KRONIEK van den DAG. DINNENLAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DINSDAG 17 JANUARI 1939. No. 14. Spiegelgevecht. OOSTKAPELLE SCHADUWEN AAN DE KUST. DE ACTIE TEGEN HET NATIONALE DAGBLAD. MIDDELBURG. GOES. .jbiil: De Engelsche regeering heeft, zooals gis teren gemeld werd, te Tokio een nota laten overhandigen, waarin op vrij hoogen toon geprotesteerd wordt tegen de beschadiging door Japan van Engeland's belangen in het Verre Oosten. De Engelsche regeering denkt er niet aan, zich bij de „nieuwe orde", welke de Japanners, naar ze onlangs officieel heb ben verklaard, in China aan het vestigen z\jn, neer te leggen. Een soortgelijke nota werd een paar we ken geleden door de Amerikaansche regee ring aan den Japanschen minister van bui- tenlandsche zaken ter hand gesteld en men verwacht, dat vandaag of morgen de Fran- sche met nummer drie in het diplomatieke strijdperk zal treden. Het ziet er echter allerminst naar uit, dat de schermutselingen in dit strijdperk de beteekenis van een spiegelgevecht te bo ven zullen gaan. De toon der nota's mag betrekkelijk scherp zijn, Engeland, de Ver. Staten en Frankijk zijn voorloopig niet van plan, om Japan met doeltreffender mate riaal hun ontstemming aan den lijve te doen voelen. Daarvoor is de tijd niet rijp; anders gezegd: het risico van een oorlog is hun nog steeds te machtig. Men heeft den laat- sten tijd weliswaar een paar maal uit Lon den geruchten kunnen vernemen over de mogelijkheid van een economisch boycot te gen het land van de Rijzende Zon, doch ook daar zijn we vermoedelijk nog lang niet aan toe. Japan zou een dergelijk boycot o.a. kun nen beantwoorden met een vernietiging van Hongkong, Engeland's belangrijkste neder zetting in China. De Engelsche regeering is veel te bang voor dit soort van Japan- sche wraakmaatregelen, dan dat zij anders dan met groote behoedzaamheid haar poli tiek ten aanzien van het Verre Oosten zou bedrijven. Veel meer dan papieren protes ten, desnoods een beetje scherp gesteld, hoeft men vooralsnog uit Londen niet te verwachten. En Frankrijk en de Ver. Sta ten, wier belangen in het Verre Oosten veel minder groot zijn dan de Engelsche, zullen zich zonder twijfel naar deze behoed zame politiek van John Buil richten. Wat voor zin protesteerende nota's als thans te Tokio overhandigd, dan hebben? Een symbolischen zin, zou men kunnen ant woorden. De wijze, waarop Japan de Wes- tersche belangen daar in China met voeten treedt, mag diplomatiek niet zonder reactie blijven. Engeland, de Ver. Staten en Frank rijk moeten wel iets doen, al is dat dan maar pro forma, en al weet men bij voor baat te Londen, Washington en Parijs, dat het antwoord uit Tokio volkomen onbe vredigend zal luiden. Waar men zich in de drie hoofdsteden in werkelijkheid aan vastklampt, is de hoop, de hoop, dat Japan zich zal ruïneeren met het Chineesche avontuur, of dat er in Euro pa eenmaal een politieken toestand zal ont staan, welke Engeland de handen vrij geeft voor een afrekening in het Verre Oos ten; algemeener: een zoodanige ontwikke ling, dat het land van de Rijzende Zon zelf het slachtoffer zal worden van de geesten, die het opriep. Het is natuurlijk allerminst zeker, dat deze gemeenschappelijke hoop in vervulling zal gaan, maar kinderachtig mag men haar niet noemen. Daargelaten, dat het va banque zou zijn, in het bijzonder voor Engeland, om een oorlog in het Verre Oosten te riskeeren en daarmede Duitsch- land en Italië in Europa zoo ongeveer vrij spel te geven, schijnt de tijd wel degelijk in het voordeel der Westersche mogendheden te werken. Japan verbruikt zooveel na tionaal vermogen in den oorlog