KRONIEK VAN DEN DAG
„Nooit trok een natie voor een
hoogere zaak ten oorlog."
„Vrijwillige Burgerlijke Dienst" in ons land.
Graanleveringen aan de
regeering.
De „totale" oorlog.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE M1DDELBURGSCHE COURANT GOESCHE COUtANT) VAN VRIJDAG 8 SEPTEMBER 1939. No. 212.
Geleidelijk begin.
EEN ZOON VAN Z'N VADER.
Ook de burgermaatschappij-
moet voorbereid zijn.
Het is uit met de
Japansch-Duitsche vriendschap
Chamberlain looft den Poolschen
tegenstand.
Strenge organisatie van het
burgerlijke leven in Duitschland.
Vorming v&n een Tsjechisch
legioen te Londen.
De Veldpost werkt bevredigend.
KERKNIEUWS
Het begint er steeds meer naar uit te
zien, dat de oorlog in het Westen, dat wil
dus zeggen op de grens tusschen Duitsch-
land en Frankrijk, nog betrekkelijk gerui-
men tijd met mate zal worden gevoerd. Er
is de eerste dagen na de oorlogsverklarin
gen verbazing gerezen over de stilte, welke
na al de politieke spanning intrad. Ieder
een verwachtte, dat er een ontzettend
pandemonium zou losbreken, dat het be
richten over helsche verschrikkingen zou
regenen, kortom, dat de aarde in haar
voegen zou gaan kraken. Niets van dat al
les geschiedde er echter. De Fransche ge
nerale staf gaf drie dagen aaneen commu-
niqué's uit, waarin slechts sprake was van
„contact zoeken met den vijand". Dit „con
tact" is inmiddels uitgebreid tot een be
schieting van weerskanten met zware artil
lerie.
Achteraf hoeft men zich allerminst over
den schijnbaar tragen gang van zaken te
verbazen. De posities aan het Westfront
zijn van dien aard, dat de ontwikkeling heel
anders zal zijn dan in 1914. Toen vielen de
Duitschers België binnen, dat militair niet
in staat was, om de invallers langen tijd
te keeren. En eveneens marcheerden ze de'
Fransche grenzen over, welke gedeeltelijk
van belangrijke verdedigingswerken zelfs
gespeend waren. Thans liggen er twee be
tonnen linies, aan Franschen kant, de Ma-
ginot-linie aan Duitschen kant de West-
wall", of Siegfried-linie. Geen van beide
partijen zal het wagen op deze versterkin
gen een stormaanval te doen. Het eenige,
wat er voorloopig kan geschieden is een be
schieting met zware artillerie. Men zal
moeten probeeren de linies op bepaalde
plekken murw te schieten. Eerst nadat dit
gelukt schijnt, kunnen aanvalspogingen
worden ondernomen.
Het schaarsche nieuws wordt door deze
situatie voldoende verklaard. Minder ver
klaarbaar echter is voor den oningewijde
het uitblijven van luchtaanvallen op zeer
groote schaal. De laatste jaren zijn den ge-
meenen man, wat dit betreft, allerver
schrikkelijkste tafereelen opgehangen. Bij
het uitbreken van een nieuwen oorlog zou
den plotseling de luchtvloten in actie ko
men en over onafzienbare uitgestrekthe
den dood en verderf zaaien. Ook daarvan
was echter geen sprake. Een betrekkelijk
spaarzaam gebruik is in het Westen dan,
wel te verstaan tot dusver van het lucht-
wapen gemaakt. Noch van Fransche en En-
gelsche, noch van Duitsche zijde werden
aanvallen op zulk een schaal, dat men van
luchtvloten zou kunnen spreken, onderno
men.
Als gezegd voor den leek is dit verschijn
sel onverklaarbaar. Hij probeert er telkens
wel een verklaring voor te bedenken, maar
voelt dan direct, dat hij zijn bedenksels, op
straffe der belachelijkheid, maar beter voor
zich kan houden. Alleen wij hebben er
eenige bewijzen van gekregen geeft hij
zich daarbij wel min of meer gemakkelijk
aan de onderstelling over, dat het met dien
gevreesden luchtoorlog ook wel een beetje
mee zal vallen. Voor dit gevaarlijk optimis
me is de ervaring tot op dit oogenblik nog
veel te gering. Het lijkt ons allerminst on
denkbaar, dat men als we eenige we
ken verder zijn vermoedelijk heel anders
zal oordeelen. De luchtvloten zijn niet op
geborgen. Ze staan gereed, om als het sein
gegeven wordt, hun vernietigingswerk vol
op aan te vangen. De- betrekkelijke stilte
van de afgeloopen dagen zegt niets, maar
dan ook niets omtrent het verdere verloop
der militaire operaties in het Westen.
