mmmimn. 100% i GENOT 'N TRIOMF VAN SMAAK rWEEJ ELAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSDIE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN ZATERDAG 18 FEBRUARI 1939. No. 42. lm KRilEK va* den DAG. DE TRAGEDIE VAN MAYERLING 1 T c RÏU1 ENT VI S4F IRGI >H INIA Weifelend conjunctuursverloop in de Ver, Staten, I VERZEKERT U ttfif - EN IS 15 ti men elen ft AN i AGIÏ lburtf 7392 wo zhik- Bu- IIIV ïums,- oud- Ilajs- |ihak- 5pste |Hee- 1.40. ^oen- lurg. het |)ezit- jaar lllatie aven- t>r de le- tken, hak. Ikke» pctri- rtstr. niale )ffie- igen. H.H. 7395, ^Tegenstrijdige aspecten van Mfigt Engelsche bewapenings- program, Er ,de laatste dagen weer eenig op- timisi ontstaan over de politieke ontwik- kelinn de naaste toekomst. Het feit, dat Mussai nog steeds aarzelt met de for- mulring van zijn eischen aan Frankrijk en 4 Me roep in Duitschland om rege- lingan het koloniale vraagstuk, eenigs- zinsan het verstommen schijnt, vormen denrAdslag van dit optimisme. Ook acht met® kenden en Parijs, het rumoer, dat in .'Jfaiiaansche en de Duitsche pers is t over de toenadering van Frank- Engeland tot Burgos een gunstig Daaruit zou duidelijk blijken, dat en Berlijn ten zeerste duchten, dat n invloed op Franco zullen verlie- Met oogenblik is moeilijk te zeggen, oeve'rre deze dingen inderdaad opti- ischer verwachtingen vermogen te tvaardigen. Een zekere tijdelijke aar- #ng te Rome en Berlijn beteekent op zelf wel allerminst dat Duitschland .<4 Italië het kruit hunner „dynamische' litiek reeds verschoten zouden hebben et kan ook zijn en zulks blijft de vrees velen in West-Europa dat de hui- /dige stilte de voorbode van een nieuwen politieken storm beteekent, van een storm die minstens zoo erg zal worden, als die in September van het vorige jaar. Veel reëele beteekenis hebben dit Soort van beweringen eigenlijk niet. Al naar ge lang van de mentaliteit des stellers val len ze wit of zwart uit. En aan elk po litiek verschijnsel zitten verschillende as pecten, welke het een zeer wisselend aan zien kunnen geven. Van groote beteekenis in het spel der huidige politieke krachten is zonder den minsten twijfel de Engelsche bewapening Het in het midden dezer week verschenen witboek te dier zake bewijst nog eens ten overvloede, dat de ,Engelsche regeering thans met geweld den achterstand op de totalitaire mogendheden poogt in te ha len. De extra-uitgaven voor de 5-jarige periode (April 1937April 1942) welke oorspronkelijk waren begroot op 400 mil- lioen pond sterling (bijna 3% milliard gulden) zullen worden verdubbeld Onge veer gedeelte daarvan, dus 200 millioen pond sterling is reeds uitgegeven. Met in begrip van de gewone defensie-uitgaven zal er tot het einde van de vijf-jarige pe riode, dus tot 31 Maart 1942 bijna 1200 millioen pond sterling aan de defensie ten koste worden gelegd. In het nieuwe jaar, dat 1 April begint zullen de uitga ven 580 millioen pond sterling bedragen Daarvan zal voorloopig 300 millioen pond sterling door leeningen moeten worden ge vonden. Er is echter voor het oogenblik nog niet aangekondigd dat ook de belas tingen zullen worden verhoogd, zoodat het een open vraag blijft, hoe het resteerende bedrag zal worden gevonden. Vermoedelijk zal men ook daarvoor een beroep op de open markt moeten doen. Het is echter zeer waarschijnlijk, dat de regeering hier omtrent nog geen vastpmlijnde plannen heeft. Voor belastingverhooging lijkt de tijd allerminst gunstig; daarvan zou on getwijfeld een storende invloed op de conjunctuur uitgaan, die zich op het oogen blik toch reeds in dalende lijn beweegt Het gevolg zou zijn een vermindering van de werkelijke