IP f§S
MIDDELBURGSCHE COURANT
Groote politieke spanning in
Europa.
(&GOESCHE COURANT
De oproeping der grensbataljons is
een voorzorgsmaatregel.
Enkel
Weest op uw Hoede
De grensbataljons onder de
wapenen.
Teneinde in een leemte van ons huidig leger-
stelsel op doeltreffende wijze te voorzien.
Radio-rede van minister Colijn
Oude man vermoord gevonden.
Italië heeft echter verzekerd geen plannen tegen
Griekenland of andere landen te koesteren.
Söagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
^Bureaux te MIDDELBURG: St. Pieterstr. 28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
te GOES-. Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct.
NUMMER 85. TWEE BLADEN. DINSDAG
11 APRIL 1939. EERSTE BLAD. 182e JAARG.
Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden:
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager.
Tarief op aanvraag. Familieberichten ere
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij}
vooruitbetaling. „Brieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 cS
Vredig heeft een kostelijk Paaschzonnetje
in de nu weer achter ons liggende twee of-
ficieele Paaschdagen over het in zichzelven
zoo vredige Zeeuwsche landschap gelegen,
slechts hier en daar de goede stemming
even en bijkans onopvallend verstorend door
een lading springstof, die bij een brug, een
viaduct, werd afgeladen, door mitrailleur
posten, die hier en daar werden opgesteld,
door officieren van de kustartillerie die
men, met de veldmuts op, ergens in een
auto tegenkwammaar zelfs bij de man
nen van de weermacht overheerschte de
vredige en vriendelijke Paaschstemming
den grimmigen achtergrond van hun daar-
zgn.
Tot vannacht om drie uur het alarmsig
naal voor den redactioneelen telex raasde,
en het bericht der mobilisatie onzer grens-
bataljons kwam.
Reden voor ongerustheid?
Neen heeft de ministerpresident, dr.
Colijn, zoojuist voor de radio gezegd er
is geen enkele, niet de minste, reden voor
ongerustheid. Het is een voorzorgsmaatre
gel, en anders niets. Men zou het dit is
onze interpretatie zoo kunnen zeggen:
als De "Bilt, op grond van een studie der
weerkaart, de m o g e 1 ij kheid van storm
aanwezig acht, dan seint het aan zijn kust-
wachtpostenweest opUw hoede.
En gaat de storm niet door, dan seint het:
stormsein néér.
Nu is de politieke toestand in Europa
elk kind weet dat den laatsten tijd zoo,
dat er hier of daar wel eens een politieke
storm kan komen.
Tot dusverre waren wij daartoe niet
voldoende op onze hoede. Dat moet
anders worden, en de regeering is voorne
mens van nu af aan te streven naar een toe
stand, waarbij wij permanent, d.w.z. te al
len tijde en voortdurend, op onze hoede zul
len zijn. Hoe dat is zaak der militaire
deskundigen. Of we kazematten zullen bou
wen; en tankversperringen, en wegenonder
mijningen; of we op andere plaatsen meer
kazernes zullen bouwen en permanent een
grootere legermacht onder de wapenen
zullen gaan houden dan tegenwoordig, dat
zijn altegaar zaken die we met gerustheid
aan onze militaire deskundigen kunnen
overlatend i e. weten het wel, als ze maar
in de gelegenheid worden gesteld hun ken
nis in daden en feiten van beton en staal en
wat dies meer zij, om te zetten.
Die toestand van zoodanige permanente
grensbeveiliging, dat wij er gerust op kun
nen zjjn in geval van werkelijken nood on
ze legermacht te kunnen mobiliseeren, is
echter nog pas in voorbereiding. Men zou
kunnen zeggen: nog pas? Maar om daarop
dieper in te gaan, is het oogenblik wel wat
slecht gekozen nu. Dus daar niet van.
De regeering ziet in, dat we totdat die
permanente beveiliging geschapen zal zijn,
een leemte moeten opvullen. Ter overbrug
ging van dat ravijn zijn nu de grenstroepen
gemobiliseerd. Dat is alles. Een wijze voor
zorgsmaatregel, niet alleen krijgskundig
(hetwelk wij tenslotte, op den keper be
schouwd, niet in staat zjjn te beoordeelen),
maar ook voor wat de gemoedsgesteldheid
van ons volk betreft.
