland) min of meer kan worden te
gengesproken. Het alarmeerende bericht,
dat Reuter eergisteren de wereld inzond
(hierop neerkomende, dat Mussolini reeds
tot den krijg besloten zou hebben, voor het
geval het „vredesoffensief" zou mislukken)
biykt fantasie geweest te zijn. De berichten
uit Rome wijzen er integendeel op, dat
Italië vermoedelijk tot het uiterste zal
trachten neutraal te blijven, waarmee het
dreigende gevaar van uitbreiding van de
catestrofe uiteraard heel wat geringer
wordt. Moge het gewapend conflict op zijn
minst inderdaad gelocaliseerd worden. De
rest van de wereld zal er ook dan nog ge
noeg van te lijden krijgen.
In het Engelsche Lagerhuis is gister ver
klaard, dat de Duitsche regeering door tus-
schenkomst van den Zwitsersche gezant in
Londen de Britsche regeering do verzeke
ring heeft gegeven, dat Duitschland zich
zal houden aan het protocol van Genève
van 1925, dat het gebruik van gas en var
bacteriologische methoden in den oorlog
verbiedt, daarbij uitgaande van de veronder
stelling, dat ook de Britsche regeering dit
protocol in acht zal nemen.
Toen Henderson, van de Arbeidersopposi
tie, hierop vroeg, of er bewijzen waren, dat
de Duitschers gasbommen gebruikt hadden
in Polen, werd geantwoord, dat hij deze
vraag liever schriftelijk moest stellen.
o
Het Zwitsersche blad National Zeitung,
te Bazel, verneemt uit Berlijn, dat de Rus
sische volkscommissaris van buitenlandsche
zaken Molotof waarschijnlijk binnenkort
een bezoek aan Berlijn zal brengen.
o
De nieuwe in Frankrijk benoemde
minister-president van Polen, generaal Si-
korski, opperbevelhebber van het Poolsche
leger in Frankrijk, heeft de volgende ver
klaring afgelegd:
Polen is niet in een eerlijk gevecht over
wonnen; het werd overweldigd door horden
zonder eer en recht. Door tegenstand te
bieden, zooals het heeft gedaan, toonde Po
len de moreele en geestelijke waarden, wel
ke de grootheid uitmaken van beschaafde
volken. Het heeft zijn plicht gedaan. Het
heeft tot het uiterste van zijn kracht weer
stand geboden aan bijna de geheele Duit
sche strijdkracht, waardoor het de mobili
satie en concentratie van zijn groote bond-
genooten vergemakkelijkte.
Het is duidelijk, dat de wereld verlost
moet worden van de voortdurende bedrei
ging met oorlog en van de zware last der
bewapening. Een levensvatbaar Europa
moet hersteld worden, waarin alle volken,
die thans onderdrukt worden door Duitsch
land of Rusland, zooals Polen en Tsjecho-
Slowakije, volledige onafhankelijkheid en
veiligheid vinden.
Vergun mij ten slotte om deze korte uit
eenzetting te beëindigen, het woord van
Voltaire tot het mijne te maken: „Men
heeft zeer weinig verlorenwanneer
men de eer heeft bewaard."
o
SIGARENWINKELIERS STICHTEN
EEN COMITé VAN ACTIE,
De winstmarge wordt kleiner en
het verbruik van rookartikelen
vermindert.
Gisteravond werd in Den Haag een ver
gadering gehouden van afgevaardigden
van de federatie van winkeliers in ta
baksfabrikaten en van den Nederland-
schen modernen middenstandsbond (vak
groepen sigarenwinkeliers
Onder overweging dat de minder gun
stige omstandigheden onder de sigaren
winkeliers thans nog verergerd worden
door maatregelen van fabrikanten, die
wel den inkoopprijs, doch niet den ver
koopprijs verhoogen, waardoor de winst
marge kleiner wordt en dat geklaagd
wordt, dat door het verstrekken van ta
baksvergunningen aan cantines of het
toestaan van den verkoop van tabaksarti
kelen zonder tabaksvergunning, de con
sumptie van rookartikelen door de onge
veer 300,000 gemobiliseerden aan de win
keliers onttrokken worden, werd besloten
een comité van actie te stichten bestaande
uit twee vertegenwoordigers van de fe
deratie van winkeliers in tabaksfabrikaten
en twee uit den Nederlandschen modernen
middenstandsbond.