op Chinee- schen bodem, dat de kans op een uitputting allesbehalve gering kan heeten. Verschijn selen, die daarop duiden, doemen reeds ge durende eenige maanden in gestadig sneller tempo op. Als de Chineesche regeering van Tsjiang Kai-sjek er in slaagt, zich staande te houden, loopt de strijd zeer waarschijnlijk op een débacle voor de Japanners uit. En wat zouden Engeland en de Ver. Staten meer kunnen wenschen? Zonder dat ze zelf een schot behoefden te lossen Japan over wonnen; en de weg voor een heropbouw van China met hun hulp gebaand. De ver liezen, welke ze nu door Japan's optreden lijden, zouden ze door nieuwe winsten ruim schoots inhalen. Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden aangenomen door don Agent E. FLIPSE. 32). Naar het Engelsch van J. Jefferson Farjeon. „Ik geloof, dat ik toen de volgende op de verkiezingslijst was", viel Morley in. „Toen zij mij wakker hadden gemaakt, was mijn heer Griddle intusschen ook ontwaakt door het gerucht, en zoo meenden we, dat het beter was er met een klein gezelschap op uit te trekken om te zien wat er aan de hand was. Wat was dat voor een schot? En waar is jullie boot? Aan den anderen kant?" „Neen, onze boot is gestolen", ant woordde Lenoard, langzaam. „We vonden hier iemand aan boord „Wat zegt u?" riep mijnheer Griddle scherp. „U vond hier iemand aan boord, zei u?" „Ja. Hij was niet normaal, dachten we. In elk geval, toen we verstoppertje met hem speelden, sprong hij in de boot en liet ons hier alleen achter. Truelove vuurde in het water, om hem aan 't schrikken te ma ken en te trachten hem terug te doen kee- ren en dat schot hebt u gehoord, juf frouw Fyne". ,,'t Is afschuwelijk!" riep Jessica uit, hui verend. „Wie kan het geweest zijn? Ik zag een keer licht op het wrak en daarom dacht ik, dat het schot van het wrak kwam". „En ik bevestigde dat vermoeden door te vertellen van die idiote weddenschap met mijn broer", voegde Beryl eraan toe. „We konden niet denken, dat het ernstig ge DE MINISTER VAN WATERSTAAT MEI VACANTIE. Naar wij vernemen, is de minister van waterstaat voor eenige weken met verlof naar het buitenland vertrokken. Mr. Dr. S. J. M. VAN GEUNS OVERLEDEN Gisteren is te Amsterdam op 74-jari- gen leeftijd overleden mr. dr. S. J. M. van Geuns, oud procureur-generaal bij het ge rechtshof te Amsterdam. Mr. Stevens Jan Matthijs van Geuns werd op 18 Juli 1864 te 's Gravenhage geboren. Na aldaar het gymnasium te hebben be zocht, zette hij zijn studie voort aan de Leidsche universiteit waar hij in 1888 pro moveerde in de staatswetenschappen op een proefschrift: „Het staatstoezicht op de krankzinnigen" en in de rechtswetenschap op stellingen. Zijn rechterlijke loopbaan begon hij in 1892 als ambtenaar van het openbaar mi nisterie bij het kantongerecht te Zieriksee. In 1899 werd hij subst. officier van justitie in Den Haag, in 1912 officier van justitie te Zieriksee, in 1913 advocaat-generaal te 's Hertogenbosch en in 1916 werd hij in dezelfde functie overgeplaatst naar de hoofdstad. In April 1927 werd hij als op volger van mr. A. A. baron Van der Tetz benoemd tot procureur-generaal bij het ge rechtshof te Amsterdam. In 1934 legde hij deze functie neer. Mr. Van Geuns legde zich vooral toe op de bestudeering van psyehiatrisch-juridi- sche vraagstukken, waarover vele artikelen in dagbladen en tijdschriften van zijn hand zijn verschenen. Over onderwerpen op dit terrein hield hij tevens herhaaldelijk voordrachten. Voor de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen schreef hij een populaire studie over: „Onze staatsinstellingen in vogelvlucht". Tot drie malen toe was mr. Van 