inkomsten, zoodat de be lastingverhooging tamelijk fictief zou wor den. Men hecht aan 't Engelsche bewapenings program groote politieke beteekenis: het zou een voorname factor tot behoud van den vre de beteekenen, nademaal de totalitaire mo gendheden geen financieele middelen ge noeg hebben om ten deze tegen Engeland te concurreeren en uit dien hoofde voor een oorlog zullen terugschrikken. Men kan die redeneering onderschrijven, doch mag dan niet over het hoofd zien, dat er ook nog zooiets als een economische kant aan de zaak zit, welke in laatste instantie mis schien zelfs in staat geacht moet worden, de politieke uitwerking er van te neutra liseeren. De toenemende bewapening heeft immers tot gevolg, dat er ook in Engeland een ver schuiving plaats vindt van particuliere on dernemingslust naar de regeeringsorders, een verschijnsel, dat aan de exportpositie van Engeland niet ten goede kan komen. In de vorige crisis heeft het land zich te gen de gevolgen daarvan kunnen wapenen door den val van het Pond en door de ver vanging van den export door afzet in het binnenland. Men zou kunnen opmerken, dat dit thans eveneens het geval is, maar men dient wel onderscheid te maken tus- schen de productie, die tot de welvaart van het land bijdraagt en die zooals met de be wapening het geval is, is ingesteld op ver nietiging. Deze laatste productie kan onder geen omstandigheden tot de welvaart bij dragen. Bovendien kan de export niet, zooals in de crisis het geval was, worden gesteund door de lage valuta en door het terug- loopen van de productiekosten. Om redenen van monetairen aard, dient men thans een zekere stabiliteit van het Pond in het oog te houden, voor zoover zulks althans moge lijk zal blijken. Tenslotte vertoont het prijsniveau reeds sinds lang neiging tot langzaam stijgen, een verschijnsel, dat na tuurlijk eveneens op den duur verlammend werkt op den export. In het kort gezegd: het staat dus te vreezen, dat de Engelsche Uit de memoires van de moeder van Maria Vetsera, over den liefdesroman van Kroonprins Rudolf. 1). INLEIDING. Mayerling, het vroegere jachtslot van kroonprins Rudolf, ligt temidden van het Wienerwald. Vrome zusters, die voor altijd afstand deden van de vreugden dezer we reld, knielden 's avonds en 's morgens op den kouden steenen vloer, om te bidden. Toen zij den sluier aannamen, hadden zij de heilige belofte afgelegd, voor eeuwig te zullen zwijgen. De kamer, waarin Rudolf, erfgenaam van den Oostenrijkschen troon, en zijn geliefde, de nauwelijks zeventien jarige Maria Vetséra, hun laatste uren doorbrachten, is herschapen in een kapel. Links, halverwege de wit marmeren trap, staat het beeld van de Heilige Maagd Ma ria. Beschermend ziet zij neder op de men- schen aan haar voeten, die nog in den ban van het aardsche leven. Het beeld is een geschenk van een andere Moeder, wier le ven ook vol smarten was: keizerin Elisa beth, en de beeldhouwer heeft het madon nabeeld de trekken van Maria Vetséra ge geten. m Thans, nu ik deze aanteekeningen neer schrijf, is het bijna vijftig jaar geleden, dat baron Noposa, intendant van keizerin Elisa beth, op de Weensche hofburcht de treurige tijding bracht, dat men kroonprins Rudolf, bewapening een verdere verslechtering van de conjunctuur zal teweegbrengen en daar uit kunnen dan weer spanningen te voor schijn komen, welke toch nog ont vettende internationale ongelukken bewerk stelligen. Het spreekt vanzelf, dat men dit in de City ook maar al te goed beseft. Wellicht hoopt men daar, dat het tenslotte toch niet noodig zal blijken, dat Groot- Brittannië het geheele reusachtige bewa peningsprogram werkelijk ten