Beschaé'gmjjttffij
BINNENLAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURCSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 8 FEBRUARI 1939. N«. 33.
A3QSIEK van den GAG.
Neem een proef
met dit huismiddeltje
SCHADUWEN AAN DE KUST.
tegen verrekte spieren»
ZEELAND.
WALCHEREN.
Chamberlain waarschuwt Italië.
Chamberlain's verklaring in het Lager
huis, dat Frankrijk, als het bedreigd mocht
worden, onvoorwaardelijk en volledig op En-
geland's „samenwerking" kan rekenen, be
vat op zichzelf eigenlijk niets bijzonders.
Verklaringen hl dezen geest werden reeds
herhaaldelijk door Britsche ministers afge
legd en in de democratische wereld onder
stelde eigenlijk niemand, dat Engeland, in
dien er een oorlog zou uitbreken in West-
Europa, Frankrijk niet tehulp zou komen.
Dat wat men Groot-Brittannië's levensbe
lang pleegt te noemen, noodzaakt de Engel-
schen, om in zulk een conflict de zijde van
Frankrijk te kiezen.
Chamberlain's verklaring baarde desal
niettemin opzien. De oorzaak der sensatie is
het karakter er van, dat zijn beteekenis
ontleent aan het tijdstip, waarop ze werd
afgelegd. De Engelsche minister-president
kwam er mee voor den dag op het oogen-
blik, dat in Rome overwogen wordt, hoe de
officieele in het openbaar te stellen eischen
aan Frankrijk, zullen luiden. De verkla
ring was derhalve een na-
drukkelijke waarschuwing
aan Italië. Vergist U niet zoo gaf
Chamberlain aan Mussolini te verstaan
Engeland zal Frankrijk helpen, als het door
Uw eischen in moeilijkheden geraakt; tot
het uiterste, met zijn geheele gewapende
macht.
Waar het in deze zaak op aan komt is de
volgende vraag: Wat bewoog Chamberlain
zoo onverwachts tot het stellen zijner waar
schuwing? Er zijn geen recente gebeurte
nissen aan te wijzen, welke haar klaarblij
kelijk vermogen te motiveeren. In tegen
deel bijna: de anti-Fransche campagne in
de Italiaansche pers is lang zoo scherp niet
meer als eenigen tijd geleden en anti-Fran-
sche betoogingen kwamen in de laatste we
ken zoo goed als niet voor op het Apenijn-
sche schiereiland. Het wil er bij ons echter
moeilijk in, dat Chamberlain zijn verklaring
zonder een bepaalde oorzaak heeft afge
legd. Staatslieden waarschuwen niet, als
daartoe geen reden bestaat, voorzichtige
staatslieden als Chamberlain er een is, wel
allerminst. Misschien zou men eenig ver
band kunnen leggen tusschen de verklaring
en het artikel, dat de „Giornale d'Italia",
Mussolini's lijfblad, Zondag aan de bijeen
komst op Zaterdag avond van den Grooten
Fascistischen Raad te Rome wijdde. De
„Giornale" schreef, naar men zich zal her
inneren, dat de Italiaansche troepen pas
uit Spanje zullen worden teruggetrokken,
als de „rooden" zoowel op het Iberisch
schiereiland als in de omgeving daar
van, volkomen zijn verslagen. Het kan niet
anders, of het blad heeft met die „omge
ving" Frankrijk bedoeld, en dan is de be
teekenis van het artikel maar voor één uit
legging vatbaar: Italië zal zijn troepen in
Spanje houden, totdat Frankrijk zijn (nog
te stellen) eischen heeft ingewilligd. Het is
mogelijk, als gezegd, dat tusschen dit arti
kel en Chamberlain's verklaring verband
bestaat. Maar dan indirect verband, want
Chamberlain is er de man niet naar, om
aan uitlatingen in de pers (tenzij ze na
tuurlijk officieel zijn) veel beteekenis toe
te kennen. Waarschijnlijker lijkt het ons,
dat hij wellicht van den Engelschen ge
zant te Rome inlichtingen ontvangen
heeft, welke de beteekenis, die men aan het
artikel in de „Giornale" toekent, bevesti
gen en dat dan deze inlichtingen hein
feitelijk tot zijn waarschuwing aanzetten.
