Hf MIDDELBURGSCHE COURANT (&GOESCHE COURANT) De Zwin-tentoonstelling geopend. De installatie van Jhr. D. van Doorn als Burgemeester van Kattendijke. Dr. Colijn geslaagd. Twee Zuid-Bevelandsche voetbalelftallen samengesteld Door den Commissaris der Koningin, jhr. mr. J. W. Quarles van Ufford. Wat er te zien is. De openingsplechtigheid. OP HET GEMEENTEHUIS. Voor een wedstrijd te Ierseke. SPANJE. De ..radiogeneraal" ontslagen Hij heeft zijn mond voorbij gepraat. 'Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt. Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr.28, Telefoon Redactie 269, Administratie 139; je GOES: Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255. Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes J 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week abonnementen in Middelburg er* Goes 18 ct. •gg® NUMMER 171. DRIE BLADEN. ZATERDAG j 22 JULI 1939. EERSTE BLAD. 182e JAARG. (3537^ Advertentiën 30 ct per regel, ingezondem mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager Tarief op aanvraag. Familieberichten e« dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, baf vooruitbetaling. Brieven, of adres, bureau v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 Toen wij verleden week Vrijdag een tocht maakten door West Zeeuwsch Vlaan deren, hadden wy geen vermoeden, dat onze arbeid* ons reeds gisterenmiddag weer naar dit deel van Zeeland zou voe ren en dat wjj na onderweg een paar branden als gevolg van het hemelvuur te hebben waargenomen en in Sluis bij den secretaris van het Zwincomité, den heer Bakker, enkele inlichtingen te hebben ge kregen voor de Zwintentoonstelling, weer naar het Zwin zouden rijden. In verband met den regen en den toestand van den weg, meende onze chauffeur ons een eindje ■voor het Zwin te moeten afzetten. Onze wandeling bracht ons bij het voor malige hotel van den heer Baas en wij troffen het wel zeer, dat daar aanwezig waren de penningmeester van het Zwin- comité, de heer M. A. Aalbregtse en de heer A. Hoolhorst beide uit Oostburg. De heer Aalbregtse heeft ons het reeds ge ëxposeerde en ook dat wat men nog niet had geplaatst, laten zien. Alvorens daarover te schrijven willen •wij de namen noemen van instellingen en personen, die voorwerpen ter beschikking stelden. Dit deeden o.a. het Zeeuwsch Ge nootschap der Wetenschappen; de gemeen te Oostburg, de gemeente Sluis, de direc tie der domeinen, de firma G. W. den Boer, Middelburg, de firma A. J. Brons wijk, Oostburg; de heeren mr. P. Diele- man, M. A. Aalbregtse, L. Bootsgezel, ir. J. F. P. Blankert; Streefkerk; mr. W. Le Mair en J. Stamperius. Bijeen is gebracht een groote hoeveelheid kaarten uit zeer verschillende tijdvakken, waaruit zoo ten- volle blijkt, dat het Zwin eerst een groot water was dat tot diep in Zeeuwsch-Vlaan- deren doorliep en waaraan destijds Sluis zulk een voorname stad en havenplaats was. Hoe zelfs nu nog maar even 100 jaar geleden het Zwin doorliep tot bij de kade van genoemde stad ziet men duidelijk uit de kaart van 1826 ingezonden door ir. Blankert. Naast de kaarten zijn er de vele foto's zooals van de hand van den heer Aal bregtse, terwijl hier ook de beelden uit „Zeeland door de eeuwen heen", van groote beteekenis zijn en dat zeker niet in het minst de kaarten enz. oorspronke lijk in het buitenland verschenen. Als wij met groote waardeering ge waagd hebben van de drie schilderstukken van de hand van den heer Stamperius, die daarin niet alleen zijn schilderkunst, maar ook zijn liefde voor het Zwin tot uiting brengt, dan komen wij tot de vele teekeningén van de hand van den heer Hoolhorst, die stuk voor stuk de verschil