Mooi gebruind RECHTSZAKEN. BUITENLAND. LAATSTE BERICHTEN. Erasmus en zijn vrienden ie Sint|Omaars en omgeving. SLUIS DUITSCHLAND. POLEN. SLOVAKIJE. anxi-joodsche maatregelen. VER, STATEN minister van boeven te sluis. VAN ONZE ADVERTEERDERS. AFLOOP VERKOOPINGEN. BURGERLIJKEN STAND. 's-HEER ARENDSKERKE worden gelaat, hals en armen door AMlLDArzpnnebruincrême, Voorkomt tevens vervellen en de zoo pijnlijke zonne brand, Flacon $0 ct. Tube 60 ct- Doos 50 en 25 ct, (Ingez. Meded.)j RECHTBANK TE MIDDELBURG. (Zitting van heden, Vrijdag.) De volgende zaken werden behandeld: Valschheid in geschrifte. F. C. C., 26 jaar, schildersknecht te Hoe- dekenskerke, had zich te verantwoorden wegens valschheid in geschrifte. Verdachte werd ten laste gelegd, dat hij op een dag in het tijdvak tusschen 1 April 1937 en 1 April 1939 een nationallteitsbewfls voor een motorrijwiel heeft vervalscht door het jaartal van afgifte van dat bewijs, dat oorspronkelijk 1931 luidde, valschelijk en in strjjd met de waarheid te veranderen in 1934; en voorts dat hij te 's-Gravenpolder op 31 Maart 1939 opzettelijk gebruik heeft ge maakt van bovenbedoeld vervalscht nationa- liteitsbewijs als ware het echt en onver- valscht, zulks door dat vervalscht bewijs af te geven aan zekeren P. A. Philipse bij het afleveren aan dien Philipse van het motorrijwiel, dat hij aan hem had overge daan. Eisch: 1 maand gevangenisstraf met toe wijzing civiele vordering ad 50, te betalen aan Philipse. Niet rechts gehouden. A. hl. B., 56 jaar, koopman te Vlissingen, was in hooger beroep gekomen tegen een vonnis van den kantonrechter te Middel burg, waarbij hij, wegens het op 8 Maart 1939 te Vlissingen als bestuurder van een rijwiel daarmede over de Aagje Deken straat rijdende niet" rechts heeft gehouden, zulks terwijl hij verkeerde onder invloed van het gebruik van sterken drank, is ver oordeeld tot 'f Ï0 of 5 dagen hechtenis. Eisch 25 subs. 15 d. h. Overtreding wet evenredige vrachtverdeeling. W. J., 61 jaar, schipper, gedomicilieerd te Breskens, was in hooger beroep gekomen tegen het vonnis van den Kantonrechter te Oostburg van 23 Maart 1939, waarbij hij wegens overtreding der Wet op de even redige vrachtverdeeling voor de binnen scheepvaart is veroordeeld tot 40 of 20 dagen hechtenis. Eisch: niet-ontvankelijkverklaring van 'i hooger beroep. POLITIERECHTER TE MIDDELBURG. In de zitting van Dinsdag 20 Juni 1939, waren o.a. de volgende personen gedag vaard: A. J. T., 41 jaar, landbouwer te IJzen- djjke, wegens verboden invoer van een mo torrijtuig op 18 October 1938 te Sas van Gent. Eisch: 20; uitspraak: 10 subs. 5 d. h. J. C. D., 27 jaar, arbeider te Middelburg, wegens verboden nederlage van sigaretten papier op 23 December 1938 te Middelburg. Eisch: 50; uitspraak: 20 subs. 10 d. h. J. P., 45 jaar, taxi-ondernemer te Goes, wegens verkeersovertredingen 5 maal ge pleegd en wel te Goes op 1 Juli 1938; te Goes op 1 October 1938; te Goes op 23 Fe bruari 1939; te Hoedekenskerke op 9 Maart 1939 en te Goes op 12 April 1939. Eisch: totaal 90 b. subs. 36 d. h.; uit spraak: voor alle 5 feiten in totaal 75 b. subs. 41 d. h. L. M. de L., 24 jaar, vrachtrijder te Schoondijke op 23 December 1937 te Oost burg, en op 31 Januari 1938 te Oostburg. Eisch en uitspraak: 2 