Binnenlandsche „wapenstilstand"
in Engeland.
Waarschijnlijk zullen voorloopig in Enge
land geen tusschentijdsche verkiezingen ge
houden worden. Reuter verneemt, dat de
politieke partijen zijn overeengekomen, dat
dergelijke krachtmetingen thans onge-
wenscht zijn, met het oog op de noodzaak
van eendracht in den oorlogstijd. Waar
schijnlijk zullen de partijen afspreken, dat
de partij, welke een vacanten zetel heeft
een nieuwen candidaat zal benoemen, die
geen tegenstander zal krijgen. Ook tijdens
den vorigen oorlog is een dergelijke „wa
penstilstand" gesloten.
Naar het Engelsch
door
T. TEN HAVEv. d. MADE.
55).
„Nee". James Carbhoy dacht niet meer
aan het doel van zijn tocht. Hij was vol
aandacht voor het frissche mooie wezentje
naast hem. Daarna keek hij eens om zich
heen. In de verte onderscheidde hij een
man te paard.
„U had het over Boston", zei hij nieuws
gierig. „Bent u daar opgevoed?"
IJazel knikte.
Ja, vader heeft me naar Boston ge-
stutnd, dat wou hij graag. Maar ik was blij,
toen ik hier weer terug was".
De millionnair had haar willen vragen,
hoe het kwam, dat zij op Slosson's bevel dit
wagentje bestuurde. Hij had geen hoogen
dunk van het privé leven van zijn agent.
Maar hij voelde, dat het een onbescheiden
heid zou zijn. Hij slikte die vraag daarom
in en veranderde van onderwerp.
„Hoe ver zijn de kolenvelden hier van
daan?" vroeg hij.
„Zoowat vijf mijl". Het doel van dezen
rit schoot het meisje weer te binnen en
daarom antwoordde ze kortaf. Ze keek snel
over haar schouders en ze zag twee ruiters
in de verte achter hen aankomen. Ze
wenschte, dat ze dit nooit op zich had ge
nomen!
„Dit plaatsje breidt zich zeker erg uit",
vroeg de millionnair weer.
„Niet zoo erg, maar als de spoorwegboom
begint, dan zal 't wel erg toenemen, denk
ik".
Het behoeft nauwelijks betoog, dat de
mobilisatie in ons land vele duizenden- man
nen uit het burgerlijk leven heeft gehaald
om den militairen dienstplicht te vervullen
en dat derhalve in de burgerlijke maat
schappij vele plaatsen moeten worden aan
gevuld, vooral daar waar de opgeroepenen
niet gemist kunnen worden.
Daarenboven zijnvele menschen noo-
dig om diensten te vervullen, welke in de
zen tijd in het middelpunt der belangstel
ling staan, omdat zij voortgekomen zijn
uit de behoefte het land in tijden van ge
vaar zoo afdoende mogelijk te beschermen
Voor de aanvulling van de diensten der
eerste- categorie, welke wij noemden, zal in
de eerste plaats naar geschikte krachten
gezocht worden op de arbeidsmarkt. Men
kan momenteel moeilijk uitmaken welke
verschuivingen er hebben, plaats gehad in
de rijen der werkloozen, want ook al zou
men meenen,; dat het werkloosheidspro
bleem door de mobilisatie voor een groot
deel is opgelost, aan de andere zijde melden
zij zich aan, die door den achteruitgang van
handel, scheepvaart en industrie in dezen
tijd broodeloos zijn geworden. Trouwens ter
oplossing van dit probleem beschikken wij
over verschillende bevoegde instanties, wel
ker taak het is de nieuwe verhoudingen te
bepalen en naar gelang van de uitkomst
maatregelen te treffen.
VAN GROOT BELANG.
