Hf
MIDDELBURGSCHE COURANT
lEGEIMtlTELS
S. WIENER Co.
binnenland.
buitenland.
(&GOESCHE COURANT)
Nederland, geeft acht.
De politieke crisis in
Tsjechoslovakije-
Onze voedselvoorziening
in oorlogstijd.
Porto voor binnenlandsche
briefkaarten wederom 3 cent.
Stichting „Nederlands
volkskracht".
STATEH-GENERAAL.
Tewaterlating M.S.
Beatrix".
Prinses
Ongeregeldheden te Bra
tislava. Wat zal
Duitschland doen?
De Slovaken doen een
beroep op Hitier.
FALCON
Hitier confereert over de
gebeurtenissen in Slova
kije.
Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr. 28,
Telefoon Redactie 2ó9, Administratie 139;
te GOES Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg er> Goes 18 ct.
NUMMER 60. DRIE BLADEN. ZATERDAG l 11 MAART 1939. EERSTE BLAD. 183e JAARG.
Adverfentiën 30 ct per regel, ingezonden»
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager.
Tarief op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij
vooruitbetaling. vBrieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 c4
Het nationaal jongeren verbond organi
geerde gisteravond te 's-Gravenhage een bij
eenkomst: „Nederland, geeft acht", gewijd
aan de militaire, economische en moreeie
weerbaarheid van het Nederlandsehe volk
pe belangstelling voor dezen avond was
zeer groot; tal van militaire en burgerlijke
.autoriteiten woonden de vergadering bij.
„Onze militaire weerbaarheid"
Generaal-majoor jhr. J. Th. Alting von
■Geusau, commandant der eerste divisie
sprak over het onderwerp: „onze militaire
weerbaarheid". Na eenigszins uitvoerig de
gevolgen van een oorlog voor ons land ge
schetst te hebben, betoogde spr. dat geluk
kig thans de wil tot weerbaarheid in ons
volk teruggekeerd is. Spr. constateerde met
vreugde, dat de kracht van onze weer
macht toeneemt. Voorts vroeg spr. uit een
oogpunt van moreeie weerbaarheid in de
zen spannenden tijd een groote eensgezind
heid op defensiegebied.
Toespraak vice-admiraal Ferwerda
Van Batavia uit sprak de commandant
der marine in Indië, vice-admiraal H. Fer
werda, welke rede door de N.I.R.O.M. werd
uitgezonden en door luidsprekers werd ten
gehoore gebracht.
Spr. zeide verheugd te zijn, dat men
hier te lande de toekomst van Nederland
niet ziet als die van het kleine stukske
land in Europa, maar van het groote we
reldrijk. Spr. verzekerde, dat ook in Indië
hard aan den opbouw van de marine wordt
gewerkt.
Ir. S. L. Louwes, leider van het rijksbu
reau van voorbereiding voedselvoorziening
in oorlogstijd, nam vervolgens het woord.
De grondslag van onze politiek is „zelf-
standigheidspolitiek", dit sluit in, aldus spr.,
dat wij ons, ook in de moeilijke omstandig
heden die kunnen komen, zelf als het even
kan, zullen moeten kunnen redden.
Nederland verkeert, wat de voedselvoor
ziening betreft, uit den aard der zaak niet
in gunstige omstandigheden. Nederland is
één der dichtst bevolkte landen der wereld
en hoewel een deel van zijn bodem zeer
productief is, bestaat deze toch allerminst
voor 100 uit vette klei. Het probleem is,
hoe uit de bodemproductie en den moge
lijken import genoeg te verkrijgen om niet
alleen de menschelijke voeding op een rede
lijke basis in stand te houden, maar ook te
zorgen, dat een veestapel die voor een Ne-
derlandsch boerenbedrijf nu eenmaal noo-
dig is en die voor de noodige ruil-artikelen
kan zorgen, in stand blijft.
Op velerlei gebied zullen aanpassingen
moeten plaats hebben en de uiterste zuinig
heid moeten worden betracht.
Het hoofdgraan voor de menschelijke
voeding is tarwe. Onze productie bedraagt
plm. 400.000 ton, onze consumptie plm.
900.000 ton.