Het secretariaat zal worden waargeno
men door den bondssecretaris van den
Nederlandschen modernen middenstands
bond, W. M. Hartman, Den Haag.
Het comité zal zich met een adres wen
den tot de regeering en met een schrijven
tot den bond van fabrikanten van tabaks
artikelen.
Tegen „onbehoorlijk gedrag"
van haar schepen.
Volgens de Deensche bladen is ook aan
Denemarken en Finland een nota gezonden,
waarin Duitschland de neutrale scheep
vaart waarschuwt tegen onbehoorlijk ge
drag bij de Britsche en Fransche wateren.
Naar men weet hebben ook de regeeringen
der Ver. Staten en Zweden eenige dagen
geleden van Duitschland een nota ontvan
gen, waarin zij gewaarschuwd werden tegen
't „verdachte gedrag" van schepen der Ver.
St. en Zweden in de wateren om Frankrijk en
Groot Brittannië. In de nota waarschuwt
Duitschland er tegen dat bedoelde schepen
trachten te ontsnappen wanneer Duitsche
zeestrijdkrachten hen willen aanhouden en
onderzoeken. Voorts worden deze schepen
gewaarschuwd tegen het zig-zag varen en
het brengen van wijziging in hun koers.
o
Voor de haven van Singapore.
In een officieel Britsch communiqué
wordt verklaard, dat het Noorsehe stoom
schip „Hoegh", dat een lading van 4914 ton
aan boord heeft, in het mijnveld bij den in
gang van de haven van Singapore op egn
mijn is geloopen en gezonken.
Alle leden der bemanning werden gered;
9 personen moesten in een ziekenhuis wor
den opgenomen.
Aan het communiqué wordt toegevoegd,
dat het schip had nageleten gehoor te ge
ven aan de signalen en ondanks de gegeven
waarschuwingen binnen een der mijnveiden
was gekomen.
Hoewel een patrouillevaartuig had ge
poogd het schip te doen stoppen. De beman
ning werd door de Britsche eenheid aan
boord genomen. Het Noorsehe schip was op
weg van Saigon naar Bombay.
De minister van economische zaken heeft
thans „de petroleum beschikking 1939 no.
2" vastgesteld, waarbij is bepaald, dat met
ingang van een nader te bepalen dag pe
troleum niet mag worden gekocht, ver
kocht en afgeleverd, dan met inachtneming
van het bepaalde in de vastgestelde distri
butieregeling. In de petroleumbeschikking
staat o.m.:
De*distributiedienst van eiken distributie
kring verstrekt op een desbetreffende aan
vrage aan ieder gezinshoofd voor zoover
verbruiker van petroleum voor huishoude
lijke doeleinden, of diens gemachtigde, een
petroleumdistributiekaart, voorzien van
doorloopend genummerde bonnen. Deze
kaart wordt niet verstrekt, dan nadat de
'aanvrager bij den distributiedienst heeft in
geleverd een nauwkeurig en naar waarheid
ingevulde en onderteekende vragenlijst,
welke beschikbaar wordt gesteld vanwege
dien dienst.
Voor zoover, mede uit de ingeleverde vra
genlijst, blijkt, dat de woning van een ge
zinshoofd, als in het eerste lid bedoeld, aan
gesloten is op een electriciteitsnet en niet
is aangesloten op een gasleiding, worden
den betrokkene op een desbetreffende aan
vrage, behalve de hem krachtens het eer
ste lid uitgereikte petroleumdistributie
kaart, daarenboven nog maximaal twee pe-
troleumdistributiekaarten uitgereikt.
Voor zoover, mede uit de ingeleverde
vragenlijst, blijkt, dat het gezin van het
gezinshoofd, als in het eerste lid bedoeld,
bestaat uit meer dan vier personen, wordt
den betrokkene, aan wien reeds 2 of 3 pe-
troleumdistributiekaarten zijn uitgereikt,
op een desbetreffende aanvrage behalve de
hier bedoelde, daarenboven een petroleum
distributiekaart uitgereikt.