Het nieuwe regeeringscommissariaat
voor den Vrijwilligen Burgerlijken Dienst
strekt zijn bemoeiingen dan ook in hoofd
zaak uit over de tweede groep van diensten,
welke thans van eminent belang moeten
geacht worden.
Aan den Vrijw. Burg. Dienst is in ons
land groote behoefte. De gevallen waarin
hulpverleening noodig is, zijn sterk toege
nomen, als gevolg van de buitengewone
omstandigheden. Het is daarenboven zaak
tijdig de noodige reserves te vormen ter
aanvulling van verliezen in geval van mili
taire verwikkelingen, waarop wij ook in de
burgermaatschappij voorbereid moeten zijn
Er moet voorts gezorgd worden voor een
aanvullende reserve van de arbeidsmarkt,
welke in alle behoeften zou kunnen voor
zien, indien deze markt eventueel niet meer
toereikend zou zijn.
In de laatste jaren hebben velen zich
aangemeld voor de vrijwillige organisaties.
Er zijn burgerwachten, luchtbeschermings
diensten, E.H.B.O.-organisaties en korpsen
van vrouwelijke vrijwilligers, doch indien
men in de toekomst gereed wil zijn voor
alle eventualiteiten, dan dienen de reser
ves grooter te zijn. Reeds nu heeft de mo
bilisatie vele leden aan deze organisaties
onttrokken en het is niet alleen noodig
dat deze verliezen worden aangevuld, doch
ook dat het aantal dergenen, die zich be
schikbaar stellen voor het vrijwillig ver
richten van allerlei noodzakelijke diensten,
aanmerkelijk wordt uitgebreid.
Wat er noodig is.
Het is gemakkelijk diensten op te som
men, welke in tijden van nood verricht
moeten worden: aanvulling van de politie,
luchtbescherming, eerste hulp, hulp bfj
evacuatie van de burgerbevolking, wanneer
dit noodig mocht zijn. Doch daarnaast heeft
men tijdelijke aanvulling noodig van admi
nistratieve overheidsdiensten, hulp aan den
landbouw, bijstand bij invasies van vluch
telingen, verleenen van moreelen steun aan
gezinnen van gemobiliseerden.
Dit geheele complex van diensten, dat
nog kan worden uitgebreid, moet vervuld
worden door hen, die zich daartoe vrijwil
lig en onbaatzuchtig beschikbaar stellen.
Deze hulpverleening moet locaal georga
niseerd worden, omdat de diensten meest
al een locaal karakter dragen. Het regee
ringscommissariaat verzorgt de centrale
taak: coördinatie in centraal verband, con
tact met nationale organisaties. Het zorgt
voor de uitwisseling van gegevens en geeft
leiding bij het gebruik van vrijwilligers
voor centrale doeleinden. Doch centralisatie
in de gemeenten zelf is eveneens dringend
noodig. De practijk leert, dat velen gaarne
hun diensten aanbieden, maar in vele ge
Hazel voelde, dat ze tot eiken prijs een
kruisverhoor moest vermijden.
„Hoezoo?" hield Carbhoy zich van den
domme.
„Het gaat om het depót. Ziet u, er is hier
genoeg steenkool voor de heele wereld,
wordt er beweerd. En als de spoorweg nu
het transport heeft geregeld, dan komt
iedereen hier om groote handelscorporaties
te beginnen en iedereen zal dan goed ver
dienen".
„O, juist".
„Mr. Slosson 'is er voor aan het werk",
ging ze voort met een klein lachje, „daar
om kon hij u niet komen afhalen".
„Dan heeft hij het zeker erg druk", zei
de millionnair droogjes. „Maar het spijt me
niets, hoor", en ditmaal zag Hazel, dat hij
haar vriendelijk toelachte.
Carbhoy nam zijn omgeving eens op. De
lucht was hier op de open vlakte ondanks
de hitte toch friseh en de heldere zon was
hier niet benauwend, zooals in de stad. Hij
gooide zijn stompje sigaar weg, waarbij hij
toevallig weer achter zich keek en eenige
oogenblikken bleef hij gespannen die rich
ting uitkijken. Toen keerde hij zich om en
zei:
„Dat zijn zeker gewone prairie-mannen,
is 't niet?"
