T&vrovïrtcxwie
MIDDELBURGSCHE COURANT
Er is weer een Prinses
van Oranje geboren,
(&GOESCHE COURANT
Nationale
blijdschap
Om negen minuten over een hedennacht heeft H. K. H. Prinses
Juliana het leven geschonken aan een welgeschapen dochter. De
geboorte van het nieuwe Prinsesje heeft zich snel en voorspoedig
voltrokken.
Volkomen verrassing.
Het saluut der batterij te Baarn.
BULLETIN DER DOKTOREN.
Het gewicht van het Prinsesje.
Voor de prinselijke woning.
Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
Bureaux te MIDDELBURG: St. Pieterstr. 28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
teGOÉS: Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
■9 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct.
NUMMER 183. DRIE BLADEN. ZATERDAG
5 AUG. 1939.
EERSTE BLAD.
5T3B
182e JAARG.
Advertentiën 30 ct per regel, ingezondeit
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager
Tarief op aanvraag. Familieberichten et!
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij
vooruitbetaling. «Brieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewüsnummers 5
Toen den 31en Januari van het
vorig jaar de aankondiging van ,,de
blijde gebeurtenis" door herauten in
onze Koninklijke Residentie plaats
had, wierpen vliegtuigen, die boven
de stad cirkelden, tienduizenden
strooibiljetten uit in goud, blauw en
oranje, waarop, tusschen de stralen
eener rijzende zon, de woorden
stonden:
Vivat Oranje! De vlag in top!
d'Oranje-zon stijgt stralend op!
En het was een en al vreugde. De
internationale zorgen werden tijdelijk
teruggedrongen; eigen bezwaren en
moeilijkheden werden minder ge
voeld: er was eenheid in de liefde tot
ons Vorstenhuis; er was toenadering
van allen tot allen. Want ons Vorsten
huis beleefde een groot geluk en het
Nederlandsche volk deelde daarin,
was zelf gelukkig en begreep, dat, wat
er nu gebeurd was, van grooten in
vloed zou kunnen zijn op zijn land
en zijn lot. Als vanouds, toen nu en
dan de toekomst donker scheen voor
het Huis van Oranje, was door som
migen voorspeld met de oude spreuk:
„l'oranger fleurera", „de oranje
boom zal bloeien", dat Nederland
en Oranje zouden blijven bestaan en
blijven verbonden en den wankelmoe
digen hield men de klassieke uit
spraak voor: „tandem fit surculus
arbor", „ten laatste wordt het twijgje
een boom". En zie, de laatste dag van
Januari '38 bracht uitkomst, bracht
licht. Aan den ouden stam was een
jonge loot gekomen. De Oranjeboom
bloeide. Welk een blijdschap voor
het heden, welk een belofte voor de
toekomst! Het deed begrijpen, dat
ons volk schreide en straalde van
geluk, dat het zijn vreugde daverend
uitte en toch daarbij de prijzens
waardige zelftucht behield, die voor
uitspattingen behoedde. Die houding
van ons volk op een der hoogte
punten van zijn nationale blijdschap
deed een buitenlander tot schrijver
dezes zeggen:
„Gij zijt een verwonderlijk en een
bewonderenswaardig volk. Gij komt
in gewone tijden niet uit uw plooi
Muziek en zang vullen uw straten en
pleinen niet, van dansen hebt gij niet
het minste begrip. En wanneer gij
dan eindelijk iets beleeft, dat heel uw
nationale ziel ontroert en u grenzen-
loos gelukkig maakt, dan behoudt gij
een discipline over u zelf, die ons
vreemdelingen, verbaast. Gij zet u in
beweging, gij neemt al den schijn aan
van u te laten gaan, maar gij blijf
Ingetogen, u zelf controleerend, voor
naam. En toch zien wij, vreemden,
wel en wij voelen het wel, hoe blij en
hoe gelukkig gij zijt."