Wij zullen dus bij belemmering van den
aanvoer een ander brood moeten eten. Dit
is niet erg en ik kan U wel zeggen aldus
spr. dat wij nu reeds in overleg met bak
kers, molenaars en gistfabrikanten gerui-
men tijd bezig zijn om een goed oorlogs
brood te bereiden en dat is gelukt.
Het distributiesysteem, uit de mobilisatie
wel bekend zal dan weer zijn intrede doen.
Voor de voorbereiding is, naast de aan
het rijksbureau voorbereiding voedselvoor
ziening in oorlogstijd verbonden ambtena
ren en de daarmede samenwerkende crisis
organisaties, reeds op het oogenblik onder
leiding van dit bureau voor iedere provin
cie een voedselcommissaris bezig, tot wiens
taak het o.a. zal behooren om te zorgen,
dat de granen voor menschelijke en dierlij
ke voeding in Nederland verbouwd, wer
kelijk him bestemming bereiken.
Het is voor Nederland een noodzaak om
onzen landbouw in stand te houden op het
peil dat deze nu heeft bereikt, want zou
onze landbouw achteruit gaan, zou de land
bouw in Nederland niet meer in staat
blijken den strijd om het bestaan vol te hou
den, dan zouden wij hem in de komende
moeilijkheden misschien ook missen.
Het is noodzakelijk voor ieder onderdeel
van de voeding, en dat zijn er vele, een
plan op te maken. Daarmede is men nu
bezig.
Daarna is noodzakelijk, dat wij houden
een krachtig levenden, in ontwikkeling en
kennis vooruitgaanden boerenstand. Daar
bij zal ook noodzakelijk zijn op het critieke
moment, dat ieder Nederlander beseffe, dat
iedere dag voor hem zal beteekenen een
strijd voor Nederland's zelfstandigheid, d.w.
z. medewerken en genoegen nemen met dat
gene, wat er is, en dat er dan geen grootere
misdaad kan zijn tegenover de volksgemeen
schap dan niet mede te werken aan het
slagen der voedselvoorziening van ons volk
en dat hamsteren, ontduiking der voor
schriften op vervoer, gebruik en prijzen,
wat zich er ook maar kan voordoen, iets is,
dat gelijk staat met landverraad, aldus ein
digde spr.
Onze maritieme weerbaarheid.
Na de pauze sprak vice-admiraal J. Th.
Furstner, chef van den marinestaf over
„onze maritieme weerbaarheid". Spr. wilde
een enkelen maatregel bespreken als voor
beeld hoe het werk van den marinestaf
vèr uitgaat boven de bemoeienis met oor
logsschepen en met zuiver militaire maat
regelen in de wateren, die ons rijk in de
vier werelddeelen bespoelen. Hij deelde op
de pas tot stand gekomen cursussen in een
achttal plaatsen in Nederland, waar het
leiding gevend personeel van onze koop
vaardijvloot zich zal kunnen op de hoogte
stellen van de maatregelen, die op elk koop
vaardijschip genomen kunnen worden te
gen de gevaren door mijnen, onderzeeboo
ten, vliegtuigen, enz. in tijd van oorlog.
Hierna werd het allegorische spei van M
Beversluis „Neerlant, were di" opgevoerd.
De P.T.T. verlaagt opnieuw
diverse tarieven.
In 1937 is, door invoering van het stui-
versport weder het vooroorlogsche tarief
bereikt voor een binnenlandschen brief,
Sedertdien is het staatsbedrijf der P.T.T. er
op bedacht gebleven de terugkeer ook van
andere postale tarieven tot dit tariefpeil
te bevorderen. De algemeene bedrijfstoe'
stand maakt het mogelijk hiertoe thans over
te gaan in verband waarmede tot wijziging
van de navolgende tarieven is besloten,
zulks met ingang van 1 April 1939.
Ie. Het tarief voor een briefkaart in het
binnenlandsch verkeer wordt gebracht van
4 op 3 cent, welk tarief tevens van toepas
sing wordt in het grensverkeer met België
en Duitschland en in het verkeer met de
overzeesche gewesten per landmail c.q.
zeepost.