Hazel keek nu ook om. Nu reden er vier
mannen op den weg, ongeveer twee hon-
derd meter achter hen, die hen langzaam
maar zeker inhaalden.
Carbhoy kreeg niet dadelijk antwoord.
Hazel wist niet goed, wat te zeggen en ze
probeerde te lachen. „Het zijn ruwe klan
ten, maar ze zijn niet kwaad. U bent zeker
niet gewend aan de prairie?"
De millionnair lachte en zei:
vallen niet weten waarvoor zij zich moeten
melden. Het regeeringscommissariaat
spoort derhalve de gemeentelijke overheid
aan een kaartsysteem aan te leggen, waar
op de vrijwilligers worden geregistreerd. De
kaarten worden vanwege het commissa
riaat verstrekt. Op deze wijze krijgt men
een uitstekend overzicht van de vrijwilli
gers en de diensten, welke zij kunnen ver
richten. De bedoeling is, dat ook de reeds
bestaande organisaties op kaart worden ge
bracht.
Vele groote jeugdorganisaties gaven ge
hoor aan den nationalen oproep der regee
ring. De bedoeling is deze voor zooverre
zij niet voor nationale doeleinden worden
ingeschakeld, zoo spoedig mogelijk door te
geven aan de plaatselijke instanties, die
voor alle vereenigingen een plaats hebben
in de uitoefening van vrijwilligen burger
lijken dienst.
Wij zeiden reeds, dat het regeeringscom
missariaat niet zal treden in de behoeften
van de arbeidsmarkt. In acute gevallen
evenwel kan voor korten tijd behoefte be
staan aan hulp van vrijwilligers voor werk
zaamheden, welke onder normale verhou
dingen door betaalde krachten worden ver
vuld. In dit opzicht neemt de regeering
geen doctrinaire houding aan, maar zoodra
weer meer normale omstandigheden intre
den, trekt de V.B.D. zich automatisch te
rug.
Bemoeiing met de arbeidsbemiddeling
heeft het regeeringscommissariaat in zoo
verre, dat voor bepaalde functies, die door
de mobilisatie zijn opengevallen en voor de
vervulling waarvan men zich moeilijk tot
instellingen als de arbeidsbeurs kan mel
den, voorzieningen in voorbereiding zijn.
Mogen velen het groote belang van deze
taak inzien en zich opgeven, persoonlijk of
met hun geheele organisatie, bij de plaat
selijke autoriteiten! Nederland moet ook
waar het betreft de burgerlijke „verdedi
ging" op alle gebeurtelijkheden voorbe
reid zijn.
De minister van economische zaken
maakt bekend, dat van Donderdag 7 Sep
tember 1939 af den telers gelegenheid zal
worden gegeven om de volgende producten
aan de regeering ter overneming aan te
bieden tegen de daarachter genoemde prij
zen per 100 kg: rogge 8, haver 7, win-
tergerst 8, zomergerst 8,40.
Deze prijzen gelden voor gemiddelde kwa
liteit en voor levering op de door den pro
vincialen voedselcommissaris, onder wien de
teler ressorteert, aan te wijzen plaatsen van
aflevering. Het ligt niet in de bedoeling,
de prijzen vóór 15 December 1939 te wijzi
gen.
Door dezen maatregel wordt reeds van
heden af voor rogge de prijs betaald, welke
anders eerst op 15 December 1939 zou zijn
bereikt.
Dit houdt in, dat voor rogge het bewaar-
loon van 3 cents per 100 kg, dat den teler
voor normale tijden in uitzicht was gesteld,
komt te vervallen. Bij deze nieuwe prijs
regeling is overwogen, dat de denaturatie-
toeslag voor rogge eveneens is vervallen.
Voor deze leveringen dient men ten spoe
digste aan den provincialen voedselcommis
saris in wiens werkgebied het bedrijf ligt,
waarvan het gragn afkomstig is, opgave te
verstrekken van de graansoort of -soorten,
welke zullen worden aangeboden, alsmede
van de hoeveelheden. Daarbij zal de teler
tevens nauwkeurig moeten vermelden:
naam (voluit), volledig adres en organisa
tienummer.