maal 5 b. subs. 2 d. h. W-J. J. Z„ 29 jaar, ingenieur te Vere, ge pleegd op 14 Februari te Vere. Eisch en uitspraak: 7.50 b. subs. 3 d. h. A. W., 33 jaar, koopman te Borsele, ge pleegd op 20 September 1938 te 's-Heeren- hoek. Eisch en uitspraak: 7.50 b. subs. 3 d. h. M. Z., 53 jaar, koopman te Kloetinge, ge pleegd op 7 October 1938 te Rilland-Bath. Eisch: 10 b. subs. 4 d. h. Uitspraak: 10 b. subs. 5 d. h. P. D., 26 jaar, expediteur te Nieuwdorp, gepleegd op 16 Juni 1938 te Goes. Eisch: 10 b. subs. 4 d. h. Uitspraak' f 5 b. subs. 2 d. h. L. L„ 37 jaar, autobusondernemer te Hansweerd, gepleegd op 10 Februari 1939 te Hansweerd. Eisch: 15 b. subs. 6 d. h. Uitspraak: 5 b. subs. 2 d. It, A. R., 66 jaar, veearts te Heinkenszand, gepleegd op 25 September 1938 te Goes. Eisch: 10 b. subs. 4 d. h. Uitspraak: f 5 b. subs. 2 d. h. LEERAAR IX DOOFHEID VOOR HET GERECHTSHOF. Leidde a.s. recruten op tot doof heidssimulanten. Ook ,,doovCstaat terecht. Een zonderling en misdadig beroep oefen de jarenlang de ouddiamantbewerker S. Gr. in de hoofdstad uit. Tientallen jongelieden men spreekt zelfs van meer dan honderd jongens.' zijn door dezen man afgericht om zich doof te houden, zoodat zij werden afgekeurd voor den militairen dienst. Ruim tien jaar lang maakte Gr. zich aan deze n/ï1 s?kuldig. Iedere cliënt betaalde hem f 300, hij instrueerde de jongens nauwkeu rig in een serie lessen en hij leerde hen wanneer zjj moesten zeggen, het geluid van een horloge, een stemvork of een fluisteren de stem te hooren. Wanneer zij volleerd waren, ging hij met zijn cliënten naar een oorspecialist, deze gaf dan na onderzoek verklaring af, dat de jongens doof wa ren. Op deze wijze werden tientallen mili- tieplichtigen volkomen ten onrechte afse keurd. Tenslotte werd de politie ingelicht. Tegen den diamantbewerker en ruim twintig jon gemannen werd een vervolging ingesteld. In Maart jl. stonden Gr. en één van de jon gemannen, de 19-jarige koopman L. L., terecht wegens het doen opmaken van een valsche geneeskundige verklaring met het oogmerk om het openbaar gezag te mislei den. De diamantbewerker werd tot drie jaar gevangenisstraf veroordeeld. Den jeug digen koopman L. legde de rechtbank één jaar gevangenisstraf op, door te brengen in de jeugdgevangenis. Gisteren diende de; ze zaak in hooger beroep voor het Gerechts hof te Amsterdam. „Waarom bent u in hooger beroep ge komen? Er liggen nog ruim twintig Zaken tegen u op stapel'1", zei de president, mr. Joh. M. Jolles. De verdachte zei, dat hij de straf te hoog vond. Hij bekende, dat hjj tientallen jongens heeft geïnstrueerd. De jongeman, die naast hem in het verdachtenbankje had moeten zitten, had extra veel lessen moe ten hebben; hij was niet bijster slim. „Er wordt zelfs over meer dan honderd jongens gesproken, die door u bij een dokter zou den'zijn gebracht}" zei de president, maar hierop zei verdachte: „Zóóveel is het niet". Verd. gaf toe, dat hij steeds mee ging naar den dokter. Den eenen keer was hij een neef, dan weer speelde hij voor broer of oom. Hij vertelde vervolgens hoe hij zijn klanten les gaf om het zoo vurig ver langde bewijs van doofheid te krijgen. Pres.: „Het percentage dooven is de laatste jaren wel erg gestegen Nadat een rechercheur eenige formeele verklaringen