SCHEEPJESm zeeland. KRONIEK m den DAR. RECHTSZAKEN. Voor beter breiwerk betere wol, dus: TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 20 JANUARI 1939. No. 17. SCHADUWEN AAN DE KUST. MIDDELBURG. 2UIDBEVELAND. ZEEUWSCH-VLAANDEREN W.D. De werkloosheid in de wereld. Dezer dagen heeft het Internationale Ar beidsbureau te Genèvè zijn traditioneele driemaandelijksche overzicht over de werk loosheid in de wereld weder openbaar ge maakt. Dit overzicht betreft dus de maan den October, November en December van het vorig jaar. Een uittreksel er uit vonden wij in de N.R.C., aan welk uittreksel wü hier het een en ander ontleenen. De cijfers doen zien, dat de economische bedrijvigheid zich in het laatste kwartaal van het pas verstreken jaar nog niet geheel hersteld had van de inzinking, die zij den vorigen winter en het jongste voorjaar te ondergaan had. De cijfers zijn voor de mees te landen dan ook ongunstiger dan die van een jaar geleden op het dienovereenkom stige tijdstip, doch anderzijds over het alge meen weer gunstiger dan gedurende het 3e kwartaal van 1938. Het aantal werkloozen was de drie laat ste maanden grooter dan een jaar geleden in 14 van de 24 staten, waarover het inter nationale arbeidsbureau ditmaal gegevens verstrekt. Een stijging van het aantal werk loozen moest worden vastgesteld voor Australië, België, Canada, Chili, Engeland, Estland, Finland, Frankrijk, Hongarije, Li- tauen, Noorwegen, de Vereenigde Staten, Zweden en Zwitserland. De landen, waar de werkloosheid in het laatste kwartaal van 193S minder ernstig was dan op hetzelfde tijdstip van 1937, zijn Dantzig, Denemarken, Duitschland, Ierland, Japan, Nederland, Nieuw-Zeeland, Po len, Roemenië en Tsjechoslovakije, waarbij echter volledigheidshalve op te merken is, dat voor dit laatste land uit begrijpelijke gronden Augustus als tijdstip van verge lijking moest genomen worden. In de 24 landen -tezamen bedroeg het aan tal werkloozen schattingsgewijze in het laat ste kwartaal 1938 ruim 1314 millioen, tegen over 10.738.000 op het dienovereenkomstige tijdstip van 1937. Het aantal werkloozen is dus in het tijdvak van October 1937 tot October 1938 met ongeveer 2% millioen ge stegen .Bij het beschouwen van dit hooge cijfer bedenke men echter, dat de driemaan delijksche werkloosheidsstatistiek, die begin October door het Internationale arbeidsbu reau werd openbaar gemaakt, leerde, dat het aantal werkloozen in het tijdvak van Juli 1937 tot Juli 1938 met bijna 4 millioen was toegenomen. Dat wij dus thans weder in een herstel periode leven, blijkt echter ook uit een ver gelijking van het aantal werkloozen in de landen, waaromtrent het Internationale Ar beidsbureau cijfers te zijner beschikking heeft, in October en in Juli 1938. Het aan tal werkloozen, dat volgens de op 1 October beschikbare en grootendeels op Juli 1938 betrekking hebbende cijfers toen 15.200.000 bedroeg, is volgens de thans beschikbare cijfers van drie maanden later, die grooten deels October 1938 betroffen, tot 13.268.000, dus met bijna 2 millioen, verminderd. Beziet men de werkloosheidscijfers dezer 24 staten afzonderlijk, dan bemerkt men, dat de toeneming van de werkloosheid in| het tijdvak October 1937October 1938 ver reweg het sterkst is geweest in de Ver eenigde Staten, waar deze van 6(4 millioen in October 1937 tot ruim 9 millioen in Oc tober 1938 gestegen is. Groote