Domein meldt uit Tokio: De Japansche
luchtvaartmaatschappij heeft besloten het
contract met de Focke Wulf fabrieken in
Duitschland voor de levering van vijf Con
dor vliegtuigen, welke elk 40 passagiers
kunnen vervoeren, te annuleeren. Deze toe
stellen zouden in Januari door Japansche
piloten naar Tokio worden gevlogen.
Hij, die zich beklaagt over een har
den tijd, heeft het dikwijls vroeger te
gemakkelijk gehad.
„Ik heb het door 't treinraampje gezien".
„O, door een raam", zei Hazel, „dat is
toch weer anders. Zoo is het met alles; je
moet ermee in contact komen om het te
begrijpen".
„Maar ik heb heusch niet mijn heele le
ven door een ruit gekeken, hoor".
Hazel knikte begrijpend en zei:
„Dat geloof ik wel. U bent ook een mil
lionnair".
„Juist", antwoordde deze lachend. Hij had
plezier in dit meisje.
Hazel vervolgde. „Nu kijkt u zeker door
een triplex glasruit?"
„En zelfs die breekt soms".
„Ja, dat zal wel, maar u kunt het wel
weer laten maken, daar bent u millionnair
voor".
„Ja
Hij zweeg plotseling. Achter hem klonk
hoefgetrappel. De ruiters naderden in ga
lop. Carbhoy keerde zich snel om. Hazel
eveneens. De oogen van den man keken
kalm. verwonderd. Hij dacht niet anders,
dan dat die mannen zouden passeeren. Ha
zel was zeer verschrikt. Ze had geweten
wat er gebeuren ging, maar nu het zoover
was, was ze bang. Wat zou Gordon's vader
doen? Kad hij een revolver? En zou hij die
gebruiken? Daarover was ze bezorgd.
Het was een angstig moment haar;
dit moment kpn Gordon's plannen vernieti
gen.
De minister-president van Engeland,
Chamberlain, legde gisteren in het Lager
huis een verklaring af, waarin hij o.m. zei-
de:
In het Oosten voeren de Polen een zwa-
ren strijd tegen een sterken, meedoogenloo-
zen vijand, die vertrouwt op het gewicht
van zijn aantal en zijn materiaal om allen
tegenstand te breken. Tegen de overweldi
gende meerderheid in de lucht, bestrijdt de
Poolsche soldaat, die overtroffen wordt in
aantal en geschut, elke centimeter van der
Duitschen opmarsch. Het Duitsche plan,
zoo vervolgde Chamberlain, schijnt erin te
bestaan de voornaamste inspanning te richten
tegen Polen. Ondanks het verlies aan ma
teriaal en menschenlevens, dat zij reeds ge
leden hebben, blijft het moreel en de moed
van het Poolsche volk onaangetast.
Overgaande tot de strijdkrachten ter zee
zeide Chamberlain.
Een belangrijk feit is tot dusver de ont
wikkeling van de aanvallen van Duitsche
duikbooten op Engelsche schepen.
Het tot zinken brengen van de „Athenia"
met zijn tooneelen van dood en schrik,
heeft feitelijk den oorlog ingeluid en geen
ontkenningen of fantasieën van Duitsch
land zullen het publiek overtuigen van
Duitschlands onschuld aan deze misdaad,
welke de wereld diep heeft geschokt en
verschrikt.
Behalve de „Athenia", zijn aanvallen
ondernomen op andere Britsche schepen
door Duitsche duikbooten en zijn drie of
vier schepen tot zinken gebracht.
Sprekende over de aanvallen van vlieg
tuigen op Duitsche oorlogsschepen te Wil
helmshaven, zeide Chamberlain: Op een
zgn. „slagschip in zakformaat" zijn min
stens twee treffers neergekomen. Men moet
bedenken, dat het aangevallen doel waar
schijnlijk tot de best verdedigde punten van
Duitschland behoort..
De wijze, waarop de aanvallers hun taak
hebben volbracht ondanks de kracht der
verdediging, is de hoogste lof waardig. Ook
moet rekening gehouden worden met de
weersgesteldheid op den namiddag van den
aanval. Het zicht was bijzonder slecht en
het laatste stadium der aanvallen geschied
de in een verblindenden regen en storm.
Vervolgens sprekende over de evacuatie,
verklaarde Chamberlain, dat tot dusverre
bijna anderhalf millioen moeders en kin
deren naar het platteland geëvacueerd zijn.