Wij willen onzeif blijven, wij la
ten ons niet weerloos overrompelen, door
West noch Zuid noch Oost, wij zullen
ons zonder eenigen twijfel verzetten tegen
eiken aanval van den dan tot vijand wor
denden vriend. En daartoe is paraatheid en
demonstratie van paraatheid meer dan ooit
voorwaarde. In dit licht bezien is de maat
regel van den derden Paaschdag 1939 niet
angstwekkend, maar geruststellend. Daar
om mogen wij Colijn voor zijn rustige en
duidelijke verklaring erkentelijk zijn.
De regeeringspersdienst meldt:
Bij Koninklijk Besluit van 10 April is be
paald, dat de tegenwoordige buitengewone
omstandigheden inhouden oorlogsgevaar in
den zin waarin dat woord in 's lands wetten
voortkomt.
Krachtens dit besluit is opgeroepen het
personeel van de bataljons voor de grens
beveiliging.
Deze verklaring en oproeping zijn niet
te beschouwen als een rechtstreeksch ge
volg van de gebeurtenissen der laatste da
gen. De algemeene toestand in Europa
heeft de regeering de wenschelijkheid doen
gevoelen, dat onze grenzen beter dan tot
dusver beveiligd worden, ter verzekering
van onze politiek van zelfstandigheid. De
verdere ontwikkeling van de gebeurtenis
sen zal dientengevolge met meer gerustheid
kunnen worden afgewacht.
BOND VAN VRIJWILLIGE VERKEERS-
INSPECTIES IN NEDERLAND
ONTBONDEN.
In de te Utrecht gehouden buitengewone
vergadering van den bond van vrijwillige
verkeersinspecties in Nederland werd tot
ontbinding van den bond besloten in ver
band met het feit, dat de procureur-gene
raal namens den minister van justitie de
provinciale vrijwillige verkeersinspecties in
ons land had laten weten, dat geen politie
personeel meer kon worden beschikbaar
gesteld voor de controle-ritten der inspec
tie, daar dit personeel noodig is voor het
rijksverkeerstoezicht.
Besloten werd het kassaldo van den bond
te schenken aan het verbond van vereeni-
gingen voor veilig verkeer.
overbrugging van die pe
riode, besloten het perso
neel van de afzonderlijke
grensbataljons evenals in
September onder de wape
nen te roepen, ter verster
king van de reeds aanwe
zige bataljons van de on
der de wapenen zijnde lich
ting.
De normale toestand is volstrekt onbe
vredigend voor regeering en volk beide. Tel
kens wanneer de internationale spanningen
een acuut karakter krijgen staat de regee
ring voor de moeilijke vraag: moeten we
bijzondere maatregelen treffen of kunnen
we ze nog achterwege laten. En telkens
wanneer zulke omstandigheden zich voor
doen rijst ook onder ons volk soortgelijke
vraag, waarmede dan ongerustheid pleegt
gepaard te gaan.
Daarom is het noodig voorzieningen te
treffen die een meer permanent karakter
dragen en van zoodanigen aard zijn, dat
niet telke nm aletothet treffen
van bzondere maatregelen
behoeftte worden overgegaan
enmende ontwikkeling der
gebeurtenissen dus met meer
gerustheid kanafwachtendan
thans hetgevalis. De nu genomen
maatregel is, zooals ik reeds zeide, te zien
als een overbrugging van den tijd die nood
zakelijk verloopen moet tot aan het oogen
blik, dat de meer permanente
maatregelen effectief kun
nen werken.
Ik herhaal nog eens wat ik in den begin
ne reeds gezegd heb: We duchten van nie
mand eenige vijandelijke handeling tegen
Nederland, maar we willen tegenover ieder
onzen duidelijken wil toonen, dat we onze
beproefde zelfstandigheidspolitiek en onze
onzijdigheid met alle ons ten dienste staande
middelen willen handhaven.
Dat en dat alleen is de strekking van den
thans genomen maatregel.
Maar, omdat dit zoo is mag ik aan wat ik
gezegd heb nu ook een raad vastknoopen.
Deze raad nl., dat er geen enkele reden
aanwezig is voor bijzondere ongerustheid.
Natuurlijk houdt de toestand in de wereld
ook onze aandacht gespannen. Maar dat is
heel wat anders dan beduchtheid voor onze
eigen onmiddellijke veiligheid. Voor zulk
een beduchtheid ik herhaal dit acht ik
geen enkelen grond aanwezig.
Hoe kalmer we den toestand onder de
oogen zien, hoe rustiger wij allen ons dage
lijksch werk blijven verrichten, hoe beter
dit is voor ons zelf en hoe gunstiger indruk
dit naar buiten zal maken.
