Hf
MIDDELBURGSCHE COURANT
(&GOESCHE COURANT)
De Zwin-tentoonstelling geopend.
De installatie van Jhr. D. van Doorn
als Burgemeester van Kattendijke.
Dr. Colijn geslaagd.
Twee Zuid-Bevelandsche
voetbalelftallen samengesteld
Door den Commissaris der Koningin, jhr. mr.
J. W. Quarles van Ufford.
Wat er te zien is.
De openingsplechtigheid.
OP HET GEMEENTEHUIS.
Voor een wedstrijd
te Ierseke.
SPANJE.
De ..radiogeneraal" ontslagen
Hij heeft zijn mond voorbij
gepraat.
'Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr.28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
je GOES: Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
J 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg er* Goes 18 ct.
•gg® NUMMER 171. DRIE BLADEN. ZATERDAG j 22 JULI 1939. EERSTE BLAD. 182e JAARG. (3537^
Advertentiën 30 ct per regel, ingezondem
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager
Tarief op aanvraag. Familieberichten e«
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, baf
vooruitbetaling. Brieven, of adres, bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5
Toen wij verleden week Vrijdag een
tocht maakten door West Zeeuwsch Vlaan
deren, hadden wy geen vermoeden, dat
onze arbeid* ons reeds gisterenmiddag
weer naar dit deel van Zeeland zou voe
ren en dat wjj na onderweg een paar
branden als gevolg van het hemelvuur te
hebben waargenomen en in Sluis bij den
secretaris van het Zwincomité, den heer
Bakker, enkele inlichtingen te hebben ge
kregen voor de Zwintentoonstelling, weer
naar het Zwin zouden rijden. In verband
met den regen en den toestand van den
weg, meende onze chauffeur ons een eindje
■voor het Zwin te moeten afzetten.
Onze wandeling bracht ons bij het voor
malige hotel van den heer Baas en wij
troffen het wel zeer, dat daar aanwezig
waren de penningmeester van het Zwin-
comité, de heer M. A. Aalbregtse en de
heer A. Hoolhorst beide uit Oostburg. De
heer Aalbregtse heeft ons het reeds ge
ëxposeerde en ook dat wat men nog niet
had geplaatst, laten zien.
Alvorens daarover te schrijven willen
•wij de namen noemen van instellingen en
personen, die voorwerpen ter beschikking
stelden. Dit deeden o.a. het Zeeuwsch Ge
nootschap der Wetenschappen; de gemeen
te Oostburg, de gemeente Sluis, de direc
tie der domeinen, de firma G. W. den
Boer, Middelburg, de firma A. J. Brons
wijk, Oostburg; de heeren mr. P. Diele-
man, M. A. Aalbregtse, L. Bootsgezel, ir.
J. F. P. Blankert; Streefkerk; mr. W. Le
Mair en J. Stamperius. Bijeen is gebracht
een groote hoeveelheid kaarten uit zeer
verschillende tijdvakken, waaruit zoo ten-
volle blijkt, dat het Zwin eerst een groot
water was dat tot diep in Zeeuwsch-Vlaan-
deren doorliep en waaraan destijds Sluis
zulk een voorname stad en havenplaats
was. Hoe zelfs nu nog maar even 100 jaar
geleden het Zwin doorliep tot bij de kade
van genoemde stad ziet men duidelijk uit
de kaart van 1826 ingezonden door ir.
Blankert.
Naast de kaarten zijn er de vele foto's
zooals van de hand van den heer Aal
bregtse, terwijl hier ook de beelden uit
„Zeeland door de eeuwen heen", van
groote beteekenis zijn en dat zeker niet
in het minst de kaarten enz. oorspronke
lijk in het buitenland verschenen.
Als wij met groote waardeering ge
waagd hebben van de drie schilderstukken
van de hand van den heer Stamperius,
die daarin niet alleen zijn schilderkunst,
maar ook zijn liefde voor het Zwin tot
uiting brengt, dan komen wij tot de vele
teekeningén van de hand van den heer
Hoolhorst, die stuk voor stuk de verschil
lende planten, die thans nog steeds in het
Zwin worden aangetroffen;, voorstellen,
waarbij de ontwerper ook de Latijnsche
en Hollandsehe benaming en enkele an
dere waardevolle bijzonderheden van ieder
dezer soorten naar voren brengt.
