KRONIEK vai den DAG. BINNENLAND. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 22 MAART 1939. No. 69. MARCO POLO Intrede van Burgemeester Fernhout te Bussum. MIDDELBURG. WALCHEREN. Het Italiaansche vraagteeken. Een zeer belangrijke vraag, welke in de huidige politieke omstandigheden vele ge- moederen bezig houdt, is wat tenslotte de reactie van Italië zal zon op de Duitsche overweldiging van Tsjechoslovakije^ Het lijdt geen twijfel, dat ook de Italiaansche reeeering door deze gebeurtenissen werd verrast, dat Hitier zijn vriend Mussolini dus niet bjjtüds van zijn voornemen m kennis had gesteld. Hoewel men om zeer begrijpe lijke redenen te Rome bonne mine a mau- vais jeu moest maken, heeft men allerminst kunnen verhelen, het geval onaangenaam te vinden. De zaak is voor Italië ook inder daad allerbedenkelijkst. Zooveel machtsuit breiding van het Derde Rijk als nu in een jaar tijds plaats vond, moet de Italianen tot nadenken stemmen. Alle politieke boe zemvriendschap ten spijt, berust de hecht heid van de spil Rome-Berlijn op een op portunistische belangengemeenschap. We derzijds hebben Duitschland en Italië van hun politiek bondgenootschap profijt ge trokken; in den beginne min of meer gelijk op. Thans echter slaat de schaal geheel naar Duitsche zijde door. Mussolini hielp Hitier verleden jaar op handige wijze het Sude- tenland c.a. annexeeren. Hitier heeft den Duce echter nauwelijks gesteund in zijn nog steeds niet officieel geformuleerde eischen aan Frankrijk. In plaats dat Italië daarmee aan bod kwam, overrompelde Duitschland Bohemen en Moravië. De vraag, wat Italië nu zal doen, is van het allergrootste belang voor de politieke ontwikkeling in de naaste toekomst. Im mers indien het zich van Duitschland af zou wenden, kwam er opeens een geweldige om mekeer in de Europeesche machtsverhou dingen. Duitschland zou dan opnieuw aan alle kanten als Het ware omsingeld worden. Het hoeft geen betoog, dat men te Berlijn het groote gevaar van een dergelijke situ atie maar al te goed bevroedt en daarmee zal men dan ook in verband moeten bren gen, dat de heer Goering gister reeds naar San Remo is teruggekeerd om „zijn vacan- tie te hervatten". Veel vacantie wordt hem vast niet gegund. Hij zal voor de Italiaan sche staatslieden, wellicht Mussolini zelf, Hitler's jongste coup de théatre moeten goed praten en wellicht heeft hij den Duce ook het een en ander aan te bieden: voor stel van de een of andere buit, waarvan Italië zich met Duitschland's hulp zou kun nen meester maken? Tal van geruchten doen overigens in ver band met dit alles de ronde. Zoo meldde de N.R.C. gisteravond, dat men te Londen het volgende nieuws uit Parijs heeft ont vangen: Mussolini zou onlangs een afgevaardigde naar den Franschen ex-premier Laval heb ben gestuurd met de Italiaansche eischen inzake Dzjiboeti en Tunis. Laval, die het Fransch-Italiaansche accoord van 1935 be werkstelligde, en de voornaamste apostel van de Fransch-Italiaansche vriendschap is, verklaarde daarop, dat hjj in vier en twin tig uur het heele geschil tusschen de twee landen uit de wereld zou kunnen helpen. Hy achtte de eischen gematigd genoeg en de standing van den tusschenpersoon vol doende bewijs voor een officieel karakter, om het geval aan Daladier voor te leggen. De eischen zouden niet verder gaan dan zekere „amenagements" bij den Dzjiboeti- spoorweg, die echter, voor zoover hij door Fransch Somaliland loopt, in Fransche han den zou blijven, een vrijhaven in Dzjiboeti en een matige verbetering in de status van de Italiaansche minderheid in Tunis. Tenslotte zou te verwachten zijn, dat Bon net, die gister met Lebrun naar Londen is gekomen, de gelegenheid zou gebruiken om met de Engelsche ministers na te gaan in hoever de aan