Ijl frownriak lp %eeuw&cfjëZ if
HIDDELBURGSCHE OOUMMT
C GOESCHE COURANT
Chamberlain ziet geen reden om
zijn politiek te wijzigen.
Mussolini wil nog steeds bemiddelen
De „Bilderdijk" pikte
Engelsche schipbreukelingen op
Nog geen richtprijzen
voor 1940.
Een blok van ne utralen in
Zuid-Oost Europa?
De lichting 1940 moet
23 October opkomen,
Polen was niet de fundamenteele
oorzaak van den oorlog.
Vredesvoorstellen zullen
bestudeerd worden.
Wordt de luchtlijn op Zeeland
heropend
De Italiaansche bladen getroffen
door de vastberadenheid der
democratieën.
Hoe de „Pukkastan"
getorpedeerd werd.
De teeltregeling voor rundvee.
NUMMER 234 182e JAARGANG
Dagblad. Uitgave C.V. De Middel-
burgsche Courant. Bureaux: te
MIDDELBURG: St. Pieterstraat 28,
Tel. Redactie 269, Administratie 139;
te GOES: Turfkade, Tel. 2863. Post
giro 359300. Abonnementsprijs voor
Middelburg en Goes 2.30, elders
2.50 per kwartaal. Weekabonne
menten in Middelburg en Goes 18 ct.
TWEE BLADEN EERSTE BLAD
WOENSDAG 4 OCTOBER 1939
Advertentiën 30 cent per regel,
ingezonden mededeelingen 60 cent
per regel. Bij contract lager. Tarief
op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum 2.10.
„Kleine Advertenties", maximum S
regels, 75 cent, bij vooruitbetaling.
„Brieven, of adres bureau v. d. blad"
.10 cent extra. Bewijsnummers 5 «t.
De Engelsche minister-president Cham
berlain heeft gisteren in het Lagerhuis zijn
wekelijksche verklaring over den gang van
zaken in den oorlog afgelegd.
Hij wees er op, dat in de afgeloopen week
op internationaal terrein gebeurtenissen
van groot belang hadden plaats gehad en
hij wijdde uit over de overeenkomst tus-
schen Duitschland en Rusland.
In sommige kringen heeft men gevraagd
aldus Chamberlain dat de Engelsche
regeering haar houding zou bepalen tegen
over deze ontwikkeling, maar ik zie hierin
niets, wat dit land ertoe zou kunnen bren
gen, zijn houding, welke het rechtvaardig
acht, te wijzigen. De Russisch-Duitsche
overeenkomst heeft den toestand in Polen
gewijzigd, doch er volgt geenszins uit, dat
de overeenkomst zal leiden tot een uitein
delijk voordeel van Duitschland en nog veel
minder, dat zij de doelstellingen der Brit-
sche regeering zou treffen.
Er is niets in de overeenkomst, dat voor
ons aanleiding zou kunnen zijn om iets an
ders te doen dan wat wij nu doen: al onze
hulpbronnen mobiliseeren en de geheele
macht van het Britsche imperium in het
werk stellen voor een doeltreffend voort
zetten van den oorlog.
Chamberlain herinnerde vervolgens aan
de redenen, waarop Engeland ten strijde
is getrokken en aan de onmiddellijke oor
zaak van den oorlog.
„Indien Polen al de directe aanleiding
was tot den oorlog, het was niet de fun
damenteele oorzaak.
Deze oorzaak was het overweldigende
gevoel in dit land en in Frankrijk van het
ondraaglijke van den stand van zaken,
waarin de landen van Europa het hoofd
moesten bieden aan het alternatief hun vrij
heid in de weegschaal te stellen of hun
krachten op geregelde tijden te mobilisee
ren om deze vrijheid te verdedigen. De pas
sage in de Duitsch-Russische verklaring, in
zake het liquideeren van den oorlog, is
duister, doch het schijnt een soort voorstel
tot vrede te combineeren met een nauwe
lijks verholen bedreiging voor de gevolgen,
indien het voorstel zou worden verworpen.