De bonnen geven recht op het koopen
Voor het vliegen boven de
Ned.-Indische territoriale wa
teren.
De regeeringspersdienst meldt:
Van den Nederlandschen consul-generaal
te Singapore is bericht ontvangen dat de
commodore der Britsche marine in Malaya
hem namens de Britsche marine-autoritei
ten verontschuldigingen is komen aanbie
den voor het feit, dat in den ochtend van
16 September jl. ter hoogte van Padang,
op de Westkust van Sumatra, een vliegtuig
van het Britsche oorlogschip „Cornwall"
zich wegens minder goed zicht onopzettelijk
te ver naar de kust heeft begeven en te
laat bemerkt heeft dat het zich boven de
Nederlandsch-Indische territoriale wate
ren bevond.
De Nederlandsche regeering had eenige
dagen geleden bij de Britsche autoriteiten
verzocht een onderzoek te willen instellen
naar de hierboven bedoelde schending van
onze neutraliteit in Indië. Deze schending
heeft zich voorgedaan toen een Duitsch
vrachtschip, dat van Afrika op weg was
naar Australië door een Britsch oorlogs
schip werd achtervolgd. Het Duitsche schip
vluchtte toen de haven van Padang binnen.
Bij de achtervolging zou het schip binnen
de territoriale wateren door de Britsche
strijdkrachten zijn aangevallen.
o
De besturen van de arbeidersvakcentra-
len hadden zich gewend tot den ministter
van Econ. Zaken met het verzoek inge
schakeld te worden zoowel bij den arbeid
van de rijksbureaux voor de industrieele
grondstoffenvoorziening als bij den arbeid
van het centrale distributieorgaan voor
de voedselvoorziening. De arbeidersvak-
centralen hebben thans van den minister
een schrijven ontvangen, waarin Z. exc.
mededeelt, dat aan het geuite verlangen
tegemoet zal worden gekomen.
van petroleum. De hoeveelheid petroleum,
welke op grond van een bon mag worden
gekocht, wordt vastgesteld op 1 liter, tot
dat zulks door den directeur anders wordt
bepaald.
De bonnen hebben een beperkten geldig
heidsduur. Te dezen aanzien wordt bepaald,
dat de bon, gemerkt no. 1, geldig is gedu
rende het tijdvak van zeven
achtereenvolgende dagen,
ingaande op den dag, waarop de distributie
ingaat, de bon gemerkt no. 2, gedurende de
eerstvolgende zeven dagen, totdat zulks
door den directeur anders wordt bepaald.
Aflevering van petroleum
tegen inlevering van een
lossen bon is verboden. De
bon moet in tegenwoordigheid van den le
verancier van de distributiekaart worden
afgescheurd.
Uiterlijk op den eersten werkdag, volgen
de op den laatsten dag van den geldigheids
duur van de bonnen, kan een petroleum-
handelaar of petroleumkleinhandelaar
deze bij den distributiedienst van een dis
tributiekring inleveren, volgens door dezen
dienst te stellen regelen.
De distributiedienst verstrekt tegenover
de aldus ingeleverde bonnen den handelaar
of kleinhandelaar een gewaarmerkten be
stelbon recht gevende op het koopen van
een hoeveelheid petroleum, gelijk aan de
hoeveelheid, vertegenwoordigd door de bon
nen, welke werden ingeleverd.
Aan den bestelbon wordt een geldigheids
duur verleend van dertig dagen.
De directeur kan zoowel aan den ver
bruiker van petroleum voor industrieele
doeleinden als, in bijzondere gevallen, aan
den verbruiker van petroleum voor huis
houdelijke doeleinden op diens aanvrage
schriftelijk vergunning verleenen tot het
koopen van petroleum.
De bepalingen, van de beschikking zijn
niet van toepassing op het koopen door, of
het verkoopen en afleveren aan bevoegde
militaire autoriteiten en instanties.