veranderingen deden zich even eens voor in Engeland, waar de werkloos heid toenam van 1% millioen tot 1.880.000, en in Duitschland, waar zij daarentegen van 750.000 tot 288.000 verminderde. Zooals ieder kwartaal, heeft het Inter nationale arbeidsbureau ook thans weder, naast de cijfers over het aantal werkloo zen, gegevens openbaar gemaakt over de verhouding van het aantal werkhebbenden in de verschillende landen tot het aantal werkhebbenden in het jaar 1929. Deze ge gevens hebben betrekking op 22 staten, die geenszins dezelfde zijn als die, waarop de werkloosheidscijfers betrekking hebben. Zoo vindt men gegevens over het aantal werk hebbenden in Italië, Letland, Luxemburg, Zuid-Afrika en Zuid-Slavië, terwijl daaren tegen de mededeelingen over Chili, Dantzig, Denemarken, Ierland, Litauen, Nieuw-Zee land en Roemenië hier ontbreken. Voor me nig land hebben de vergelijkingscijfers tus- schen den toestand in 1938 en dien in 1937 nog slechts betrekking op September of zelfs eerst Augustus. In de meeste dezer 22 staten was het aan tal werkhebbenden iets toegenomen. Ver minderd was het daarentegen in de vol gende 9 landen: België, Canada, Engeland, Estland, Finland, Luxemburg, de Vereenig de Staten, Zweden en Zwitserland. Ten aanzien van enkele landen doet zich Naar het Engelsch van J. Jefferson Farjeon. 35. „Een baard", mompelde mijnheer Griddle „Een baard". Hij wachtte even. „Wat vooi een baard? Hebt u de kleur kunnen zien?" „Ik kon niet anders opmerken, dan wat ik u verteld heb," antwoordde Leonard, terwijl hij den ouden heer nog steeds gade sloeg. „Nu, dat is dan het slot", riep mijnheer Griddle plotseling uit. „Wel te rusten. Tot het ontbijt dus tenzij ik mij verslaap". „Of dat wij het doen", gaf Leonard te rug, en de oude heer ging lachend zijn ka mer binnen. Napoleon keek vragend naar Leonard. „Heb je me heusch noodig?" vroeg hij zachtjes. Leonard knikte, opende zijn slaapkamer deur en duwde zijn helper in den nood naar binnen. „Vannacht zul je niet kunnen slapen, ouwe jongen", fluisterde hij, terwijl hij hem naar dien kant van de kamer leidde, die het verst van mijnheer Griddle's kamer ver wijderd was. „En ik ook niet". „Wat heerlijk", antwoordde 'Napoleon. „Wat gaan we doen?" „Ik ga naar de politie en jij zult hier in deze kamer moeten blijven, met de deur dicht en je ooren wijd open. Je zult dienst doen als nachtwaker totdat ik terug kom". hier de schijnbare tegenstrijdigheid voor, dat zoowel het aantal werkloozen als het aantal werkhebbenden is toegenomen. Dit moet, zooals het Internationale arbeidsbu reau van oordeel is, hieraan worden toe geschreven, dat het aantal werkzoekenden, vooral door de vermeerdering van het aan tal jeugdige arbeidskrachten, in zoodanige mate is toegenomen, dat ondanks een ver meerdering van het aantal werkhebbenden toch ook nog het aantal werkloozen ver groot is. Dit is het geval in Australië, Frankrijk, Hongarije en Noorwegen. Het aantal werkhebbenden was in de maanden van 1938, waarop deze statistieken betrekking hebben, grooter dan in dezelfde maand van 1929: in Estland (145,8 tegen over 100 in 1929), Japan (142,9), Zuid-Afri ka (137,6), Zuid-Slavië (125,1), Letland (124,7), Australië (124,4), Zweden (119,3), Duitschland 115), Hongarije (114,5), Italië (113,5, Engeland (111,5), Noorwegen (111), Finland (107,7) en Polen (104,6). Daarentegen was het aantal