De regelingen voor evacuatie en transport
worden zonder haperen uitgevoerd.
Ruim 200.000 ziekenhuisbedden zijn thans
gereed voor gewonden bij luchtaanvallen;
hiervan bevinden zich 56500 in Londensch
gebied. De hulpbrandweerdienst is vlug en
vlot gemobiliseerd en over het geheel wor
den de beschikbare brandweereenheden
permanent bezet en gereed voor optreden
gehouden. In Londen bijv. staan ruim 1800
brandspuiten gereed om op te treden ver
geleken met 125 in vredestijd.
„GEEN NATIE TROK OOIT
TEN OORLOG VOOR EEN HOO
GERE ZAAK".
Ik hoop, dat mijn verklaring het Huis en
het land zal toonen, dat onze oorlogsinspan
ning in haar vele aspecten snel aan omvang
toeneemt. Ik weet, dat deze inspanning het
volledige gewicht achter zich zal hebben
van liet geheele volk van dit land, dat eens
gezind is in de overtuiging, dat geen natie
ooit voor een hoogere zaak ten oorlog trok.
Op de vraag of er kans bestaat op spoe
dige Engelsch-Fransche militaire operaties
in het Westen ter verlichting van den druk
op Polen, zeide Chamberlain, dat hij op een
dergelijke vraag geen antwoord kon ge
ven.
Het Fransche persbureau Havas meldt:
In Duitschland wordt „de totale oorlog
georganiseerd. De aanbevelingen aan de
burgerbevolking worden steeds strenger
De arbeidsdienst is over de geheele linie
verplicht. Overuren kunnen op ieder
oogenblik van de arbeiders worden ge-
eischt, doch er zal geen. hoogere verhoo
ging dan 19 rijksmark per week worden
gegeven. De toeslagen voor nacht- en
zondagsarbeid zijn afgeschaft Het salaris
gedurende den oorlog wordt bepaald door
de „behoefte, het werk aan te passen aan
de door den oorlog geboden noodzaak",
hetgeen wil zeggen een vermindering van
de uitkeeringen.
Een verordening verplicht alle burgers
een zeker aantal van hun kamers ter
beschikking van de autoriteiten te stellen
om er vluchtelingen onder dak te bren
gen.
Teneinde de economische moeilijkheden
te overwinnen, publiceeren de bladen al
lerlei aanbevelingen.
De „Deutsche Allgemeine Zeitung" be
veelt aan geiten en konijnen te fokken,
die de etensresten zullen opeten. Het blad
herinnert eraan, dat het verboden is vrou
welijke konijnen van jonger dan vier jaar
te slachten De konijnenhouders, die zich
aan allerlei instructies niet kunnen onder
werpen, zullen hun dieren aan speciale
vereenigingen dienen toe te vertrouwen.
Het Britsche ministerie van voorlichting
maakt bekend, dat te Londen een Tsje
chisch legioen wordt gevormd.
De desbetreffende circulaires zijn met
den naam Benesj onderteekend.
Maar er bleef haar niet veel tijd om hier
over na te denken. Een ruwe stem beval
haar te stoppen en een der mannen hief
zijn revolver op.
,Stil staan, zeg ik je, of ik schiet je aan
gruzelementen!" klonk het.
Op hetzelfde oogenblik -werd van een
anderen kant een revolver op James Carb
hoy gericht en hij werd gedwongen de han
den op te steken.
Hazel volgde het bevel onmiddellijk op
en ze zuchtte van verlichting, toen ze zag
dat haar metgezel niet tegenspartelde. Ze
zat doodstil met de teugels in haar schoot.
Ze durfde niet naar Gordon's vader op te
kijken. Nu het oogenblik van angst voorbij
was, vreesde ze dat ze zich door een lach
verraden zou.
Ze hield haar oogen op de mannen ge
vestigd, die ze een voor een vanaf haar
kindsheid had gekend. Ze zou hen later een
flink standje geven over het staaltje dat
ze uitsloegen. Ze kon haar lachen ten slotte
haast niet inhouden. De mannen voerden
hun orders wel zeer nauwgezet uit. Ieder
van hen was tot de tanden toe gewapend
en ze zagen er als echte prairie woestelin
gen uit. En hij, die ze in het gewone leven
kende als een zachtmoedige, beste kerel,
leek nu de ergste van allen.