Dat er vele boekwerken en apdere
gedrukte bijzonderheden over het Zwin
en de flora en fauna niet ontbreken,
waaronder van echte Zeeuwsch-Vlamin-
gen als Jan Eekhout e.a., behoeft haast
geen betoog.
Wij komen dan tot de tafel, waarop de
verschillende vogelsoorten die in het Zwin
leven in opgezetten staat bijeen zyn ge
bracht. Bij ieder er van zorgde de heer
Hoolhorst weer voor de namen en daar
naast voor het aangeven van de broed
plaats en het in woorden weergeven van
het geluid, dat ieder dezer diersoorten
uit.
Verder zijn er talrijke soorten schelpen
waarvan een groot deel van prae-historl-
sche tijden. Dit laatste is ook het geval
bij de afdeeling beenderen waaronder van
voorwereldlijke monsters. Ook bij deze af-
deelingen heeft de natuurhistorische ken
nis van Hoolhorst zich informatorisch
laten gelden. Tenslotte is er dan nog een
maquette van den huidigen toestand van
het Zwin, door den heer Koolhorst ver
vaardigd. Zij is zeker van groote beteeke
nis en toont aan, welk een heerlijke schat
hier ook voor het nageslacht dient te wor-
den bewaard.
Hedenmorgen te ongeveer kwart over
elf waren het bestuur en leden van het
Zeeuwsche Landschap, onder voorzitter
schap van den Commissaris der Koningin,
bestuursleden en leden van het Zwincomi
té en van andere betrokken vereenigin
gen en verdere genoodigden bijeen voor
de opening der tentoonstellig.
Bij ontstentenis van den voorzitter, den
heer J. M ij s, heeft de penningmees
ter van het Zwincomité, de heer Aal
bregtse, in de eerste plaats den
Commissaris der Koningin het welkom
toegeroepen.
Het doet het Zwin-comité aldus spr. een
buitengewoon groot genoegen, dat allen,
die gekomen waren tot het maken van een
excursie onder deskundige leiding naar het
aloude Zwin, ook tegenwoordig wilden zijn
bij de opening van deze kleine Zwin-ten
toonstelling.
Met het oog op den beschikbaren tijd
wilde spr. niet stilstaan bij de geschiedenis
van het Zwin. Er zijn van meer bevoegde
hand geschiedeniswerken, die een schat van
gegevens bevatten voor degene, die er lust
toe hebben iets meer te willen weten van
de geschiedenis van het grondgebied, waar
op men zich thans bevond en van de wa
teren er om heen. Voor de bewoners van
Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen, is het een
bij uitstek dankbaar terrein, omdat zij dien
grond liefhebben en voor velen onder hen,
omdat in de polders, ontstaan uit het be
roemde Zwin, hun wieg stond.
Dit is één van de redenen, dat velen zich
tot het Zwin en zijn omgeving voelen aan
getrokken. Een tweede reden is de liefde
voor de natuur. Wat is nü nog eigenlijk het
Zwin? Binnendijks zijn daarvan overgeble
ven eenige meer of minder belangrijke
kreken en poelen, waarvan spr. o.a. noemt
het Groote Gat bij Oostburg; buitendijks
een verzand gedeelte van den eertijds zoo
belangrijken waterweg naar Sluis, Damme
en Brugge, circa 173 ha groot, waarvan het
grootste deel of circa 140 ha in België ligt.
Daardoor liggen nu ver landwaarts in de
Zwinsteden als een levend archief van het
groots verleden van deze gewezen „Golden
River". Het gedeelte buitendijks, begrensd
door dijken en mooie duinen, begroeid met
de door Guido Gezelle bezongen vlien-
der, wordt bij hooge vloeden nog bespoeld
door de zee. De zéé, waartegen Zeeuwsch-
Vlaanderen zich gedurende eeuwen heeft
verdedigd, is hier onmisbaar voor de in
standhouding van de flora. De watervogels
hebben hier een bij uitstek geschikte broed
plaats gevonden. En de flora èn de fauna
hebben mèt de omgeving, met medewerking
van de zee en de Zeeuwsche luchten het
Zwin gemaakt tot een object van natuur
schoon, dat evenwel dreigde verloren te
gaan. Immers voortdurend deden geruch
ten de ronde van plannen tot inpoldering
of tot het leggen van een grooten weg van
Knocke naar Breskens door het Zwin, zoo-
noodig door 't leggen van een brug. Wel
licht koesterde men de gedachte, dat een
betonnen brug het daar in die omgeving
niet onaardig zou doen.