De Italiaansche zoowel als de Duitsche
pers hebben Chamberlain's verklaring als
onbelangrijk voorgesteld. Blijkbaar mogen
het Duitsche en het Italiaansche volk het
gewicht er van niet beseffen. De Italiaan
sche kranten hebben den laatsten tijd trou
wens voortdurend pogen aan te toonen, dat,
in tegenstelling met de spil RomeBerlijn,
de spil LondenParijs een wrak politiek in
strument zou zijn. Het Italiaansche volk
moest blijkbaar den indruk krijgen, dat
Frankrijk alleen staat, in geval van nood
niet op Engeland zou kunnen rekenen. Het
is daarom wel heel treurig, dat dit volk
thans de eigenlijke beteekenis van Cham
berlain's verklaring wordt onthouden. De
Engelsche minister-president is populair in
Italië. Bij het bezoek, dat hij onlangs met
Halifax aan Rome bracht, bleek zulks maar
al te duidelijk. Blijkbaar vreest Mussolini
dat het Italiaansche volk min of meer re-
belsch zou kunnen worden, indien het nauw
gezet en naar waarheid werd ingelicht over
de verklaring, welke de populaire Brit heeft
afgelegd. Maar dat hij niet nog meer
vreest de afschuwelijke dingen, welke een
volksmisleiding in het leven kan roepen
de „johan maurits van nassau"
naar curasao.
Hr. Ms. kanonneerboot „Johan Maurits
van Nassau", onder bevel van den kapitein
luitenant ter zee p. Kronenberg, is op 6 Fe
bruari van Martinique naar Curagao ver
trokken.
nieuwe dien stkleedin g voor
spoorwegpersoneel.
Naar wij vernemen, heeft de directie der
Nederlandsche Spoorwegen besloten met in
gang van de nieuwe zomerdienstregeling op
15 Mei a.s. de hoofd-conducteurs, conduc
teurs, wagenvoerders en het personeel in
dienst als arbeider-remmer, nieuwe meer
gemoderniseerde en in de praktijk aange
namer te dragen, alsmede duurzamere
dienstkleeding te verschaffen.
De directie ging hierbij uit van het stand
punt, dat niet te zeer afgeweken diende te
worden van de bestaande uniform en dat
de eventueel te maken kosten gedekt zou
den worden door een grootere duurzaam
heid.
De keuze is hierbij gevallen op een diep-
donkerblauwe kamgaren stof, aanmerkelijk
soepeler en lichter dan welke thans ge
bruikt worden. De opstaande stijve kraag
zal plaats maken voor een slappe half op
staande omgeslagen kraag, terwijl de zak
ken zich alleen aan de buitenzijde bevinden.
Het jasje is sterk getailleerd en geeft een
moderner en vlotteren indruk. De petten
zullen niet worden gewijzigd.
De wagenvoerders zullen in de zomer
maanden alleen het voorrecht hebben een
linnen uniform te mogen dragen van de be
kende groene Indische linnen stof, waarbij
de kraag niet half-opstaande, doch geheel
liggend al zijn.
nederlandsche en deensche
boter.
Een antwoord van den minister op
vragen van den heer v. d. Sluis.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
den heer Van der Sluis in verband met hei
verschil tusschen de Nederlandsche en de
Deensche boternoteering heeft de minister
van economische zaken o.a. geantwoord:
De minister deelt de méenmg niet, dat de
naam van de Nederlandsche boter in En
geland een belangrijke wijziging in ongun-
stigen zin heeft ondergaan. Hij is wel van
oordeel, dat datumstempeling, gepaard met
zekere voorschriften inzake den ouderdom
van de te exporteeren boter, er toe zal kun
nen bijdragen den naam van de Nederland
sche boter te verbeteren, maar hij acht het
niet uitgesloten, dat daarmede, althans in
den beginne, finaneieele offers op de En
gelsche markt gepaard zullen gaan.