had afgelegd, hoorde het Hof den oorspecialist. Het was getuige nooit opgevallen, dat verdachte Gr. steeds weer als geleider optrad. Hijheeft een drukke practijk en let weinig op de menschen, die met zijn patiënten meekomen. In ongeveer drie jaar was verdachte volgens de stukken twaalf keer bij den dokter geweest. Ver volgens zette de arts uiteen welke proeven hij pleegt te nemen bij de keuring van de ooren. De procureurgeneraal, mr. J. Versteeg, vond de feiten hoogst ernstig. Jarenlang oefende verd. Gr. zijn misdadig bedrijf uit; thans heeft hij vele jongens in het ver derf gestort. Spr. was het niet eens met de qualificatie van de rechtbank. Hij achtte het primair ten laste gelegde, hl. de op lichting, bewezen. Deswege vorderde hij tegen den ouddiamantbewerker Gr. drie jaar gevangenisstraf en tegen den jeugdi gen L. L. een jaar, door te brengen in de jeugdgevangenis. De verdediger pleitte op juridische gron den vrijspraak. Subsidiair drong hij aan op clementie. Arrest 29 Juni. Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden aangenomen door den Agent F. A. ISOMERS, Znidctybstraat 36. De strijd in het Verre Oosten. HET OFFENSIEF DER JAPANNEEZEN EST ZUID-SJANSI HEEFT GEFAALD. In een officieel telegram uit Tsjoengking wordt verklaard, dat het jongste offensief, dat ten doel had Zuid Sjansi te zuiveren, in een mislukking is geëindigd. Volgens den woordvoerder van het Chi- neesehe leger waren de verliezen aan beide zijden groot. Hjj voegde hieraan toe, dat hier en daar in Zuid-Sjansi nog gevochten wordt, terwijl het aan de andere Noord- Chineesche fronten betrekkelijk rustig is. WEENEN, DE OOSTELIJKE POORT VAN DUITSCHLAND. Havas meldt uit Berlijn: Sedert de inlij ving van Oostenrijk bjj het Duitsche rijk beschouwt Duitschland Weenen als de Oostelijke poort van het Duitsche rijk, zoo wel uit economisch als politiek oogpunt. In regeeringkringep wil men thans ver schillende afdeelingen van het ministerie van buitenlandsche zaken en van het mi nisterie van economische zaken, alsmede van het bureau voor buitenlandsche politiek van de nationaal-socialistische partij naar Weenen overbrengen. Deze zouden ten doel hebben de betrekkingen met Oost en Zuid- Oost-Europa, alsmede het nabije Oosten te ontwikkelen. TSJECHISCHE MONUMENTEN WORDEN AFGEBROKEN. Havas meldt uit Praag: Terwijl de monumenten,' welke de Tsjechen na 1918 hebben opgericht ter her denking van den strijd om hun onafhanke lijkheid en hun vriendschap met Frankrijk, zooals het standbeeld voor maarschalk Foch te Caslav, worden afgebroken, worden de monumenten, welke in 1918 werden ver nield, weer opgericht. Te Iglau is het mo nument, voorstellende den Duitschen ade laar op een rots, met het opschrift „wij zijn gevallen voor ons vaderland", weer op gericht, evenals de standbeelden voor de Oostenrijksche keizers te Brno. ZWARE ONWEDERS. Woensdag hebben zich boven het gebied van Wilna zware onweders ontlast. Tien menschen zijn door den bliksem getroffen en omgekomen. Havas meldt uit Bratislava: De Slovaaksche regeering heeft een de creet inzake de Joden gepubliceerd, gelijk aan dat van Von Neurath. De Joden moe ten binnen 60 dagen een opgave verstrek ken van hun bezit en het is hun verbo den, hier vrijelijk over te beschikken. De