werkhebben den nog beneden het peil van 1929 gebleven in Tsjechoslovakije (97,6), Canada (96,1), België (85,6), de Vereenigde Staten (84,4), Nederland (83,1), Frankrijk (81,6), Zwitserland (78,6), en ten slotte Luxemburg (76,5). Amerika, dat bij de vorige driemaande lijksche opgave geheel onderdaan stond met een aantal werkhebbenden, dat slechts 73 pet. van het aantal in 1929 uitmaakte, heeft zich in drie maanden tijds dus reeds aardig naar boven gewerkt. Van de 9 staten, die reeds sinds enkele jaren de minderheid vormen met een lager aantal werkhebbenden dan in 1929, heeft zich eindeljjk Polen thans weten los te ma ken. Voor het eerst sinds langen tijd heeft Polen, wat het aantal werkhebbenden be treft, het peil van 1929 weder overschre den. GEWESTELIJKE LANDSTORMCOMMISSIE. Jaarverslag 1938. Aan het jaarverslag over 1938 der ge westelijke landstormcommissie „Zeeland" ontleenen we het volgende: In het begin van het jaar deed de Com missaris der Koningin jhr. mr. J. W. Quar- les van Ufford den Zeeuwschen Landstorm de buitengewoon groote eer aan het eere voorzitterschap der Gewestelijke Land stormcommissie te aanvaarden. De Commissie is thans als volgt samenge steld: jhr. mr. J. W. Quarles van Ufford, eere- Voorzitter, Middelburg; H. Bierman, voor zitter, Middelburg, jhr. mr. J. Schuurbeque- Boeije, vice-voorzitter, Zieriksee, J. G. Eck- hardt, secretaris, Goes, P. Wisse, penning meester, Sint-Laurens; J. H. W. Bruins, Commandant van het Korps, Bergen op Zoom, mr. P. H. W. F. Teilegen, lid, Ter- neuzen, B. A. Th. M. Truffino, lid, Hulst, J. M. Slegt, lid, Goes. J. Padmos, lid, Dui- vendijke, W. Moelker, lid, Tolen, mr. J. J. Heijse, lid, Middelburg, jhr. P. J. Boo- gaert, lid, Middelburg. J. L. Buissing, lid, Vlissingen. Adr. van der Have, lid Kapelle. L. J. Geelhoedt, lid, Terneuzen. P. J. Rops, lid, Hulst. J. Mijs, lid, Oostburg. J. E. van den Broek, lid, Zieriksee. J. C. Persant Snoep, distr. commandant motordienst afd. Zeeland, Kapelle. In den loop van het jaar 1938 werden 163 vrijwilligers geworven terwijl vier of ficieren als lid toetraden. De sterkte van den eersten ban bedraagt thans 2865, die van den tweeden ban 493. Het aantal aangesloten officieren be draagt thans 67. Dit aantal bleef gelijk. Ondanks het toe treden van vier officieren ging de sterkte niet vooruit, omdat een aantal officieren zich metterwoon buiten Zeeland vestigde, en alzoo overgeschreven werden naar een ander korps. Tegen overschrijvingen uit een ander verband stonden ook weer over schrijvingen naar een ander korps, zoodat ook dit geen aanwas tengevolge had. Twee officieren overleden: kap. L. T. B. Brand en It. L. Peute. Hoewel 163 vrijwilligers werden gewor ven vermeerderde het aantal vrijwilligers toch maar met 56. Dit is te wijten aan de volgende feiten: a. Er werd aan veel meer vrijwilligers dan verleden jaar eervol ontslag verleend wegens het bereiken van den vastgestelden leeftijd. b. Vele jonge vrijwilligers gingen een vrij willige verbintenis aan, hetzij bij de Ko loniale reserve, bij de Marine, hetzij als ca- „Uitstekend alles wat je wilt", zei Na poleon. „Maar luister eens, sluiten nacht wakers zich werkelijk op in hun kamer?" „Neen, maar jij wel, omdat mijnheer Griddle nieuwsgierig zou kunnen worden, als je het niet deed, en het is jouw taak om mijnheer Griddle te laten denken dat jij „mijn persoon" bent. Als hij