lende planten, die thans nog steeds in het Zwin worden aangetroffen;, voorstellen, waarbij de ontwerper ook de Latijnsche en Hollandsehe benaming en enkele an dere waardevolle bijzonderheden van ieder dezer soorten naar voren brengt. Dat er vele boekwerken en apdere gedrukte bijzonderheden over het Zwin en de flora en fauna niet ontbreken, waaronder van echte Zeeuwsch-Vlamin- gen als Jan Eekhout e.a., behoeft haast geen betoog. Wij komen dan tot de tafel, waarop de verschillende vogelsoorten die in het Zwin leven in opgezetten staat bijeen zyn ge bracht. Bij ieder er van zorgde de heer Hoolhorst weer voor de namen en daar naast voor het aangeven van de broed plaats en het in woorden weergeven van het geluid, dat ieder dezer diersoorten uit. Verder zijn er talrijke soorten schelpen waarvan een groot deel van prae-historl- sche tijden. Dit laatste is ook het geval bij de afdeeling beenderen waaronder van voorwereldlijke monsters. Ook bij deze af- deelingen heeft de natuurhistorische ken nis van Hoolhorst zich informatorisch laten gelden. Tenslotte is er dan nog een maquette van den huidigen toestand van het Zwin, door den heer Koolhorst ver vaardigd. Zij is zeker van groote beteeke nis en toont aan, welk een heerlijke schat hier ook voor het nageslacht dient te wor- den bewaard. Hedenmorgen te ongeveer kwart over elf waren het bestuur en leden van het Zeeuwsche Landschap, onder voorzitter schap van den Commissaris der Koningin, bestuursleden en leden van het Zwincomi té en van andere betrokken vereenigin gen en verdere genoodigden bijeen voor de opening der tentoonstellig. Bij ontstentenis van den voorzitter, den heer J. M ij s, heeft de penningmees ter van het Zwincomité, de heer Aal bregtse, in de eerste plaats den Commissaris der Koningin het welkom toegeroepen. Het doet het Zwin-comité aldus spr. een buitengewoon groot genoegen, dat allen, die gekomen waren tot het maken van een excursie onder deskundige leiding naar het aloude Zwin, ook tegenwoordig wilden zijn bij de opening van deze kleine Zwin-ten toonstelling. Met het oog op den beschikbaren tijd wilde spr. niet stilstaan bij de geschiedenis van het Zwin. Er zijn van meer bevoegde hand geschiedeniswerken, die een schat van gegevens bevatten voor degene, die er lust toe hebben iets meer te willen weten van de geschiedenis van het grondgebied, waar op men zich thans bevond en van de wa teren er om heen. Voor de bewoners van Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen, is het een bij uitstek dankbaar terrein, omdat zij dien grond liefhebben en voor velen onder hen, omdat in de polders, ontstaan uit het be roemde Zwin, hun wieg stond. Dit is één van de redenen, dat velen zich tot het Zwin en zijn omgeving voelen aan getrokken. Een tweede reden is de liefde voor de natuur. Wat is nü nog eigenlijk het Zwin? Binnendijks zijn daarvan overgeble ven eenige meer of minder belangrijke kreken en poelen, waarvan spr. o.a. noemt het Groote Gat bij Oostburg; buitendijks een verzand gedeelte van den eertijds zoo belangrijken waterweg naar Sluis, Damme en Brugge, circa 173 ha groot, waarvan het grootste deel of circa 140 ha in België ligt. Daardoor liggen nu ver landwaarts in de Zwinsteden als een levend archief van het groots verleden van deze gewezen „Golden River". Het gedeelte buitendijks, begrensd door dijken en mooie duinen, begroeid met de door Guido Gezelle bezongen vlien- der, wordt bij hooge vloeden nog bespoeld door de zee. De zéé, waartegen Zeeuwsch- Vlaanderen zich gedurende eeuwen heeft verdedigd, is hier onmisbaar voor de in standhouding van de flora. De watervogels hebben hier een bij uitstek