Eenige natuurvrienden dachten er even
wel anders over en namen het initiatief tot
het vormen van een comité om een actie in
het leven te roepen met het doel de inpol
dering te voorkomen en waarborgen te ver
krijgen, dat het Zwin in de toekomst in
ongerepten staat behouden zou blijven. Dat
comité kwam het eerst bijeen op 2 Decem
ber 1935 te Oostburg en is bekend geworden
als het Zwincomité. Het comité stelde zich
op het standpunt, dat het geen strijd moest
worden, aangezien om en in het Zwin
in den loop der eeuwen strijd genoeg is
gevoerd. De strijdbijl werd begraven; het
werd een vree dzame strijd, derhalve
om nog te behouden van wat eens was en
nu nog is. Het resultaat is wel bekend. Het
Zwin wordt niet ingepolderd, er komt gèèn
brug en gèèn weg, doch in de toekomst,
dank zij het streekplan, een weg er omheen.
Toch bestaat bij sommigen die vrees nog.
Getuige de volgende aanhaling uit het on
langs verschenen werk van dr. P. H. Rit-
ter Jr. „De hoorn der Schelde", waarin hij
op bladzijde 46 zegt: „Straks komt de be
tonnen dam, die men weids betitelt met de
naam van zeeboulevard, straks schiet
Knocke zijn steenen riggel uit, en verbindt
men de zeestraat van Knocke met Breskens.
Dan is het uit met de natuur, met wolken,
zee en duin en strand, dan boort zich de
ziéllooze badplaats-industrie van de Belgi
sche badplaatsen, vol van geverfde juf
frouwen, van draaiorgels en bioscopen, het
aartsvaderlijke, goede land van Zeeuwsch-
Vlaanderen in. Laat ons hier heilig hou
den, deze oude, eigen grond".
Dank zij de medewerking van autoritei
ten, vereenigingen en particulieren, wien
het Zwincomité veel dank verschuldigd is
voor den verleenden moreelen en financi-
eelen steun, wordt het Zwin heilig ge
houden. Daar in dat Zwin (in 't Schor, zoo
als men hier zegt) is het „veld", dat eens
vol schepen lag, die daar kwamen om han
del te drijven of strijd te voeren; het werd
bezongen door den Sluischen schrijver Eek
hout en thans ook geschilderd door den
heer Stamperius.
Spr. wees op veler medewerking en
bracht dank aan de stichting het Zeeuwsche
Landschap en aan Vreemdelingenverkeer te
Kadzand en niet minder aan den heer
Draaijer te Amsterdam, die het gebouw ter
beschikking stelde.
Hierna richtte spr. zich speciaal tot de
heeren Hoolhorst en Bakker, de laatste
deed als secretaris veel administratief werk.
Spr. hoopte ten eerste, dat het vormen
van duinen aan de Belgische zijde niet ver
der zal voortgang hebben, opdat de natuur
behouden blijve. Ten tweede dat de excur
sie onder leiding van den heer Hoolhorst
een genotvolle middag zou zijn, ten derde
dat de excursie en de tentoonstelling zullen
mogen bijdragen meer waardeering te krij
gen voor het mooie landschap en dat dit
rustig hoekje niet worde verstoord, en ten
vierde dat de tentoonstelling er toe moge
bijdragen, leden te winnen voor de stich
ting het Zeeuwsche Landschap.
Hierna noodigde spr. den Commissaris
der Koningin uit de tentoonstelling te
openen.
De Commissaris heeft daaraan gaarne
voldaan en ook zijnerzijds gewezen op het
werk van de stichting het Zeeuwsche Land
schap en hulde gebracht aan het werk van
het Zwincomité mede voor deze tentoonstel
ling.
Na de bezichtiging werd in het naburig
hotel de koffiemaaltijd gebruikt en vervol
gens werd een wandeling ondernomen door
het Zwin om van nabij kennis te maken
met de flora en fauna van het mooie plekje
Zeeuwschen grond.
De uitstekende voorlichting van den heer
Hoolhorst werd hierbij op hoogen prijs ge
steld.