Laval voorgelegde eischen als een basis voor onderhandelingen kun nen worden beschouwd. Het is in dit verband verder nog vermel denswaard, dat er te Londen sinds eenige dagen een hardnekkig gerucht loopt, dat Ciano als (Italiaansch) minister van bui- tenlandsche zaken zou aftreden, om plaats te maken voor Grandi, nu Italiaansch ge zant te Londen. Ciano staat bekend als een radicale voorstander van de aggressieve spilpolitiek, terwijl Grandi geacht kan wor den een meer tegemoetkomende houding te genover de westelijke democratieën te wil len innemen. Het spreekt welhaast vanzelf, dat men al deze geruchten met eenigen sceptis moet beschouwen. De wensch speelt er als vader van de gedachte een voorname rol in. 12). Uit het Amerikaansch van DONN BYRNE. En zij lieten den bewaarder komen en Sanang gaf hem een bericht om met de sprekende trommen te verzenden. Toen zeide hij tot zijn helper: „Geef mij de Verre Ooren!" De helper bracht hem de Gouden Ooren, die gelijk de vleugels van een groo- ten vogel waren en hij zette die op zijn hoofd en luisterde. „Ik hoor de trommen van de tinnen", zeide hij, „en de trommen van den Heu vel der Graven En hij luisterde weer een poos en Goud klokje werd bleek. „Ik hoor de Trommen van den Nevel- berg"en gedurende eenigen tijd zeide hij niets. „Dit zullen de trommen van Yung Chang zijn „Ik hoor de trommen van Kai Yu Kwan", zeide hij toen. „Ja Sanang, Ja?" Goudklokje trilde van angst. "lkD h°or de trommen van het klooster it V, Monniken", zeide Sanang. En k noor de trommen de Tartaarsche stam- roepenik hoor het flappen 'tn 6n ^et r'n^e^en van gebitten -hoor het galoppeeren van pony's. iw Sanang? O, vlug, Sanang, vlug!" ±iy luisterde een wijle langer en nam toen de Verre Ooren af. „De man is gered", zeide hij. loen lachte Goudklokje en daarop Men meldt ons uit Bussum: Gisteren, op den eersten lentedag, terwijl in de gemeente vele vlaggen vroolijk in den feilen wind wapperden, is onze nieuwe bur gemeester, de heer M. Fernhout, plechtig geïnstalleerd. Hij is met vele hartelijke woorden op zijn post van eersten burger en bestuurder verwelkomd. Te ruim half twee werd de heer Fernhout met vrouw en kinderen door het oudste raadslid, mevr. C. Edelmann-Van Dijk en wethouder P. N. de Lange afgehaald van het hotel Beerenstein, waar de familie sinds Maandag vertoefde. Een stoet van vier automobielen begaf zich daarna naar het versierde raadhuis, waarvan driekleur en gemeentevlag wapperden. De plechtige installatie. In de feestelijk versierde raadzaal begon om twee uur de buitengewone installatie vergadering, welke door vele autoriteiten werd bijgewoond. Aanwezig waren o.m. de raadsleden, velen vergezeld van hun echt- genoote, oud-burgemeester en mevrouw De Bordes, de burgemeester der bij de Gooische Belangen-commissie aangesloten gemeen ten, n.l. die van Hilversum, Laren, Blari- cum, Huizen, Naarden en 's-Graveland, de voorzitter van Stad en Lande van Gooiland, de heer E. Luden, de militaire autoriteiten uit Bussum, Naarden en Huizen, de wet houder van Middelburg, den heer M. H. Boasson en ook de heer Th. C. A. Coops, burgemeester van Muiden, vroeger secre taris te Vere. De loco-burgemeester, wethouder Kruis weg, hield de installatietoespraak, waarop burgemeester Fernhout antwoordde met een rede, waarin hij o.m. hulde bracht aan zijn voorganger, den hr. De Bordes, die naar hij 't uitdrukte, ongeveer 20 jaren van dezen Raad een voortreffelijk voorzitter, van deze gemeente een veelszins eminent burgemees ter is geweest. De heer Fernhout zeide voorts met eeni ge verontrusting gezien te hebben, hoe hoog de verwachtingen omtrent hem gespannen zijn, maar toch aanvaardt hij met vertrou wen en opgewektheid de taak, waartoe hij zich geroepen ziet, hopend op Gods