Ik kan niet voorspellen van welken aard
een dergelijk voorstel zal zijn, maar ik kan
wel nu reeds zeggen, dat geen bedreiging
ooit dit land of Frankrijk er toe zou kun
nen brengen het doel op te geven, waar
voor wij dezen strijd hebben aanvaard".
Chamberlain zeide verder, dat de po
ging om Engeland teb elasten met de
verantwoordelijkheid voor het voortzetten
van den oorlog, zooals de Duitsche pro
paganda doet, alleen een nieuw onderdeel
is van de Duitsche oorlogstechniek.
De verantwoordelijkheid voor den oor
log blijft rusten op hen, die deze politiek
van achtereenvolgende aanvallen hebben
opgesteld en uitgevoerd. Dit kan noch
worden ontkend, noch worden geëxcu
seerd.
Geen loutere verzekeringen van de hui
dige Duitsche regeering kunnen worden
aanvaard. Daarvoor heeft deze regeering
in het verleden te dikwijls bewezen, dat
haar beloften waardeloos zijn en gebro
ken worden, wanneer het haar past, In
dien derhalve voorstellen worden gedaan,
zullen wij deze zeer zeker bestudeeren en
wij zullen ze toetsen in het licht van
wat ik zoo juist heb gezegd.
ZORG VOOR GEMOBILISEERDEN.
Protestantsch christelijk comité
ingesteld.
In een gisteren te Utrecht gehouden bij
eenkomst van vertegenwoordigers van ver
schillende christelijke organisaties die op
onderscheiden gebied werkzaam zijn, is de
finitief besloten tot de instelling van een
protestantsch-christelijk comité voor de be
hartiging van de geestelijk-zedelijke belan
gen der gemobiliseerden. Dit comité, over
de vorming waarvan reeds in de op 22 Sept.
3.1. gehouden samensprekingen in principe
overeenstemming was verkregen, beoogt
coördineerend en stimuleerend te werken
op den arbeid, die ten behoeve van de ge-
mobiliseerden door allerlei organisaties van
protestantsch-christelijke richting wordt
verricht. Het staat onder leiding van den
oud-minister van binnenlandsche zaken en
financiën mr. J. A. de Wilde te 's Graven-
hage.
DUITSCHERS BIEDEN HUN DIENSTEN
AAN ENGELAND AAN.
Het Britsche ministerie van voorlichting
deelt mede, dat Duitsche vluchtelingen in
Zuid-Afrika vrijwillig hun diensten hebben
aangeboden aan de autoriteiten. Hieronder
zjjn mannen, die in verschillende functies
hebben gediend in het Duitsche en Oosten-
rijksche leger. Zij verklaarden gaarne het
land te willen dienen, dat hun onderdak
heeft verschaft.
Niemand verlangt den oorlog voort te
zetten, langer dan noodzakelijk. Doch de
overgroote meerderheid van de openbare
meening in dit land, en ik ben er van
overtuigd ook in Frankrijk is vastbesloten
er voor te zorgen dat deze heerschappij
van geweld een einde zal nemen en dat
het woord, dat de regeeringen eens heb
ben gegeven, altijd zal worden nageko
men.
Chamberlain gaf vervolgens een over
zicht van het oorlogsgebeuren. Na te
hebben gesproken over de verdere voor
uitgang der Franschen aan het Westelijk
front, zeide hij dat een groot Britsch le
ger wordt overgebracht naar Frankrijk
en zijn plaats inneemt aan de zijde van
den Franschen bondgenoot.
Toejuichingen.