(Ingez. Med.)
Uit Den Haag: Bij de Tweede Kamer
is ingediend een ontwerp van wet tot het
onder de wapenen blijven van dienstplich
tigen. In de memorie van toelichting zegt
de minister van Defensie:
Na het voltooien van de mobilisatie en
de concentratie is het verkeer, o.m. ver
band houdende met den aan- en afvoer-
dienst van het leger, dermate toegenomen,
dat maatreggelen moeten worden getrof
fen om de wegen in het bijzonder die,
waarover in normale tijden weinig ver
keer plaats vindt in behoorlijken staat
te houden. Het werd daarom noodig ge
acht om een aantal buitengewone dienst
plichtigen (plm. 700 man), die ervaring
bezitten in het onderhoud van wegen en
uit dien hoofde bestemd waren voor de
wegentroepen, bij Kon. Besluit van 5 Sep
tember 1939 in werkelijken dienst te roe
pen.
Het thans aangeboden ontwerp van
wet is een uitvloeisel van de Grondwet,
die voorschrijft, dat het onder de wape
nen blijven van buitengewoon o'pgeroepen
dienstplichtigen bij de wet moet worden
bepaald.
Voorgesteld wordt deze wet in werking
te doen treden met ingang van den dag
na haar afkondiging.
o
329 NIEUWE TANKS VOOR HET
AMERIKAANS! HE LEGER
Reuter meldt uit Washington: Het le
ger der Vereenigde Staten heeft opdracht
gegeven tot aankoop van 329 nieuwe
tanks tot een bedrag van bijna zes mil-
lioen dollar, aldus de New-York Times.
o
OVERSTROOMINGEN IN ZUID-SPANJE.
Tengevolge van de buitengewoon hevige
regens, die de laatste dagen zijn gevallen
is het water van de Spaansche rivier Qua-
dalquivir gestegen en de vlakte van Triana
ondergeloopen. De bewoners hebben hun
huizen moeten verlaten. Zij bevinden zich
thans met hun vee in het dorp Canas en in
de omliggende heuvels. ,De spoorlijn van
Sevilla naar Cordova is op verscheidene
plaatsen afgesneden. De haven van Sevilla
is voor de scheepvaart gesloten en alle sche
pen moeten steviger vastmaken met het
oog op den sterken stroom. Te Saragossa
is de Ebro, welks peil vier meter boven nor
maal is, buiten de oevers getreden.
o
NOG MEER SCHOENEN IN BESLAG
GENOMEN.
De politie te Zutphen heeft gisteren bij
een schoenwinkelier, die zich aan prijsop
drijving had schuldig gemaakt, een groote
partij schoenen in beslag genomen. De win
kelier had een belangrijk percentage op
den verkoopsprijs gelegd.
lllllllllllll!!llllllllll!!lllll!lll!llllllll!ll!lll!l!llllllllllllllll!lllllll!lll!!lllllllll!llïl)
Naar het Engelsch van
Anthony Berkeley.
8). j :"5f'l
Gelukkig voor zijn zenuwen hoefde hij
niet lang te wachten. Het geroezemoes
van stemmen drong tot hem door en al
spoedig kon hij de stem van Moresby on
derscheiden, zonder echter de woorden te
kunnen verstaan. In zijn angst om iets
belangrijks te zullen moeten missen, maak
te hij brutaalweg de gleuf tusschen twee
schermen wat wijder, zoodat hij niet al
leen hooren, maar ook zien kon.
Hij zag Moresby met een van zijn hel
pers en achter hem doemde een bos rood
haar op. Plotseling nam Moresby een
eenigszins andere houding aan om den
roodharige aan te spreken en Chitterwick
was getuige van het volgende onderhoud.
„Bent u mijnheer Lynn Sinclair?'
„Ja, die ben ik'.'"
Chitterwick kon het gezicht van den
man niet zien, maar zijn eenigszins offi-
cieele toon verried alleen zijn zeer be
grijpelijke verbazing.
„Kwam u hier om uw tante, mejuf
frouw Sinclair uit Earlshaze in Dorset,
te ontmoeten?"