bijstand. De burgemeester herinnerde voorts aan zijn beide vorige gemeenten Kampen en Middelburg, twee steden van historische vermaardheid, terwijl hij zich nu ziet toe gewezen de met natuurschoon overvloedig bedeelde gemeente Bussum, gezegend met gunstige levensvoorwaarden, die, mede door goed beleid, bevestigd werden. Bussum's vitaliteit trekt spr. aan en hij wil er ernstig en krachtig naar streven, wat gezond bleef, voorzoover van het gemeente bestuur afhangt, gezond te houden. Wijze woorden tot den Raad. Spr. wendde zich vervolgens meer speci aal tot den Raad, hij beloofde en verwacht te eerlijke en loyale samenwerking met ver loochening van persoonlijke eerzucht. Een waarborg daarvoor zag spr. o.a. in de van vele zijden ontvangen gunstige recensie van den toon der gevoerde raadsdiscussies, van het niveau der beraadslagingen en van het decorum der vergaderingen. De burgemeester wees er op, dat men vooral in dezen tijd van geestelijke verwar ring en stoffelijken nood is aangewezen op elkanders hulp in vele opzichten. Er mogen zeer belangrijke en diepgaande verschillen bestaan, men moet den strijd ge dragen willen zien door liefde tot wat men- schen als het hoogste en heiligste geldt en door liefde tot het gemeenebest. Spr. vertrouwt dat de raadsleden, naar mate de tijden ernstiger en hachelijker wor den, te vastbeslotener bereid te vinden tot concentratie van kracht, wat evenwel slechts met ongerept gehoud van eigen overtuiging mogelijk is. Namens den Raad. Vervolgens sprak mevr. C. Edelmann Van Dijk als oudste lid namens den Raad een korte, hartelijke redevoering uit. Hartelijke woorden en receptie. In een daarna volgende bijeenkomst wer den uit den breeden kring van het Gooische leven nog woorden van welkom tot burge meester Fernhout gericht. Ook kwamen la ter op den middag velen tijdens de receptie hun opwachting bij den nieuwen burgemees ter maken. Gisteravond vond als hulde en verwelko ming van de burgerij een défilé plaats voor den nieuwen burgemeester. weende zij: zij greep Li Po's hand en lachte weer en weer weende zij. Sanang schudde het hoofd om de verdoovendt geluiden van de wereld uit zijn ooren te krijgen en Li Po glimlachte met zijn treu rige oogen. „Ik denk, dat ik nu heen zal gaan en een bruilofslied zal schrijven, Goud klokje." „Voor wie zul je het bruilofstlied maken Li Po?" „Ik zal het voor Goudklokje schrijven" „Maar ik ga niet trouwen, Li Po, er is niemand, werkelijk niemand." „Neem dan de luit en zing voor mij het Lied van de Wilgentakken, dat het treu rigste lied ter wereld is." Maar zij schudde het hoofd en bloosde. „Ik kan dat lied niet zingen, Li Po, ik ben niet in de stemming om dat lied te zingen." „Dan moet ik een ander lied voor je schrijven, klein Goudklokje." XIII. Toen Marco Polo nu uitgerust en her steld was, brachten zij hme van het kloos ter der Roode Monniken naar waar de Khan was in de stad Chandu. Nu waren er twee paleizen in Chandu, er was een winterpaleis, dat van marmer was en een zomerpaleis, dat gebouwd was van verguld bamboe. Om deze paleizen heen was een muur gebouwd, zestien mijlen in omvang en daarbinnen was een park met fonteinen en rivieren en beken met gevlekte snoek er in en weiden, waar de leeuwerik in het gras rustte en boomen van alle soorten, waar de kleine volgels bouwden en niemand WERKLOOSHEID. Vermindering van ongeveer 13.95 in Februari, of sedert 1 Janu ari ruim 36.8 De stand der werkloosheid in het district der Arbeidsbeurs te Middelburg op 28 Fe bruari luidt: Middelburg 766 (827); Vlissingen 433 (443); Goes 181 (191); Aagtekerke 17 (17); Arnemuiden 182 (199); Baarland 42 (59)Biggekerke 21 (22)Borsele 92 (95) Brouwershaven 60 (66)Bruinisse 123 (146) Burg 3 (7)Kolijnsplaat 93 (93)Domburg 54 (76)Driewegen 