klopt, snurk dan. Maar als je hem dan niet naar zijn kamer hoort teruggaan, zul je hem moe ten volgen". „Ik snap het", knipoogde Napoleon. „Ik zit hier om te luisteren naar sluipende ge luiden en naar noodkreten. Weet je zeker, dat je mij niet naar de politie wilt laten gaan en dat je zelf hier blijft om nachtwa ker te spelen?" „Dat weet ik zeker", lachte Leonard. „Wees er niet boos om. Er schijnt niets te zullen gebeuren, maar iemand moet de wacht houden in geval er iets mocht ge beuren en die iemand ben jij!" Vijf minuten later stond Napoleon op, ging naar de deur en opende die. „Slaap wel, kerel", zei hij luid. ..Ik kan je sigaretten niet erg bewonderen, maar dat doet er niet toe, toch wel bedankt. Droom lekker". „Insgelijks. Slaap wel", antwoordde Leo nard. Toen sloop Napoleon weer de kamer in en Leonard ging er uit, terwijl zijn voet stappen door de gang klonken toen Napo- lieon de sleutel omdraaide en zichzelf op sloot. W pitulant of bij Militaire Politie en Maio chaussee. c. Het gewone verschijnsel voor Zeeland; er is geen toewas van bevolking, wat ook eenigszins bij de werving valt op te mer ken. Vele jonge menschen verlaten Zee land. d. Door een scherpe controle, door het re- organiseeren van enkele afdeelingen, die slechts nog maar op papier aanwezig wa ren, bleek, dat tal van landstormers, die nog geregistreerd stonden, vertrokken wa ren naar andere provincies of naar het bui tenland, of zelfs heelemaal niet meer be stonden. (Van een dezer afdeelingen „het zijn gelukkig hooge uitzonderingen" was dit aantal zelfs 14). Thans is de registratie zui ver, en kloppen de getallen met de werke lijkheid. e. De lichting, die anders om dezen tijd reeds thuis is, komt eerst in Febr. a.s. met groot-verlof, door den verlengden dienst tijd, terwijl de werving onder de lichting, die in October thuis is gekomen, voor zoo ver niet reeds in de militaire tehuizen is geschied, eerst in dit seizoen plaats heeft. Het gewest telt thans 111 afdeelingen. Er kwamen geen nieuwe afdeelingen in het afgeloopen jaar bij. Sterbtecijfers der laatste jaren. 1 Jan. 1933 2984 landstormers. 1 Jan. 1934 2919 landstormers. 1 Jan. 1935 3150 land stormers. 1 Jan. 1936 3161 landstormers. 1 Jan. 1937 3184 landstormers. 1 Jan. 1938 3302 landstormers. 1 Jan. 1939 3358 land stormers zonder de leden van motordienst en vaartuigendienst. Met deze mede zou dit getal nog met een ongeveer 700 landstor mers vermeerderd worden. Er zijn 21 gewestelijke commissieleden, 97 plaatselijke leiders, 363 plaatselijke com missie leden. Totaal dus 481 leden. Werkkamp voor jeugdige werkloozen. Het Prov. Comité in Zeeland van de Centrale voor werkloozenzorg deed aan de plaatselijke comité's een circulaire toeko men, waarin medegedeeld werd, dat het nieuwe werkkamp te Chaam 6 Februari zal aanvangen. Aan dit kamp mogen die jeugdige werkloozen deelnemen welke 16 jaren zijn en den leeftijd van 25 jaar nog niet hebben bereikt. In verband met de nieuwe regeling van het Departement van Sociale zaken mag iedere deelnemer maar een kamp mede maken in één kalenderjaar. Het kamp zal 9 weken duren. De deelne mers ontvangen een vergoeding van 1.75 per week. Aanmelding voor deelname moet voor 28 Januari geschieden bij den secretaris van het Prov. Comité, den heer J. Lorier te Middelburg. Wijziging benoemingsbesluit. In de vergadering van den Raad van 14 December is de