Aan het voorstel om wederom over te
gaan tot het systeem van restitutie van de
heffing, geldende op den dag van produc
tie, zijn evenzeer bezwaren verbonden als
aan het huidige systeem, waarbij geresti
tueerd wordt de heffing, geldende op den
dag van uitvoer. Aan bedoeld voorstel ligt
ten grondslag de opvatting, dat bij verwe
zenlijking daarvan de mogelijkheid van spe
culatie op hefflngswijzigingen geringer
wordt. Onder het vroegere systeem bestond'
echter evenzeer de mogelijkheid van specu
latie.
Voorts zij er op gewezen, dat de minister
in October jl. te kennen heeft gegeven, dat
in het bedrag der heffing zoo weinig moge
lijk wijziging zal worden gebracht, zulks
juist met de bedoeling speculaties op het be
drag van heffing en toeslag te voorkomen.
Verder zij opgemerkt, dat de invoering
(in November 1937) van het huidige systeem
tot een aanmerkelijke inkrimping van en
bezuiniging op het zuivelsteunapparaat
heeft geleid. Hierdoor kon nl. de controle
op de categorie der boterproducten, voor
zoover deze in verband met de crisismaat
regelen werd uitgeoefend, geheel komen te
vervallen. Ook kwam hierdoor de voorheen
door de boterproducenten ten behoeve van
de zuivelcentrale te voeren administratie
vrijwel geheel te vervallen.
Ongetwijfeld zullen qualiteitsverbeteren-
de maatregelen uitgaande van het onder
rijkstoezicht sFaande zuivel-kwaliteitscon-
trole bureau zooals reeds genomen zijn,
en waarbij ook een datumstempeling en
verbod van uitvoer van boter, ouder dan 3
weken, in overweging is, invloed kunnen
uitoefenen op het prijspeil onzer boter in
Engeland. Het prijsprobleem is evenwel
daarmede allerminst opgelost. Er zijn tal
van andere factoren, die het prijspeil beïn
vloedenTen aanzien van dit vraagstuk
zijn o.m. de volgende punten van betee
kenis:
Naar het Engelsch van
J. Jefferson Farjeon.
51).
HOOFDSTUK XXIX.
Weer op het wrak.
De oude heer Griddle keek lachend in de
onderzoekende oogen van Leonard Sefton.
De oogen van inspecteur Root waren even
eens onderzoekend, maar mijnheer Griddle
was absoluut niet in de war gebracht er
door.
„Wat ik verwachtte te zullen vinden, toen
ik liier aan boord klom?" herhaalde hij.
„H'm. Wat verwachtte u, dat ik verwachtte
te vinden?"
„Als ik het antwoord wist, zou ik de
vraag niet stellen", zei Leonard kortaf.
„Dat treft dan wel ongelukkig, omdat ik
het antwoord ook niet weet", antwoordde
mijnheer Griddle. „Maar op een geheimzin
nig wrak, dat door zoovelen bezocht wordt
op aile mogelijke tijden, mag men toch wel
iets verwachten, is het niet?" Hij schudde
vriendelijk zijn hoofd. „Eén ding kan ik u
echter vertellen ik had nooit verwacht
dynamiet te zullen vinden. Er is genoeg
■om het wrak in de lucht te doen vliegen,
hè. inspecteur?"
Root knikte, terwijl hij de wenkbrauwen
fronste.
„Ja, en iedereen, dfe zich aan boord be
vindt, erbij", antwoordde hij. „Mijnheer
Griddle, u zult mij moeten vergeven indien
ik onbeleefd schijn, maar ik geloof u niet".
„O. dat vergeef ik u", lachte mijnheer
Griddle. „Wij zijn geen van allen op z'n
best op dit uur van den nacht of mor
gen".
„En ik zal u vertellen, waarom ik u niet
geloof", ging de inspecteur voort. „Ik geloof
u niet, omdat ik weet, waarom u filer aan
boord bent gekomen."