Chitterwick was wel geboeid door het
dramatische gebeuren voor hem, doch hij
voelde toch een zekere genoegdoening,
omdat hij de betrekkingen tusschen de
twee gasten zoo juist had aangevoeld.
„Ja'l En weer was het aan de stem te
hooren, dat de eigenaar ervan alleen maar
..verbaasd, hoogstens een beetje ongedul
dig was.
„Ja, dan moet ik u tot mijn spijt een
zeer. droeve mededeeïïng doen, mijnheer
Chitterwick vond, dat Moresby het in de
kunst om te veinzen niet zoo ver had
gebracht als de roodharige. Voor hem
stond het vast, dat de roodharige man een
zeer goed tooneelspeler was Moresby was
een stap achteruit gegaan en zoodoende
kon Chitterwick den roodharige vlak in
het gezicht zien, maar hij kon geen spoor
van argwaan opdat gezicht ontdekken.
„Iets droevigs?" herhaalde hij ten hoog
ste verbaasd „Ik begrijp er niets van.
Wie bent u eigenlijk?"
„Ik ben van de politie", zei Moresby,
„het spijt mij zeer, maar u moet u op iets
heel ergs voorbereiden. Uw tante is plotse
ling gestorven en wel hier. Het is nog geen
uur geleden gebeurd."
,,U bedoeltis ze dood?"
Chitterwick zuchtte van louter bewonde
ring. Sinclair, de roodharige, mocht dan 'n
gewetenlooze schurk zijn, zijn tooneelspel
was af; Chitterwick wist echte kunst te
waardeeren. Geen nuance in den toon was
verkeerd. Sinclair zag er uit als een flinke
man, die zoo juist de doodstijding verneemt,
van zijn liefste tante.
„Het spijt mij het te moeten zeggen,
mijnheer, zoo is het".
Moresby ging plotseling op zij, zoodat Sin
clair onvoorbereid den gruwelijken aanblik
van de doode oude dame tegenover zich
had. Hij schrok even en Chitterwick knikte
voldaan: een onschuldige moest schrikken,
alleen schuldige, die wist wat Moresby ver
borgen had gehouden, zou niet geschrokken
Eerst wanneer wij er uit verstooten
worden, erkennen wij ons paradijs.
Illlllllllll!lllllllllll!!lllllllll!lllllllllll!!llllllllll!lllllll!llllllllill!llllllllllllllllllllll!lllllllll
zijn. De man moest van tevoren met ieder
detail rekening gehouden hebben.
„Mijn hemel", bracht hij er nu uit. „Wat
ontzettend! Was heterg plotseling?"
„Zeer plotseling", stemde Moresby droog
jes toe. Sinclair bleef een oogenblik zwij
gend zitten en staarde naar het lijk.
„Dan moet ze toch wel een zwak hart
gehad hebben", mompelde hij bijna onhoor
baar. „Nu, ik denk, dat het het beste is..."
Hier onderbrak hij zichzelf en keek Mores
by aan. „U zei zooeven, dat u van de poli
tie was. Bedoelde u den politiedienst van
het hotel?"
„Nr-en mijnheer", antwoordde Moresby
op welwillenden toon. „Ik behoor bij de cri-
mineele afdeeling van Scotland Yard".
Maar Sinclair scheen hier in 't geheel niet
door in de war gebracht, wel een beetje ge
ïrriteerd. Hij sprak beleefd.
„Dan zou ik wel eens willen weten, wat
u hier komt doen? Wat heeft Scotland Yard
met. den dood van mijn tante uit te staan?"
„Ik heb u toch immers al gezegd, mijn
heer, dat u zich op een grooten schok moest
voorbereiden. De directeur van het hotel
heeft ons den dood van uw tante meege
deeld, nadat de dokter haar had onderzocht.
Het spijt mij zeer, mijnheer, maar het heeft
er veel van weg, dat uw tante de hand aan
zich zelf geslagen heeft".
De reactie van Sinclair op dit handig
heidje van Moresby had Chitterwick in 't
geheel niet verwacht.