bezittingen van buitenlanders moeten even eens aangegeven worden. De Slowaaksche regeering rechtvaardigt dezen maatregel door te zeggen, dat zij het recht moet heb ben, over de bezittingen van buitenlanders te beschikken, voor het geval de bezittingen van Slovaken in het buitenland bedreigd mochten worden. GROOTSCH PLAN VAN ROOSEVELT TOT UITVOERING VAN OPENBARE WERKEN. Reuter meldt uit Washington: Roosevelt heeft aan senator Byrnes een schrijven ge zonden, waarin hij een programma ont vouwt, voor de uitvoering van openbare werken, welke zelf de eraan bestede kosten j zullen dekken. Het programma strekt zich uit over een periode van zeven jaar en de totale kosten ervan worden geraamd op 3,060 millioen dollar, waarvan ongeveer 870 millioen uitgegeven zullen worden in het komende begrootingsjaar dat op 1 Juli aan vangt. Tot het programma behooren ook buiten landsche leeningen tot een maximum van een half milliard dollar over twee jaren, tot bevordering van den buitenlandschen handel. AANVULLEND CREDIET VAN BIJNA 300 MILLIOEN VOOR HET LEGER. Reuter meldt uit Washington: Het huis van afgevaardigden heeft het wetsontwerp aangenomen, waarbij een aan vullend crediet van 292.695.547 dollar voor het leger wordt uitgetrokken. Van tevoren was een republikeinsch amendement, waar bij de voorgestelde uitbreiding van het aan tal vliegtuigen tot 5.500 vliegtuigen met 1.283 toestellen zou zijn verminderd, ver worpen. Door het wetsontwerp worden de credie- ten, welke tot nu toe in dit begrootingsjaar voor het leger en de vloot zijn uitgetrokken, op 1.781,987.847 dollar, een cijfer, dat nog nooit in vredestijd is bereikt. De minister van binnenlandsche zaken, de heer Van Boeyen bracht heden in ge zelschap van den Commissaris der Koningin jhr. J. W. Quarles van Ufford en van mr. dr. K. J. Frederiks, secretaris generaal van het departement van binnenlandsche zaken een bezoek aan de gemeente Sluis. Op het stadhuis werd het gezelschap een koffiemaaltijd aangeboden. Verder stond op het programma een bezoek aan het r.k. vluchtelingenkamp. Aldaar had de minis ter een onderhoud met den reserve majoor C. J. M. Somers. In dit onderhoud betuigde de minister zijn volle tevredenheid over de ontvangst en de inrichting van het ge sticht, waar de vluchtelingen zijn geves tigd. Omstreeks 11 uur vertrok de minister in de richting Terneuzen. een J. N. P. schrijft ons: Erasmus, in 1466 te Roterdam geboren leidt langen tijd een zwervend leven. On- dertusschen zien zijn eerste werken het daglicht, die de aandacht van geleerden en vorsten op hem vestigen. Zoo verblijft hij herhaaldelijk in de streek van het Vlaam- sche Sint-Omaars, nu in Frankrijk gele gen, en in het gebied van Calais. Deze verblijven hebben tweeërlei reden. Omstreeks 1493 is Erasmus secretaris van den bisschop van Kamerijk Hendrik van Bergen, wiens broeder Antonie abt is van de beroemde Benediktijner Abdij, Sint- Bertijn, te Sint-Omaars. Beiden stammen uit de adellijke familie der heeren van Bergen op Zoom. En in de tweede plaats is Erasmus tusschen 1496 en 1500 gouver neur van een jong Engelsch edelman Blount, die in nauwe relatie staat met de omgeving van Calais. In 1496 krijgt Erasmus zijn ontslag van den bisschop van Kamerijk; er schijnen tusschen hen