'Geuns bestuurslid der Nederlandsche juristenvereeniging. In 1928 werd hij benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. De ter aardebestelling zal geschieden op Donder dag 19 Januari om twaalf uur op de be graafplaats van de Nederlandsch Her vormde Kerk te De Bilt. Wat mr. Rost van Tonningen ten laste wordt gelegd. Zooals bekend, is de justitie er Vrijdag middag jl. toe overgegaan de pers van het Nationale Dagblad te Leiden in beslag te nemen. Dit justitieel ingrijpen vond zijn oorzaak in eenige hoofdartikelen, welke in de maand December in genoemd dagblad verschenen zjjn en welke een beleedigend karakter zouden dragen. In de eerste tenlastelegging wordt ver meld, dat mr. Rost van Tonningen in De cember 1938 te Leiden en elders in Neder land opzettelijk de eer en goeden naam van den minister van justitie, mr. C. M. J. F. Goseling, heeft aangerand, door op zettelijk in het nummer van 29 December 1938 van het Nationale Dagblad, hetwelk in vele exemplaren te Leiden en elders in Nederland is verspreid, gemelden minister in een stuk, waarvan het opschift luidde: „De eer der Nederlandsche jeugd. Vijf minderjarigen zijn in Oss straffeloos mis bruikt", ten laste te leggen datgene, wat nader in de dagvaarding is omschreven. Dit stuk heeft hij, verdachte, in dat nummer van dat blad opgenomen of doen opnemen en hetwelk door hem was opge steld, althans waarvan de inhoud hem be kend was, zulks met het kennelijk doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, wor dende die beleediging genoemden minister aangedaan gedurende en ter zake de rechtmatige uitoefening zijner bediening als minister van justitie. In de tweede tenlastelegging wordt ver meld, dat mr. Rost van Tonningen te Lei den en elders in Nederland op of om streeks 23 December 1938 zich in het openbaar bij geschrift opzettelijk in belee- digenden vorm heeft uitgelaten over den centralen raad van beroep, zijnde een openbaar lichaam, althans een openbare instelling, door opzettelijk in het nummer van 23 December 1938 van het Nationale Dagblad op te nemen, althans te doen opnemen een artikel met opschritf, welke artikel en opschrift door hem was opge steld, althans waarvan hij den inhoud ken de. Als opschrift stond boven de in belee- digenden vorm gedane uitlating over ge noemden centralen raad van beroep. „Het hemeltergend vonnis". meend was, ofschoon ik er zeker van was, dat Guy het ook niet was. Ik kon ook niet gelooven, dat jullie zoo krankzinnig of moedig zouden zijn om het te doen". „Een ding begrijp ik niet", zei Morley, met verslagen stem. „Je zei, dat die andere vent in jullie boot verdween. Maar hij was natuurlijk zelf met een boot gekomen? Waar is die dan?" „Nergens", antwoordde Leonard. „Naar het schijnt had hij geen boot, en hoe hij op het wrak is gekomen is een van de vele raadselen, waar we hier tegenoverstaan!" „Misschien zijn u en ik niet de eenige zwementhousiasten hier in de buurt, mijn heer Sefton?" opperde Beryl Haines. „Hemel!" riep Napel eon plotseling, ,,'t Is Daisy!" Aller oogen richtten zich vragend op .hem. Zijn uitroep scheen niet ln het ge sprek te pas tekomen. Maar Leonard be greep het en volgde Napoleon's oogen. ,,Bij den hemel het is Daisy!" mom pelde hij. „Wie is Daisy?" vroeg Beryl. „Daar zit je in", antwoordde Napoleon. „Als je bedoelt, dat dit een boot, als een madeliefje is, dan kan ik dat niet be amen „Doet er niet toe, het is een Daisy-boot, omdat dat de naam van de boot is!" wierp Napoleon tegen. „Waar hebben jullie, voor den duivel, die boot opgepikt? Dat is de zelfde boot waarin Sefton en ik hierheen roeiden en waarin die gek verdween!" De