heer J. H. Buising benoemd tot leeraar in vasten dienst in vaktheorie en -teekenen aan zetters aan de Avond school voor N.O.. Naar aanleiding van een opmerking van den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen stellen B. en W. voor na der te bepalen, dat de heer Buising be noemd is tot leeraar in vasten dienst in de vaktheorie en tot tijdelijk leeraar in het vakteekenen voor den cursus 1 October 1938—lOctober 1939. Eervol ontslag. B. en W. stellen den Raad voor eerval ontslag te verleenen overeenkomstig diens verzoek aan ir. J. P. Corver als tijdelijk leeraar in natuurkunde en werktuigkunde aan de Avondschool voor N.O. met ingang van 1 Februari. Ofschoon hunne bezwaren tegen een der gelijk overhaast vertrek van een leerkracht niet gering zijn, gelet op de moeilijkheden en de stoornis voor het onderwijs als zooda nig, zoo willen zij toch ten slotte een mooie promotie van betrokkene in zijn hoofdbe trekking niet in den weg staan, te meer, waar ook de Koninklijke Maatschappij „de Schelde" te Vlissingen daaraan hare on misbare medewerking heeft verleend. Leeraar Gymnasium. Ter definitieve voorziening in de vacatu redr. H. A. W. van der Vecht als leeraar in Nederlandsch en geschiedenis aan het Gymnasium beveelt het College van Curatoren niet alphabetisch aan: 1. dr. E. Cohen, conrector van het Gym nasium en leeraar aan de R.H.B.S. te Go- rinchem en 2. M. J. F. Robijns, thans tijde lijk in de vacature werkzaam en wonende alhier. De benoeming willen B. en W. doen ingaan op 1 September a.s., als eerstge noemde benoemd wordt en 1 Maart als op den tweede de keuze valt. HOOFDSTUK XX. Entree van mijnheer Root. Detectieve-inspecteur Root had een goed inzicht in eigen capaciteiten. „Wat heeft het voor zin anderen op te werken, tenzij je jezelf ook kunt opwerxen?" vroeg hij. Hij weigerde te gelooven, dat hij de be kwaamheid bezat om eenmaal „de groote speurder" van Scotland Yard te worden, terwijl hij ook weigerde de vele goede deug den, die hij bezat, te miskennen. Hij was bij voorbeeld een speurder en hij wist dat hij dat was. Een paar van zijn ergste fouten had hij gemaakt, omdat hij te ernstig ge speurd had. Hij was ook origineel. Dat was meer dan eens de oorzaak geweest van zijn falen want hoe we ook mogen denken over de ouderwetsche methoden van de politie, gewoonlijk zijn zij de besten op den langen duur, en de origineele detective moet geïnspireerd worden om betere resul taten te verkrijgen dan degenen die zich hielden aan de oude officieele methode. Root was geen genie. Toch klampte hfi zich vast aan originaliteit. Terwijl hij een speurder, een strever was, streefde hij er naar het genie te worden, dat er eens de oorzaak van zou zijn dat zijn originaliteit goede vruchten zou dragen. Maar zijn grootste deugd was volharding. Hij trok bij alles zijn jas uit en werkte ge lijk een slaaf. Geen van zijn gebreken kon ooit toegeschreven worden aan gebrek aan inspanning. Zoo gebeurde het, dat, toen Leonard Sef- ton na een wandeling van vijf kilometer, HANSWEERD. De lading stukgoed van het gisteren gemelde motorschip „Wilcor" is overgeslagen in het motorschip „Ver andering" dat inmiddels met de lading naar Antwerpen is vertrokken. De „Wilcor" wordt met een noodreparatie gedicht en naar Rotterdam gebracht alwaar men de schade zal repareeren. HEINKENSZAND. Op de Donderdag al hier gehouden vergadering van