Heden vond de installatie plaats van jhr.
D. van Doorn als burgemeester van Kat
tendijke.
Nadat te Wilhelminadorp de stoet zich
gevormd had, werd naar de grens der ge
meente getrokken. Voorop het muziekge
zelschap „De Echo", daarachter een stoet
van twintig ruiters, alle keurig in witte
pantalons en witte blouses, vervolgens de
auto's met het feestcomité, het muziek
gezelschap „Oefening en Uitspanning" en de
zangvereeniging „Zanglust".
Wilhelminadorp had een vrooljjk aan
zien. Van alle huizen wapperden de vlag
gen, er stonden eerepoorten opgesteld en
vooral ook het gemeentehuis was keurig
versierd.
Te ongeveer één uur vond bjj „Haven
zicht" de ontmoeting plaats met den nieu
wen burgemeester, jhr Van Doorn, die met
zijn echtgenoote per rijtuig uit de richting
van Goes kwam, gevolgd door eenige auto's
met familieleden en kennissen.
De commandant der ruiters, de hr. D.
Lindenbergh, presenteerde zich, en sprak
een kort woord van welkom, waarna ook
de muziek zich liet hooren.
Vervolgens ging het onder veel belang
stelling en vroolijke marschmuziek terug
naar Wilhelminadorp, waar voor het ge
meentehuis halt gehouden werd. Met schijn
baar alle ingezetenen van Kattendijke
stonden hier ook de schoolkinderen opge
steld, die jhr. Van Doorn en zijn echtge
noote een vlaggelied toezongen, wuivend
met hun vlaggetjes.
Hanna Burger bood mevrouw Van Doorn
daarop een tuil bloemen aan.
Nadat nu nog een welkomstlied was ge
zongen, sprak de voorzitter van het feest
comité, de hr. A. Minderhoud, den burge
meester toe.
„In den loop van dezen dag," aldus spr.,
„zult U ongetwijfeld van vele zijden worden
toegesproken, doch aan ons valt de eer en
het genoegen te beurt U het eerste welkom
te mogen toeroepen.
In onze gedachten is deze welkomstroep
al eenige weken levendig, U kunt het met
groote letters zien staan op de versieringen
die ter Uwer eere zijn aangebracht. Het
feestcomité heeft gemeend U onze wel
komstbode in den vorm van een ruiterstoet
tegemoet te moeten zenden om aan Uw
blijde inkomst op dezen dag meer luister
bij te zetten.
Het is onze bedoeling dat U in dezen wel
komstgroet en in dit welkomstwoord zult
zien onze bereidheid om ons als goede
dorpsbewoners onder Uw leiding te stel
len.
Toen de burgerij Uw benoeming tot bur
gemeester van de gemeente Kattendijke
vernam hebben velen van ons onwillekeu
rig de gedachte gehad „Wat zullen wij aan
onzen nieuwen burgemeester hebben en zou
er veel verandering komen in den dage-
lijkschen gang van zaken Wij hebben allen
gehoopt dat dit niet het geval zal zijn. Mis
schien overschatten wij ons zelf doch ik
meen niet te veel te zeggen wanneer ik U
meedeel dat de burgerij van Wilhelmina
dorp zich verheugt in een genoeglijke sa
menleving. Natuurlijk hebben we allen on
ze gewone dagelijksche zorgen die ieder op
zijn wijze zoo goed mogelijk tracht te ver
drijven. In ons dorp is echter als regel geen
strijd van welken aard dan ook. Er bestaan
eenige vereenigingen van practischen aard
zooals de kolenvereeniging, een ziekenfonds
enz.
Terwijl onze zangvereenigingen, het mu
ziekgezelschap en de Oranjevereeniging
wanneer daartoe de gelegenheid is onze sa
menleving op energieke wijze opvroolijken.
U zult vandaag volop in de gelegenheid
zijn om daarvan een proefje te zien en te
hooren doch ik kan U verzekeren wanneer
op hoogtijdagen de muziek over het dorp
trekt of in den winter een gezamenlijke
tooneeluitvoering wordt gegeven van zang-,
en muziekvereenigingen, dat het een genoe
gen is opi van de partij te zijn.