2e. Het nieuwsbladtarief bij abonnement
in het binnenlandsch verkeer en in dat met
de overzeesche gewesten bij verzending per
zeepost, wordt:
Voor een gewicht van niet meer dan 55
gram cent; van 55 t|m 85 gram cent
van 85 t|m 115 gram 1 cent; van 115 tjm
150 gram 1% cent; van 150 t|m 180 gram
1% cent; van 180 t[m 210 gram 1% cent en
van 210 t|m 250 gram 2 cent; verder voor
elke 50 gram of restend gedeelte daarvan
cent meer.
3e. Het aanteekenrecht wordt verlaagd
van 15 tot 10 cent, alsook het vaste recht
voor postpakketten met aangegeven waarde
4e. Het busrecht wordt verlaagd van
3.75 tot 2.50 per kalender-kwartaal voor
de grootste kantoren en van 2 tot 1.50
voor de overige hoofdkantoren.
5e. Het recht van afhalen van couranten
en tijdschriften op de grootste kantoren
wordt verlaagd van 2.50 tot 2 per ka
lenderkwartaal.
De voor deze tariefsverlagingen noodige
wijziging .an het postbesluit biedt tevens
gelegenheid daarin nog eenige verandernv
gen van ondergeschikten aard aan te bren
gen. Zoo zal daarin duidelijk tot uiting
worden gebracht, dat bestelkaarten voor den
boekhandel voortaan ook gegevens mogen
bevatten omtrent den duur van een besteld
abonnement op een nieuwsblad of tijdschrift
en dat de kaarten houdende mededeeling
van de gegevens omtrent het telefoonnum
mer, welke door aangeslotenen op een tele
foonnet voor inlichting van hun correspon
denten kunnen worden gebezigd, als druk
werk kunnen worden verzonden en tevens
dat in gedrukte stukken nu ook de tele
foonnummers kunnen worden gewijzigd,
zonder dat deze daardoor hun karakter als
zoodanig verliezen. Ook vermelding van het
kengetal en het telefoonnet van aansluiting
is hierbij geoorloofd.
In overleg met den Engelschen P.T.T.-
dienst wordt voorts het telegramtarief in
het verkeer met Engeland met ingang
van 1 April a.s. verlaagd van 11% cent tot
10 cent per woord, waarmede ook hier tot
het tariefspeil van 1914 is teruggekeerd. In
overeenstemming hiermede, wordt het ta
rief voor pers- en brieftelegrammen van 6
tot 5 cent per woord teruggebracht (mini
mum 25 woorden)'.
Verlaging telefoontarieven in
onderzoek.
Tenslotte kan worden medegedeeld, dat
de mogelijkheid van verlaging der interlO'
cale telefoontarieven in onderzoek is. Wan
neer daartoe zal worden overgegaan staat
thans nog niet vast, in elk geval zal dit
niet vóór het volgend jaar kunnen zijn.
Opleiding van toekomstige
kampleiders.
Men schrijft ons uit Den Haag: Binnen
kort wordt het kampwerk voor de werk-
looze jongeren aanmerkelijk uitgebreid,
doordat de stichting „Nederlandsch Volks
kracht" zal aanvangen met de verwezen
lijking van de onlangs gepubliceerde plan
nen. Naarmate deze stichting over de
daartoe benoodigde middelen beschikt, zul
len kampen verrijzen, om tenslotte te ko
men tot vier kampcentra, ieder van tien
kampeenheden, tezamen jaarlijks plaats
biedend aan zestien duizend werklooze jon
geren, die hierdoor wederom aan arbeid
zullen kunnen wennen, scholig of herscho
ling ondergaan en zich geestelijk wapenen
tegen de moeilijkheden, welke zij in dezen
tijd ondervinden.
Om haar taak op de goede wijze te ver
vullen, dient de stichting op den duur te
kunnen beschikken over een bekwame staf
medewerkers. Voor de leiding van een
kampeenheid van honderd deelnemers zul
len in het algemeen noodig zijn: een
hoofdleider, drie hulpleiders, tevens les-
krachten voor voortgezet lager onderwijs,
lichamelijke ontwikkeling en algemeene
(subs, technische) vorming. Voorts leiders
voor de centrale werkplaats en voor de
landarbeidersschool, een administrateur en
enkele voorwerkers.
Voor deze functie zal, naast goede vak
kennis en levenservaring, een zekere roe
ping tot het vervullen van hun moeilijke
taak bij deze leiders vereischt zijn. Het
zijn factoren, welke niet uit diploma's
kunnen blijken en niet door lessen, colleges
of studieboeken verkregen worden, welke
bij de benoemingen den doorslag zullen
moeten geven.