En voorts belijden we, ook als volk, in
diepen ernst, dat het lot ook van ons land,
uiteindelijk niet in de hand van menschen
ligt, niet van den wil eens menschen af
hankelijk is, maar dat God Almachtig de
wereld regeert. In dat geloof schuilt kracht;
het schept vastheid van' wil aan 's men
schen zijde en het voorkomt dat men als
een riet door den wind heen en weer bewo
gen wordt.
Hedenmorgen te 10 uur heeft de voorzit
ter van den Raad van ministers, dr. H. Co
lijn, de volgende toespraak tot het Neder-
landsche volk gericht over de drie omroep-
zenders:
In verband met de buitengewone tijds
omstandigheden heeft de regeering zich
andermaal verplicht gezien in het belang
van het vaderland bijzondere maatregelen
te treffen.
In den afgeloopen nacht is nl. overgegaan
tot het onder de wapenen roepen van het
personeel behoorende tot de bataljons die
bestemd zijn voor de zg. grensbeveiliging.
Teneinde onnoodige bezorgdheid bij de
bevolking te voorkomen wil ik thans door
de radio een kort woord tot u richten om
de beteekenis van dezen maatregel in het
juiste licht te stellen.
Ik begin dan met te zeggen wat men er
niet in moet zien.
Men moet er niet in zien, men moet er
niet uit lezen, dat de regeering beducht is
voor een directe bedreiging van ons land.
Voor zulk een opvatting is geen enkele aan
leiding aanwezig. Onze betrekkingen met
het buitenland laten niets te wenschen
over. Met alle mogendheden is de verhou
ding goed. Daarom kon ik zeggen, dat de
regeering niet beducht is voor een directe
bedreiging van 's lands veiligheid en de
genomen maatregel dus niet in dat licht
mag worden gezien.
Nu komt echter van zelf de vraag naar
voren wat men er dan wel in moet zien. En
het antwoord daarop is: Men moet er een
zuivere voorzorgsmaatregel in zien, in ver
band met den algemeenen toestand in
Europa.
Ons werelddeel verkeert in een toestand
van latente internationale spanningen, die
ons verplichten er rekening mee te houden,
dat die spanningen zich kunnen ontladen in
vijandelijkheden. En als dit geval zich
mocht gaan voordoen dan moeten we niet
slechts in woorden doch metterdaad in staat
zijn op afdoende wijze blijk te geven van on
zen vasten wil onze zelfstandigheid en onzij
digheid te handhaven. Te handhaven onder
alle omstandigheden en naar alle zijden.
Om dit effectief te kunnen doen, wan
neer de noodzaak er van zou blijken, moet
onze geheele weermacht tenslotte gemobili
seerd worden. Maar, in ons huidige leger-
stelsel en bij het zeer snelle verloop, dat de
krijgshandelingen in onzen tijd kenmerkt,
is de normale sterkte van ons leger op vre-
desvoet ongenoegzaam, om de zekerheid te
scheppen, dat die mobilisatie ongestoord zal
verloopen.
Daarom is het een eisch van voorzichtig
beleid de voorwaarden te scheppen die het
ongestoord verloop eener mobilisatie kun
nen waarborgen.
Maatregelen worden voor-
bereidom, zoolang de rust
in Europa niet is weerge
keerd, fn deze leemte op
doeltreffende wijze te voor
zien. Maar daarmee is eeni
ge tijd gemoeid en daarom
heeft de regeering, ter
Zijn vrouw eMstig mishandeld.
In den afgeloopen nacht is de ruim 71-
jarige landbouwer D. J. Leetink in zijn
woning te Look, (gemeente Holten ver
moord. Zijn ongeveer 61-jarige vrouw is
ernstig mishandeld.
Vanochtend ging een buurman van het
echtpaar Leentink de woning binnen, om
dat, naar zijn meening, de luiken lang ge
sloten bleven. Hij- trof hier een groote
wanorde en tot zijn ontzetting vond hij
den man vermoord op bed liggen. In de
keuken hoorde hij kreunen. Hier ontdek
te de buurman vrouw Leentink in zeer
ernstigen toestand.
Onmiddellijk waarschuwde hij een der
omwonenden, die op zijn beurt een dok
ter waarschuwde en ook de politie van
de misdaad op de hoogte stelde. Zij wa
ren spoedig ter plaatse. De dokter consta
teerde bij den landbouwer den dood. De
vrouw werd in bewusteloozen toestand
aangetroffen. Zij is met een scherp voor
werp ernstig mishandeld.