geschikte broed plaats gevonden. En de flora èn de fauna hebben mèt de omgeving, met medewerking van de zee en de Zeeuwsche luchten het Zwin gemaakt tot een object van natuur schoon, dat evenwel dreigde verloren te gaan. Immers voortdurend deden geruch ten de ronde van plannen tot inpoldering of tot het leggen van een grooten weg van Knocke naar Breskens door het Zwin, zoo- noodig door 't leggen van een brug. Wel licht koesterde men de gedachte, dat een betonnen brug het daar in die omgeving niet onaardig zou doen. Eenige natuurvrienden dachten er even wel anders over en namen het initiatief tot het vormen van een comité om een actie in het leven te roepen met het doel de inpol dering te voorkomen en waarborgen te ver krijgen, dat het Zwin in de toekomst in ongerepten staat behouden zou blijven. Dat comité kwam het eerst bijeen op 2 Decem ber 1935 te Oostburg en is bekend geworden als het Zwincomité. Het comité stelde zich op het standpunt, dat het geen strijd moest worden, aangezien om en in het Zwin in den loop der eeuwen strijd genoeg is gevoerd. De strijdbijl werd begraven; het werd een vree dzame strijd, derhalve om nog te behouden van wat eens was en nu nog is. Het resultaat is wel bekend. Het Zwin wordt niet ingepolderd, er komt gèèn brug en gèèn weg, doch in de toekomst, dank zij het streekplan, een weg er omheen. Toch bestaat bij sommigen die vrees nog. Getuige de volgende aanhaling uit het on langs verschenen werk van dr. P. H. Rit- ter Jr. „De hoorn der Schelde", waarin hij op bladzijde 46 zegt: „Straks komt de be tonnen dam, die men weids betitelt met de naam van zeeboulevard, straks schiet Knocke zijn steenen riggel uit, en verbindt men de zeestraat van Knocke met Breskens. Dan is het uit met de natuur, met wolken, zee en duin en strand, dan boort zich de ziéllooze badplaats-industrie van de Belgi sche badplaatsen, vol van geverfde juf frouwen, van draaiorgels en bioscopen, het aartsvaderlijke, goede land van Zeeuwsch- Vlaanderen in. Laat ons hier heilig hou den, deze oude, eigen grond". Dank zij de medewerking van autoritei ten, vereenigingen en particulieren, wien het Zwincomité veel dank verschuldigd is voor den verleenden moreelen en financi- eelen steun, wordt het Zwin heilig ge houden. Daar in dat Zwin (in 't Schor, zoo als men hier zegt) is het „veld", dat eens vol schepen lag, die daar kwamen om han del te drijven of strijd te voeren; het werd bezongen door den Sluischen schrijver Eek hout en thans ook geschilderd door den heer Stamperius. Spr. wees op veler medewerking en bracht dank aan de stichting het Zeeuwsche Landschap en aan Vreemdelingenverkeer te Kadzand en niet minder aan den heer Draaijer te Amsterdam, die het gebouw ter beschikking stelde. Hierna richtte spr. zich speciaal tot de heeren Hoolhorst en Bakker, de laatste deed als secretaris veel administratief werk. Spr. hoopte ten eerste, dat het vormen van duinen aan de Belgische zijde niet ver der zal voortgang hebben, opdat de natuur behouden blijve. Ten tweede dat de excur sie onder leiding van den heer Hoolhorst een genotvolle middag zou zijn, ten derde dat de excursie en de tentoonstelling zullen mogen bijdragen meer waardeering te krij gen voor het mooie landschap en dat dit rustig hoekje niet worde verstoord, en ten vierde dat de tentoonstelling er toe moge bijdragen, leden te winnen voor de stich ting het Zeeuwsche Landschap. Hierna noodigde spr. den Commissaris der Koningin uit de tentoonstelling te openen. De Commissaris heeft daaraan gaarne voldaan en ook zijnerzijds gewezen op het werk van de stichting het Zeeuwsche Land schap en hulde gebracht aan het werk van het Zwincomité