„Werkelijk?"
„U wilde u van dat lichaam ontdoen!"
Mijnheer Griddle staarde den inspecteur
aan.
„Wilt u dat nog eens zeggpn?" vroeg hij.
„Kom, kom, mijnheer Griddle", antwoord
de de inspecteur scherp. „Het spel is uit.
Ik kan u verslag uitbrengen van alles wat
'U de laatste twaalf uur hebt uitgevoerd, en
als u denkt, dat u ons nog langer voor den
gek kunt houden, dan hebt u het mis. Mis
schien neusde u hier eens rond aan
boord
Hij hield op en Leonard merkte op, dat
de oude heer zijn ondervrager scherp op
nam.
"Ik wat?" vroeg mijnheer Griddle.
,,U zocht naar iets, hè?" opperde Root.
„Zooals, inspecteur?"
„Bij voorbeeld een of ander bewijs, dat
vernietigd moest worden."
Mijnheer Griddle schudde ernstig het
hoofd.
„Er is zeker genoeg dynamiet op het schip
om elk eventueel bewijs te vernietigen",
merkte hij op, „maar ik kan niet verklaren,
dat ik u begrijp, inspecteur. Als u zich voor
stelt, dat ik de dynamiet aan boord heb ge
bracht, dan kan ik u alleen vragen, waar
om u denkt, dat ik zoo iets uitzonderlijks
zou hebben kunnen doen. Laten we duide
lijk zijn. Word Ik beschouwd om het
scherp te stellen als een die bij den vtj-
a. De Deensche boterproductie is mee
gelijkmatig over het jaar verdeeld dan d
Nederlandsche productie (verschil in zomer
en winterproductie), waardoor Denemar
ken in staat is de Engelsche markt regel
matiger van boter te voorzien;
b. de afzet van Denemarken is reeds vel»-
jaren lang ingesteld op de Engelsche markt
waardoor dit land zich een eigen positie op
deze markt heeft weten te veroveren. Ne
derland daarentegen, welks afzetgebied
voorheen meer op Duitschland was gericht,
is eerst de laatste jaren begonnen belang
rijke hoeveelheden boter naar Engeland uit
te voeren. Nederland bezit dan oop op de
te voeren. Nederland bezit dan ook op de
den zin, zooals de Deensche boter deze
heeft. Het vordert, zooals vanzelf spreekt
eenigen tijd om ook de in hun soort goede
hoedan'gheden van het Nederlandsche pro
duct door den consument te doen waar-
deeren. Onder deze hoedanigheden treden
de voortreffelijke eigenschappen van reuk
en smaak op den voorgrond;
c. de wijze, waarop onze boter wordt af
gezet, vertoont zekere gebreken, welke zoo
wel de aandacht van belanghebbenden als
van den minister hebben.
staatkundig gereformeerde
partij.
Jaarvergadering te Utrecht.
Rede van ds. G. H. Kersten.
Gister is te Utrecht in „Tivoli" de jaar
vergadering der Staatkundig Gereformeer
de Partij gehouden, waarin de voorzitter
der partij, het Tweede Kamerlid ds. G. H.
Kersten, een rede heeft uitgesproken waar
in hij het standpunt der partij onder de
huidige politieke omstandigheden uitvoerig
besprak.
Ds. Kersten betoogde, dat de tijden zoo
wel van maatschappelijk en staatkundig als
geestelijk standpunt bezien, sedert zijn
vroegere jaarreden niet zijn veranderd, ja
zelfs nog banger zijn geworden, ook in ons
eigen land, waarin de eene na den anderen
maatregel faalt. In plaats van te verlich
ten, vermeerderen de regeeringsmaatrege-
len den druk, terwijl de werkloosheid voort-
woedt. Ook de middenstand wordt doodge
drukt en armoede heerscht bij vele winke
liers, kleine bazen en schippers. Met kracht
wordt aangestuurd op een menig bedrijf ten
gronde richtende ordening. Spr. wees hierbij
op de varkens-misère, waarvan èn hande
laars èn slagers èn boeren de dupe zijn ge
worden, alsmede op de maatregelen tegen
de autobussen, welke in sommige gevallen
nog door den rechter konden worden ge
stuit.