oogen, die hen van beneden af aan staarden, werden wijd van verbazing. Beryl huiverde en Valentine Morley draaide ABNORMAAL HOOGE TEMPERATUUR. Mededeeling van het K.N.M.I. in De Bilt: In den nacht van 15 op 16 Januari is omstreeks 3 uur in De Bilt de maximum temperatuur 13,0 graden Celsius geweest, en hetzelfde maximum is te ongeveer 13 uur opnieuw waargenomen. Hiermede is voor Januari de record-temperatuur be reikt, sedert het begin der waarnemin gen in 1849. Een gelijk temperatuurmaxi- mum is op 21 Januari 1899 overdag waar genomen. Diamanten huwelijksfeest. Het echtpaar Adrianus Broere en Corne lia Ligthart te Lekkerkerk, herdenken he den, Dinsdag 17 Januari, den dag, waarop het voor zestig jaar in den echt werd ver bonden. VERKEERSONGEVALLEN NOVEMBER 1938. De K.N.A.C. schrijft: De door het Centraal Bureau voor de Statistiek verstrekte voorloopige gegevens omtrent het aantal verkeersongevallen over de maand November 1938 geven een stijging ten opzichte van het voorgaande jaar te zien. Daarentegen is het aantal doo- den en gewonden gelukkig beduidend lager dan in de vorige maand. De cijfers voor de laatste zes maanden met daarachter de overeenkomstige cijfers van het vorige jaar, zijn als volgt: omgekomen ernstig gewond Juni 66 (41) 384 (453) Juli 71 (47) 401 (390) Augustus 68 (64) 429 (471) September 68 (61) 452 (417) October 90 (47) 408 (404) November 68 (62) 365 (329) Het aantal doodelijke slachtoffers in de groote steden met meer dan 100.000 inwo ners is sedert vorig jaar gedaald. Hoeveel der ongelukken binnen de bebouwde kom men en hoeveel daarbuiten zijn voorgeval len, is uit de gegevens niet op te maken. In dit donkere jaargetijde wil de K.N.A.C. nogmaals een dringend beroep doen op de weggebruikers om bij nacht, waar eenigs- zins mogelijk, gebruik te maken van de parkeerplaatsen of de parkeerbermen, wan neer men genoodzaakt is op den buitenweg te stoppen. Waar geen parkeerplaatsen aan wezig zijn, plaatse men het voertuig in ieder geval zoo ver mogelijk op den berm van den weg. Stilstaande voertuigen van eiken aard vormen op de buitenwegen een bron van ernstig gevaar. DE IJSGANG OP HET IJ SSELMEER. Het IJsselmeer tusschen Stavoren en Enkhuizen en Medemblik is thans weer goed bevaarbaar. Zeven schepen zijn giste ren van Stavoren naar Enkhuizen vertrok ken, terwijl één schip uit Enkhuizen Sta voren is binnengeloopen. Alleen voor de kust van Stavoren ligt nog een strook licht ijs, het vormt evenwel geen belemmering voor de scheepvaart. Het gemeentebestuur van Stavoren heeft een sleepboot beschikbaar gesteld voor het uitvaren en binnenhalen van schepen. Gistermorgen om zeven uur zijn de post boot „Von Geusau" en het m. s. „Idonea" beide schepen van de Urker Stoomboot Maatschappij van Urk naar Kampen ver trokken met post en passagiers aan boord. Na een zware reis hebben zij eerst om drie uur des middags Kampen bereikt. Urk geïsoleerd Urk wordt de laatste weken wel op de proef gesteld. Was het eiland tot voor en kele dagen vrijwel geheel geisoleerd door de vorst en derzelver gevolgen, thans zit het eiland zonder telefonische verbinding. Zondag heeft nl. de telefoonkabel op het IJsselmeer het nabij Urk begeven, vermoe delijk ten oorzake van den zwaren ijsgang. Heden krijgt Urk een rijkstelefoniezender. doch het zal nog enkele dagen duren alvo rens het telefoonverkeer weer normaal kan geschieden. DE NATIONALE COLLECTE. Nu de juiste totaal cijfers bekend zijn van de op 3 December 1938 gehouden na tionale inzameling ten behoeve van ver volgden om geloof en ras, blijkt, dat het gemiddelde gecollecteerde bedrag in Zee land 6,8 ent per inwoner bedraagt. Voor