uitvoer legt, dat dus over eenigen tijd internationale besprekingen mogelijk zullen blijken, waar bij het vraagstuk der bewapeningsbeper king een nieuwe kans zou krijgen. Dat wa re inderdaad te hopen. Er zal in afzienba- ren tijd een einde moeten komen aan den krankzinnigen bewapeningswedloop! want anders loopt het op een oorlog uit, ook al mag men Engeland's huidige krachtsin spanning nog zoo veelvuldig als een factor tot behoud van den vrede uitleggen. Finantieel economisch weekoverzicht. De vrees voor verwikkelingen in Europa en lage grondstoffenprij- zen oefenen een ongunstigen in vloed uit De Amsterdamsche beurs zeer terughoudend Het rubberrestrictie-percentage on veranderd. De conjunctuur ontwikkeling in Amerika blijft een min of meer weifelend verloop houden. In Januari heeft men nog een ge leidelijke vermindering van de induslrieele bedrijvigheid kunnen waarnemen en uit de automobielindustrie werd gemeld, dat deze bij sommige ondernemingen aan een zekere overproductie leed. Ook meende men in Januari en na de vrij levendige verkoo- pen in December een vermindering van de kleinhandelsomzetten te kunnen waarne men, maar in den allerlaatsten tijd schijnt hierin weer een verbetering te zijn geko men. De bedrijvigheid in de staalindustrie is met eenige procenten teruggeloopen, maar over het geheel bleef deze toch 'nog vrij bevredigend. Zoo maakten de cijfers omtrent de aflevering van de U. S. Steel over Januari geen slechten indruk; zy be droegen ni. 789.000 ton tegen 694.000 in December en 518.000 in Januari 1938. Na een tijdelijke vermindering is er dan ook eenige vraag naar staalwaarden aan den dag getreden. Betrekkelijk bevredigend was het kwartaaldividend van de Chrysler Corp. van 1, zij het ook, dat het dividend lager was dan over het vierde kwartaal 1938 toen 8 1.25. werd uitgekeerd. Het totale dividend over het afgeloopen jaar heeft echter niet meer dan 2 bedragen, zoodat de uitkee- ring over het eerste kwartaal toch wel als een goed begin wordt beschouwd. Uit den aard der,zaak steekt de winst over het af geloopen jaar ongunstig af bij die over 1937, een verschijnsel, dat zich trouwens ook bij de andere maatschappijen voordoet. Er werd nl. 4.32 per aandeel verdiend te gen 11.66 in 1937. Van deze winst werd echter niet minder dan 8 2.79 per aandeel erfgenaam van den Oostenrijkschen troon, dood had gevonden in het jachtslot Mayer ling. Reeds velen hebben over het tragische geheim van Mayerling geschreven, en na mij zullen er ongetwijfeld nog velen over schrijven. Voor den val van de monarchie, heeft men uit eerbied voor de keizerlijke familie steeds geaarzeld met deze publica ties, maar sinds de Habsburgers het reus achtige gebied, waarover zij regeerden, ver loren hebben, kunnen de aanteekeningen, memoires en verdichtsels over Mayerling een geheele bibliotheek vullen. De weinige getuigen uit dien tijd hebben, hetgeen zij wisten, op schrift gesteld. Na derhand is dit uitgebreid tot dikke folian ten, grootendeels gebaseerd op praatjes en geruchten. En nog immer worden daar nieuwe hoofdstukken aan toegevoegd, die hun ontstaan aan de fantasie, aan de lite ratuur en een heel enkele maal aan de poëzie danken. De objectieve geschiedschrijver moet tot de slotsom komen, dat er in de vroege mor genuren van den 30sten Januari 1889, be halve Rudolf en Maria Vetséra, niemand in de kamer was, welke later, op Revel van keizer Franz Joseph, in een kapel herscha pen werd. Van de uren, waarin de doods engel, in donkere gewaden de zielen der gelieven meevoerde, is niemand getuige ge weest. En ook van de gebeurtenissen, die zich, voor en na het drama van Mayerling, in