mede voor deze tentoonstel ling. Na de bezichtiging werd in het naburig hotel de koffiemaaltijd gebruikt en vervol gens werd een wandeling ondernomen door het Zwin om van nabij kennis te maken met de flora en fauna van het mooie plekje Zeeuwschen grond. De uitstekende voorlichting van den heer Hoolhorst werd hierbij op hoogen prijs ge steld. Heden vond de installatie plaats van jhr. D. van Doorn als burgemeester van Kat tendijke. Nadat te Wilhelminadorp de stoet zich gevormd had, werd naar de grens der ge meente getrokken. Voorop het muziekge zelschap „De Echo", daarachter een stoet van twintig ruiters, alle keurig in witte pantalons en witte blouses, vervolgens de auto's met het feestcomité, het muziek gezelschap „Oefening en Uitspanning" en de zangvereeniging „Zanglust". Wilhelminadorp had een vrooljjk aan zien. Van alle huizen wapperden de vlag gen, er stonden eerepoorten opgesteld en vooral ook het gemeentehuis was keurig versierd. Te ongeveer één uur vond bjj „Haven zicht" de ontmoeting plaats met den nieu wen burgemeester, jhr Van Doorn, die met zijn echtgenoote per rijtuig uit de richting van Goes kwam, gevolgd door eenige auto's met familieleden en kennissen. De commandant der ruiters, de hr. D. Lindenbergh, presenteerde zich, en sprak een kort woord van welkom, waarna ook de muziek zich liet hooren. Vervolgens ging het onder veel belang stelling en vroolijke marschmuziek terug naar Wilhelminadorp, waar voor het ge meentehuis halt gehouden werd. Met schijn baar alle ingezetenen van Kattendijke stonden hier ook de schoolkinderen opge steld, die jhr. Van Doorn en zijn echtge noote een vlaggelied toezongen, wuivend met hun vlaggetjes. Hanna Burger bood mevrouw Van Doorn daarop een tuil bloemen aan. Nadat nu nog een welkomstlied was ge zongen, sprak de voorzitter van het feest comité, de hr. A. Minderhoud, den burge meester toe. „In den loop van dezen dag," aldus spr., „zult U ongetwijfeld van vele zijden worden toegesproken, doch aan ons valt de eer en het genoegen te beurt U het eerste welkom te mogen toeroepen. In onze gedachten is deze welkomstroep al eenige weken levendig, U kunt het met groote letters zien staan op de versieringen die ter Uwer eere zijn aangebracht. Het feestcomité heeft gemeend U onze wel komstbode in den vorm van een ruiterstoet tegemoet te moeten zenden om aan Uw blijde inkomst op dezen dag meer luister bij te zetten. Het is onze bedoeling dat U in dezen wel komstgroet en in dit welkomstwoord zult zien onze bereidheid om ons als goede dorpsbewoners onder Uw leiding te stel len. Toen de burgerij Uw benoeming tot bur gemeester van de gemeente Kattendijke vernam hebben velen van ons onwillekeu rig de gedachte gehad „Wat zullen wij aan onzen nieuwen burgemeester hebben en zou er veel verandering komen in den dage- lijkschen gang van zaken Wij hebben allen gehoopt dat dit niet het geval zal zijn. Mis schien overschatten wij ons zelf doch ik meen niet te veel te zeggen wanneer ik U meedeel dat de burgerij van Wilhelmina dorp zich verheugt in een genoeglijke sa menleving. Natuurlijk hebben we allen on ze gewone dagelijksche zorgen die ieder op zijn wijze zoo goed mogelijk tracht te ver drijven. In ons dorp is echter als regel geen strijd van welken aard dan ook. Er bestaan eenige vereenigingen van practischen aard zooals de kolenvereeniging, een ziekenfonds enz. Terwijl onze zangvereenigingen, het mu ziekgezelschap en de Oranjevereeniging wanneer daartoe de gelegenheid is onze sa menleving op energieke wijze opvroolijken. U zult vandaag volop in de gelegenheid zijn om daarvan een proefje te zien en te hooren doch ik kan U verzekeren wanneer