Wij zijn op ons dorp niet verwend. Wij
bezitten geen schouwburgzaal doch wij ver
staan de kunst om wanneer wij meenen dat
er gefeest moet worden dit met een mi
nimum van hulpmiddelen en met een
maximum van goeden wil te bereiken.
Ik wil deze welkomstwoorden eindigen
met de hoop uit te spreken dat het U gege
ven moge zijn zich spoedig met onze samen
leving vertrouwd te .maken en dat wij U
met Uw gezin lange jaren in ons midden
mogen zien." (Toejuichingen).
Jhr. Van Doorn betuigde in welgekozen
woorden zijn dank voor de warme ont
vangst en de tot hem gesproken woorden.
De beide muziekgezelschappen speelden
nu gezamenlijk een feestmarsch.
Rede wethouder Lindenbergh.
Hierna had de installatie van jhr. Van
Doorn plaats door den loco-burgemeester
den hr. Lindenbergh.
Nadat spr. mededeeling had gedaan van
de benoeming en beëediging van jhr. D.
van Doorn, als burgemeester van Katten
dijke, heette hij hem allereerst hartelijk
welkom en zeide verder:
Het eerste burgemeesterschap U toebe
deeld, is dat van een zeer mooie gemeente.
Ze bestaat uit twee aparte kommen, samen
tellende ruim 1200 zielen met een grond
gebied van ruim 2000 ha. Bijna allen vinden
hun bestaan in den landbouw. Kattendijke
bestaat reeds eeuwen en is bespaard geble
ven van het lot van het toen naburige Rei-
merswaal te deelen. In den Franschen tijd
(1809) werd de gemeente Kattendijke be
langrijk vergroot, doordat aan haar west
zijde een groote polder werd ingedijkt. Die
polder werd, naar den toenmaligen Koning
„Lodewijkspolder" genoemd, doch reeds na
1815 in „Wilhelminapolder" herdoopt. Hier
in vormde zich Wilhelminadorp, dat allengs
't hoofddorp worden zou, niet in zielental
zoozeer, maar door haar gunstiger ligging
ten opzichte van Goes. Zoo kwam hier het
gemeentehuis en vanzelf wonen de burge
meester en veldwachter er.
De onderlinge verstandhouding is goed
tusschen beide kommen, dank zij het uit
blijven van politieken strijd. Iedere kom be
zit een openbare lagere school en een Ned.
Herv. Kerk. Gelukkig is er dus eenheid
en we hopen dat deze bewaard zal blijven
voor het goed functioneeren der gemeente
huishouding.
Van de tegenwoordige Raadsleden hopen
er zes weer terug te keeren. Ons oudste
lid bedankte om verschillende redenen; ér
komt dus één nieuw lid.
Financieel staat onze gemeente er gun
stig voor. Sinds 1917 bestuurd door wijlen
burgemeester De Graaff op soliede, sobere
wijze, zijn wij schitterend door de crisisjaren
gekomen en staan nog op eigen beenen, zon
der rijkshulp, en het zou toch wel bescha
mend geweest zijn indien het snoode op
heffingsplan, dat ruim 4 jaren als het
zwaard van Damocles boven de gemeente
heeft gehangen, volvoerd ware. Gelukkig is,
dank zij volhardende actie hiertegen, dat
plan verijdeld, al krijgen we straks toch nog
een bittere pil hierover te slikken.
Dringende nooden of zorgen vragen straks
Uw aandacht gelukkig niet. Dank zij de
breede sociale gevoelens van de directie van
den Wilhelminapolder komt werkloosheid
weinig voor. Ook in meer andere vormen
geniet deze gemeente van de directie en
van den Ambachtsheer van Kattendijke
hoog gewaardeerden steun.
Dit alles beschouwende kunt ge, afge
zien van de nog maar steeds durende inter
nationale hoogspanning, Uw taak van bur
gemeester, die zeer verstrekkende bevoegd
heden inhoudt, hoopvol aanvaarden.
We hopen dat ge voor ons allen zult zijn
een goed burgemeester, die zich niet ver
moeid in kleine politiek, maar die zich
steeds uitspreken zal op een wijze waar
ieder respect voor heeft. Vreemd staan we
nog tegenover elkander. We hopen dat U
weldra in ons midden zult wonen en belo
ven u de meest mogelijke medewerking
van allen die U in Uw ambt ter zijde
staan. Ge zult U dan spoedig thuis gevoe
len hier.