In de rede van Chamberlain was eeni-
ge heftigheid te bespeuren meldt Reuter,
in tegenstelling met de gewone kalme
wijze van spreken van den minister-pre
sident. Het Lagerhuis juichte, toen hij
zeide, dat geen bedreiging Engeland ot
Frankrijk ertoe zou kunnen brengen hun
doel op te geven en nog luider was het
gejuich, toen hij zeide, dat de heerschap
pij van het geweld moet eindigen.
Na afloop van de rede drong Lloyö
George erop aan, dat geen overhaast ant
woord zou worden gegeven op eenig vre
desvoorstel, waarop Chamberlain zeide:
„Hiermede ga ik volkomen accoord. Ik
zie geen reden waarom we ons zouden
haasten een antwoord te geven op eenig
voorstel, dat werkelijk ernstige overwe
ging vraagt. Chamberlain herhaalde even
wel, dat tot nu toe een dergelijk voorste»
nog niet is ontvangen en op dit oogen-
blik zou het voortijdig zijn eenige hoop
te bouwen op de aannemelijkheid vaneen
dergelijk voorstel, hoewel het Huis zou
begrijpen, dat niemand dan spr. hartelij
ker een voorstel zou begroeten, waardoor
werkelijk het doel, dat de regeering zich
heeft gesteld en waarvoor den oorlog ls
aanvaard, zou worden bereikt.
Men meldt ons uit Den Haag:
Aangezien van verschillende landbouw
producten binnenkort de zaaitijd aanbreekt,
is de vraag gesteld, welke richtprijzen voor
den oogst 1940 zullen worden bepaald. De
minister van Economische Zaken deelt
daarover mede, dat de economische omstan
digheden voor de naaste toekomst zoo on
zeker zijn, dat het niet mogelijk is, reeds
thans richtprijzen vast te stellen. Deze zul
len in den loop van het volgende jaar wor
den bepaald. Daarbij zal worden getracht,
een redelijke belooning voor den boer vast
te stellen, rekening houdende met alle daar
bij in aanmerking komende omstandighe
den, zooals bijvoorbeeld de productiekosten
en de kosten van het levensonderhoud van
den landbouw.
PRINS BERNHARD BEZOEKT
AVIOLANDA.
Z. K. H Prins Bernhard heeft heden,
vergezeld van zijn waarnemenden adju
dant, majoor Phaff, een bezoek gebracht
aan de vliegtuigenfabriek Aviolanda te
Papendrecht, waar de Prins namens de
Koningin vliegtuigen, die voor het Kon.
Nederlandsch-Indische leger worden ver
vaardigd, in oogenschouw heeft genomen.
Naar de Tel. verneemt, is er van ver
schillende zijden bij de KLM op aange
drongen, dat de maatschappij de binnen
landsche Iqn naar Haamstede zal herope
nen, in verband met het feit, dat iedere
andere verbinding met Zeeland zooveel
tijd vordert. De KLM schijnt naar dit plan
wel ooren te hebben en overweegt de moge
lijkheden. De maatschappij heeft materi
aal en personeel genoeg om nog een paai-
lijnen te onderhouden.
Havas meldt uit Rome:
Het onderhoud van Ciano met Hitier
blijft op den voorgrond staan van de belang
stelling der Italiaansche bladen, die vooral
aandacht wijden aan de reacties in de oor
logvoerende landen, gewekt door de Ber-
lijnsche besprekingen.
De „Regime Fascista" geeft duidelijk te
verstaan, dat er een bemiddelend optreden
van de Italiaansche regeering zal komen.
Het blad schrijft, dat de kwestie Dantzig
buiten het kader viel van het Italiaansch
Duitsche pact. Daarom kon Mussolini, ter
wijl hij buiten het conflict bleef, een be
middelende actie probeeren bij Frankrijk en
Engeland.
De Italiaansche bladen zijn getroffen
door de krachtige vastberadenheid der bei
de groote democratieën om iedere compro
mis-oplossing, gebaseerd op een erkenning
van het voldongen feit in Polen, van de
hand te wijzen.