Zulk een houding zal het Nederland
sche volk opnieuw den vreemdeling
te zien geven, nu 't wederom gelukkig
kan zijn met de gelukkigen te Soest-
dijk en in 's Gravenhage. Sedert an
derhalf jaar geleden Prinses Beatrix
geboren werd, is de band tusschen het
Nederlandsche Volk en zijn Konings
huis sterk bekrachtigd. Het een
voudige huiselijke geluk van hel:
Prinselijk paar, de enge samenleving
van de ouders met het lieve, parman
tige dochterke, de welwillende con
tacten door Prinses Juliana en Prins
Bernhard met het publiek, met hel:
groote gezin der Nederlandsche natie,
vrijwillig gezocht of welwillend toege
staan, dat alles heeft een groote
sympathie, een golf van genegenheic
doen gaan van ons tot hen. Wij
kunnen onze Koningin niet dankbaar
genoeg zijn voor de ruime opvoeding
die zij haar dochter heeft gegeven, en
die deze in staat stelt als eene
moderne vrouw in eene moderne we
reld te staan, welker aspiraties en
eischen zij verstaat en deelt. Daarbij
moeten wij het als een groot geluk
beschouwen, dat Prins Bernhard even
eens een kind van zijn tijd is, daarvan
het groote en snelle rhythme aanvoel
en in alles toont eenvoudig te kunnen
zijn, een mensch die, ofschoon nabij
den troon, duizenden punten van
contact vindt in het werkende leven
van het Nederlandsche volk. Zelfs zijn
liefde voor en zijn bekwaamheid in
Men meldt ons uit Baarn:
In volkomen stilte was Baarn gisteravond
te ruste gegaan. Het onweer, de regen en
de wind hadden hun kracht verloren en
rust viel over de natuur. Niemand had er
ook maar eenig idee van, dat binnen de mu
ren van het paleis de blijde gebeurtenis
spoedig een feit zou zijn. Zeker, de aanwe
zige journalisten in het Badhotel en in ho
tel Trier hadden hun maatregelen getrof
fen: verschillende van hen waren daarna
te ruste gegaan, andere bleven nog wat op,
zooals dit in Baarn en omgeving te doen
gebruikelijk is, niet echter omdat men de
groote gebeurtenis al zoo spoedig verwacht
te.
In de Telexkamer van het A. N. P. waren
in den loop van den avond over de verschil
lende netten de normale proefseinen gege
ven, telefoonbellen waren gecontroleerd en
de militaire wacht doodde den tijd van den
langen nacht met het lezen van een boek,
het rooken van een cigaret.
Totdat plotseling de telefoonbei van de
speciale verbinding met het paleis Soestdijk
luidde en schel in den nacht overging. Wij
konden ons aanvankelijk de mededeeling
niet goed realiseeren: toch was de stem van
jhr. Dedel duidelijk en beslist, toen hij zeide,
dat Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Ju
liana het leven had geschonken aan een
dochter. Precies om negen minuten over
een kwam het vorstelijk kind ter wereld.
En ineens was het Badhotel in volle be
drijvigheid. Er moesten gewaarschuwd wor
den baron Baud en jhr. De Roo van Alder-
werelt, die in het Badhotel logeerden. In
middels vloog de militaire ordonnans, die
het tot zijn taak wist kapitein Van Nijnat-
ten, den commandant van de saluutbatterij
te Baarn, te waarschuwen, met knetterende
motor den donkeren tuin van het Badhotel
uit. Want hoewel de 51 schoten eerst om 8
uur zouden worden afgegeven, het spreekt
vanzelf, dat de commandant oogenblikke-
lijk op de hoogte moest zijn van het blijde
het fotografeeren komen hem en ons
ten goede en verbinden ons nauwer.
Wat de Beatrix-film het Prinselijk
gezin nader tot ons hart heeft ge
bracht, is moeilijk in woorden te
schatten. Intelligent zijn de man en
de vrouw, die op de treden van den
troon staande, aldus het volk hun
eigen leven in sommige intieme oogen-
blikken doen deelen. Zij geven te
kennen, dat er gevoelens zijn, die
allen gemeen hebben; dat er tusschen
de levens des harten daar en hier geen
scheidsmuren bestaan en dat zij,
menschen, door het lot geplaatst op
vooraanstaande hoogten, in werkelijk
heid niets menschelijks aan zich
vreemd achten en behooren tot de
groote menschheid om hen heen.
Een geluk in zulk een gezin is een
geluk voor allen, die het omringen.