Met deze verklaar ik U geïnstalleerd als
burgemeester van Kattendijke.
Rede van den nieuwen burge
meester.
Nadat de hr. Lindenbergh jhr. Van Doorn
den ambtsketen omgehangen had antwoord
de jhr. Van Doorn als volgt:
Nu ik voor het eerst in Uw midden het
woord ga voeren, is het mij een behoefte
mijn eerbiedigen dank uit te spreken jegens
H. M. de Koningin, wie het behaagd heeft
mij te benoemen tot burgemeester der ge
meente Kattendijke en jegens Z.E. den mi
nister van binnenlandsche zaken en den
Commissaris der Koningin, voor het ver
trouwen dat zij in mij gesteld hebben, door
mij voor deze benoeming wel te willen
voordragen.
Zeer erkentelijk ben ik ook U, mijnheer
de wethouder, voor de vriendelijke woor
den, waarmede U mij zooeven het welkom
hebt toegeroepen.
Het was voor mij een groote vreugde te
vernemen tot burgemeester Uwer gemeente
benoemd te zijn. Immers, het was een in
nige en sedert lang gekoesterde wensch van
mij aan het hoofd eener Zeeuwsche ge
meente te mogen staan.
Deze blijdschap over mijn benoeming
houdt echter niet in, dat ik de vervulling
van mijn taak licht acht. Ik besef zeer
goed, dat de taak, die ik op mij ga nemen,
een verantwoordelijke is en verre van ge
makkelijk.
In de eerste plaats toch volg ik een man
op, die gedurende 22 jaren aan het hoofd
dezer gemeente gestaan heeft, daarmede als
't ware vergroeid was, en die door de toe
wijding, waarmede hij zijn taak vervulde
en door zijn persoonlijkheid ieder's achting
had verworven. Het valt niet licht zulk een
uitstekend burgemeester op te volgei
In de tweede plaats zijn in deze steeds
moeilijker wordende tijden de overheids
maatregelen belangrijk uitgebreid, is de
gemeentelijke administratie hoe langer hoe
ingewikkelder geworden 'en zijn beslissingen
betreffende steeds lastiger vraagstukken te
nemen.
Ook deswege is vooral het begin voor een
nog onervaren burgemeester vaak zeer
moeilijk.
Ik moge derhalve Uw aller medewerking
inroepen om eendrachtig samen te werken
bij het besturen der gemeente.
In de eerste plaats vraag ik deze van U,
Heeren Wethouders, met wie ik het meest
zal hebben te overleggen en beslissen bij
voorbereiding en uitvoering van allerhande
zaken. Ik heb reeds het genoegen gehad
kennis met U te maken en gezien die ken
nismaking vertrouw ik ten volle, dat onze
besprekingen steeds op aangename en
vruchtdragende wijze zullen verloopen.
Doch ook geldt dat beroep den Raad, die
als voornaamste bestuurscollege ook de
voornaamste besluiten heeft te nemen. Mo
gen deze besluiten steeds op een prettige en
zakelijke wijze tot stand komen. Tot op he
den hebben de vergaderingen van Uw Raad,
mede door de afwezigheid van politieke
partijen, zich gekenmerkt door haar rustig
karakter. Voor den voorzitter was dit een
gelukkige omstandigheid. Ik hoop, dat het
in de toekomst onder mijn leiding zoo mag
blijven.
Ten slotte roep ik ook de medewerking
in van den gemeente-ontvanger, om geza
melijk te arbeiden in het belang der ge
meente en van den gemeente-veldwachter,
De regeeringspersdienst meldde van
middag uit Den Haag:
Dr. Colijn heeft de hem verstrekte op
dracht tot vorming van een kabinet aan
vaard.
Op Zaterdagavond 29 Juli a.s. zal te Ier
seke een voetbalwedstrijd worden gespeeld
voor het Contributiefonds van den Z.V.B.
tusschen twee Zuid-Bevelandsche voetbal
elftallen, een combinatie uit H.K.C., Kapel-
Ie en Waarde en een combinatie van spelers
uit Ierseke, Kloetinge en Kapelle. De elf
tallen zijn als volgt samengesteld:
Elftal A: (KapelleWaardeH.K.C.
comb.)
doel: C. van Koeveringe (H.K.C.)
achter: M. Waterman en A. van Houte
(beide Waarde);
midden: L. v. Ertsvelde (H.K.C.), J.