Het nationaal vermogen is geweldig ge
slonken, waartegenover de belastingen lood
zwaar drukken. Regeeringsmaatregelen
maken het leven steeds maar duurder, me
de door den verzekeringslast en de crisis
maatregelen en op onverantwoordelijke wij
ze wordt met de rijksfinanciën omgespron
gen.
De regeering heeft zich niet het minste
aangetrokken van den noodkreet door ne
gen vooraanstaande mannen geuit. Van dit
ernstig rapport maakte de minister van fi
nanciën zich in de Kamer met een lachertje
af, omdat hij op den steun dier kamer kon
rekenen. Een maar al te duur leven in
heel het staatsbestel blijft gehandhaafd. In
dit verband oefende spr. critiek op de uit
gaven voor tentoonstellingen, waarvan het
nut voor den handel twijfelachtig is en op
die voor openbare leeszalen, die dag aan
dag de meest Godonteerende en zedenver-
woestende lectuur onder het volk brengen.
Vooral Rome plundert onze publieke kassen.
Vierduizend burgeronderwijzers zouden
plaats vinden, indien niet even zoovele
kloosterlingen jaarlijks ettelijke millioenen
naar de kloosterkassen deden vloeien.
In één woord het is aldus spr. alsof
de regeering den ernst van den toestand
niet zien wil.
Leger en vloot mogen niet worden ver
waarloosd, want het oorlogsgevaar dreigt,
maar de vele millioenen hiervoor benoo-
digd zijn niet te verantwoorden, zoo niet
met kracht op een goedkooper leven wordt
aangestuurd.
Het verzet tegen de crisis-maatregelen
heeft de s.g.p. den haat en smaad van de
anti-revolutionnaire aanbidders van het a£-
maak-systeem op den hals gehaald.
Erger dan de materieele schade noemde
ds. Kersten het geestelijk verval van ons
volk. De coalitie heeft de reformatie ver
loochend en het bewind van dr. Colijn doet
niet anders. Het heet christelijk, zelfs po-
sitief-christelijk, maar al wat waarlijk chris
telijk is, wordt met de voeten getreden. Een
Roomsche politiek wordt gevoerd in het
Geuzenland, waarin Rome van jaar tot jaar
and hoort?"
„Neen, dat niet", viel Leonard hem vlug
in de rede, „maar in zekeren zin worden we
allemaal verdacht, mijnheer Griddle, en de
inspecteur moet dit alles uitzoeken en dat
doet hij op zijn manier. Waarom beschul
digde hij mij een uur geleden van moord?"
„Wel, wel. Derde graad", mompelde mijn
heer Griddle.
„Zoo is het", stemde Root in, daarbij een
waarschuwenden blik van Leonard be
antwoordend. „Mijn werkwijze is zoo, dat ik
ieder verdenk mij zelf incluis en dan
schrap, wie het niet gedaan kan hebben,
om dan zoo geleidelijk het net nauwer toe
te halen. Nu dan. Hoe is de positie? Eén,
we vinden dynamiet aan boord". Hij telde
op zijn vingers af. „Iemand bracht bet hier
om de een of andere reden. We weten niet
wie, noch waarom hij dat deed. Maar mis
schien als we nog wat hier blijven
kunnen we iets leeren".
„Zeer goed mogelijk", stemde mijnheer
Griddle in. „De persoon in kwestie kan aan
boord komen, om Het werkje af te maken".
„Juist, mijnheer. Twee: we vinden u
maar zoo ver zijn we al geweest en of
schoon mijn methode u niet aanstaat, zult
u tenslotte moeten toegeven, dat hij vlug
en juist is. Ik beschouwde u nauwkeurig
toen ik u ondervroeg mijnheer Griddle
en ik ben tevreden".