Aldus zullen honderdduizenden Ne
derlanders in hun hart reageeren op
de tijding der nieuwe „blijde gebeur
tenis". Hun aller gedachten zullen
tevens gaan naar onze Koningin, die
aldus opnieuw de vreugde smaakt,
haar kinderen gelukkig te zien. En de
nieuwe kleine prinses sluiten zij in hun
hart. De jongste der Prinsessen van
Oranje moge groeien en bloeien tot
geluk harer ouders, tot geluk van het
Nederlandsche volk, dat aan haar
wieg haar de gaven biedt van zijn ge
negenheid en zijn ernstige toewijding!
gebeuren, dit temeer, omdat een waar
schuwingstelegram door de volkomen
onverwachte snelheid van het heugelijke
feit achterwege was gebleven.
Daar ratelden enkele oogenblikken na de
ontvangst van het blijde bericht door het
geheele land langs de technische kanalen
van de Telexapparaten de belsïgnalen bij
de aangesloten dagbladen, en bij de kazer
nes, welke voor deze gelegenheid van een
telex waren voorzien.
Met breede spacie tusschen de letters
werd het groote, het heugelijke, het jui
chende bericht neergeschreven en na enke
le minuten was het bekend, niet alleen in
den lande, maar ook door den volkomen
uitgerekenden technisehen dienst in Oost
en West, kortom over de geheele wereld.
Hoe de stukken in stelling
werden gebracht.
Tegen vier uur begaven wij ons naar de
Julianaschool, waar de manschappen der
saluutbatterij waren ingekwartierd. Het
was nog geheél donker, de maan scheen
nog aan den hemel door een licht wolken
dek heen. Het dorp was in ruste. Voor den
argeloozen fietser zou er geen enkel tee-
ken zjjn, dat er op wees, dat zoojuist op
het Paleis een prinsenkind geboren was. Op
de straten bevonden zich slechts weinig
menschen, mannen, die zich naar hun
werk begaven. Ook zij bleken nog niet te
weter., dat er een Prinsesje was geboren, en
bleven verwonderd en verheugd een oogen-
blik staan, toen zij de blijde tijding verna
men.
In het gymnastiekgebouw van de Juliana
school heerschte groote drukte. De man
schappen waren om vier uur gewekt, maar
sommigen waren al een uur eerder, wak
ker geworden, toen enkele fotografen van
buitenaf met blitzlampen 'n plaatje tracht
ten te maken. De officieren en onderoffi
cieren waren onmiddellijk nadat het eerste
bericht op de Telexkamer binnenkwam,
gealarmeerd. Zij behoefden echter in den
nacht niet onmiddellijk hun stelling in te
nemen. Doordat het Prinsesje zoo vroeg in
den morgen geboren werd, was ditmaal
niet in Nederland zelf, maar in een der
andere gebiedsdeelen van het koninkrijk, in
Nederlandsch-Indië, het eerst geschoten.
Tusschen Nederland en Indië bestaat na-,
melijk een tijdsverschil van 6 uur en 10 mi
nuten, zoodat het in Indië reeds volop dag
was, toen de blijde mare daar verspreid
werd.
Om half 5 waren de manschappen gereed
en traden ze voor de school aan. Zij droe
gen nog hun werkpakken, want de gloed
nieuwe uniformen en uitrustingsstukken,
die voor den feestelijken dag zorgvuldig ge
reed gehouden waren, zouden zij eerst aan
trekken, nadat zjj de stukken in gereedheid
hadden gebracht.
Na de bevelen „richten", „nummeren",
„met twee uit de flank", „met vieren",
marcheerden de mannen straf af naar het
Oranjepark, bij het politiebureau, waar de
stukken onder zeilen waren geborgen. Nie
mand scheen te merken, wat er aan de
hand was. Nergens werd een raam opge
schoven. Men zag geen gezichten achter de
ruiten verschijnen. Het was trouwens nog
schemerdonker. Langzamerhand werd het
wat lichter. De lantaarns gingen uit. De
maan scheen nog, maar flauwer door de
dichter wordende nevels heen.
Bij het Oranjepark hield de troep zich
slechts enkele minuten op, genoeg om de
stukken op straat te brengen. De eerste
luitenant Feitsma, die hierbij het bevel
voerde, prees zich gelukkig, dat de kapitein
Van Nijnatten, de commandant der batte
rij, gisteren de eerste oefening had doen
houden. Want nu waren de manschappen
op bekend terrein. Zij wisten nu al, hoe zij
de bochten moesten nemen door de nauwe
straatjes van Baarn en hoe zij op den land
weg naar het weiland, waar de stukken op
gesteld moesten worden, de moeilijke plek
ken konden passeeren zonder oponthoud.