„Zelfmoord?" snauwde hij. „Onzin! Zij
was de laatste op de heele wereld, die zoo
iets zou doen".
„De dokter vond blauwzuur in het restje
van haar koffie", zei Moresby met vlakke
stem, „en zij had een fleschje nog in haar
hand".
Er was een oogenblik stilte. Een stilte,
die indrukwekkender was, dan alles wat er
tot nu toe was voorgevallen, een stilte, die
van den eenen kant met voorzichtigheid
en slimheid en van den anderen kant met
ernstige vastberadenheid geladen scheen.
Chitterwick was een beetje teleurgesteld.
Dit gzegde vond hij een beetje simpel.
De twee bespraken wat er nu zou moeten
gebeuren. Sinclair wilde, dat men het li
chaam direct naar zijn huis in Queen Annes
Gate zou overbrengen. Moresby wees er op,
dat eerst nog een onderzoek zou moeten
plaats hebben en stelde het lijkenhuis voor.
Sinclair was hier zeer tegen, maar Mores
bij stond er op. Dit onderhoud verliep ove
rigens zeer normaal.
Chitterwick haalde eens diep adem en
vond nu pas even tijd, natuurlijk zonder 'n
woord van de tweespraak te missen, om
zijn indrukken te regelen. Zoo was de man
b.v. lang niet zoo jong als hij gedacht had.
Eerder 35 dan 25 jaar; bij de slapen kwam
al een beetje grijs tusschen het kortge
knipte, golvende roode baar. De gelijkenis
met zijn tante was, evenals vroeger, dui
delijk te zien en bij nadere beschouwing
was er nog, behalve de arendsneus, een
heele reeks van kleine overeenkomstighe
den. Hij was zoo groot als Chitterwick hem
in zijn gedachten had, misschien een beet
je grooter. Hij scheen nu meer waardigheid
in zijn houding te hebben, maakte nu meer
den indruk van een gentleman vond
Chitterwick dan eerst; zijn optreden te
gen zijn tante was zonder consideratie ge
weest en, in weerwil van zichzelf, onbe
schaamd. Maar op dat moment overwoog
Chitterwick moest hij hoogst nerveus
geweest zijn en nu kon hij iedere vezel van
zijn lichaam in bedwang houden, om zijn
röl zonder fouten te spelen. En voor de
manier waarop hij de rol speelde kon Chit
terwick, ondanks zijn sterken afkeer te
gen de figuur van dezen man, alleen maar
de grootste bewondering voelen.
Met uitzondering van die eene onhandi
ge opmerking had hij zich niet het minst"
bloot gegeven. Het was voor Chitterwick
duidelijk, dat Scotland Yard hoe hoog
hij dien dienst ook aansloeg zonder hem
en zijn getuigenis niets tegen den roodha
rige kon uitrichten en natuurlijk had de
roodharige geen idee van het bestaan van
die verklaringen.
Intusschen had Moresby gebruik ma
kende van de besprekingen over de ver
schillende regelingen met het lichaam van
de doode voorzichtig den man uitge
hoord. Eén of twee zeer interessante feiten
waren hierdoor aan het licht gekomen. De
doode was klaarblijkelijk een persoon van
gewicht. Sinclair sprak over Earlshaze
alsof het een groot buiten was. Hij zelf was
haar naaste bloedverwant en hij geloofde
ook dit liet hij terloops los op een di
recte vraag van Moresby maar toch
niet terloops genoeg om Chitterwick te ont
gaan, de eenige erfgenaam van zijn tante
te zijn.
Zij logeerde als altijd, als zij in Londen
was, met haar juffrouw van gezelschap in
het Aldridge-hotel. Chitterwick kende Al-
dridge. Daar konden alleen maar personen
van gewicht logeeren, terwijl de eigenaar
zoo nu en dan ook wel de een of andere
buitenlandsche vorstelijke familie onderdak
verleende. Het was een klein onaanzienlijk
hotel en misschien wel het meest antieke
in den geheelen omtrek. Maar het was iets
heel aparts en de lucht, die men er in
ademde, kostè vele ponden per uur.
(Wordt vervolgd).