beiden altijd weinig hartelij ke verhoudingen te hebben bestaan. De bisschop, hoveling, had altijd eigen belan gen op het oog, hij intrigeerde om een Radrinaalshoed te verkrijgen, een jacht, die ijdel bleef. En Erasmus, die toen dertig jaar oud was en een zeer onafhankelijke geest had, wilde van den keten bevrijd zijn. De breuk met den bisschop bracht hem in beter positie. Ahtonie van Bergen, sinds 1493 abt van Sint-Bertijn, was in verschillende opzichten de meerdere van zijn ouderen broer; hij had menschenken- nis, begreep Erasmus, wist dezen faar waarde te schatten en stelde belang in diens toekomst. Zjjn, werkzaamheid bepaalde zich niet tot het besturen der machtige abdij, die hij vergrootte en deed stijgen in waardee ring o.a. door den bouw in 1524 van den reusachtigen toren, waarvan de ruïnen nog de eeuwen trotseeren. Hij is persona grata te Rome, waar Leo X den tijd niet vergeet, toen Sint-Bertijn hem als Jan de Médicis met vorstelijke gastvrijheid ont ving. En bij Adrianus II en Clemens VII is hij al even hoog in eere. Antonie van Ber gen is raadgever van Philips den Schoone, van de 'landvoogdes Margaretha van Oos tenrijk, van Karei V; hij behoort bij de di plomaten, die onderhandelen over den Da- mesvrede (1522). Meer dan 38 jaren be stuurt hij zijn Benedictijner Abdij en sterft in 1531, oud 76 jaar. De bescherming van een zoo in kerk en staat hoog gewaardeerd persoon, was voor Erasmus een bijzonder geluk. Zagen ze elkaar het eerst in Holland of in Kame rijk? Men weet het niet juist. Maar uit de briefwisseling van Erasmus weten wij, dat hij in Februari 1500 te Sint-Omaars in de abdij van Sint-Bertijn is, na een ver blijf van enkele maanden in Engeland. Na zijn overtocht van Dover naar Calais, be gaf hij zich eerst naar Tournehem, waar Anna van Veere, weduwe van Filips van Bourgondië, zoon van den „grooten bast aard", een riddergoed en een sterkte be zat, waarvan nu nog maar flauwe sporen over zijn. Erasmus vindt er een zijner Hollandsche vrienden, Battus, secretaris van de Stad Bergen op Zoom en intendant van Tournehem. De oude vriendschap, da- teerend van 1492 wordt er hernieuwd, het Noord-Nederlandsche bloed en de lust tot de letteren drijft hen naar elkaar. Battus bewijst er diensten aan Erasmus, bewon dert diens publicaties maakt er propa ganda voor, doet moeite diens jaloersche en achterdochtige onrust te kalmeeren. Anna van Veere is juist op haar kasteel en Battus houdt niet op Erasmus bij haar aan te bevelen, die daarvan een stroom van weldaden verwacht. Reeds alleen maar van dien hoorn des overvloeds te droomen., is hem tot troost, maar meestal wordt hij teleurgesteld; te Tournehem en Sint-Bertijn komt hij alleen voor gesloten deuren te staan Spoedig gaat hij naar Pa rijs, waar hij werkt aan zijn: „De scriben- dis-epistolis", een handleiding voor het schrijven van brieven, die Virulus zal ver dringen. Maar in 1500 woedt de pest in de Fran- sche hoofdstad; Erasmus ontvlucht de plaats, brengt verscheidene weken in Hol land door, waar hij zjjn ouden meester, den bisschop van Kamerijk, die te Bergen op Zoom op sterven ligt, nog eens begroet. Dat gedwongen ledig loopen hangt hem de keel uit, hij haat het zijn tijd door te brengen „als de. honden in Egypte, met loopen en