Teneinde goede leiders te vormen en de
sollicitanten naar de verschillende functies
op hun waarde voor het kampwerk te be-
oordeelen, zullen zij, die daarvoor in aan
merking komen, deelnemen aan de ka
derkampen, welke de stichting op de ter-
Het kind te houden in het gezins
verband is onzq, plicht.
reinen van de Volkshoogeschool te Bak
keveen zal organiseeren. Uiteraard geeft
de deelneming aan deze kampen, juist
omdat zij ter selectie in het leven geroe
pen zijn, geen zekerheid voor een aanstel
ling in eenige leidende functie in de kam
pen. Doch wel zullen in het algemeen geen
benoemingen buiten de deelnemers aan
deze kampen geschieden. De ervaringen,
opgedaan in de kaderkampen, zullen ove
rigens ook voor andere betrekkingen in
het jeugdwerkloozenwerk van groote
waarde zijn.
De deelnemers aan het kaderkamp zul
len allereerst eenigen tijd deel uitmaken
van een normaal jeugdwerkloozenkamp.
op volkomen gelijken voet staande met
alle andere deelnemers, wat betreft de
huisvesting, dagindeeling, practisch werk,
zakgeld, enz.
Gedurende den tijd echter welke voor
de jeugdige werkloozen besteed wordt
aan ontwikkelingscursussen, ontvangen
de kader-deelnemers een bijzondere prac
tische en theoretische opleiding voor kamp
leider. Na deze periode begeven de deel
nemers zich voor korten tijd naar Amster
dam, waar de verschillende bijzondere as
pecten, welke de jeugdwerkloosheid in de
groote steden heeft, met hen nagegaan zul
len worden. De opleiding in groepsverband
wordt hiermede beëindigd.
Tenslotte zullen de daartoe geschikt be
vonden deelnemers als hulpleider indivi
dueel aan een werkloozenkamp mede kun
nen werken, hetzij deelnemen aan een
volkshoogeschoolkamp, tezamen met stu
denten, onderwijzers, enz., waarna defini
tieve plaatsing zal worden overwogen.
Het eerste kaderkamp zal waarschijn
lijk 17 April a.s. aanvangen en tot 10 Juni
1939 duren. Deelnemerskosten zijn er niet"
aan verbonden, terwijl de reiskosten voor
de heen- en terugreis, alsmede voor een
tusschentijdsche reis vergoed worden. In
het algemeen zal voor de deelnemers als
leeftijdsgrenzen in acht genomen worden
21 en 35 jaar.
Allen, die voor deelname aan een kader
kamp in aanmerking wenschen te komen
kunnen zich daartoe wenden tot den se
cretaris der stichting mr. ir. B. W. Have
man, Suezkade 180, 's-Gravenhage.
DE WIJZIGING VAN DE
MOTORRIJTUIGEN-BELASTINGWET.
Verscheidene Eerste-Kainerleden
tegen de voorgestelde belasting
inzake dieselauto's.
Aan het voorloopig verslag der Eerste
Kamer over het ontwerp van wet tot wijzi
ging van de motorrijtuigenbelastingwet
wordt o.m. ontleend:
Verscheidene leden verklaarden, voor de
voorgestelde regeling weinig waardeering
te hebben. Schijnbaar billijk, zal ze noch
tans, naar de meening van deze leden, in
dien toegepast, tot gevolg hebben, dat op
nieuw lasten worden gelegd op een speciaal
vervoermiddel, namelijk den voor goedkoop
personen- en goederentransport bij uitstek
gesehikten dieselautomobiel.
De leden, hier aan het woord, betoogden,
dat met name de dieselautomobielen al
zwaar zijn belast door de, ten behoeve van
het verkeersfonds als bestemmingsheffing
geheven, motorrijtuigenbelasting. De aan
slag er in geschiedt volgens gewichtsscha
len, hetgeen, gelet op het zware gewicht
van de dieselauto's op deze een extra zwa-
ren last legt, zoodat bij voorbeeld de diesel
automobiel een niet gering deel zal bijdra
gen in de 23.750.000, waarop de regeering
de opbrengst van de motorrijtuigenbelas
ting voor 1939 heeft geraamd.