De drijfveer tot deze misdaad is vermoe
delijk roof, aangezien het bekend wias, dat
de familie Leetink veel geld had.
Het onderzoek is in handen van rijks-
en gemeentepolitie.
FABRIEKSBRAND TE TEGELEN.
De eigenaar gearresteerd.
In den nacht' van Zaterdag op Zondag
heeft 'n felle brand gewoed in de fabrieks
gebouwen der Nordhauser Rultabaksfa-
briek, gelegen aan den Roermondschenweg
te Tegelen. De brandweer van Tegelen wist
het vuur, dat was uitgebroken in de ta
baks- en sauskamer, na anderhalf uur te
bedwingen. Drie afdeelingen der fabriek
zijn verwoest. Een groote hoeveelheid ta
bak ging verloren. De machines bleven
evenwel in tact. De schade loopt in de dui
zenden. Gisteren arriveerde het parket uit
Roermond. De eigenaar van de fabriek is in
verband met dezen brand op last van den
officier van justitie gearresteerd.
DE AANRANDING TE GINNEKEN.
Naar wij vernemen is de toestand van
het vijfjarig dochtertje van den tandarts S.
te Breda, dat de vorige week het slachtof
fer is geworden van een gruwelijke aan
randing in het Mastbosch, naar omstandig
heden goed. De dader is nog onbekend. Het
onderzoek wordt met kracht voortgezet.
DOODENDAGBOEK VAN HET VERKEER
Horn: een doode, drie gewonden.
Zaterdagavond trokken op den rijksweg
HornRoermond in de richting Roermond
verschillende spannen paarden, die militaire
wagens naar hun plaats van bestemming
hadden gebracht. De eerste van drie achter
elkaar rijdende vrachtauto's passeerde een
stel paarden, maar de tweede vrachtauto
reed tot nu toe niet opgehelderde oorzaak
het span van achteren aan, schoot daarna
naar links over den weg, waarbij hij in bot
sing kwam met een personenauto uit Echt.
Vervolgens viel de vrachtwagen vlak voor
de hier liggende doorlaadbrug het steile ta
lud af, waarbij hij in aanraking kwam met
een boom. Tengevolge hiervan werd de
geheele carrosserie van het chassis afge
rukt. De laadbak, waarop ontplofbare stof
fen werden vervoerd, kwam beneden in het
weiland onder de brug terecht. In de auto
zaten de 26-jarige P. van den B. en de 21-
jarige H. van K., beiden uit Utrecht, in
vasten dienst bij de genie. Beiden werden
slechts licht gewond.
Erger was het gesteld met een begeleider
van de paarden op den weg. Zekere Evers
uit Sint Odilienberg lag met een zware her
senschudding en andere verwondingen dood
op den weg, terwijl de groentenhandelaar
Nijssens uit Roermond met een been- en
bekkenfractuur werd opgenomen.
Van de drie paarden werden er twee in
het talud reechts van den weg geslingerd,
waar zij dood bleven liggen.
Rolde: 1 doode.
Zondagmiddag is in de hoofdstraat van
Rolde de 56-jarige motorrijder R. Polling
uit Groningen, in de bocht van genoemde
straat in volle vaart tegen een uit de tegen
overgestelde richting komende personen
auto uit Musselkanaal gebotst. De motor
rijder werd van zijn voertuig geslingerd en
bleef dood op den weg liggen.
(Ingez. Med.)
GROOTE BRAND TE LITH.
Twee boerderijen en een arbeiders
woning in de asch gelegd.
Zaterdagavond is in het dorp Lith brand
ontstaan in het schuurtje van den landbou
wer Van der Veer. Zeer spoedig nam de
brand een grooten omvang aan en weldra
werd de nabijstaande boerderij van Van der
Veer door de vlammen aangetast. Het
kleinvee, alsmede de geheele inboedel en
de landbouwinventaris, waaronder voorra
den hooi en stroo en diverse landbouwma
chines, werden een prooi der vlammen. In
middels had ook de nabijgelegen arbeiders
woning, bewoond door het gezin Coenen
vlam gevat en ook hier viel aan redden niet
te denken. Ook hier werd de geheele in
boedel een prooi der vlammen. De even als
de brandende perceelen met stroo gedekte
boerderij van den landbouwer Van den
Berg stond weldra in lichter laaie. Alles
brandde tot den grond toe af. Ook in de
boerderij van Van den Berg ging de geheele
inboedel en landbouwinventaris verloren.