drinken". Midden Juli komt hij al weer te Sint- Omaars en maakt dadelijk zijn opwach ting bij den abt van Sint-Bertijn en bij Anna van Luxemburg, wier gunst hij met alle macht zoekt te verkrijgen. Van den 15en af is hij weer te Tournehem bij Bat tus en zij dompelen zich samen in de stu die der geliefde letteren. Het onrustige karakter van Erasmus houdt het echter niet lang vol; in Augus tus is hij weer in Sint-Bertijn en stelt zich voor daar den winter door te bren gen; kan het niet in de abdij, dan maar in het klooster der Franciscanen. Maar in het einde van den herfst neemt hij zijn intrek te Courtebourne, in een kasteel op de hellingen der heuvelen van Atrechi, waarvan de eigenaar. Florent de Calonne, hem gastvrij de poort opent. Misschien was het wel op raad van den geneesheer, van het klooster, Ghysbert, die hem, den sukkelenden en vatbaren Erasmus, had aangeraden den winter niet door te bren gen bij de moerassige oevers van de Aa, de rivier van Sint-Omaars. Daar voltooide hjj de „Enchiridion mili- tis Christiani", die hij begonnen was in het bijzjjn van Battus en vervolgd had in de abdij. Dit werk was de oorzaak van veel narigheid voor den schrijver, omdat het huwelijk daarin verheerlijkt wordt ten koste der vrijwillige ontzegging. Ieder an der dan Erasmus had nu wel wat rust genomen in de zoete stilte van Tournehem, maar Erasmus vond zijn rust alleen in verandering van werk. Hij begint hier aan het „Anti- Barbaromüber" en aan de eerste „Colloquia'';; maar (wat hem hier ontbreekt, zijn zijn geliefde boeken. De kloosterbibliotheken van Sint-Omaars en van Watten moeten hem ervan voorzien. Hij vraagt Pater Edmond misschien een bevriend Franciscaan in zijn naam te leenen de Commentaren van Ambrosius en Augustinus op de Paulinische brieven en de manuscripten van Origenes en Nicolaas van Lyra die de abdij bezit. Een bediende van Courtebourne zal ze komen halen en terugbrengen. Hij maakt gebeden: „ad Je- sum filium Virginis", „ad Virginem ma trem". Aan Louis, een copiïst, dien hij on derwezen heeft en geplaatst heeft bij een zekeren boekhandelaar Adriaan te Sint- Omaars, zendt hjj de teksten. Zoo snel mo gelijk moet deze daarvan een zeer leesbaar .afschrift maken, dat naar een vriend moet, die over drie of vier dagen naar Parijs gaat. Het papier moet van de bes te kwaliteit zijn, de tusschenruimten der regels grooter dan gewoonlijk, het schrift onberispelijk. Maar als de wintersche buien wegge vaagd zijn, gaan de eenzaamheid van Courtebourne hem te zwaar wegen, hij moet weer veranderen. Op het einde van Juni is hij weer te Sint-Omaars. Daar be reikt hem de tijding van den dood van Battus, den trouwen vriend, op wiens hulp hij nu niet meer kan rekenen. En hoe zai het nu gaan met de toch al zoo zwakke bescherming van Anna en haar familie? Als van dien kant de hemel versombert, aan de andere zijde blijft zij helder; de steun van Lord Mountjoy is vast als een rots. Deze edelman treedt niet op den voorgrond in de Engelsche politiek. Zijn kennis en beschaving echter maakten dat Hendrik VII hem tot gouverneur voor zijn zoon koos. In 1509, bij diens dood, werd hjj bestuurder van de „Marches de Ca lais", een waardigheid sinds 1474 in zijn familie. In 1513 maakte Hendrik VIII hem baljuw van Doornik, dat