22 (17)Dreischor 6 (7)Duivendijke 10 (9)Eikerzee 3 (2)El- lemeet 3 (2); Ellewoudsdijk 14 (20); 's- Gravenpolder 30 (50); Grijpskerke 7 (20); Haamstede 17 (9); 's-Heer-Abtskerke 9 (9)'s-Heer-Arendskerke 109 (195)'s- Heerenhoek 99 (94)Heinkenszand 58 (71) Hoedekenskerke 80 (96); Ierseke 88 (112); Kapelle 76 (92); Kats 34 (44); Katten- dijke 17 (18); Kerkwerve 18 (23); Kloetin- ge 30 (54); Kortgene 24 (34); Koudekerke 63 (78); Krabbendijke 47 (51); Kruiningen 91 (132); Meliskerke 16 (19); Nieuwerkerk 72 (75); Nieuwland 47 (44); Nisse 8 (10); Noordgouwe 47 (46)Noordwelle 5 (13) Oosterland 85 (120); Oostkapelle 27 (33); Oudelande 38 (57); Ouwerkerk 53 (53); Ovezand 70 (103)Renesse (6)Rilland- Bath 63 (93); Rittem 15 (15); Schore 18 (46); Serooskerke (W.) 35 (50); Seroos- kerke (S.) 8 (7); Sint-Laurens 10 (17); Soeburg 97 (129)Vere 20 (26)Vrouwen polder 28 (27), Waarde 41 (60), Wemeldmge 56 (77); Westkapelle 166 (168); Wissen- kerke 134 (106)Wolfaartsdijk 76 (95)Zie- riksee 233 (243); Zonnemaire 2 (6); Zoute- lande 37 (44). Totaal stonden per 28 Februari 1939 4529 personen als werkzoekenden ingeschreven tegen 5263 op 31 Januari en 6461 op 31 De cember. Een flinke daling weer, doch is het aantal nog ver boven 30 November toen het getal 3533 was. Benoemd bij den provincialen water staat te Haarlem als opzichter de heer J. Hoogesteger te Rittem en de heer C. J Goeree te Oudelande. FRANSCH STOOMSCHIP GESTRAND OP DE ZEEUWSCH VLAAMSCHE KUST. Het schip in een hachelijke positie. De hevige Noordwesterstorm heeft in den nacht van Maandag op Dinsdag aan de kust van Zeeuwsch Vlaanderen, ter hoogte van den Verklikker, op circa 4 km ten Westen van de vuurtoren van Nieu- wersluis, een heele consternatie verwekt. De weinige bewoners aldaar, uit den slaap gehouden door den bulderenden wind en het geluid van de woedende golven die tegen de duinen stuksloegen, hoorden plot seling, boven dit geluid uit, de angstige kreten van menschen. Voortgestuwd door de hooge golven na derde het Fransche stoomschip „Fort de Souville" de kust. Eerst werd een licht boei gegrepen en vernield, waardoor het roer onklaar geraakte. Het schip geraak te daarop meer en meer aan lager wal om ten slotte aan den grond te loopen. Het was toen half twee in den nacht en hoog water. De zee was door den storm zoodanig opgestuwd, dat er 1% meter meer water stond dan normaal. Aan boord van het Fransche schip, dat niet geladen was en dus zeer hoog lag, heerschte op dat moment een ware angststemming; doch zoodra men bemerkte dat men kort onder de duinen zat, bleek, dat er geen gevaar voor de opvarenden dreigde. Het uitgeworpen anker hield niet, waar door het schip tegen een paalhoofd terecht kwam en zoodanig door de woeste zee werd verder geslingerd, dat over een 100 meter de palen als luciferhoutjes afknap ten. Tenslotte bleef het schip midden op een steenen berm vastzitten. Op de radioseinen van het schip, voer van de haven van Vlissingen de Belgische sleepboot „Goliath" ter assistentie uit terwijl later ook de „Man" volgde. De sleepbooten konden het schip echter niet bereiken. Toen het water was gezakt, bleek het schip droog op het zand te zitten, zoodat de vele belangstellenden uit geheel de om trek, rond het schip konden loopen. Van vlotkomen zal voorloopig nog wel geen sprake zijn. In den loop van den morgen werd de belangstelling voor deze stranding steeds hun een woning ontzegde. En al de wilde dieren waren er in overvloegd, de schuwe haas en het wilde hert en de kleine kwa kende kikkers, langbeenige veulens met hun witte moeders en kleine honden, die over elkander heen vielen bij het spelen in de lente; en bruine bijen gonsden tus schen de klaver; aardbeien waren er in menigte en boomen, die het oog streelden