de directe omgeving van Rudolf, den Weenschen Hofburcht en het slotpark Schönbrunn, hebben afgespeeld, weten maar in het vierde kwartaal verdiend, waaruil wel blijkt, dat de bedrijvigheid zich in sterk opwaartsche richting heeft bewogen. Neemt men nu in aanmerking, dat de koers zich omstreeks 76 beweegt, dan kan niet wor den ontkend, dat op de basis van het hui dige dividend het rendement bevredigend is te achten. Dit laatste kan overigens van een groot aantal Amerikaansche aandeelen worden gezegd. Het verschijnsel, dat de beurskoer sen zich niet aan de hoogere dividenden hebben aangepast, moet eensdeels worden verklaard door de vrees voor politieke ver wikkelingen in Europa, anderdeels door de onzekerheid of de conjuctuur zich binnen afzienbaren tijd niet in dalende richting zal gaan bewegen. In het begin van het jaar was men daaromtrent vrij optimistisch ge stemd, maar op het oogenblik is er weer eenige twijfel gerezen. Een belangrijke pijler vóór de industri- eele bedrijvigheid in de Ver. Staten vormt de bouwnijverheid/Déze kan zich nog altijd in een vrij groote levendigheid verheugen en er zijn ook geen teekenen van verslapping merkbaar; eerder mag tegen het voorjaar een verdere opleving worden verwacht. Op dit punt valt er dan ook een sterke afwij king te bespeuren met den toestand in En geland, waar juist in de bouwnijverheid geklaagd wordt over gebrek aan nieuwe werken. Een remmende werking oefenen nog steeds de lage prijzen van de grondstoffen uit. Vooral de positie van de koperindustrie moet in dit verband worden genoemd, daar deze allesbehalve bevredigend is, een ver schijnsel, dat ook tot uitdrukking komt in de koersen voor koperaandeelen. De we reldvoorraden in Januari voor geraffineerd koper zijn verder gestegen en zij bedroegen ian het einde van de maand 480.059 ton te gen 457.168 ton aan het einde van het jaar. De wereldproductie van ruwe koper be droeg in Januari 175,950 tegen vorige maand 195.039 en die van geraffi neerd koper 137,480 tegen 186.384 in De cember.: Juist de omstandigheid,! dat de voorraden gestegen zijn, niettegenstaande de productie is gedaald trekt bijzonder de aandacht en toont aan, dat het verbruik te venschen overlaat, niettegenstaande de omvangrijke bewapeningsplarmen Op onze beurs heeft het publiek zeer wei nig belangstelling voor Amerikaansche waarden getoond, een verschijnsel, dat te meer opmerkelijk is, omdat zooals hierbo ven reeds is opgemerkt, het rendement van Amerikaansche fondsen eerder aanleiding had kunnen geven tot hernieuwde kooplust. Hetzelfde argument zou trouwens ook kun nen gelden voor tal van locale fondsen, waarvan de koersen zich op een niveau be wegen, waarop men deze uit een oogpunt der dividenduitkeeringen aantrekkelijk zou kunnen noemen. Vermoedelijk mag in dit verschijnsel dan ook de verklaring worden gezien, dat niettegenstaande de geringe vraag de markt toch een groote mate van weerstand aan den dag legt. Er komt zeer weinig materiaal ter markt en de techni sche positie is van dien aard, dat bij eenige verbetering van den toestand de koersen al spoedig een sijgende richting zouden volgen. Men sluit echter niet de oogen voor de mo gelijkheid, dat er op politiek gebied nog altijd onaangename verrassingen kunnen komen, die storend op de koersen zouden kunnen werken. In de afdeeling voor in- dustrieele fondsen waren Philips tamelijk gunstig gedisponeerd, niettegenstaande het uitvoercijfer van radio-artikelen in de maand Januari een teruggang te zien gaf, een verschijnsel, dat zich overigens ge woonlijk in die maand voordoet, na de rui me export in December. De achteruitgang is dit jaar