de geiten- fokvereeniging waren van de 90 leden 21 aanwezig. Naar de jaarvergadering van de Provinciale vereeniging werden aangewe zen de heeren M. Hannewijk en J. Geijs. Uit het verslag van den penningmeester bleek dat de inkomsten hadden bedragen 67, de uitgaven 53, goed slot 14. Door de heeren De Jonge qn Van de Reepe werd verslag uitgebracht resp. van de vergade ring der Provinciale vereeniging en van den kring Goes. Als bokkenhoudster werd weder benoemd mej. de Wed. L. Traas. In 1939 hoopt de vereeniging weer een geiten keuring te houden. Woensdagavond vergaderde het mus- schengilde alhier. Aanwezig waren 24 leden. In totaal waren ingeleverd 8009 musschen, waarvan 2093 door- den heer J. Wirtz, wien daarvoor een premie van 9 werd uitbe taald. Aan hen, die vervolgens de hoogste aantallen hadden ingeleverd, werden 7 pre- miën uitbetaald. De inkomsten over '38 had den bedragen 84, de uitgaven 74, goed slot 10. De aftredende bestuursleden wer den herkozen. De vergadering werd beslo ten met een gezellig samenzijn. NISSE. Woensdagavond j.l. werd door de pl. afdeeling van het Groene Kruis alhier in de openbare school een filmavond gege ven. De belangstelling was zeer groot. De film had betrekking op den werkkring en de werkzaamheden die door de verpleeg sters, verbonden aan het Groene Kruis, in ons land werden verricht. In stilte werd al les met aandacht op het doek gevolgd. Al len keerden zeer voldaan huiswaarts. GROEDE. Op 18 Januari werd alhier een vergadering gehouden van den B.V.L. De opkomst was zeer groot. De voorzitter bur gemeester Wagtho zeide, dat hij jaren reeds de vergaderingen van den B.V.L. te Groede heeft geleid, maar dat het nog nooit zoo druk geweest was als dezen avond. Hij sprak de hoop uit, dat dit zoo zal blijven. Besloten werd, om een vaandel aan te schaffen. Reeds is een ontwerp gemaakt, doch dit zal eenige wijzigingen behoeven. In plaats van twee leeuwen zonder meer, zal het. vaandel het wapen van Groede bevat ten, terwijl de figuur van den landstormer er ook in zal worden opgenomen. Te? ver krijging van de noodige gelden zullen ren- telooze aandeeltjes van 2.50 worden uit gegeven. Telken jare zal de afdeeling er en kele van uitlooten naar rato van het batig saldo in de plaatselijke kas. De heer Eckhardt uit Goes hield daarna een lezing met lichtbeelden. Hij wekte de aanwezigen op tot trouw aan den B.V.L. I)r. Jongsma vertoonde nog een film over de feestelijkheden van September van het- vorige jaar, waarna de voorzitter dezen mooien avond sloot. SCHOONDIJKE. Op het groote nationale solistenconcours, uitgeschreven door de harmonie „Opwaarts" te Tilburg en gehou den op 14 en 15 Januari j.l., behaalde onze dorpsgenoot de heer Jan de Zwart Wz in de superieuren afdeeling op B-clarinet met „Brillantes Variations sur le Carnaval de Venise" van Paul Jeanjean een eersten prijs (96 p.), met lof der jury. WATERLAND KERKJE. Woensdagavond hield de varkensassurantie Eendracht maakt Macht haar algemeene vergadering in het lokaal van Z. Versprille. Uit de re kening en verantwoording van den pen ningmeester bleek, dat in 1938 was ont vangen 159, uitgegeven 200, nadeelig slot van 41. Het kasgeld bedroeg 67, waarvan het nadeelig slot werd bij betaald. Ondanks het nadeelig slot, kan de ver eeniging op een goed jaar terugzien, ge zien hét spaarbankboekje, groot 1436 De vereeniging telt 75 leden, 