met bruine, zwarte en gevlekte koeien on der hun zwaar gebladerte en lammeren met vachten als sneeuw. En al de bloemen van de wereld waren er; het was een pa radijs voor het vrije leven, dat park van Kublai Khan. Ik zal u nu verhalen van Marco Polo, toen hij in de tegenwoordigheid van den Grooten Khan kwam XIV. Marco Polo nu werd in de tegenwoordig heid van den Grooten Khan gebracht en temidden van alle aanwezigen zou men een speld hebben hooren vallen. Aan het noordelijk einde van de groote zaal zat de Khan zelf en Marco Polo dui zelde bijkans van verwondering, want waar hij een grooten, prachtigen man verwacht had, wien de majesteit uit de oogen straal de, daar zag hij slechts een aangenaam, ge baard man, niet half zoo goed gekleed als de minste onderdaan in de zaal en met een prettigen, uitnoodigenden glimlach op het gelaat. Zijn troon was verhoogd, zoodat zijn voeten ter hoogte waren van de hoofden der Verwanten van het Koninklijk Bloed onder hem, die gekleed waren in zijde en hermelijn, fijn brokaat en juweelen. En la ger dan dezen zaten de baronnen, hertogen en ridders en lager dan dezen de oversten de krijgslieden, drieduizend en drie. grooter. Naarmate het water hooger kwam, steeg de spanning. Al striemden de regen en hagel in het gelaat van de toe schouwers die op de duinen het imposante en ongewone schouwspel dat het gestrande schip bood, gadesloegen, doch dit alles kon hen niet verdrijven. Het schouwspel was te interessant. Het water stijgt inmiddels hooger en hooger. Weldra wordt het "schip om spoeld. Aan boord is alle hens in de weer. Naarmate het water stijgt, komt er meer én meer beweging in het schip, dat tot nu toe rotsvast op den berm zat. Den ankerketting wordt meer speling gegeven en zoo gelukt het om het schip wat ach teruit te halen, zoodat het los van de berm komt te zitten. Nu bestaat echter het gevaar dat het achterschip op het volgende paalhoofd zal slaan. Zoover komt het intusschen niet. De wit-schuimende golven worden steeds wilder en spoeaig slaan de eerste zeetjes over het schip heen, dat steeds verder naar de kust wordt gedreven. Het schijnt dat de sleepbooten geen verbinding tot stand kunnen brengen, althans er wordt naartoe geen enkele poging gedaan. Onder steeds toenemende spanning wordt de strjjd tusschen het schip en de woedende zee gadegeslagen. Het wordt echter spoedig duidelijk dat de zee zijn prooi ditmaal met zal loslaten Van tijd tot tijd komt de schoef van het schip in werking, doch zichtbaar resultaat levert dit niet op. Het schip wordt inte gendeel steeds hooger op het strand gezet en wanneer om 2 uur het hoogste tij is bereikt, staat het wel vast, dat verdere pogingen wel gestaakt kunnen worden. Bij beschikking van den directeur- generaal der P.T.T. is met ingang van 1 Juni 1939 aangewezen als adjunct-inspec teur (inspectie bureel) alhier de referenda ris der P.T.T. J. Mastenbroek thans te Rot terdam (postkantoor). RAAD VAN DOMBURG. DOMBURG. Dinsdagavond vergaderde de Raad, onder voorzitterschap van burge meester mr. F. L. S. F. baron van Tuyll van Serooskerken. Afwezig de hr J. de Pag- ter. Op de begrooting 1939 was geen post meer uitgetrokken voor kosten van de commissie van toezicht op het Lager On derwijs. Het definitieve opheffingsbesluit werd nu genomen. Den leden werd eervol ontslag verleend. Een schenking van grond, onder de be zwarende voorwaarde van betaling der ver- bouwingskosten, van de Coöp. Verbruiks- Vereen. ten behoeve van de verbetering der traverse door de gemeente, werd aanvaard. Intertijd was besloten om, in plaats van het nu geldende Parkeerverbod van de „Tol" tot de Markt, een parkeerverbod in te stellen voor de Ooststraat van de Coö peratieve winkel tot de Markt, op dat het plaatsen van te veel