Goes is dit cijfer 8,6 cent. Het totaal be drag, dat te Goes werd ingezameld is 832. Het hoogste - gemiddelde behaalde Zieriksee en wel 23 cent. Het laagste cij fer is 0,2 cent in Koewacht. De opbrengst per inwoner in Middelburg, Koudekerke, Soeburg, Vlissingen en Ierseke bedroeg resp. 8,1, 5, 5,2, 9,2 en 6,3 cent. RUILING VAN GRONDEN C.A. BIJ DEN DOMBURGSCHEN WATERGANG. Op 11 Mei jl. stond de Raad eene som van 31,000 toe voor het, bij wijze van werkverschaffing, in orde maken en in richten van een nieuw militair oefenings terrein bij den Domburgschen Watergang. Bjj bedoeld voorstel deelden B. en W. reeds mede, dat met het Polderbestuur van Walcheren in onderhandeling te zijn over een tezelfder tijd, eveneens in werk verschaffing, uit te voeren verbreeding en normaliseering van den Domburgschen Watergang ter plaatse. Het polderbestuur maakte B. en W. kenbaar de betrokken werken gaarne door de Heidemaatschappij krachtens opdracht van het gemeentebe stuur te zullen zien uitvoeren met een bijdrage zijnerzijds van 2000 in de kosten. Op de begrooting dier werken, aanwij zende een totaal bedrag van 8840, is in- tuschen ook reeds de goedkeuring van den Minister van Sociale Zaken verkregen. Van die som zal dus de Polder de bijko mende kosten ad 1240 en 760 in de loonen dragen, terwijl hij voorts zelf, met behulp van zijn baggermolen, den water gang op de vereischte diepte zal brengen. Het plan, waarin voor rond 400 man- weken arbeid aanwezig is, omvat: ver breeding van den watergang met onge veer 6 meter, met gelijktijdige wegneming van de bochten, waardoor de gemeente in de toekomst een goeden weg langs het oefeningsterrein zal kunnen aanleggen. In werkverschaffing zal de vaste grond in den watergang allereerst zoo diep mo gelijk met de hand kunnen worden uitge graven, waarna de specie wordt vervoerd naar het gemeente-terrein en aldaar voor egaliseering gebruikt. Dit laatste zal even eens kunnen geschieden met de door den Polder zelf te baggeren specie. B. en W. zijn voorts met den Polder tot overeensemming gekomen omtrent een eenvoudige wijze van beschoeiing, waarbij voor een groot gedeelte de, als gevolg van de verbreeding en omlegging van den wa tergang vrijkomende materialen zullen kunnen worden gebruikt. B. en W. meenen, dat het duidelijk zal zijn, dat de werken, uit te voeren in den watergang, het noodig maken, dat enkele grondgedeelten van de gemeente in eigen dom van den Polder overgaan en omge keerd. B. en W. hebben zich vereenigd met het voorstel van den Polder, om die we- derzijdsche overdrachten, te doen geschie den op basis van 20 cents per m2. Van deze gelegenheid maken B. en W. tevens gebruik er aan te herinneren, dat in het plan tot aanleg van het nieuwe oefenings terrein, mede begrepen was het dempen van den zijtak van den Domburgschen wa tergang en de, in het verlengde van dien zijtak liggende slooten, zijtak en slooten liggen langs den Langeviele-Singel en zullen na demping van trottoirs worden voorzien. Een gedeelte dier slooten is thans nog in eigendom bij W. Pouwelse, die tot kosteloozen overdracht aan de ge meente genegen is. Op grond van een en ander vragen B. en W. den Raad een crediet van 8840, het genoemd plan uit te voeren en te be sluiten tot de noodzakelijke eigendoms overdrachten. Verhuring Overwater. Tot 1 December jl. was de woning „Over water" met tuin en kweekerij groot 2140 m2 verhuurd tegen 450 en 3880 m2 aan grenzende grond tegen 50 per jaar, beide aan J. A. Bakker. Deze vraagt nu de ver huring voor 4 jaren voort te zetten, waar toe hp de bevoegdheid heeft. Tegen die voortzetting zelve hebben B. en W. geen bezwaar, doch