43 waren aanwezig, 37 varkens werden aangegeven. Het -uit te betalen bedrag per kilo aan gestorven varkens bedraagt voor het eer ste halfjaar 1939 50 cent per kg. De af tredende bestuursleden F. van de Berge en C. Z. Vérheijë werden by acclamatie her kozen. Aan de Aeer Yntema, veearts te Oostburg was in 1938 51 uitbetaald voor het inenten van varkens tegen de vlek ziekte. aan de deur klopte van de kleine politie post te Craverley, hij niet alleen inspecteur Root thuis vond, maar dat hij ook onmid dellijk diens belangstelling wist op te wek ken. Om er rond voor uit te komen, de in specteur was juist bezig met, wat hij be schreef als het „Zeemeermin-mysterie", toen zijn bezoeker kwam. „Is er iets nieuws te vertellen over die verdwijning van mijnheer Fyne?" riep hij uit, toen Leonard in het kort het doel van zijn komst had uitgelegd. „Nu ik heb alle tijd voor u beschikbaar. Dat is het werk waar ik van houd". „U bent er zelf nog niet erg mee opge schoten, is 't wel?" vroeg Leonard. „Dat schikt nog al. Ik kan op 't oogen- blik spreken of niet. Maar ik geef nooit mijn vertrouwen aan iemand, tenzij ik weet wat hij waard is, en dat doe ik zeker niet binnen een minuut". Leonard lachte, en vond dat, hij zelf veel met dezen man gemeen had. „Uitstekend, ik zal eerst vertellen", zei hij, terwijl hij ging zitten in den stoel, dien de inspecteur hem aanweesen ik hoop, dat ik het waard zal zijn, om daarna nog het een en ander met u te bespreken. Ik heb eenige aardige dingen om uit te wis selen", voegde hij er aan toe. „Neen, te vertellen, niet uit te wisselen", corrigeerde Root. „Ik werk op vrijwillige grondslag. In dit Zeemeermin-geval help ik die ongelukkige juffrouw Fyne, die de lei ding van 't hotel heeft en als u 't zelfde doel beoogt, wel, dan kunnen we samen- WED. D. S. VAN SCHUPPEN - VEENENDAAt "cfo töoUpocialLtfim (Ingez. Med.) Met vuur werken op daken. Nadat in Augustus 1937 de rechtbank te Rotterdam in hooger beroep een loodgieter had vrijgesproken, die met een voor dit doel gemaakt petroleumtoestel, met be hoorlijke afscherming, op een dak werk zaamheden had verricht, is te Middelburg in November jl. tegen een loodgietersknecht proces-verbaal opgemaakt, toen deze op 'n dak van een woning aan het Noordbolwerk werkzaamheden verrichtte, waarbij hij zulk een toestel gebruikte. Deze zaak werd nu voor den kantonrech ter te Middelburg behandeld, waarbij het O.M. verschillende deskundigen had gedag vaard. De ambtenaar van het O.M., mr. B. J. Besier, achtte het gepleegde feit strafbaar en eischte tegen den loodgieter, die order tot. deze wijze van werken had gegeven een boete van 10 of 10 dagen hechtenis. De verdediger, mr. E. A. Kan, uit Den Haag, pleitte vrijspraak. De kantonrechter mr. J. Moolenburgh zal schriftelijk vonnis wijzen. DE OPLICHTING VAN EEN OUDE DAME TE GINNEKEN. Beide verdachten staan terecht. Gisteren is door de rechtbank te Breda behandeld de geruchtmakende zaak van een tweetal geraffineerde oplichters, die kans hebben gezien de bejaarde mej. J. P. C. Kessler te Ginneken, een groot bedrag aan geld afhandig te maken. De eerste berichten maakten melding van een bedrag van honderd tachtigduizend gulden, dat op allerlei slinksche manieren zou zijn verkregen. De beide oplichters, C. H. F. A. Dreyer, van beroep mijnbouwkundige en zijn zoon, C. H. Dreyer, koopman, resp. wonende te Amsterdam en