Ratelend gingen de kanonnen in snel
tempo hun weg, getrokken en geduwd door
de zwoegende manschappen, die zich ech
ter, vroolijk gestemd, volijverig van hun
taak kweten. Zij hadden plezier in hun
werk. Vreemd genoeg, niemand scheen te
merken, dat de kanonnen in stelling ge
bracht werden.
Nu stonden de stukken in de wazige ne
vels van het bedauwde land en de man
schappen keerden naar de Julianaschool te
rug.
Het vuren.
Toen de manschappen in hun nieuwe
uniformen tegen halfzeven door de Baarn-
sche straten marcheerden om nu de saluut
schoten te gaan afvuren, begaven velen,
jong en oud, zich reeds naar buiten het
dorp. Tegen zeven uur stond 'n dichte schare
langs den Hoevelakenschen weg. De
Baarnsche burgerij kon zich reeds verheu
gen in het bezit van feestelijk gekleurde
extra-edities der bladen, waarin in kleuren
en geuren beschreven stond hoe de blijde
mare het eerst bekend werd.
De veldstukken stonden naast elkander
op ijzeren platen met de monden naar de
zijde van het IJsselmeer en met het affuit
naar de richting van den landweg, die on
geveer parallel loopt met den weg naar
Hoevelaken, waar zich het publiek be
vond, zoodat de toeschouwers alle bewegin
gen der militairen uitstekend konden vol
gen. Bovendien was de windrichting, voor
zoover men van wind kon spreken, even
eens van het publiek af.
De nevel was opgetrokken. Het was
helder weer7 weliswaar zonder zon, maar
met een goed zicht.
Kapitein Van Nijnatten en zijn luite
nants liepen op den weg en gaven hun
laatste bevelen bij het inspecteeren der
stukken, waar elk der bedienende man
schappen zjjn eigen taak had te vervul
len. De schoppen der affuiten werden nog
eens goed in den grond gestampt om te
voorkomen, dat bij het afgaan van een
schot een kanon zou terugspringen. De
kapitein liep met den chronometer in de
hand en toen het tegen zevenen werd.
hief hij de hand op, staande bij het eerste
stuk, dat het eerst van het dorp af was
opgesteld. De manschappen wachtten op
het teeken, dat de kapitein zou geven. Een
doodsche stilte viel over het publiek. Het
was een oogenblik van groote spanning.
Daar ging de hand van den kapitein
omlaag, een beweging die voor de toe
schouwers samenviel met het verschijnen
van een oranjekleurige vlam aan rlen
loop van het kanon, onmiddellijk gevolgd
door een luide explosie. Het eerste
luutschot weerklonk.
Onmiddellijk liep de kapitein naar het
tweede stuk, de hand weer omhooggehe
ven en precies 15 seconden na het eerste
schot viel het tweede en zoo vervolgens
telkens na 15 seconden het volgende schot.
Toen het vierde stuk van de batterij ge
schoten had, volgde weer het schot van het
eerste stuk. Telkens liepen de kapitein of
een zijner officieren, die het bevel over
nam, van het eene kanon naar het ande
re om het sein te geven af te vuren.
Na het eerste schot ging er een spon
taan gejuich uit de gezamenlijke menigte
op. Baarn hall het koningskind begroet
Weldra hingen groote grijswitte rook
wolken over het weiland.
Vanochtend werd een bulletin der dok
toren gepubliceerd, luidende als volgt:
„Hare Koninklijke Hoogheid Prinses
Juliana heeft heden den vijfden
Augustus, des voormiddags 1.09 uur,
het leven geschonken aan een welge
schapen dochter.
Moeder en kind maken het
uitstekend.
(w.g.) Dr. J. DE GROOT.
Dr. C. L. DE JONGH.
Men meldt ons uit Baarn, dat het heden
morgen geboren Prinsesje 3,870 kg weegt.
Van alle zijden kwamen nu nog meii-
schen naar het weiland toe, velen op een
drafje om maar niet te laat te komen.
Men zag ramen openschuiven en ver
schrikte of verbaasde gezichten zich af
vragen of dan de blijde mare reeds daar
was. Zij hadden nog niets gehoord en be
grepen niet dadelijk, wat er aan .de hand
was. Maar het duurde niet lang, of de.
feeststemming sloeg ook op hen over.