zij zouden overeenkomstig de bepalingen der nieuwe pachtwet, de wo ning, met bijvoeging van een klein grond- gedeelte voor toegangspad en tuintjes, voor 4 jaren willen verhuren tegen 375 's jaars, een en ander ter totale oppervlakte van ongeveer 250 m2. Verder zouden zij onge veer 5770* m2 gemeentegrond voor önbe- paalden tijd tegen 125 's jaars willen ver huren. Verhuring gemeente grond Kleyers- kerkschen weg. B. en W. stellen voor in plaats van 400 m2, in het vervolg 2000 m2 grond aan het Kanaal door Walcheren te verhuren en wel aan de N.V. v.h. M. L. Polak en Zonen voor 100 per jaar zulks voor den opslag van ijzerkrullen. De huur loopt tot 31 Juli 1941. Scheepvaartstatistiek 1939. Gedurende 1938 zijn de haven van Goes binnengevaren 1583 schepen met een in houd van 166512 ton. Uitgevaren zijn 1569 schepen met een toninhoud van 166530. 't Vorig jaar bedroegen deze cijfers resp. 1720 met 177516 ton en 1714 met 177118 ton. LANDBOUWCRISISPOLITIEK. Waarom zoo en niet anders? Voor den Chr. Hist. Statenkring Goes, die Zaterdag jl. onder leiding van ds. P. J. Steinz vergaderde, sprak over bovenge noemd onderwerp mr. dr. A. A. van Rhijn, secretaris-generaal van het Dep. van Eco nomische Zaken. Spr. stelde voorop dat bij het moeilijke vraagstuk der laridbouwcrisispolitiek meer de toekomst van het verleden moet wor den voorop gesteld. De regeering heeft zich altijd aan bepaalde groote lijnen ge houden, zooals: inperken van het teveel aan producten, waar dit noodig is; uitbrei ding van de productie waar dit eveneens noodig is (granen bv.); noodzakelijke prijs regeling. Natuurlijk kleven aan dit werk fouten. Het is menschenwerk. Toen de landbouw in 1932 in grooten nood verkeerde waren er die wel steun maar geen controle en vrijheidsbeperking wilden. Dit nu is niet mogelijk. Het streven is nu de organisaties in te 'schakelen en verantwoordelijkheid te la ten dragen. Dit zal ongetwijfeld een moei lijke overgang zijn. De steunpolitiek der regeering hoe ook becritiseerd heeft toch, zooals spr. aan toont op meer dan een punt resultaat ge had. Daarbij moet natuurlijk worden be dacht, dat de eene tak van het agrarisch bedrijf moeilijker te regelen is dan de an dere. Het is werkelijk noodzakelijk dat de verantwoordelijkheid wordt verplaatst van de overheid naar de organisatie van belanghebbenden. Anders hebben en hou den we een Staatsbedrijf. En daartegen moeten we om principieele redenen op komen. Spr. acht den tijd rijp om een be gin te maken met deze overschakeling. Natuurlijk moet de overheid in het alge meen belang blijven toezien. Op deze rede volgde bespreking. De heer Van Rhijn de sprekers beantwoordende, wees er op dat een van de oorzaken van de hooge pachtprijzen is gelegen in de nieuwe pachtwet. Als de organisaties de verantwoordelijk heid dragen zal de overheid toch richtprij zen vast dienen te stellen zij het met eeni ge marge. Men moet niet vergeten dat de Overheid nooit tot taak heeft een bedrijf tot welstand te brengen, maar alleen het in stand te houden. De welstandspolitiek is de taak der organisaties. De voorzitter dankte den spreker voor zijn deskundige rede. De vergadering was ondanks het Koninklijk bezoek aan Zee land goed bezocht. TMëtë doetje qoed! plotseling zijn hoofd om. „We vonden hem op het strand in Cray- don", zei Jessica na een korte stilte. „Is dat die kleine nederzetting van vis- schershutten, ongeveer 'n halve mijl van het hotel?" vroeg Leonard. „Ja. Kent u dat plaatsje?" „Daar vonden wij de boot ook." „Gewoonlijk liggen er daar wel een paar op het strand", knikte Jessica. „Daarom gingen we daarheen en verkozen deze boot omdat