Van deze belasting moet geheel worden
afgescheiden de benzinebelasting,waarvan
de opbrengst aan de algemeene middelen
ten goede komt. Deze belasting treft hoofd
zakelijk de motorrijtuigen, die met benzine
worden gedreven, doch daarnevens alle an
der gebruik van benzine, o.m. bij kleinere
scheepsmotoren, motoren voor de klein-in-
dustrie e.d. Op den dieselautomobiel drukt
zij derhalve niet en dit houdt, dus werd er
kend ,een onbillijkheid in, welke evenwel
niet moet worden overschat, aangezien im
mers de dieselauto bijzonder hoog is aan
geslagen in de motorrijtuigenbelasting.
De leden nu, hier aan het woord, namen
te dien aanzien het volgende standpunt in:
Of de heffing op de dieselolie is raad
zaam dan voere men haar in voor alle mo
toren, door die olie gedreven en belaste
men niet alleen den dieselautomobiel, óf
een algemeene heffing van een recht op
dieselolie is niet gewenscht, dan voere men
het niet in met betrekking tot een speciale
groep van dieselmotoren, namelijk die, wel
ke in automobielen aanwezig zijn, doch
stelle evenmin in de plaats er van een hef
fing, die op andere wijze die groep van
motoren extra belast en daarmede onver
mijdelijk de gebruikers van dieselmotoren
voor andere doeleinden in een bevoorrechte
positie brengt.
Eenige leden waren van oordeel, dat het
streven van de regeering, de onbillijkheid
weg te nemen, welke is ontstaan doordat
tot dusverre de auto's met benzine-motor
wel en die met dieselmotor niet aan een
speciale heffing zijn onderworpen, in begin
sel toejuiching verdient. De gekozen modus
quo had echter niet hunne instemming. De
ze leden zouden aan een algemeene belas
ting van de dieselolie de voorkeur hebben
gegeven boven de door de regeering voor
gestelde oplossing.
Vele leden verklaarden zich met de voor
stellen der regeering te kunnen vereenigen.
99
Doopplechtigheid door
Prins Bernhard.
Naar wij 'van den heer Commissaris der
Koningin in Zeeland vernemen heeft Z.K.H.
Prins Bernhard der Nederlanden zich in be
ginsel bereid verklaard de doopplechtigheid
van het tweede nieuwe motormailschip der
S. M. „Zeeland", de „Prinses Beatrix", op
25 Maart a.s. te Vlissingen, te verrichten.
[Hieruit schijnt dus te moeten worden af
geleid, dat H.K.H. Prinses Juliana niet zal
komen gelijk aanvankelijk was gemeld.
Red.]
Het is gisteren den geheelen dag in ver
schillende steden van Slovakije zeer ru
moerig geweest, als een gevolg van de
afzetting der Slovaaksche regeering door
de centrale Tsjechoslovaaksche regeering
te Praag. Vooral in Bratislava, de Slovaak
sche hoofdstad, is het onrustig geweest.
Gistermiddag werden daar betoogingen
op touw gezet door de Hlinka-garde, een
roomsche nationalistische jeugdorganisatie
De betoogers werden echter voortdurend
door Tsjechische gendarmerie uiteenge
dreven. Tegen vijf uur verzamelde zich een
groote menigte voor het gebouw van de
Duitsche partij. Luide door de aanwezigen
toegejuicht verscheen staatssecretaris Mar-
masin op het balkon en hield een korte
toespraak, waarin hij o.m. zeide, dat de
oude toestanden van de Tsjechische voog
dij niet opnieuw mogen worden ingevoerd
Door de Slovaken werden anti-Tsjechische
vlugschriften verspreid, waarin Praag van
„machtswillekeur" werd beschuldigd.
De politieke chef van den staf der Hlin-
kagarde, Murgas, die men wilde arrestee
ren, kon zich tijdig verbergen. Hij heeft
een oproep tot de Hlinka-garde gericht,
waarin hij om. verklaarde:
„Vannacht is jegens het Slovaaksche
volk het grootste verraad gepleegd. Tep-
lanski en Sivak zijn verraders, die het po
litieke testament van Hlinka hebben ge
schonden. Zij en hun lakeien hebben on
der bescherming van Tsjechische bajonet
ten, het standrecht over het eigen volk
afgekondigd. Het geheele Slovaaksche volk
verzet zich als een'man tegen de Tsjechi
sche overweldiging".