De bewoners der afgebrande huizen werd
bij vrienden en buren onderdak verschaft.
16 STUKS VEE IN DE VLAMMEN
OMGEKOMEN.
Zondagnacht is door onbekende oorzaak
brand ontstaan in den alleenstaanden vee
stal van den veehandelaar A. H. Oosterens
aan den weg Volkel-Mill te Uden.
Een juist passeerende automobilist, die
het gebouwtje zag branden, waarschuwde
onmiddellijk de bewoners van een dichtbij
gelegen huis, die op hun beurt de brand
weer van den brand in kennis stelden. Deze
kon echter niets meer tegen het vuur uit
richten. Vijf paarden en elf runderen kwa
men in de vlammen om.
De heer Oosterens, die in Volkel, gemeen
te Uden, woont, was niet voor het vee,
doch wel voor den stal verzekerd.
WEERBERICHT.
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: helder tot licht bewolkt, droog
weer, meest matige Z.O. tot Z. wind, weinig
verandering in temperatuur.
Wo 12 Apr. Zon op: 5 h 13; onder 18 h 50;
licht op: 19 h 20; Maan op: 1 h 59; onder
11 h 22. N.M.: 19 Apr.
UKKEL: matige wind van O. tot Z.O.
aanhoudend mooi en vrij warm weer met
een nachtelijk minimum van ongeveer 7 gr.
Hoog- en Laag water te Vlissingen:
Hoogwater. Laagwater.
April.
Dinsdag 11 6.10 18.31 0.04 12.31
Woensdag 12 7.15 19.43 0.57 13.28
Donderdag 13 8.31 21.04 2.04 14.48
Vrijdag 14 9.51 22.23 3.34 16.14
Westkapelle is 28 min. en Domburg 23
min. vroeger, Veere 38 min. later. S
springtij.
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge:
Hoogwater. Laagwater.
April.
Dinsdag 11 7.50 20.12 1.07 13.37
Woensdag 12 8.46 21.16 1.58 14.33
Donderdag 13 9.56 22.34 3.03 15.52
Vrijdag 14 11.17 23.58 4.29 17.17
PRINS BERNHARD AAN DE GRENZEN.
Men meldt 'ons v.an officieele zijde, dat
Prins Bernhard, vergezeld van den kolo
nel van den generalen staf M. W. L. van
Alphen, directeur van de hoogere krijgs
school, Zondagmiddag en Maandag, twee
den Paaschdag, een bezoek bracht aan de
troepen van de grensbeveiliging in Wes
telijk Noord-Brabant en in Overijssel, die
aldaar gedurende de Paaschdagen hun
taak verrichten.
Er zijn in de Paaschdagen in verschillende
Europeesche hoofdsteden tal van politieke
en diplomatieke besprekingen gevoerd in
verband met den zeer gespannen internati
onalen toestand, ontstaan door de jongste
daad van agressie, den inval van Italië in
Albanië. Uiteraard vormde Londen het
brandpunt dier besprekingen. De Engelsche
regeering, die onder Chamberlain (uit
Schotland teruggekomen) vergaderde, heeft
het Lagerhuis tegen Donderdag bijeenge
roepen. Morgen, Woensdag vergadert de
Fransche kamer.
De situatie is er gedurende
de Paaschdagen niet erger
op geworden. Integ en deel
vanmorgen heerschte te
Londen het gevoel van een
lichte ontspanning.
De Italiaansche zaakgelastigde te Londen,
Guido Crolla bracht de beide Paaschdagen
driemaal een bezoek aan den Britschen mi
nister van buitenlandsche zaken, lord Hali
fax. Vernomen wordt, dat hij Halifax de
stellige verzekering heeft gegeven, dat de
Italiaansche actie zich strikt tot Albanië
zou beperken en dat er geen sprake was
van een verder optreden o.a. jegens Grie
kenland en het Grieksche eiland Korfoe. De
speciale verslaggever van Havas te Athene
seinde, dat de Grieksche bladen heden een
nota zouden publiceeren, waarin de itali
aansche regeering ook aan de Grieksche
regeering formeele verzekeringen geeft ten
aanzien van de absolute integriteit van dit
De Italiaansche minister van Buitenland
sche Zaken, graaf Ciano, is na een kortston
dig bezoek aan Tirana vrij onverwacht
naar Rome teruggekeerd, vermoedelijk om
lord Perth, den Britschen gezant, persoon
lijk te kunnen ontvangen. In elk geval had
hjj, na eerst nog Mussolini te hebben ge
sproken, onmiddellijk na zijn aankomst een
onderhoud met den Engelschen ambassa
deur, 'die inlichtingen vroeg in verband met
de gebeurtenissen in Albanië. Reuter ver
neemt, dat lord Perth een volledige uiteen
zetting kreeg, doch verdere bijzonderheden
zijn niet beschikbaar. Het feit, dat te Ti
rana een zuiver Albaneesch bewind is inge
steld, schijnt er op te duiden, aldus Reuter,
dat het tot dusverre niet in de bedoeling
ligt van Albanië een integraal deel van het
Italiaansche keizerrijk te maken. Volgens
Havas meent men te Rome te weten, dat
Ciano ook aan lord Perth de formeele ver
zekering heeft gegeven, dat Italië geen en
kele actie tegen Korfoe in den zin heeft.