borden daardoor zou kunnen worden vermeden. Zulks zou im mers moeten ingevolge arrest van den Hoogen Raad. Dit nieuwe parkeerverbod werd officieel vastgesteld. Ingevolge een verzoek van den minister van binnenland- sche zaken werd een wijziging gebracht in de Politieverordening ten aanzien van het houden, vervoeren, enz. van wilde dieren. Waar zij zelve hiertoe finantieel niet in staat is verzoekt V.V.V. het verlengde van de Duinstraat tot aan den Boulevard te ver beteren. Deze weg is eigendom van „Het Ambacht Domburg". Deze eigenaar heeft natuurlijk geen belang bij verbetering, daar om meenden B. en W. dat overdracht van dezen weg aan de gemeente, gelijk inter tijd is gebeurd met de wegen in het Vroon ten Oosten van het Badpaviljoen, een goede oplossing zou zijn. Onderhandelingen dien aangaande zijn loopende. B. en W. vroegen den Raad zich in principe uit te willen spre ken voor eventueele overname van dezen weg. Zulks geschiedde. Eveneens sprak de Raad zich uit voor het nemen van maat regelen ter afdoende verbetering, indien de weg kan worden overgenomen. De be doeling zou zijn dezen weg en met klinkers te bestraten over een breedte van 2 meter met een keerplaats voor de auto's aan het eind van de Duinstraat. Van de N.V. Stoom tram Walcheren werden eenige stukjes grond en een gedeelte weg liggende op St Jan ten Heere overgenomen. De gemeente zal de weg aldaar eerder gemeld, in orde En onder dezen zaten de muzikanten en toovenaars. En achter Kublai Khan, heel groot, heel recht, stonden' zijn drie voor naamste dienaren, de Bewaarder van de Jachtluipaarden, de Bewaarder van de Sprekende Trommen en de Bewaarder van de Zwaarden. En naast Kublai Khan zat op een kleinen troon, Goudklokjeen het was meer de aanblik van haar dan de aanblik van de groote verzameling, wat de woorden in zijn mond deed verstommen. En Kublai Khan glimlachte tot hem en zij glimlachte ook. Kublai Khan zag, dat hem iets scheelde, dat hij verlegen was en hij rees op van zijn troon. „Marco Polo", zeide hij, „er is hier een welkom voor je en geen vijandschap, Er is belangstelling voor je boodschap en verlangen dien te hooren. Niemand hier zal je hekelen of het je moeilijk maken, laat er dus geen bedeesdheid in je zijn om te spre ken voor zooveel menschen. Zeg wat je te zeggen hebt, alsof er niemand hier was, als dat je helpen zal, behalve ikzelf en mijn kleine dochter naast mij „O, Keizer", de woorden kwamen Marco Polo weer te binnen, „en Gij, machtige vor sten, hertogen en markiezen, graven, rid ders en burgers en personen van alle ran gen, genade zij u en vrede, van God onzen Vader en van den Heere Jezus Christus! De boodschap, die ik voor u heb, zal ik geven in de woorden van Hem, Wiens Evangelie zij zijn: „Beati pauperes spiritu Zalig zijn de armen van geest. „Quoniam ipsorum est regnum caelorum want hunner is het koninkrijk der he melen. maken en de onderhoudsplicht overnemen. De N.V. zal het materiaal benoodigd voor de verbetering en gebruikt op de over te nemen grond vergoeden. De kosten van de zen grond bedragen voor de gemeente één gulden. Waar de Weststraat, Ooststraat en de Markt verbeterd worden (de traverse) werden enkele straatjes grond van particu lieren, tot deze straten behoorende, overge nomen tegen 0.25 per m2. Een verzoek van Jac. Brouwer tot ont heffing van den aanslag hondenbelasting voor een hond werd afgewezen. Een schrijven van P. Kesteloo, inzake last die hij ondervindt van rioolwater en afgewerkte olie in de sloot bij zijn woning werd aangehouden. Een onderzoek zal, ter plaatse worden ingesteld. De voorz. deed mededeeling, dat de verdeeling der werk zaamheden tusschen de leden van B. en W. zoodanig is gewijzigd dat het bouw- en wo ningtoezicht onder zijn leiding is