Schietpartijen.
Het D.N.B. meldt, dat te Bratislava ver
scheidene groote afdeelingen van de Hlin
ka-garde zich op verschillende punten der
stad konden verschansen, waarvan een in
het vakvereenigingshuis. Het kwam hier
bij tot een hevige schietpartij met de
Tsjechische politie. Hierbij zouden vier
personen zijn gewond.
Slovaaksche „stormtroepen" hebben gis
teravond het zenderstation van Bratislava
bezet. Zij trokken zich later echter terug
De Duitschers in Slovakije op do
hand der opstandige Slovaken.
Volgens te Boedapest ontvangen berich
ten heeft Marmasin, de leider der Duit
sche minderheid in Slovakije, die gister
naar Weenen vertrok, een rede uitgespro
ken tot de Duitschers, die bijeengekomen
waren voor zijn bureau te Bratislava. Hij
zou o.m. gezegd hebben: „Onze Duitsche
volksgroep staat onder bescherming van
den Führer, Hitier. Zij zal gemeene zaak
maken met de Slovaken, teneinde den
vrede en de orde in het land te herstel
len. De Duitschers en de Slovaken hebben
tezamen geleefd in Slovakije en zullen zij
aan zij staan".
Na een drievoudig Sieg Heil zoo wordt
gemeld, keerden de Duitsche betoogers,
die ongeveer 400 tot 500 personen zouden
hebben omvat, naar huis terug.
Vier Tsjechische gendarmes
gedood.
Uit Ruzomberok de geboortestad van
pater Hlinka, wordt een ernstig incident
gemeld. Bij een schietpartij aldaar zouden
vier Tsjechische gendarmes gedood rijn.
Volgens berichten uit Bratislava hebben
de Slovaken aan Hitier verzocht bij de re
geering te Praag tusschenbeide te komen.
Duitschland kan een machtigen invloed uit
oefenen en de meening hier is, dat de re
geering te Praag nauwelijks haar toevlucht
had kunnen nemen tot een zoo strengen
maatregel als de afzetting van den
Slovaakschen minister-president, indien
Duitschland niet tenminste stilzwijgend zou
hebben toegestemd. Men gelooft verder, dat
het thans moeilijk zal zijn de federale sa
menwerking tusschen de regeeringen van
Bratislava en Praag te herstellen.
Leden der Slovaaksche regeering
naar Duitschland gevlucht.
Havas meldt uit Brelijn: Het schijnt, dat
verscheidene leden der Slovaaksche regee
ring naar Duitschland zijn gevlucht De
aanwezigheid dezer vroegere regeeringsle-
den maakt het gerucht geloofwaardig, vol
gens hetwelk zij zich tot de Duitsche regee
ring zouden hebben gewend om haar hulp
en bescherming te vragen.
Te Berlijn verklaart men te dien aan
zien geenerlei nadere bijzonderheden te
kunnen geven. Toch verheelt men in wei-
Wij hebben een zeer
groote sorteering
in de nieuwste
modellen en stollen.
MIDDELBURG
(Ingez. Med.)
WEERBERICHT.
Verwachting tot morgenavond:
DE BSLT: meest zwakke veranderlijke
wind, later uit Z. richtingen, afwisselend
bewolkt, later toenemende bewolking; aan
vankelijk droog weer, later wellicht eeni
ge kans op regen, des nachts temperatuur
om het vriespunt tot lichte vorst, overdag
weinig verandering in temperatuur
UKKEL: zwakke veranderlijke wind, over
het algemeen vrij schoon weer, plaatselijk
bewolkt, mist op het einde van den nacht,
hier en daar regen, matige temperatuur
plaatselijk nachtvorst.
Zo 12 Mrt. Zon op: 6 h 20; onder: 17 h
56. Licht op: 18 h 26. Maan op: 1 h 15;
onder 9 h 47.
Ma 13 Mrt. Zon op: 6 h 23; onder: 17 h
58. Licht op: 18 h 28. Maan op: 2 h 07;
onder 10 h 37. N M 21 Mrt.