De Fransche openbare meening, zoo mer
ken de Italiaansche waarnemers op, heeft
geen enkel vertrouwen meer in alleen een
diplomatieke garantie of belofte. Zij
legt bewijs af van een zeer hechten wil om
den strijd voort te zetten, omdat zij de over
tuiging heeft, dat een onzekere vrede de
voortzetting van den oorlog slechts met
enkele maanden zou verdagen, terwijl men
thans den oorlog als een onvermijdelijke
beproeving aanvaardt.
„NIET HET EFFECT, DAT
BERLIJN VERWACHTTE."
Het Belgische nieuwsbureau „Belga" pu
bliceerde gisteren 't volgende telegram uit
Parijs: „Uit Italiaansche bron ontvan
gen inlichtingen veroorloven te zeggen, dat
het bezoek, dat Ciano aan Berlijn heeft ge
bracht, niet het effect heeft opgeleverd, dat
de Duitschers ervan hadden verwacht.
De duce, die, naar men zegt persoonlijk
gepolst zou -zijn, heeft er de voorkeur aan
gegeven een onderhandelaar naar Berlijn te
zenden, die geen volmacht had, verplichtin
gen aan te gaan.
Duitschland zou hebben willen bereiken,
dat de duce door aan te nemen zijn vredes
voorstellen zelf over te brengen, daaraan
het gewicht van zijn gezag en vhn de Ita
liaansche macht zou geven.
Graaf Ciano heeft te dien opzichte weinig
hoop gelaten aan de Duitsche staatslieden,
met wie hij heeft gesproken.
Italië is meer dan ooit besloten buiten
het conflict te blijven."
Tegenspraak.
Het gister door Reuter verspreide be
richt betreffende een z.g. Italiaansch com
muniqué, dat door radio Rome zou zijn ver
spreid en dat nadere bijzonderheden zou
hebben gegeven omtrent den inhoud van de
ItaliaanschDuitsche besprekingen te Ber
lijn, is, volgens het Italiaansche nieuwsbu
reau Stefani, van iederen grond ontbloot.
Geen enkel commnuiqué is te dien aanzien
uitgegeven.
<"V
De Russisch-Turksche onderhandelingen
wekken volgens de Italiaansche „Gazetta
del Popoio" ernstige bezorgdheid te Londen.
De berichten uit Moskou hebben volgens
het blad te Londen ontsteltenis veroorzaakt.
Ook de meest optimistische Engelschen
moeten toegeven, dat de verlenging der be
sprekingen te Moskou erop wijst, dat Rus
land het laatste woord nog niet gesproken
heeft. Het is mogelijk, dat Rusland aan
Turkije een absolute neutraliteit oplegt,
waardoor de doorgang naar de Zee van
Marmora en de Zwarte Zee, de Dardanel
les geheel gesloten zouden worden. Men
zou zoo, aldus het blad, een geweldig blok
van neutralen vormen, dat de plannen tot
omsingeling van Duitschland zou verijdelen.
Naar Reuter uit Moskou verneemt, wacht
de Turksche minister van Buitenlandsche
Zaken, Saradjogloe, op antwoord uit Anka
ra. Het wordt waarschijnlijk geacht, dat
Rusland aan Turkije zal voorstellen een
verdrag van wederzijdsehen bijstand te slui
ten, teneinde een invasie in de Zwarte Zee
te verhoeden. Men acht het echter mogelijk,
dat aan Turkije wordt toegestaan een al
liantie aan te gaan met Engeland en
Frankrijk.
De Russische volkscommissaris van Bui
tenlandsche Zaken, Molotov, heeft gisteren
den Bulgaarschen kolonel Bojdeff ontvan
gen, die de laatste dagen onderhandelingen
heeft gevoerd over een luchtconventie tus-
schen Bulgarije en de Sovjetunie en over de
vestiging van een luchtverbinding tusschen
Moskou en Soffia.