minder groot geweest dan verle den jaar. Uit Londen werd gemeld, dat het plan bestaat om de Philipsfabriek te Black burn aanzienlijk uit te breiden. Met den bouw van het nieuwe gedeelte zal onmid dellijk worden begonnen. Tevens werd me degedeeld, dat belangrijke fabricageproces sen, die thans in andere fabrieken in Enge land geschieden, naar Blackburn zullen wor den overgebracht, o.a. de vervaardiging van glas. Het is niet bekend of deze uitbrei ding en verplaatsing eenig verband kunnen houden met bewapeningsorders (optische instrumenten enz.) Onwaarschijnlijk lijkt ons dit overigens niet. In Unilever is de stemming verbeterd, nadat de laatste maanden aanbod, naar men zeide voor rekening van Weensche be langen, die gedwongen waren tot afwikke ling de koers had gedrukt. Er is overi gens geen reden om aan te nemen, dat de gang van zaken bij het Unileverconcern in het afgeloopen jaar belangrijk minder gun stig is geweest dan over 1937. Men dient in aanmerking te nemen, dat de belangen sterk verdeeld zijn en zich niet tot margari ne en vetten beperken. In den oliehoek wa ren aandeelen Koninklijke prijshoudend, niettegenstaande het winstcijfer van de Shell Union Oil, dat een belangrijke ver laging te zien gaf (8 11 millioen tegen in 1937 20.6 millioen) teleurstellend werk te. Wat cultuuraandeelen betreft waren rub berwaarden tamelijk vast na de aankondi ging, dat het restrictiepercentage voor het tweede kwartaal op 50 zal worden ge handhaafd. Er zullen ongetwijfeld produ centen zijn, die een verhooging van het uit- voerpercentage hadden voorzien, omdat de drastische beperking natuurlijk ongunstig inwerkt op den kostprijs. Men gelooft niet in een prijsstijging van eenigen omvang, on danks de handhaving van het percentage en hoewel de prijs van ca 8 d. op zich zelf bevredigend wordt geacht, is deze toch on voldoende bij de bestaande restrictie. Uit een statistisch oogpunt is de toestand ove rigens tamelijk bevredigend, daar de con sumptie zich belangrijk boven de productie beweegt en de voorraden derhalve een ge leidelijke vermindering aantoonen. Hoewel de wereldvoorraden van 430.000 ton vrij omvangrijk schijnen vertegenwoordigen de ze toch niet meer dan ongeveer 5 maan den verbruik. Suikeraandeelen waren ta melijk prijshoudend, later aan den vasten kant. De limiteverlagingen voor Britsch Indië die ten doel hebben aan de Euro- peesche concurrentie het hoofd te bieden zijn later gedeeltelijk ongedaan gemaakt. Op de beleggingsmarkt is zeer weining om gegaan en in de koersen kwam bijna geen verandering. Hieronder volgt een koersoverzicht van de afgeloopen week: 3—3% Nederland 1938 100%, 100%, 100% 3 Ned. Indië 1937 A. 97%, 9898% Koloniale Bank 140, 143, 143% Philips 201, 203, 198%, 203 Billiton nw. aand. 2e rubr. 384, 387, 383%, 384%: Koninklijke 308%, 306%, 308%, 311% A'dam Rubber 198%, 197%, 199 Deli Bat. Rubb. 134%, 138%, 140% H.V.A. 414, 409, 419% Deli Bat. Mij. 210, 207%, 209. Deli Mij. 234%, 223, 230. Senembah 216, 214, 215. H.M. DE KONINGIN NAAR HET LOO. Gistermiddag om 5 uur is H.M. de Ko ningin per auto uit de residentie naar Het Loo vertrokken. GIFTEN VAN DE KONINGIN EN PRINSES JULIANA. Bij het bestuur van den Centralen Bond voor Inwendige Zending en de Christelijke Philantropische Inrichtingen te Amsterdam zijn belangrijke giften ingekomen van H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana. NOG STEEDS: DE KOGELGAATJES, Nog steeds moet min of meer geregeld de Haagsche politic kennis nemen van klachten over kogelgaatjes, welke in rui ten van gebouwen in de binnenstad gevon den worden. Gistermorgen is een winkel ruit van de heerenmodezaak