hij het dichtst bij het water was. Mijnheer Griddle meende dat iemand de boot misschien laat gebruikt had, maar wij kwamen niemand tegen en daar we geen tijd wilden verspillen, gingen we erin en stootten af". „Dat was heel dapper", beweerde Leo nard. „Maar weet u, u en juffrouw Haines hadden niet mee moeten komen „Wij stonden erop", weerlegde Beryl lachend. „We zaten zoo in angst over onze twee helden. We weigerden beslist achter te blijven". „Nadat u dat schot gehoord hebt, hebt u er niet aan gedacht de politie te waarschu wen, naar ik verwacht?" vroeg Leonard. Hij keek naar Jessica en deze keek hem aan. „Ik heb eraan gedacht", zei ze langzaam. „Het leek me het beste wat ik kon doen in deze nieuwe omstandigheden". „Dat geef ik toe. Misschien was het het beste maar dat komt er nu niet op aan. Heb je ze gewaarschuwd?" „Neen, we probeerden het", onderbrak mijnheer Griddle grimmig. „Maar we kon den het niet doen". „Waarom niet?" Hij haalde de schouders op. „Omdat iedereen van nacht gek schijnt te zijn. Ie mand had de draden doorgesneden." Opnieuw viel er een korte stilte. Het doorsnijden van de telefoondraden voegde een nieuwe onaangename gebeurtenis toe aan de dingen, die dezen nacht reeds ge schied waren „Is er iets tegen, dat we nu allemaal te rug gaan?" opperde Morley plotseling. „Ik ben gereed", antwoordde mijnheer Griddle „Maar u doelde op een van de vele geheimzinnigheden, mijnheer Sefton. Hebt u nog meer ontdekt op dit wrak?" „We hebben een doode man gevonden", antwoordde Napoleon onschuldig. „Hij is nog hier". Deze mededeeling veroorzaakte een ware opschudding in de kleine boot en voor 't eerst was Leonard werkelijk boos op Napo leon Truelove. „Waarom flap je dat er zoo dom uit?" riep hij uit. Maar zijn toorn was gauw voor bij. Want Napoleon toonde oprecht berouw. „Ik ben een dwaas", zei hij benepen. „Maar ik ben ook zoo gehard „Een doode man?" riep mijnheer Griddle opgewonden. „Goede hemel. Wat steekt hier allemaal achter? Morley, ik geloof, dat we beter deden even aan boord te gaan." „Niet beiden", antwoordde Leonard. „Een van u beiden moet in de boot blijven. Neen, het is niemand, dien u kent, juffrouw Fyne", voegde hij er vlug aan toe, toen hij haar zag. „Wees niet bezorgd". Ondanks zijn leeftijd, kwam mijnheer Griddle met een zwaai op 't dek en vroeg (Ingez. Meded.) hem de plaats te wijzen, waar de doode man lag. Morley was blij, dat hij in de boot kon blijven, en liet geen protest hooren, toen de drie mannen zich opmaakten om Hun kor te, lugubere taak te volbrengen. Hy, Mor ley, maakte van de gelegenheid gebruik om een nieuwe sigaret aan te steken, die hij zoo noodig had. „Waarom geef je er ons ook niet een?" vroeg Beryl. „Je bent niet de eenige, die zenuwachtig is". Intusschen bekeek mijnheer Griddle het doode lichaam. Hij staarde er lang en ern stig naar; daarna wendde hij zich tot Leo nard. „Nu, wat maakt u hieruit op?" infor meerde hij kort. „Iets?" „Bijzonder weinig", antwoordde Leonard. „Ik geloof, dat we dit de politie moeten laten uitzoeken". „De politie? Ja, natuurlijk. Wij zullen het morgenochtend bekend maken aan hen". „Dat zal eerder moeten gebeuren", ant woordde Leonard rustig. „Zij zullen direct gewaarschuwd moeten worden". Mijnheer Griddle fronste de werkbrau- wen. „Zij kunnen vannacht toch niets be ginnen". „Waarschijnlijk niet, maar ik geloof, dat we hun de kans moeten geven." „Zij zullen heel dankbaar zijn, voor zoo ver ik hen ken", riep mijnheer Griddle sar castisch. „In ieder geval kunnen we hen vannacht niet meer bereiken. De telefoon is kapot". (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1939 | | pagina 5