gekomen. Rondvraag. Op een vraag van den heer D e V i s- s e r wordt geantwoord, dat 75 der kos ten van de traverse komen voor rekening der provincie. De uitkomende steen kan gekocht worden door de gemeente van de combinatie Provincie-gemeente. De heer G e 1 d o f wilde de trottoirband in de Weststraat aan de zuidzijde doortrek ken. De Raad had daar groote bezwaren te gen. Verder vroeg hij naar een verzoek aan den Raad gericht door de afd. Domburg van den Ned. Bouwvakarbeidersbond in No vember j.l. waarop antwoord van B. en W. was gezonden. Het bleek dat het schrijven aanving met „Geacht College" en derhalve door B. en W. was behandeld. Ten slotte vroeg spr. de aandacht te wijden aan het al of niet bewoonbaar zijn van de woning E 148. DOMBURG. Gevonden voorwerpen: Rlj- wielbelastingmerk te bevragen W. J. Job- se E 37. Wandelstok, J. Passenier A 91. Handschoen, J. van Eyzeren E 125. Hee rensok, gem. veldwachter. RITTEM. Door zijn eenzaamheid is het fort een geschikte broedplaats geworden van vele watervogels, die in het gras bo ven op het fort en in het riet der binnen gracht daarvoor een goede plaats vinden. Om de vogels te beschermen is daarom van rijkswege bepaald, dat het fort van af 1 April tot en met 30 Juni niet door het publiek mag worden bezocht. Deze maatregel is met het oog op de be scherming dier vogels zeker toe te juichen, daar door het afnemen van de nabijgelegen schorgronden aan het Sloe de gelegenheid tot broeden sterk is verminderd. GEBREK AAN VEEVOER. Men schrijft ons uit Rittem: De kalender geeft aan, dat de lente is be gonnen. Er is echter van den zoo gepre zen schoonen lentetijd nog niets te merken, integendeel; alle dagen is het guur en koud. Maar vele landbouwers op verschillende plaatsen van Walcheren zijn reeds genood zaakt hun koeien over dag in de weide te laten grazen. Niet om dat er zooveel gras is, want door de strenge vorst hebben ook de weiden veel geleden. Maar in de schuur begint er bij velen gebrek aan veevoeder te komen. De hooioogst was in 't afgeloopen jaar niet groot en in dezen winter zijn er vele mangels bevroren. SOEBURG. Dinsdagmiddag is door onbe kende oorzaak brand ontstaan in een schoorsteen van de hofstede Duinvliet al- V 107- 0311 (Ingez. Meded.) „Beati mites zalig zijn de zachtmoedi- gen En Marco Polo ging voort en haalde voor hen de woorden aan, die gesproken werden op den Berg in Galilea. En zij luisterden met veel hoffelijkheid en oplettendheid en het kleine Goudklokje boog zich voorover met haar kin in de handen en Kublai leun de achter over op zijn troon met halfgeslo ten oogen. „Maar ik zeg u, dat gij den booze niet wederstaat; maar zoo wie u op de rechter wang slaat, keer hem ook de andere toe". En bij deze woorden keek de Groote Khan verwonderd op en er ging beweging door de krijgslieden in de zaal; maar het kleine Goudklokje bewoog zich niet en Marco Polo ging verder: „Et factum est: cum consummasset Je sus verba haec. En het is geschied als Jesus deze woorden beëindigd had, dat de scharen zich ontzetteden over zijn leer". Nu zal ik u vertellen over het leven en den dood van den Heere Jezus: Hij vertelde hen van de geboorte in Bethlehem en van de prediking op de heu velen en de dichters knikten met het hoofd; hij vertelde hen van de reiniging der me- laatschen en het uitwerpen van den dui vel en de opwekking van Lazarus uit den dood en de toovenaars waren verwonderd. En hij vertelde hun van het verraad van Judas met een kus en de krijgsoversten schoven onrustig op hun zetels en hij ver telde van de bespotting en van de kroning met den doornenkroon en de Groote Khan schoof zijn dolk in en uit de schede en een mist van tranen kwam in de oogen van Goudklokje. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 5