Hij zag er nu allesbehalve zachtmoedig
uit. Men zou hem in staat achten tot moord
roof of een dergelijke misdaad, toen hij
haar beval op te staan. Hij wachtte, terwijl
ze achter in het wagentje klom. Daarna
nam een van de anderen haar plaats in en
op een volgend bevel werd de millionnair
op wapens gefouilleerd. Toen Hazel het
automatische pistool zag, dat uit een van
zijn zakken te voorschijn kwam, sloeg de
schrik haar om 't hart bij de gedachte aan
De stand van zaken bij den Veldpost-
dienst is thans zoodanig, dat practisch geen
geen achterstand in de goed geadres
seerde stukken meer voorkomt.
De behandeling van stukken met o n-
juiste of onvoldoende adres
sen blijft echter vertraging ondergaan,
omdat het uitzoeken van de juiste adres
sen voor deze stukken zeer tijdroovend is.
Overigens moet het publiek wei beden
ken, dat de veldpost nooit zoo vlug kan
werken als de burgerpost, omdat de or
ganisatie om redenen van militairen aard,
geheel anders is. Alle veldpoststukken moe
ten eerst worden verdeeld en gezonden
naar centrale punten, waar bekend is hoe
de legeronderdeelen onder ae gevestigde
veldpostkantoren zijn verdeeld. Eerst daar
na komt het expeditie-apparaat van deze
kantoren in werking, van waaruit de post
aan de legeronderdeelen wordt afgeleverd,
waartoe dagelijks autoritten van 150 km
en meer moeten worden afgelegd. De uit
reiking van de post aan de militairen ge
schiedt dan weer door militaire facteurs
van de legeronderdeelen.
Door deze organisatie, welke uit militair
oogpunt nu eenmaal noodzakelijk is, moet
er mede worden gerekend, dat met de
distributie van de goed geadresseerde stuk
ken altijd nog geruimen tijd gemoeid blijft.
Al het mogelijke is en wordt gedaan om
de veldpost zoo efficient mogelijk op haar
taak in te stellen, maar men mag er nim
mer de snelheid en nauwkeurigheid van de
gewone burgerpost van verwachten. De
herhaalde en bij voortduring blijvende ver
plaatsing van troepenonderdeelen veroor
zaakt in dit opzicht bovendien nog bijzon
dere moeilijkheden.
Geref, Kerk.
Op het tweetal te Rotterdam komt voor
ds. A. J. van Sluis te Zonnemaire.
de gevaren, die dit wapen hadden kunnen
opwerpen.
De vier mannen deden hun werk vlug
en zwijgend. Ze bonden de voeten van den
millionnair vast, maar hij mocht op zijn
plaats blijven zitten. Toen werd de tocht
voortgezet onder geleide van den man, die
de teugels van Hazel had overgenomen,
terwijl de andere drie er achter reden.
Hazel was verwonderd. Haar oogen keken
zacht en met een blik van spijt naar het
staalgrijze hoofd van den man voor haar.
Als zijn enkels pijn deden; doordat de tou
wen te stijf waren aangehaald, dan zouden
ze ervan lusten! zei ze bij zichzelf. Nu het
gebeurd was, was ze beleedigd en boos op
iedjereen behalve op het slachtoffer. Ze
had het meest het land aan zichzelf, dat ze
bij zoo'n gemeene streek hulp had verleend.
Maar de millionnair liet niets blijken.
Hazel zou graag willen weten, wat hij
dacht, maar noch zij, noch een der anderen
kon gissen, hoe hij de zaak op nam. Einde
lijk zei hij en er klonk zelfs eenige vrien
delijkheid in zijn stem tegen den wilde
man naast hem, die druk zat te pruimen en
te spuwen:
Hazel nam zich voor de zooveelste maal
voor den man duchtig toe te spreken over
zijn ruw antwoord:
„Geen bezwaar, als ik rook".
„Je kunt rooken, zooveel als je wilt, al
leen moet je niet probeeren gekheid uit
te halen. Je zit hier voorloopig best, maar
als je maar een vin verroert om te pro
beeren er vandoor te gaan, dan stuur ik
een orkaan lood door je ellendige ribben
kas".
Wordt vervolgd)
I