Hoog- en Laagwater te Vlissingen:
Hoogwater. i.aagwater.
Zondag 12 5.45 18.16 12.19
Maandag 13 6.39 19.17 0.33 13.04
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge:
Hoogwater. Laagwater.
Zondag 12 7.32 20.02 0:55 13.20
Maandag 13 8.20 20.57 1.40 14.07
ingelichte Duitsche kringen niet, dat het
optreden van de Tsjechen tegen Bratisla
va, Duitschland niet onverschillig kan la
ten. Men doet uitkomen, dat Tisso, die
als minister-president is afgezet, onder
handelingen gevoerd heeft tijdens de arbi
trage van Weenen. Men beschuldigt Praag
er van, de aan de andere nationaliteiten
gegeven concessies te willen intrekken en
wijst er op, dat de accoordén van Oc'l -
ber de belofte met zich mee brachten van
zelfbeschikking, niet alleen Voor de Duit
schers, maar ook voor de Hongaren, Slo
vaken en Oekraïners. Bovendien, zoo
voegt men hieraan toe, kan Duitschland
niet met een onverschillig oog onlusten
aan zijn grenzen bezien.
Reuter meldt uit Berlijn: Men meent
gisteravond te weten, dat Hitier zijn naas
te medewerkers bijeengeroepen had voor
een middernachtelijke conferentie in de
rijkskanselarij ter bespreking van de\
nieuwe Tsjecho-Slovaaksche crisis.
De opvatting te Londen,
Reuter meldt uit Londen: De mislukte
putsch der Slovaken, gericht tegen de fe
derale regeering vgn Tsjechoslovakije,
heeft getoond, dat dit land nog niet tot
rust is gekomen na zijn gedeeltelijke ver
minking te Miinchen, aldus heeft gister
een diplomatiek waarnemer alhier ver
klaard. De onderstroomingen van deze
rebellie zijn raadselachtig voor de Euro-
peesche staatslieden, aangezien de meeste
deskundigen aarzelen te gelooven, dat de
putsch een zuiver spontane beweging was,
die voorviel in een deel van Europa, waar
spontane bewegingen, niet langer in de
mode zijn. Ofschoon de Duitsche bladen
de krachtige onderdrukking der Slovaak
sche rebellen afkeuren, moet toch niet
worden aangenomen, dat de Duitsche re
geering hen noodzakelijkerwijze steunt.
Het is opmerkelijk dat Tiso een beroep
gedaan heeft op de Duitsche regeering ten
gunste van de Slovaaksche onafhankelijk
heidsbeweging. De wereld vraagt zich
thans af, wat het antwoord zijn zal. Op
het oogenblik is het moeilj/'. na te gaan,
wat Duitschland zou kunnen hopen te
winnen door een afscheiding der Slovaken
van Tsjechoslovakije,-^ondanks het feit,
dat Tsjechoslovakije zich onlangs niet zoo
dienstbaar getoond heeft als tot dusverre
aan de aanduidingen van Berlijn. Het is
mogelijk, dat de oplossing van de Slovaak
sche beweging van invloed kan zijn op het
tot dusverre niet geregelde lot van Roe-
thenië, dat Hongarije en Polen met den
zegen van Italië gaarne zouden verdeelen.
DUITSCHLAND EN DE OPTIMISTISCHE
ENGELSCHE BESCHOUWINGEN.
Havas meldt uit Berlijn: De Britsche be
schouwingen over een verbetering in den
internationalen toestand (zie 3e blad) en
de mogelijkheden van een accoord ter be
perking van de wapeningen worden in wel
ingelichte Duitsche politieke kringen met
scepticisme beoordeeld. Men zegt, dat het
geen nut heeft van ontwapening te spre
ken, zoolang Engeland en de Vereenigde
Staten niet tot een moreeie en geestelijke
ontwapening" ten aanzien van Duitschland
en de andere totalitaire staten zouden zijn
gekomen. De Duitsche pers komt opnieuw
met het argument, dat het feit, dat aan het
hoofd van democratische regeeringen ver
zoeningsgezinde personen staan, voor
Duitschland geen voldoende waarborg is,
omdat het kan vreezen, dat zij elk oogen
blik door „ophitsers tot oorlog" vervangen
kunnen worden.