in handen der Engelschen gevallen iwas .na hun over winning bij Guinegate. In 1512 werd hij kamerheer der koningin Katharina, en zoo maakte Mountjoy alle huwelijkssprongen van Hendrik VIII mede. Eerst toen Ka tharina in 1531 uit Londen verbannen werd naar Moor nam Mountjoy afscheid van haar; hjj stierf in 1534. Als koninklijk commissaris zetelde Mountjoy in het versterkte kasteel te Ha- mes, dat in 1347 door Eduard III bij het stadsbezit gevoegd was. Zelden echter kwam hjj er, Erasmus had er evenwel vrij verblijf en maakte daarvan verschei dene malen gebruik. Bovendien gaf Mount joy hem een jaargeld van honderd daal ders. Vóór zijn tweede verblijf in Engeland (einde 1503) en na zijn terugkomst, ver der in Juni 1506 en eindelijk in Juli 1514 zien wij Erasmus te Hames. Hij voltooit er zijn vertaling van „Gallus" van Lucianus en bezingt er in een Latijnsch gedicht: ,Arx vu'lgo dictus Hammensis", een zijner Epigrammata, den roem van zijn tijdelijk verblijf. De brieven, die de vrienden Erasmus en Mountjoy wisselen, zijn vol vertrouwen en hartelijkheid. Hierin braakt)" hij zijn ver veling uit, die zijn ziel vervulde bij zijn ontscheping in Engeland; de eenvoudige zeden der Engelschen verheugen hem, hij merkt de frissche schoonheid der jonge vrouwen op. Te Londen neemt hij gees telijke lading in in het gezelschap van Colet, Grocijn en andere geleerde huma nisten. Op het verzoek van Erasmus, wordt Mountjoy de man, die in den Fransch- Engelschen oorlog van 15121513 tus schen beiden komt, om Tournehem en de eigendommen van Sint-Bertijn te sparen. De correspondentie met Mountjoy blijft, ook als Erasmus in Augustus 1514 naar Bazel vertrekt. Hjj vertelt hem van het struikelen van zijn rijdier, van zijn lenden pijn daardoor, hij zendt de eerste deelen van zijn uitgave van Hieronymus naar hein die gelukwenschen teruggeeft. Bij den dood van Colet uit Erasmus zijn droefheid aan Mountjoy; hij verzekert dezen van de on juistheid der geruchten, die Erasmus tot aanhanger van Luther maken. Mountjoy schrijft hem dat Katharina van Aragon zijn „Christiani matrimonii institutio", aan haar opgedragen, in weerwil van haar hu welijksellende hoogelijk waardeert en noo- digt hem uit naar Londen te komen, waar de gunst des konings hem wacht. Op deze weinig zekere aanbieding gaat Erasmus niet in, zijn laatste aanraking met Mountjoy is wel de opdracht die hjj geeft aan zijn Titus Lirius, aan Charles Blount, den zoon en erfgenaam van Mountjoy. Moge dit artikel, waarvan de inhoud ontleend is aan een studie van prof. dr. C. Looten in het „Bulletin du Comité flamand de France'', iets bijdragen tot de kennis van den grooten Rotterdammer, Desiderius Erasmus. De Oude Vriendschap vernieuwd. „De Oude Vriendschap" zooals ve len het café-restaurant van den heer W. M. Groenewegen op de Markt, Hoek Pottenmarkt 7 te Middelburg het beste kennen, heeft een groote ver- jongering en tevens een zeer groote ver fraaiing ondergaan. Zal het uiterlijk beter tot zijn recht komen als de voor de zaak nu eenmaal onvermijdelijke waranda is ver wijderd, inwendig zal alles morgen bij de heropening der benedenzaal zoo goed als gereed zijn. De geheele zaal is voorzien van nieuwen vloer, nieuwe wandbewerking, waaraan mooie verlichting. De indirecte