„Dat is het grootste genoegen, daar ben
ik zeker van", mompelde mijnheer Griddle
droogjes.
„Drie: we vinden een dooden man".
„Ik geloof, dat wij ons die eer mogen ge
ven?" zei Leonard lachend. ..U kunt niet
alles hebben, inspecetur".
onbeschaamder optreedt. Spr. noemde eeni-
ge recente gevallen, waarin Roomsch in-
plaats van Nederlandsch recht is toegepast.
En aan Rome wordt ons land overgeleverd
door anti-revolutionnaire en christelqk-his-
torischen, onder wier bewind Roomsche
rechters zelfs in protestantsche streken
worden benoemd evenals Roomsche profes
soren, assistenten en burgemeesters.
Nog steeds houdt de regeering aan den
dwazen God-negeerenden Volkenbond vast
en mannen als dr. De Geer treden als ver
woede strijders ervoor in het perk. Velen
geven blijk, dat zij gedreven worden door
een afkeer van Duitschland, doch al moet
de s.g.p. het Duitsche systeem uit beginsel
veroordeelen, toch betaamt het met groote
voorzichtigheid te handelen.
De enorme toevloed van vreemdelingen
in ons land verbetert den toestand van ons
volk niet. Bij den drang van verschillende
zijden op de regeering uitgeoefend, om de
grenzen steeds ruimer open te zetten voor
vervolgde Duitsche Joden, is van de zijde
der s.g.p. tot bedachtzaamheid gemaand.
Spr. wees op een dezer dagen versche
nen brochure van dr. Van Lonkhuyzen, die
mede het negatieve standpunt der anti-re-
volutionnairen inzake de roeping der over
heid veroordeelt.
Wat zou er veranderen zoo vroeg spr.
indien in plaats van dr. Colijn, de re-
geeringsmacht aan een liberaal of vrijzin
nig-democraat zou worden opgedragen?
Het wereldgebeuren heeft ons wat te zeg
gen. Rusland's helsche anti-Godpropaganda
en Duitschland's staatsverheerlijking wor
stelen om de wereldmacht. Het Oosten van
Azië dreigt de Europeesch-Amerikaansche
cultuur te overmeesteren. De christelijke
moraal zinkt weg omdat zij de kracht mist
der heilige overtuiging en van het trouw
blijven aan het woord des Heeren. Zelfs
de z.g. christelijke partijen schakelen de
wet Gods uit.
Spr. wees er op, dat de s.g.p. geen ker
kelijke partij is, al heeft zjj gepleit voor
vrijmaking van de Hervormde kerk, die
door mannen als dr. Colijn en mr. De Wilde
wordt afgewezen. Spr. zeide, dat in han
den van de anti-revolutionnairen wel de
belangen van Rome veilig zijn, maar niet
die van Neerland's kerk.
Ds. Kersten eindigde met zijn gehoor aan
te sporen tegen al deze dingen de gelede
ren te sluiten, omdat er niets is wat den
vijand meer verheugt, dan de verdeeldheid
onder degenen die God's woord belijden.
de katholieke democratische
partij wordt vermoedelijk
ontbonden!
De Tijd meldt:
Naar wij vernemen hebben in den loop
van Januari te Amersfoort besprekingen
plaats gehad tusschen eenige leden van de
R.K. Staatspartij en eenige vertegenwoordi
gers van de Katholieke Democratische Par
tij. Aan deze besprekingen, die door oud
minister Marchant werden geleid, namen
van de zijde der R.K. Staatspartij deel
pastoor Hooyman en de heeren dr. Moer
dijk, Nijkamp en Plomp en van de zijde der
K.D.P de heeren prof. Veraart, Bloemkolk,
Houtsma en Waterloo.
Aansluitend aan deze besprekingen heeft
een delegatie der K.D.P. Vrijdag 1.1. een on
derhoud gehad met eenige leden van het
dagelijksch bestuur der R.K. Staatspartij.