Meijer (H.K.C.) en M. Eversdijk (Kapelle);
voor: C. Kaiser (H.K.C.), M. Kamerling
(Waarde), P. Kloet (Waarde), P. Banen
(H.K.C.) en A. Kievit (H.K.C.).
Reserves: A. Braam (Waarde), J. Na-
gelkerke (Waarde), M. Verburg, J. v.
Iwaarde en H. Verstraaten (allenH. K.C.)
Elftal B (Ierseke, Kloetinge, Kapelle-
comb.)
doel: L. Kole (Ierseke);
achter: D. de Leeuw (Ierseke) en A. van
Strien (Ierseke);
midden: J. van Wel (Kloetinge), S. Lu-
teyn (Ierseke) en M. Schipper (Kapelle);
voor: J. Nolet (Ierseke), J. Sanderse
Ierseke), .J Kloosterman (Kloetinge), J.
Kuiper (Kloetinge) en A. Nieuwenhuijse
(Ierseke).
Reserves: P. Glas (Kapelle), A. Holle-
stelle, J. Houterman en W. Harthoorn (al
len Kloetinge).
Scheidsrechter is de heer C. van Nimvve-
gen.
Reuter meldt uit 'Burgos: Generaal Quei-
po de Llano, de bekende „radio-generaal",
is blijkens een officieele mededeeling ontsla
gen als commandant van het tweede mili
taire district (Sevilla), wegens het uitspre
ken van „onvoorzichtige woorden" in een
rede, die hjj onlangs heeft gehouden bij de
herdenking van den opstand in Sevilla.
Generaal Saliquet is in zijn plaats be
noemd. Queipo de Llano was nog pas kort
geleden tot luitenant-generaal bevorderd.
BEWONER VAN DANTZIG IN POLEN
GEARRESTEERD.
Reuter meldt uit Dantzig: Lipski, een
in uniform loopende bewoner van Dantzig
is op Poolsch gebied gearresteerd, be
schuldigd van spionnage. Bij het zien van
de Poolsche grenswacht trachtte Lipski
te ontkomen, maar na twee waarschu
wingsschoten gaf hij zich over.
die mij wel ter zijde zal willen staan bij het
justitieele gedeelte van mijn taak.
Wat de financieele positie der gemeente
betreft, het deed me genoegen te hooren,
dat deze tot nu toe steeds gunstig te noe
men is geweest. Naast het voorrecht, dat
de gemeente heeft, een zoo bloeiend land
bouwbedrijf als de Wilhelminapolder, waar
tallooze arbeiders werk vinden, in haar
midden te hebben, is dat tevens te danken,
naar ik hoorde, aan het voorzichtig finan
cieel beleid van mijn ambtsvoorganger. Ik
stel mij voor dat beleid tot richtsnoer te
nemen.
Betreffende de verdere wijze, waarop ik
het burgemeestersambt hoop te bekleeden
moge ik opmerken, dat ik steeds zal trach
ten de belangen van de gemeente en van
haar inwoners afzonderlijk te behartigen en
dat ik steeds een open oor zal hebben voor
eventueele vragen van ingezetenen, al is 't
misschien niet altijd mogelijk alle verzoeken
in te willigen. Ik hoop van harte dat het
persoonlijk contact tusschen de gansche be
volking van Kattendijke en mijn echtge
noote en mij zeer groot zal zijn en dat wij
over en weer door hechte banden van
vriendschap zullen worden verbonden.
Alvorens te eindigen zij het mij vergund
U, Mijnheer de Wethouder, hartelijk te dan
ken voor de uitnemende wijze, waarop U
het burgemeestersambt gedurende de laat
ste paar maanden hebt waargenomen en ik
geloof wel dat ik daarbij uit naam spreek
van alle inwoners van Kattendijke. Even
eens den loco-secretaris, die bereid gevon
den is de verschillende administratieve
werkzaamheden te verrichten, komt de
dank der gemeente toe.
Ik wil thans eindigen met de bede, dat de
Almachtige God ons allen moge sterken in
de taak die ons wacht en dat Hij ons werk
zal zegenen en een zegen zal doen zijn voor
onze gemeente.
En hiermede aanvaard ik het burgemees
terschap van de gemeente Kattendijke.