op hoogtijdagen de muziek over het dorp trekt of in den winter een gezamenlijke tooneeluitvoering wordt gegeven van zang-, en muziekvereenigingen, dat het een genoe gen is opi van de partij te zijn. Wij zijn op ons dorp niet verwend. Wij bezitten geen schouwburgzaal doch wij ver staan de kunst om wanneer wij meenen dat er gefeest moet worden dit met een mi nimum van hulpmiddelen en met een maximum van goeden wil te bereiken. Ik wil deze welkomstwoorden eindigen met de hoop uit te spreken dat het U gege ven moge zijn zich spoedig met onze samen leving vertrouwd te .maken en dat wij U met Uw gezin lange jaren in ons midden mogen zien." (Toejuichingen). Jhr. Van Doorn betuigde in welgekozen woorden zijn dank voor de warme ont vangst en de tot hem gesproken woorden. De beide muziekgezelschappen speelden nu gezamenlijk een feestmarsch. Rede wethouder Lindenbergh. Hierna had de installatie van jhr. Van Doorn plaats door den loco-burgemeester den hr. Lindenbergh. Nadat spr. mededeeling had gedaan van de benoeming en beëediging van jhr. D. van Doorn, als burgemeester van Katten dijke, heette hij hem allereerst hartelijk welkom en zeide verder: Het eerste burgemeesterschap U toebe deeld, is dat van een zeer mooie gemeente. Ze bestaat uit twee aparte kommen, samen tellende ruim 1200 zielen met een grond gebied van ruim 2000 ha. Bijna allen vinden hun bestaan in den landbouw. Kattendijke bestaat reeds eeuwen en is bespaard geble ven van het lot van het toen naburige Rei- merswaal te deelen. In den Franschen tijd (1809) werd de gemeente Kattendijke be langrijk vergroot, doordat aan haar west zijde een groote polder werd ingedijkt. Die polder werd, naar den toenmaligen Koning „Lodewijkspolder" genoemd, doch reeds na 1815 in „Wilhelminapolder" herdoopt. Hier in vormde zich Wilhelminadorp, dat allengs 't hoofddorp worden zou, niet in zielental zoozeer, maar door haar gunstiger ligging ten opzichte van Goes. Zoo kwam hier het gemeentehuis en vanzelf wonen de burge meester en veldwachter er. De onderlinge verstandhouding is goed tusschen beide kommen, dank zij het uit blijven van politieken strijd. Iedere kom be zit een openbare lagere school en een Ned. Herv. Kerk. Gelukkig is er dus eenheid en we hopen dat deze bewaard zal blijven voor het goed functioneeren der gemeente huishouding. Van de tegenwoordige Raadsleden hopen er zes weer terug te keeren. Ons oudste lid bedankte om verschillende redenen; ér komt dus één nieuw lid. Financieel staat onze gemeente er gun stig voor. Sinds 1917 bestuurd door wijlen burgemeester De Graaff op soliede, sobere wijze, zijn wij schitterend door de crisisjaren gekomen en staan nog op eigen beenen, zon der rijkshulp, en het zou toch wel bescha mend geweest zijn indien het snoode op heffingsplan, dat ruim 4 jaren als het zwaard van Damocles boven de gemeente heeft gehangen, volvoerd ware. Gelukkig is, dank zij volhardende actie hiertegen, dat plan verijdeld, al krijgen we straks toch nog een bittere pil hierover te slikken. Dringende nooden of zorgen vragen straks Uw aandacht gelukkig niet. Dank zij de breede sociale gevoelens van de directie van den Wilhelminapolder komt werkloosheid weinig voor. Ook in meer andere vormen geniet deze gemeente van de directie en van den Ambachtsheer van Kattendijke hoog gewaardeerden steun. Dit alles beschouwende kunt ge, afge zien van de nog maar steeds durende inter nationale hoogspanning, Uw taak van bur gemeester, die zeer verstrekkende bevoegd heden inhoudt, hoopvol aanvaarden. We hopen dat ge voor ons allen zult zijn een goed burgemeester, die zich niet ver moeid in kleine politiek, maar die zich steeds uitspreken