verlichting aan het plafond, het ingebouwde buffet, al les doet prettig aan en de driedeelige voor zijden kan geheel geopend worden. Wij na men een kijkje in de ook geheel vernieuw de en gemoderniseerde keuken en daalden later af naar de nieuwe naar de eischen desijds ingerichte toiletten. Iets geheel nieuws is, dat de deur aan de zijde van de Pottenmarkt blind is gewor den omdat de afzonderlijke ingang aan de Marktzijde zoo is gebouwd, dat men de trap naar de bovenzaal kan bereiken, bui ten het café om. Woensdagmiddag werden te S o e - burg in café „Marnix", door notaris J. C. Paap in het openbaar verkocht: 1. Het huis met erf en tuin aan de Braamstraat 20 te Soeburg, groote 2 a, 17 ca. Kooper J. A. Lahr te Soeburg voor f 1160. 2. Het huis met erf en tuin aan den Nieuwen Vlissingsehen weg E 202 te Kou- dekerke, groot 3 a 38 ca. Kcoper J. Mal- jaars te Koudekerke, voor f 2053. Middelburg. Overleden: A. C. Kant 35 j. geh. met P. A. Weemaes J. Lenselink 72 j. geh. met E. C. de Goederen A. Buijs 85 j. .wedn. van H. J. J. van der Harst M. J. Mul der 64 j. geh. met J. J. Kerkmeijer M. W. Heijliger 72 j. jd. Ondertrouwd: P. de Kuijper 65 j. jm. en K. de Glopper 58 j. jd. D. Koopman 29 j. jm. en W. Simonse 26 j. jd. G. A. Neijenhuis 28 j. jm en C. M. van der Moer 26 j. jd. Getrouwd: E. R. J. Roelink 29 j. jm. en C. M. de Smit 21 j. jd A. J. W. Schie- felbusch 27 j. jm en A. J. Lorier 24 j. jd. P. Verhage 45 j. jm. en M. Davidse 32 j. jd. P. A. Torbijn 27 j. jm. en M, West- veer 27 j. jd. Vlissingen. Van 1922 Juni. Getrouwd: P. van de Dood 43 j. jm. en N. Stroosnijder 43 j. jd. Bevallen: S. A. Andriessen, geb. Geldof z„ H. G. van Mourik, geb. Van deïf Hoven d J. Wagenaar, geb. Van de Ketterij z. Overleden: W. F. Verwoerdt 4 j. (V.C.) Soeburg. Van 7—13 Juni 1939. Ondertrouwd: C. Geensen, 25 j. jm. en E. W. Schuit, 22 j. jd. R. M. Martens, 23 j. jm. en M. Grashuis, 23 j. jd. Getrouwd: J. Pouwer, 29 j-. jm. en N. Davidse, 30 j. jd- W. Lammers, 27 j. jm. en C. Meulmeester, 23 j. jd. Bevallen: M. Jobse geb. Roelse d. A. Louwerse geb. Sturm d. C. M. Rouf- faer geb. Groeneveld d. J. Gideonse geb. Van Vlaanderen z. K. J. Keulemans geb. Flipse d, J. A. Hangoor geb. Lants- heer d. (Nwbl.) MARKTBERICHTEN. Middelburg, 23 Juni. Vroegveiling Aardbeien 1139 c„ Tomaten 828 c., Frambozen 56 c.; Kersen 2556 c.; alles per kg roode bessen 21-23 c.; per bos en perziken 110 c. per stuk. Middelburg, 22 Juni. Aardappel veiling. Aanvoer 32000 kg. Groote 1.35 1.50; drielingen 0.801; kriel 256- c.; bonken f 1,20—f 1,40 alles per 25 kg. Kap e 11e, 22 Juni. Veilingsvereeniging „Kapelle-Biezelinge en Omgeving". Groote veiling van 11,30 v.m. Kruisbes sen 11,50—12,20, Mad. Moutót 28,40, Jucun- da 28,30 alles per 100 kg. Kleine veiling van 1 uur n.m. Kersen: Vroege kersen 14—23, Early Rivers 44, Hollanders 35—55, Porceleinkersen 1422, alles per kg. Diversen: Aardbeien 1340, Frambozen 4655, Fays New Prolefic 2640, alles per kg. Krabbendijke, 22 Juni. Veilingsver eeniging E.M.M. Kruisbessen f 11,40. Aard beien: Jucunda f 29,20, Mad. Moutot f 19, Roode bessen f 23—25, alles per kg. Abonnementen en Advertentiën voor dit m»/ worfen aangenomen door den Agent C. v. d. FLASSCHE.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 3