Kolonel Bojdeff werd vergezeld door den
Bulgaarschen gezant in Moskou, Antonoff.
Naar verluidt, is binnenkort het afsluiten
van een luchtconventie tusschen de sovjet
unie en Bulgarije te verwachten.
Waarschijnlijk Russische steunpunten in
Letland en Litauen.
Een hoofdartikel in de vanochtend ver
schenen „Iswestia" schijnt te bevestigen,
dat Sovjet-Rusland aan Letland en Litauen
zal vragen een pact van wederzijdschen bij
stand te teekenen met hun machtigen buur
man. Misschien zal deze het recht vragen
een of meer vloot- of luchtbases te vestigen
in Letlandsche havens. In ieder geval acht
men het waarschijnlijk, dat Sovjet-Rusland
in geval van een agressie van de zijde van
een of andere groote mogendheid volgens
de bewoordingen van het Estlandsch-Rus-
sisch verdrag, het recht van doortocht zal
vragen voor zijn strijdkrachten op het ge
bied van Letland en Litauen.
Gisteravond is het s.s. „Bilderdijk" van de
Holland-Amerika Lijn te Rotterdam aange
komen.
Een der opvarenden deed het volgende
relaas van de reis: De „Bilderdijk" vertrok
op 29 Augustus met een lading stukgoed
van New-York, toen weliswaar de spanning
op internationaal gebied steeds steeg, doch
er nog geen gevaar voor oorlog bestond,
zoodat men in kalme gemoedsgesteldheid
het ruime sop koos. Nadat op 3 September,
toen het schip zich in volle zee bevond, de
radio het uitbreken van den oorlog bericht
te, liet kapitein Munnik direct de noodige
maatregelen nemen om de nationaliteit van
het schip kenbaar te maken en daar de
zee niet woelig was, kan onder het varen
de romp aan weerszijden met de nationale
kleuren worden beschilderd. Bovendien
werd aan den achtermast de vlag ge-
heschen, en des nachts door een schijnwer
per verlicht.
De daarop volgende twee dagen gebeurde
niets bijzonders, doch in den middag van 5
September op ongeveer 70 mijl van Het Ka
naal, maakte men voor het eerst kennis
met een van de verschrikkingen van den
oorlog, toen men een geweldige knal hoorde
en het schip trilde. Verscheidene leden van
de bemanning snelden naar het dek en za
gen van verre een stoomschip, dat zij als
de „Pukkastan" een ruim 5000 ton me
tend vaartuig van een reederij te New
castle herkenden. Dit schip bleek door
een Duitsche duikboot te zijn getorpedeerd.
De „Bilderdijk" bevond zich toen op ze
ven mijl afstand, ongeveer anderhalf uur
varen, van de „Pukkastan" welke toen
reeds snel zinkende was en waarvan de be
manning, bestaande uit 35. koppen zich
reeds in twee sloepen bevond. Op de „Bil
derdijk" nam men maatregelen om hulp te
bieden, waarbij men evenwel zorg moest
dragen niet te dicht in de nabijheid van het
zinkende schip te komen. Juist had men
een leer uitgehangen en zetten de eerste
Engelsche zeelieden voet aan boord, toen
hun schip zonk. Zij werden aan boord van
de „Bilderdijk" opgenomen, waar zij een
slaapplaats kregen in de hutten van hun
Nederlandsche collega's. Beddegoed was op
het schip in ruime mate aanwezig, zoodat
het den Engelschen zeelieden aan niets ont
brak.
Correcte duikbootkapitein.
De kapitein van de „Pukkastan" vertel
de, dat kort voor de torpedeering een duik
boot aan de oppervlakte verscheen, die be
vel tot stoppen gaf. Nadat hieraan voldaan
was, werd hem door den kapitein van de
duikboot een jongeman van nog geen
dertig jaar medegedeeld, dat deze ver
plicht was de „Pukkastan" te torpedeeren.