zal op een wijze waar ieder respect voor heeft. Vreemd staan we nog tegenover elkander. We hopen dat U weldra in ons midden zult wonen en belo ven u de meest mogelijke medewerking van allen die U in Uw ambt ter zijde staan. Ge zult U dan spoedig thuis gevoe len hier. Met deze verklaar ik U geïnstalleerd als burgemeester van Kattendijke. Rede van den nieuwen burge meester. Nadat de hr. Lindenbergh jhr. Van Doorn den ambtsketen omgehangen had antwoord de jhr. Van Doorn als volgt: Nu ik voor het eerst in Uw midden het woord ga voeren, is het mij een behoefte mijn eerbiedigen dank uit te spreken jegens H. M. de Koningin, wie het behaagd heeft mij te benoemen tot burgemeester der ge meente Kattendijke en jegens Z.E. den mi nister van binnenlandsche zaken en den Commissaris der Koningin, voor het ver trouwen dat zij in mij gesteld hebben, door mij voor deze benoeming wel te willen voordragen. Zeer erkentelijk ben ik ook U, mijnheer de wethouder, voor de vriendelijke woor den, waarmede U mij zooeven het welkom hebt toegeroepen. Het was voor mij een groote vreugde te vernemen tot burgemeester Uwer gemeente benoemd te zijn. Immers, het was een in nige en sedert lang gekoesterde wensch van mij aan het hoofd eener Zeeuwsche ge meente te mogen staan. Deze blijdschap over mijn benoeming houdt echter niet in, dat ik de vervulling van mijn taak licht acht. Ik besef zeer goed, dat de taak, die ik op mij ga nemen, een verantwoordelijke is en verre van ge makkelijk. In de eerste plaats toch volg ik een man op, die gedurende 22 jaren aan het hoofd dezer gemeente gestaan heeft, daarmede als 't ware vergroeid was, en die door de toe wijding, waarmede hij zijn taak vervulde en door zijn persoonlijkheid ieder's achting had verworven. Het valt niet licht zulk een uitstekend burgemeester op te volgei In de tweede plaats zijn in deze steeds moeilijker wordende tijden de overheids maatregelen belangrijk uitgebreid, is de gemeentelijke administratie hoe langer hoe ingewikkelder geworden 'en zijn beslissingen betreffende steeds lastiger vraagstukken te nemen. Ook deswege is vooral het begin voor een nog onervaren burgemeester vaak zeer moeilijk. Ik moge derhalve Uw aller medewerking inroepen om eendrachtig samen te werken bij het besturen der gemeente. In de eerste plaats vraag ik deze van U, Heeren Wethouders, met wie ik het meest zal hebben te overleggen en beslissen bij voorbereiding en uitvoering van allerhande zaken. Ik heb reeds het genoegen gehad kennis met U te maken en gezien die ken nismaking vertrouw ik ten volle, dat onze besprekingen steeds op aangename en vruchtdragende wijze zullen verloopen. Doch ook geldt dat beroep den Raad, die als voornaamste bestuurscollege ook de voornaamste besluiten heeft te nemen. Mo gen deze besluiten steeds op een prettige en zakelijke wijze tot stand komen. Tot op he den hebben de vergaderingen van Uw Raad, mede door de afwezigheid van politieke partijen, zich gekenmerkt door haar rustig karakter. Voor den voorzitter was dit een gelukkige omstandigheid. Ik hoop, dat het in de toekomst onder mijn leiding zoo mag blijven. Ten slotte roep ik ook de medewerking in van den gemeente-ontvanger, om geza melijk te arbeiden in het belang der ge meente en van den gemeente-veldwachter, De regeeringspersdienst meldde van middag uit Den Haag: Dr. Colijn heeft de hem verstrekte op dracht tot vorming van een kabinet aan vaard. Op Zaterdagavond 29 Juli a.s. zal te Ier seke een voetbalwedstrijd worden gespeeld voor het Contributiefonds van den Z.V.B. tusschen twee Zuid-Bevelandsche voetbal elftallen, een combinatie uit H.K.C., Kapel- Ie en Waarde en een combinatie