te Haarlem, werden eigen lijk ontmaskerd doordat een gezelschaps dame van mej. Kessler, die argwaan begon te krijgen, door de herhaalde bezoeken van den jongsten verdachte, den neef van de oude dame, mr. H. Kessler te Den Haag inlichtte, waarna deze de zaak aan het rol len bracht. De rijksrecherche greep in, waarop de beide oplichters gearresteerd werden. De rijksrecherche heeft ten huize van een der verdachten belangrijke geldsommen in beslag genomen, welke thans onder be rusting van de justitie zijn. Aan de verdachten werd ten laste ge legd, dat zij op verschillende tijdstippen in de periode van 20 November 1937 tot 1 Augustus 1938 mej. Kessler hebben bewo gen tot afgifte van verschillende aanzien lijke geldswaardige bedragen door bij 'n be zoek aan de dame te hebben doen voorko men, dat C. H. F. A. D. mijningenieur of mijnkundige was. Hij zou reeds in vele stre ken der aarde met mijnen in contact heb ben gestaan. Het zou mogelijk zijn uit een bepaalde mijn, welke zou zijn gelegen in Afrika en wel in de omgeving van Rabat een plaats op eenigen afstand van Caïro gelegen ijzer te halen in verband met de groote vraag naar ijzer in Spanje. Er zou veel geld zijn te verdienen met vervoer van ijzer, dat van Afrika uit zooveel moge lijk langs de kust van Spanje zou worden binnengesmokkeld. Bij Rabat wist hij nog wel een stuk mijn te liggen, waarin zich nog overvloedig ijzer bevond. Bij een ander bezoek werd de dame een kaart getoond, waarop de bewuste mijn zou zijn afgebeeld. Verd. hebben mej. Kessler bewogen tot afgifte van aanzienlijke geldswaardige be dragen. Voorts had verd. de dame medegedeeld, dat hij voortdurend op en neer naar de mijn ging en daarmede in contact bleef, dat zijn vader daar werkte en hij het ijzer bij de af nemers plaatste, dat de vervoerkosten nog al opliepen en tegenvielen en dientenge volge weer meer geld noodig was. Bovendien had hij het doen voorkomen, dat zijn ouders, na een tijd van scheiding, weder bij elkaar waren gekomen. De fami- werken en dan hoeven we ook geen over eenkomst te sluiten. En nu, vertel!" „Goed, Hier komt het eerste schot. Weet u, dat er vanmiddag een man, die vermoord was, aan den voet van het pad bij Craver ley Point is gevonden?" Root keek zijn bezoeker strak aan, vond dat hij betrouwbaar was en terwijl hij zijn groote handen op zijn lessnaar vouwde, boog hij zich naar voren. „Dat is belangwekkend", zei hij. „Ga ver der. Neen, ik wist het niet." „Hij heeft daar ongeveer tien minuten gelegen. De eenige, die hem gezien heeft, was de schoenenjongen uit het hotel. Toen ik met hem mee ging om te gaan kijken, was het lichaam verdwenen". „Werkelijk? Nu, dat wordt nog interes santer!" riep Root uit, terwijl hij rechtop ging zitten. „Ik wist niet, dat de ontbinding iemand zoo snel tot stof deed inkrimpen!" „Nu ligt het lichaam op het wrak „Pardon, wat zegt u?" onderbrak de in specteur met wijd open oogen van verba zingIk hoop, dat ik niet in u zal wor den teleurgesteld". „Ik vertel u slechts eenvoudige feiten". „Dan zal ik mijn best doen u te gelooven. Wanneer werd het lichaam gevonden? En waarom werd het niet noodig geoordeeld de politie te waarschuwen?" Leonard verklaarde zijn redenen, zich af vragend hoe de inspecteur zijn uitleggingen zou opnemen. Tot zijn verlichting nam de inspecteur het nogal goed op. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 5