Naar wij vernemen heeft het bestuur der
K.D.P. met algemeene stemmen besloten
aan een op 19 Februari a.s. te houden bui
tengewone partijvergadering een voorstel
tot ontbinding van de K.D.P. voor te leg
gen.
oom rijdt zijn twee-jarig
neefje dood.
Te De Koog, is gistermorgen een treurig
ongeluk gebeurd. Een twee-en-half-jarig
jongetje uit het gezin van den heer A. de
Ridder is door een ongelukkige samenloop
van omstandigheden door een auto, welke
werd bestuurd door een oom van het
ventje, overreden. Korten tijd later is het
aan de gevolgen overleden. De oom had
kort tevoren met den kleine gespeeld. Hij
had hem even op den arm genomen en
daarna weer op den grond gezet. Direct
daarop was hij in zijn wagen gestapt en
had daarbij niet opgemerkt, dat het jon
getje achter zijn auto was gaan staan. Dit
werd den kleine noodlottig, want zijn oom
moest enkele meters met zijn wagen ach
teruitrijden met het gevolg, dat de kleine
onder de wielen raakte met het reeds ge
melde gevolg.
„Juist. Dat wil ik ook niet. Maar ik stel
de feiten zooals ik ze vind, niet u. Zoo kan
bijvoorbeeld al iemand anders dezen dooden
man voor u gevonden hebben. In elk geval,
hoeveel menschen dien armen kerel al ge
vonden mogen hebben, niemand weet, wie
hij is, en 't is gek, dat er niets is om zijn
identiteit vast te stellen. Ten slotte als
ik goed begrijp?" vroeg hij aan Leonard.
„Niets", antwoordde Leonard. „Maar u
zult uw eigen onderzoek willen instellen op
uw manier".
„Dat wil ik ook", antwoordde Root, en
knielde bij de zwijgende gestalte neer. „H'm
sommigen van ons hebben toch geen ge
luk, hè? En we weten nooit, wanneer onze
tijd gekomen zal zpn. Waarschijnlijk dacht
deze arme kerel gisteren dat hq hiervan
net zoo ver af was als wij denken, dat
wij af zijn van hetgeen morgen kan ge
beuren".
„Een heel philosoof, inspecteur", merkte
mijnheer Griddle op.
„Je hebt wel een beetje philosofie noo-
dig om te voorkomen dat je uitdroogt bij
dergelijke zaken", antwoordde Root, maar
hij bloosde licht. Mijnheer Griddle's neer
buigende manieren stonden hem niet aan;
en in zijn binnenste was de inspecteur niet
zeer tevreden over de manier waarop hij
handelde in deze zaak. Maar, de duivel hale
dien vent, het was lang geen gemakkelijk
geval. Een duivels geheimzinnige geschiede
nis. Geen lijn in. Vol van dwaze punten hier
en daar, maar niets om aan vast te hou
den
„Hallo daar heb ik wat!" riep Root
plotseling uit.
Leonard en mijnheer Griddle hoge*
Gemakkelijk zeil te maken..
U heeft hiervoor noodig een schoone
ilesch, 85 gram terpentijn en 15 gram
Rheumagic-olie (geconcentreerd). Een 15
grams ileschje Rheumagic-olie kost bij
eiken apotheker of drogist 65 cent, dus
met de terpentijn bent U voor ongeveer
drie kwartjes klaar. Schud de bestand-
deeien goed door elkaar. Bevochtig de
pijnlijke plaatsen ermede, zonder te wrij
ven of te masseeren. De pijn verdwijnt
onmiddellijk. Haal het vandaag nog in
huis en bewaar dit receptje.
tingez. Med.)
woelbcbb.
Op de te Brussel gehouden Internati
onale tentoonstelling van Neerhofdieren
behaalde de heer A. A. Clement, lid van
„Nut en Sport" alhier een eersten prijs met
z\jn Wit Weener ram oud, eigen fok.
Geen belangstelling.