Meddens aan het Spui het slachtoffer van dit hardnek kige vandalisme geworden. Een kogeltje werd in de étalage gevonden. De politie let scherp op de baldadigheid der jeugd. Zoo heeft zij Donderdag een jon ge knaap, die in het bezit was van een licht pistool, wegens overtreding der vuurwapen- wet aangehouden. Eenig verband met de kogelgaatjes-affaire in de binnenstad blijkt deze aanhouding, welke in een der verre buitenwijken geschiedde, intusschen niet te hebben. DE STEUN IN NATURA AAN KLEINE TUINDERS. De Nederlandsche Tuindersbond heeft een schrijven gericht aan den minister van eco nomische zaken, waarin deze organisatie er op wijst, dat door de plotselinge verande ring van de gedeeltelijke uitkeering in na- tura in plaats van contanten voor de kleine B-steuntuinders deze tuinders in groote moeilijkheden zijn geraakt. Bij het doen van de noodzakelijkste be- dryfsinkoopen komen deze tuinders nu voor de moeilijkheid te staan, deze niet te kun nen betalen daar zij voor een groot gedeel te hun steun niet in contanten ontvangen. Is voor de kleine boeren en de kleine tuin ders, vallende onder de bloemisterij, deze maatregel van minder ingrijpenden aard, omdat deze categorieën uit hun bedrijven momenteel nog eenige ontvangsten hebben, voor de kleine groententuinders, die mede door de strenge vorst momenteel absoluut zonder bronnen van inkomsten zijn, is deze veranderde maatregel, doordat deze men- schen vooraf daarop in het geheel niet wa ren voorbereid funest, hoe goed een steun in natura in andere omstandigheden ook voor hen had kunen werken. Daarom verzoekt de Nederlandsche Tuin dersbond den minister, althans dit voorjaar den nieuwen maatregel voor bovengenoem de categorie tuinders ongedaan te maken en de oude steunregeling te laten voortbe staan. AUTOBUS MAAKT LUCHTSPRONG. Eenige gewonden. Vrijdagmorgen omstreeks 7 uur is bij de brug bij de Ronduite op den weg van St. Jansklooster naar Wanneperveen een bus van de firma Stutvoet en Van Dooren, uit Kampen, die 22 tewerkgestelde arbeiders naar de centrale werkverschaffing in het land van Vollenhoven bij Steenwijk vervoer de, door den afsluitboom het omhooggehe- ven brugdek opgereden. Onder het gewicht van de bus zakte de brug naar beneden en door de snelheid vloog de bus door den boom aan den anderen kant van de brug heen, waar zij zwaar bescha digd tot stilstand kwam. Zeven werkloozen en de chauffeur werden gewond. Twee hun ner zijn naar het ziekenhuis te Kampen overgebracht, waar één ter verpleging is opgenomen. De overige inzittenden van het verongelukte voertuig konden ter plaatse door een geneesheer behandeld worden. Zij hadden slechts lichte kwetsuren, veroor zaakt door glasscherven. Later zijn zij met een andere bus naar hun woonplaats ver voerd. De politie van Wanneperveen stelt een onderzoek naar de oorzaak van het gebeur de in. (Jngez. Meded.) zeer weinigen iets af. Van dezen hebben tot nu toe maar twee pei'sonen het zwijgen ge broken: de echtgenoote van graaf Elemér Lónyay, de vroegere kroonprinses Stepha nie, weduwe van Rudolf, en gravin Marie LarischAllersee, dochter van een broer van keizerin Elisabeth en geboren uit een morganatisch huwelijk. Beiden hebben haar memoires gepubliceerd en beiden spreken zij daarin ook van de tragedie van Mayer ling. Maar geen van beide verhalen is ob jectief en onpersoonlijk: de eene wilde de vraag beantwoorden, waarom de man, van wiens galante avonturen geheel Weenen op de hoogte was, het geluk niet in eigen fa miliekring kon vinden, de andere schreef eerder een pleidooi, dan een chronologische opgave der gebeurtenissen. Bratfisch, de koetsier, die den kroonprins