Het spreekt vanzelf, dat nü ook de ge
heele burgerij de vlag uitstak. Toen wij
ons naar het weiland begaven, hingen er
reeds hier en daar wat vlaggen, maar
toch nog niet veel. Nu echter was plots het
dorp een vlaggenzee. Goudsbloemen err
Afrikanen deden opgeld, want velen had
den zich nog niet van oranje voorzien,
omdat men niet gerekend had op het zoo
snel naderen van den heugelijken dag.
Zoo begonnen voor de bewoners van het
dorp Baarn de feestelijkheden.
Omstreeks zeven uur begon de rijks-
veldwacht in de buurt v<fn het paleis
Soestdijk volgens de bekende regeling het
verkeer om te leggen. Auto's uit de rich
ting Utrecht en Amersfoort werden ter
hoogte van hotel Trier aangehouden en
moesten den hoofdweg verlaten. Vooral de
chauffeurs van de groote vrachtauto's
die van verre kwamen, toonden verwon
dering en vroegen waarvoor deze omlei
ding diende. Met vreugde vernamen zij
dan van de dienstdoende rijksveldwachters
het blijde nieuws.
Op denzelfden tijd leek het waarachtig
of de Oranjezon vandaag zou gaan schij
nen, want een bleek zonlicht drong door
het nog nadruppelende geboomte. Toen
klonken zwak uit de verte de eerste
schoten van het salvo, dat werd afgevuurd
door de saluutbatterij te Baarn. Tegelij
kertijd begonnen de klokken van de nabije
kerken van Soestdijk te luiden. Fietsers,
die nog niet op de hoogte waren, hiel
den verrast in en vernamen eveneens het
verrassende nieuws. Velen in Baarn en
Soestdijk bleken echter het bericht ver
nomen te hebben en kwamen reeds met
oranje getooid, naar het Paleis, waarte
genover zij zich aan den anderen kant
van den rijksweg, die voor de fietsers niet
was afgesloten, opstelden.
Ook toen het weer begon te betrekken
de zon verdween en dikke regendruppels
begonnen te vallen, bleven deze belang
stellenden, voor een groot de'el bestaande
uit de schooljeugd, tegenover het paleis
staan wachten op de dingen, die komen
zouden.
Dat was, gezien ook het vroege uur,
nog niet veel. Zelfs het plechtige hijschen
van de vlag voor de kazerne der rijks-
veldwacht, bleef ditmaal achterwege, om
dat men reeds vannacht het dundoek had"
geheschen, om niet achter te blijven bij
de hotels en particulieren in de naaste
omgeving, die dadelijk na het bekend
worden van het nieuws de vlaggen had
den uitgestaken.
Kort na 7 uur werden ook aan beide
zijden van den rijksstraatweg de bekende
blauwe borden aan een boom gespijkerd,
waarop in witte letters het volgende ver
zoek was geschilderd:
„Ingevolge den wensch van H. M. de
Koningin wordt het publiek beleefd ver
zocht zich te onthouden van elke hulde-
betooging met het oog op de noodzakelijk
heid van volkomen rust voor H. K. H.
de Prinses, f
Het eerste geschenk werd ten paleize
afgegeven te kwart over acht Het was
een groote bloemenmand met oranje
dahlia's van de algemeene en van de
christelijke oranjevereeniging te Baarn,
die werd gebracht door drie vrouwelijke
bestuursleden der beide vereenigingen.
Hoe Indië het bericht vernam.
Indië ontving de tijding van de blijde ge
beurtenis, in tegenstelling met het moeder
land, bij klaarlichten dag. In de zonne
schijn van den achturigen morgenstond. De
niets vermoedende doch reeds gespannen
schooljeugd was rustig naar school gegaan
en vertoefde daar reeds een uur en de in
den handel werkzamen maakten zich op om
naar de benedenstad te rijden om hun
werkzaamheden daar aan te vangen.
Het was wonderlijk hoe snel de tijding
overal verspreid was, waartoe werd mede
gewerkt door den omroep per radio en de
sirenes die de uitgifte van een bulletin ver
kondigden, doch vooral ook door den „rond
roep" op straat, waar elkander geheel niet
kennende burgers elkaar het heugelijke
nieuws toeriepen.
Overal verschenen vlaggen.
De eerste, die het bericht ontving was de
gouverneur-generaal, die onmiddellijk te-