Mussolini is nog niet naar Tirana ver
trokken. Men neemt aan, dat hij eerst te
Rome de resultaten van de verdere kabi
netszittingen te Londen en Parijs wenscht
af te wachten.
Britsche vlooteenheden uit Ita
liaansche havens vertrokken.
Te Londen verneemt Reuter dat op 8
April alle eenheden der Engelsche Middel-
landsche-zeevloot, welke een bezoek brach
ten aan Italiaansche havens, deze havens
verlaten hebben.
Er wordt officieel niets medegedeeld om
trent de bestemming der oorlogsschepen,
doch verklaard wordt, dat met het oog op
den duisteren toestand in Albanië de terug
trekking der schepen, die hoffelijkheidsbe-
zoeken brengen, voor alle betrokkenen ver
legenheid zal voorkomen.
DE VLUCHT VAN KONING ZOGOE EN
KONINGIN GEKALD INE
Havas meldt uit Athene:
Koning Zogoe en Koningin Geraldine met
gevolg zijn gisternacht door het Grieksche
stadje Larissa gekomen. Volgens zekere ge
ruchten zou de Albaneesche koning zich naar
Turkije willen begeven.
VOORLOOPIGE ALBANEESCHE
REGEERING GEVORMD.
In Albanië is een nieuwe tijdelijke regee
ring gevormd, die onder leiding staat van
den Albaneeschen oud-premier Djafer Ipy
en verder is samengesteld uit vooraanstaan
de Albaneesche officieren en functionaris
sen.
Het hoofd der nieuwe regeering heeft al
len Albaneezen bevel gegeven de Italiaan
sche burgerlijke en militaire autoriteiten te
gehoorzamen. In een radiorede heeft hij
verklaard, dat de interventie van Italië in
Albanië al gedurende vele jaren noodzake
lijk was, aangezien het land niet zelf in
staat was zich te organiseeren. Hij heeft
verder het telegram voorgelezen, waarin de
Albaneesche notabelen, naar Stefani meldt,
de hulp van Mussolini voor Albanië hebben
ingeroepen. Den Duce is daarna nog het vol
gende telegram gezonden:
„Wij hebben vandaag het glorierijke Ita
liaansche leger ontvangen in denzelfden
geest en met hetzelfde begrip, waarvan gij
zooveel malen tegenover de Albaneezen
hebt blijk gegeven. Als afgevaardigden van
het volk van Albanië, dat in den loop der
eeuwen zijn trouw en vriendschap voor de
groote Italiaansche natie heeft gehand
haafd, zijn wij er trotsch op in ons land,
waar Italianen en Albaneezen zoo dikwijls
hebben samengewerkt, het Italiaansche le
ger te kunnen begroeten, dat het symbool
en de personificatie is van de herboren Ro-
meinsche macht. In dit telegram van hulde
bevestigen wij den onwankelbaren trouw
van ons volk en wij wachten vol vertrou
wen op het program, dat uw illustere ver
tegenwoordiger graaf Ciano hedenmorgen
aldus heeft samengevat: orde, welvaart,
rechtvaardigheid, zoowel politiek als sociaal,
binnen het kader van de fascistische vrij
heid."
Een van de eerste regeeringsdaden is ge
weest, dat, met toestemming van Ciano,
allen zijn vrijgelaten, die op bevel van ko
ning Zogoe waren gevangen genomen, on
der beschuldiging van politieke activiteit
tegen den staat, terwijl zij, naar Stefani
meldt, slechts gewezen hadden op de mis
bruiken en het slechte bewind van koning
Zogoe.