De bemanning kreeg een uur tijd om zich
in de sloepen te begeven en bovendien deel
de de Duitscher mede, dat op korten" af
stand een Nederlandsch stoomschip nader
de, dat bereid zou zjjn de opvarenden aan
boord te nemen. Toen de bemanning van
de „Pukkastan" op een behoorlijken af
stand van het schip was, dook de duikboot
onder en torpedeerde het schip, dat snel
zonk. Het was aan bakboordzijde getroffen,
maar er volgde geen ontploffing. De „Puk
kastan" was met een lading graan op weg
van Kaapstad naar Rotterdam.
Na de redding zette de „Bilderdijk" koers
naar de Downs, aan de Engelsche kust. Hier
lagen meer Nederlandsche schepen en had
een begroeting door landgenooten plaats.
Kort na aankomst kwam een Engelsch
officier aan boord, die de radiozendinrich-
ting verzegelde en den kapitein de noodige
instructies gaf, zoodat deze langs een om
weg de reederij van het gebeurde in ken
nis moest stellen.
Na het ankeren werden de opgepikte
Engelschen met een regeeringsvaartuig
naar den wal vervoerd.
Intusschen had men aan boord van de
„Bilderdijk" gebrek aan levensmiddelen ge
kregen, doch hierin werd voorzien door
eenige Nederlandsche schepen, welker
voorraad evenwel ook beperkt was, zoodat
men op de hulp van handelaars aangewe
zen was, wier bediening echter verre van
vlot was.
Van de „Bilderdijk" werden (Je scheeps
papieren meegenomen, doch van de lading
werd niets in beslag genomen en ook werd
de bemanning niet ondervraagd. Niemand
mocht echter aan land gaan. De behande
ling door de Engelschen was correct. Een
rondvarende regeeringspostboot nam de
brieven van de bemanning over, waarvan
er evenwel een aantal niet te bestemder
plaatse aankwam, omdat elke ongewensch-
te aanduiding vernietiging van de corres
pondentie meebracht. Tweemaal werden
brieven uit Nederland bezorgd.
Iederen avond voer een sleepboot langszij
om te waarschuwen dat er des nachts geen
licht mocht branden. 18 dagen duurde het
oponthoud.
Maandagavond kwamen de scheepspa
pieren weer aan boord terug en kreeg de
kapitein verlof om te vertrekken, maar
met het oog op het mijnengevaar werd het
beter geacht tot den volgenden ochtend
te wachten. Te zes uur werd. het anker ge
licht en nadat groeten met de andere Ne
derlandsche schepen waren gewisseld, nam
de thuisreis een aanvang. Onderweg pas
seerde men enkele mijnen, terwijl men ook
meende de periscoop van een duikboot
waar te nemen.
ROOSEVELT WAARSCHUWT DE
SCHEPEN.
President Roosevelt heeft tot de Ameri-
kaansche schepen de waarschuwing ge
richt geen geheime hulp te verleenen aan
duikbooten van oorlogvoerenden.
Deze waarschuwing werd tijdens een
persconferentie gegeven, nadat de president
in kennis was gesteld van persberichten
over leveringen aan Duitsche duikbooten.
Het torpedeeren van neutrale schepen.
De Noorsche minister van Buitenland
sche Zaken, Koht, heeft tegenover een ver
tegenwoordiger van het dagblad „Tidens
Tegn" een verklaring afgelegd, waarin hij
zeide: „Het torpedeeren van neutrale sche
pen, die tusschen neutrale havens varen,
vormt een inbreuk op het internationale
recht". Koht voegde hieraan toe, dat de
Noorsche regeering wegen zocht om een
oplossing te vinden voor den toestand. Zij
treedt op in overleg met de andere Noor
delijke landen.
De toegang tot alle belangrijke Noorsche
havens wordt thans gecontroleerd in ver
band met het spionnagegevaar.