De tegen gisterenavond aangekondigde
voorstelling van het gezelschap Murray
Davola is wegens gebrek aan belangstelling
niet door gegaan. Zij, die entree betaald
hadden, kregen hun geld terug.
AAGTEKERKE. Dinsdagavond vergader
de de Vereeniging tot Chr. Verzorging van
Krankzinnigen in Zeeland, onder voorzit
terschap van den burgemeester. In de vaca
ture wijlen J. Moens werd .tot bestuurslid
gekozen de heer D. W. Overweg, en daar
de heer L. Franke wegens ouderdom niet
meer in aanmerking wenschte te ko
men werd in zijn plaats gekozen de heer J.
Franke. Tot afgevaardigde naar de alge
meene vergadering werd gekozen de heer
J. Jobse. Medegedeeld werd dat op 23 Febr.
a.s. ds. J. G. Panhuise Ned. Herv. predikant
voor de Stichting Vrederust hoopt op te
treden.
ARNEMUIDEN. Dinsdagavond werd on
der voorzitterschap van den heer A. Buijs
de 40ste jaarvergadering gehouden van de
muziekvereeniging „Arne's Genoegen". Na
eenige bespreking werden de diverse jaar
verslagen goedgekeurd. Uit het jaarver
slag van den penningmeester bleek, dat in
1938 meer uitgegeven dan ontvangen werd.
Het aftredend bestuurslid A. Buijs Az. werd
herkozen, terwijl de heer J. P. Israël we
gens vertrek naar Driewegen zich niet
meer herkiesbaar stelde. Daar het bestuur
toch nog uit voldoende personen bestaat
werd deze vacature en een reeds bestaan
de vacature niet meer vervuld. Tot voor
zitter werd thans gekozen dokter P. de
Haas.
Door 2 solisten en een duet zal aan het
solistenconcours worden deelgenomen. Be
sloten werd op 1 en 3 Maart sus. een uit
voering te geven in de zasd van den heer
Hameling. De eerste avond voor de leden
en hun introducees en gehuwde donateurs,
de tweede voor de ongehuwden en beta-
lenden.
Bij de rondvraag stelde zich een. lid be
schikbaar als bode, besproken werd een
tentuitbreiding, terwijl een lid voorstelde
zooveel mogelijk muziek van Nederlandsche
componisten te gebruiken.
OP ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN!
Vt««UA
(In&ez.
nieuwsgierig naar voren.
„Wat is er?" vroeg Leonard.
„Initialen op zijn ondergoed", antwoord
de de inspecteur. „W W hier, breng
het licht een beetje dichterbij O, dankje
wel, zoo gaat het beterW. T. N."
„W. T. N.", herhaalde Leonard langzaam-
„Ja, dat is het. W. T. N. Wat beteekent
dat, vraag ik me af?"
„W. T. N.", mompelde Leonard. „Dat is
gek! W. T. N."
„Wat is gek?" vroeg Root.
„Wei die initialen komen mij bekend
voor. Ik zou durven zweren, dat ik ze al
eerder gezien heb".
„Weet je het zeker? Span je hersens eens
in en vertel me dan waar?"
„Dat probeer ik al".
„En u mijnheer Griddle", vroeg Root,
terwijl hij zich tot Griddle wendde. „Her
kent u de initialen?"
„Nee, natuurlijk niet", antwoordde mijn
heer Griddle. „Maar als mijnheer Sefton ze
herkent, dan moet hij den man tocfe ook
kennen.
„Neen, dat hebt u mis, mijnheer", zei
Root, zijn hoofd schuddend. „Ik kam u bh"
voorbeeld vertellen wat G. B. S. of H. G. W.
beteekent maar ik heb nog nooit G. B.
Shaw of H. G. Wells gezien".
„Maar u zoudt Shaw kennen als u hem
zag?"
„Ja. Maar Wells zou ik niet kenne». 35n>
mijnheer Sefton, hebt u al geluk gebad?"
„Neen", antwoordde Sefton. ,,'t ZnE nae
dadelijk wel invallen. Dapr ben ik swfcer
(Worét wnKgW'