en zijn geliefde, behalve op hun vele ritten, ook op hun laatsten rit vergezelde, werd door het Hof naar Amerika gestuurd en kreeg zooveel geld, dat hij zijn belofte om te zwijgen, niet behoefde te verbreken. Keizer Franz Josef sprak met zijn naaste omgeving niet eens over het drama van Mayerling, het was zelfs ten -strengste ver boden, om in zijn nabijheid den naam Ru- dolf te noemen. In de zevenentwintig jaar van het drama van Mayerling tot aan zijn dood toe, heeft hij met geen menseh over zijn zoon gesproken. De kamerdienaar van kroonprins Rudolf, de lakei Loschnek met zijn naam wer den alle liefdesbrieven geadresseerd en hij was de man, die de verschillende kortston dige liefdes van zijn meester door de don kere gangen van den Hofburcht leidde moest voor den prior van het monniken klooster van het Heilige Kruis op den crucifix zweren, dat hij nooit met iemand, zelfs niet met zijn familie, over Rudolf en zijn aangelegenheden zou spreken. Tevens legde hij de gelofte af, tot het eind van zijn leven géén alcohol meer te drinken, zoodat hij ook in een roes geen geheimen kon verraden. In hetzelfde klooster legden ook alle andere bedienden van Mayerling een gelijken eed af, de portier, de huisbe waarder, de lakeien, de kok. En de post directeur van Baden, de politieman, de machinist van den trein, die Rudolf's vriend den graaf Hoyos, op den bewusten morgen van Baden naar Weenen bracht, moesten allen eveneens een dergelijke belofte af leggen. De bedienden van Maria Vetséra beloof den den keizer zeiven op eerewoord, te zullen zwijgen. Geld en onderscheidingen, bedreigingen en kerkerstraffen sloten allen getuigen den mond. Over de middelen, wel ke men hiertoe in hofkringen aanwendde, wist de keizer zelf wel het allerminst. Iedereen heeft men tot stomheid kunnen dwingen. Alleen één mensch heeft zich niet aan het gebod gestoord. De moeder. In de jaren, na het drama van Mayer ling, deed aan het hof al spoedig een ge rucht de ronde: In het uitgestorven paleis van de familie Vetsera, in de Salesianer- gasse, schrijft de dochter van den schat rijken Griekschen bankier Baltazzi, barones Helena Vetsera, achter gesloten deuren en in den diepsten rouw haar memoires. Nog later ging het gerucht, dat deze memoires gereed waren en gedrukt zouden worden 3# boek zou het eenige authentieke ver haal over de tragedie van Mayerling be vatten. Niemand had deze memoires echter ooit gezien en zelfs de allerhoogsten aan het Hof konden zich er niet op beroemen, ze ook maar voor een minuut in handen ge had te hebben. Het manuscript van deze memoires lig' hier voor me, op mijn schrijftafel. Het manuscript is authentiek: ik heb het zelf, gedurende een langen, langen nacht, van het origineel, dat precies 24 uur in mijn be zit was, overgeschreven Hoe ik aan dit origineel kwam, wanneer het geschreven werd, waarom het tot dus ver niet gepubliceerd mocht worden, staat, allemaal in de volgende hoofdstukken. Ik schrijf geen roman en heb als verslag gever geen andere bron, dan het verloren gewaande manuscript, dat ik gevonden neb. De inhoud van dit gedenkschrift staat steeds tusschen aanhalingsteekens, omdat ik er steeds voor gezorgd heb geen zin door te streepen, noch er iets aan toe te voegen. Hetgeen er staat heeft Maria Vetsera's moeder, die in een nacht haar dochter ver loor, zelf met sidderende handen op papier gezet, ver van alle romantiek of het ge praat van de Weensche salons. Wanneer ik deze artikelen-serie 'een re portage-roman noem, doe ik dat, omdat 't gedenkschrift op zichzelve een spannende roman is. qyfj-ixrt—z (WoiOt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 5