Het Duitsche optreden tegen de neutrale
scheepvaart in de Oostzee wekt ook in
Zweden groote opwinding. Het dagblad
„Aftonbladet" verneemt uit Duitsche krin
gen, dat het de bedoeling van Duitschland
is om alle neutrale scheepvaart in de Oost
zee stop te zetten, niet alleen de scheep
vaart naar Engeland, maar ook die tus
schen de neutrale landen op het vasteland,
waarbij België in het bijzonder wordt ge
noemd. In een hoofdartikel schrijft het
zelfde blad: „Regeeringsmaatregelen zijn
noodig om tonnage en levens te redden.
Officieele protesten zijn niet langer vol
doende".
De gezagvoerder van het Noorsche s.s.
„Takstaas" dat Vrijdag door een Duitsche
duikboot buiten Bergen tot zinken is ge
bracht, heeft verklaard, dat de comman
dant van de duikboot geweigerd heeft de
scheepspapieren in te zien en zeide, dat hij
bevel had om alle schepen met ladingen
voor Groot-Britannië in den grond te bo
ren.
Het bestuur der Geld.-Overijselsche Mij.
van landbouw heeft besloten, het Kon. Ned.
Landbouwcomité te verzoeken, te willen
aandringen op afschaffing van de teeltre
geling voor rundvee. Het bestuur is van
meening, dat bij de indirecte beperking
van den veestapel door de toewijzing van
krachtvoer de directe teeltbeperking moet
worden afgeschaft, teneinde de veehouders
in staat te stellen, naar eigen inzicht met
de beperkte hoeveelheid voer zooveel mo
gelijk vleesch te produceeren, hetgeen hun
onmogelijk wordt gemaakt, zoolang zij
door een teltregeling aan banden worden
gelegd.
Het bestuur zal wederom een dringend
verzoek richten tot den minister, den prijs
der in besiag genomen rogge van f 8 te
verhoogen, daar het voor de boeren op de
gemengde bedrijven, die genoodzaakt zijn
voor hun ingeleverde rogge andere rogge
of mais terug te koopen, hoogst onbillijk
wordt geacht, dat zij hiervoor f 1,50 meer
moeten betalen, dan zij voor hun zelfver-
bouwd zaad hebben ontvangen.
Dc voorschriften voor uitstel of
vrijstelling.
De regeeringspersdienst meldt:
Van de lichting 1940 zullen op 23 October
a.s. worden ingelijfd de gewone dienstplich
tigen, toegewezen aan de eerste ploeg van
het regiment grenadiers, het regiment jagers
of een der genummerde regimenten infan
terie, alsmede alle dienstplichtigen, toege
wezen aan het le regiment wielrijders.
Onder deze dienstplichtigen zijn niet be
grepen zij, die bestemd zijn voor officiers
opleiding, voor opleiding tot onderofficier
administrateur, of die bestemd zijn voor het
oefenings-detachement voor de school voor
reserve-officieren der .infanterie.
Indien dienstplichtigen, die 23 October
moeten opkomen, vrijstelling wegens kost
winnerschap of wegens persoonlijke onmis
baarheid of uitstel van eerste oefening ver
langen, behoort daartoe met den meesten
spoed aanvraag te worden gedaan.
Geldt het vrijstelling, dan moet de aan
vraag door of vanwege den dienstplichtige
worden gedaan bij den burgemeester.
Geldt het uitstel van eerste oefening, dan
moet de dienstplichtige een schriftelijk ver
zoek richten aan den minister van defensie,
bij voorkeur door tusschenkomst van den
burgemeester. Is de reden van het verzoek
gelegen in studiebelangen, dan moet een
verklaring worden bijgevoegd, afgegeven
door het hoofd van de onderwijsinrichting.
Er moet op worden gerekend, dat uitstel
van eerste oefening slechts op uiterst be
perkte schaal zal worden verleend.