van spelers uit Ierseke, Kloetinge en Kapelle. De elf tallen zijn als volgt samengesteld: Elftal A: (KapelleWaardeH.K.C. comb.) doel: C. van Koeveringe (H.K.C.) achter: M. Waterman en A. van Houte (beide Waarde); midden: L. v. Ertsvelde (H.K.C.), J. Meijer (H.K.C.) en M. Eversdijk (Kapelle); voor: C. Kaiser (H.K.C.), M. Kamerling (Waarde), P. Kloet (Waarde), P. Banen (H.K.C.) en A. Kievit (H.K.C.). Reserves: A. Braam (Waarde), J. Na- gelkerke (Waarde), M. Verburg, J. v. Iwaarde en H. Verstraaten (allenH. K.C.) Elftal B (Ierseke, Kloetinge, Kapelle- comb.) doel: L. Kole (Ierseke); achter: D. de Leeuw (Ierseke) en A. van Strien (Ierseke); midden: J. van Wel (Kloetinge), S. Lu- teyn (Ierseke) en M. Schipper (Kapelle); voor: J. Nolet (Ierseke), J. Sanderse Ierseke), .J Kloosterman (Kloetinge), J. Kuiper (Kloetinge) en A. Nieuwenhuijse (Ierseke). Reserves: P. Glas (Kapelle), A. Holle- stelle, J. Houterman en W. Harthoorn (al len Kloetinge). Scheidsrechter is de heer C. van Nimvve- gen. Reuter meldt uit 'Burgos: Generaal Quei- po de Llano, de bekende „radio-generaal", is blijkens een officieele mededeeling ontsla gen als commandant van het tweede mili taire district (Sevilla), wegens het uitspre ken van „onvoorzichtige woorden" in een rede, die hjj onlangs heeft gehouden bij de herdenking van den opstand in Sevilla. Generaal Saliquet is in zijn plaats be noemd. Queipo de Llano was nog pas kort geleden tot luitenant-generaal bevorderd. BEWONER VAN DANTZIG IN POLEN GEARRESTEERD. Reuter meldt uit Dantzig: Lipski, een in uniform loopende bewoner van Dantzig is op Poolsch gebied gearresteerd, be schuldigd van spionnage. Bij het zien van de Poolsche grenswacht trachtte Lipski te ontkomen, maar na twee waarschu wingsschoten gaf hij zich over. die mij wel ter zijde zal willen staan bij het justitieele gedeelte van mijn taak. Wat de financieele positie der gemeente betreft, het deed me genoegen te hooren, dat deze tot nu toe steeds gunstig te noe men is geweest. Naast het voorrecht, dat de gemeente heeft, een zoo bloeiend land bouwbedrijf als de Wilhelminapolder, waar tallooze arbeiders werk vinden, in haar midden te hebben, is dat tevens te danken, naar ik hoorde, aan het voorzichtig finan cieel beleid van mijn ambtsvoorganger. Ik stel mij voor dat beleid tot richtsnoer te nemen. Betreffende de verdere wijze, waarop ik het burgemeestersambt hoop te bekleeden moge ik opmerken, dat ik steeds zal trach ten de belangen van de gemeente en van haar inwoners afzonderlijk te behartigen en dat ik steeds een open oor zal hebben voor eventueele vragen van ingezetenen, al is 't misschien niet altijd mogelijk alle verzoeken in te willigen. Ik hoop van harte dat het persoonlijk contact tusschen de gansche be volking van Kattendijke en mijn echtge noote en mij zeer groot zal zijn en dat wij over en weer door hechte banden van vriendschap zullen worden verbonden. Alvorens te eindigen zij het mij vergund U, Mijnheer de Wethouder, hartelijk te dan ken voor de uitnemende wijze, waarop U het burgemeestersambt gedurende de laat ste paar maanden hebt waargenomen en ik geloof wel dat ik daarbij uit naam spreek van alle inwoners van Kattendijke. Even eens den loco-secretaris, die bereid gevon den is de verschillende administratieve werkzaamheden te verrichten, komt de dank der gemeente toe. Ik wil thans eindigen met de bede, dat de Almachtige God ons allen moge sterken in de taak die ons wacht en dat Hij ons werk zal zegenen en een zegen zal doen zijn voor onze gemeente. En hiermede aanvaard ik het burgemees terschap van de gemeente Kattendijke.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 1