ip föv&trxnciule
MIDDELBURGSCHE COURANT
NORTH CTATE
(&GOESCHE COURANT)
De trage stapelloop van de „Koningin Emma".
Schipbreuk op de Noordzee,
Met behulp van een sleepboot heeft men
het schip tenslotte in zijn element gekregen
Impressie.
Aan
de Ingezetenen van Middelburg.
Hr. Ms. „Tromp" te Lissabon
in aanvaring.
WEERBERICHT.
Engelsch stoomschip door
Italiaansch stoomschip ge
ramd en gezonken.
Alle opvarenden gered en
naar Vlissingen gebracht.
Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
Bureauxte MIDDELBURG: St. Pieterstr.28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
te GOESTurfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct.
NXjM3ÏRB 18. i'WüE BLAD EN"RL A ANP AG
16 JAN. 1939. EERSTE BLAD. 182e JAARG.
Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager.
Tarief op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. regels, 75 cent, bij
vooruitbetaling. .^Brieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 ct.
De zoo grootsch opgezette plechtigheid
van de tewaterlating der „Koningin Em
ma" voor de Stoomvaart Maatschappij
„Zeeland is Zaterdagmiddag een wel zeer
groote teleurstelling geworden.
Nadat H. M. de Koningin on'der de da
verende toejuichingen van duizenden, de
Koninklijkke tribune had betreden en de
heeren Ruys en De Meester, resp. namens
de Mij. „De Schelde" en de Mjj. „Zeeland"
H. M. hadden welkom geheeten, was het
zoo spanende moment aangebroken.
H. M. de Koningin hield een korte toe
spraak. Haar woorden werden door luid
sprekers over een groot gedeelte van de
werf verspreid. Daarop nam H. M. het
zilveren bijltje, een schel klonk, H. M. gaf
twee tikken met het bijltje op een touw
dat over een blok lag; de „Koningin Em-
nia" was los om zijn element op te zoe
ken. Onmiddellijk kwam er beweging in
het ranke vaartuig, de flesch champagne
sloeg tegen den boeg kapot, het schuimen
de nat spatte tegen de ijzeren huidplaten,
het Wilhelmus weerklonk, een daverend
gejuich steeg op, doch er was te vroeg ge
juicht. Na circa 1 a 1% m gezakt te zijn,
bleef de „Koningin Emma" op de helling
zitten. Groote consternatie alom, inge
nieurs en werklieden rende heen en weer,
onder koortsachtige spanning werd er on
der het schip gewerkt om te trachten het
meer vaart te geven, doch alles was tever
geefs. Tergend langzaam zakte de „Konin
gin Emma" zoo nu en dan centimeter voor
centimeter omlaag. De Koningin bleef
met groote belangstelling de pogingen
van ingenieurs en werklieden volgen, ter
wijl Zij vol aandacht luisterde naar de
technische uiteenzettingen haar door ir.
Wesseling en den heer B. Ruys gegeven.
Inmiddels verstreek de tijd meer en
meer, het werd half twee, twee uur, jour
nalisten liepen af en aan om hunne redac
ties met den gang van zaken op de hoog
te te houden. H. M. bleef intusschen on
verstoord op de tribune, waarCp de Ko
ninklijke Standaard'vroolijk wapperde. De
harmonie „Ons Genoegen" kortte den tijd
met het spelen van vaderlandsche liede
ren en marschen. Het was echter duide
lijk dat het verdere programma van dezen
dag in het water zou vallen. De comman
danten van de Marine en de Kustartillerie
resp. kapitein ter zee Van der Stad en ma
joor Haarman, die ten kantore van de Mij.
„De Schelde" hun opwachting bij H. M. de
Koningin zouden maken, deden dit thans
op de Kon. tribune. Telkens weer ver
scheen H. M. voor het raam, van waar
uit Zij de arbeid aan het schip kon gade
slaan en naarmate het later werd, steeg
de bewondering voor onze Koningin, die
al uien tijd bleef staan. Na circa 2 uur
gewacht te hebben, het was toen drie
uur, was de „Koningin Emma" circa 10 me
ter gezakt en het zag er toen niet naar
uit dat het schip dezen dag nog de helling
zou verlaten. Toen eerst besloot H. M. te
vertrekken en te vijf minuten over drie
verliet Zij de tribune. Van de beide zijtri-
bunes, waarop zich circa 400 genoodigden
bevonden, steeg een enthousiast gejuich
op. Getroffen bleef H. M. staan om daar
voor te danken. Onder de tonen van het
Wilhelmus verliet H. M. de werf door de
poort aan het Betje Wolfplein.
Het publiek was ook buiten de werf
geduldig blijven wachten en toen H. M.
langs reed, kreeg dit publiek alle gele
genheid de zoo geliefde Koningin toe te
juichen, daar de auto heel langzaam
reed.
Het bezoek, dat H.M. aan het kantoor
van de Mij. „De Schelde" zou brengen,
verviel en thans ging het rechtstreeks
door naar Middelburg.
Lunch in „Britannia".
Nadat H. M. de Koningin was vertrok
ken, verlieten ook de genoodigden het
fabrieksterrein om in het Grand Hotel
„Britannia" de lunch te gaan gebruiken.
Bij den aanvang heeft de heer De Mees
ter zjjn teleurstelling uitgesproken over
het verloop van de plechtigheid. Spr. wees
er op dat, al is de stapelloop mislukt, het
schip toch heeft geloopen. Hij hoopte en
vertrouwde dat de „Prinses Beatrix)'' een
vlottere stapelloop zal hebben.
Aan tafel heerschte niet die stemming
die men ervan had verwacht, doch plotse
ling, het was ruim vijf uur, snelde de
portier van Britannia de eetzaal binnen
naar de directeur van „De Schelde", den
heer Arie Smit, met de verheugende me-
dedeeling dat de „Koningin Emma" de
helling had verlaten. De heer Smit snelde
naar de telefoon en keerde spoedig met
een stralend gezicht terug. Het bericht
was juist na een koortsachtigen arbeid
van vier uren was het gelukt het nieuwe
schip in zijn element te krijgen.
Oogenblikkelijk was de stemming ver
anderd, men juichte en zong, de cham
pagne glazen werden hoog opgeheven, men
klonk en dronk en het „lang zal ze le
ven" was niet van de lucht. Zoo kwam er
nog een blij einde aan den maaltijd.
De oorzaak.
Over de oorzaak van de stagnatie wilde
de directie van de Mjj. „De Schelde" zich
liever niet uitlaten. Wel was uit de woor
den van ir. H. C. Wesseling op te maken,
dat de temperatuur in den afgeloopen
nacht als de voornaamste oorzaak moet
worden beschouwd.
Geheel tegen de verwachting 'in, was
het Vrijdagavond gaan vriezen, welke
vorst den geheelen nacht heeft voortge
duurd. Het gevolg was geweest, dat het
vet op de slede harder was geworden. Aan
de kwaliteit van het vet kan het niet
hebben gelegen, daar dit in drie laborato
ria is onderzocht.
Van deskundigen in scheepsbouwkringen
vernamen wij echter een heel ander ge
luid. Zij toch wijten de moeilijkheden aan
de te korte en de te vlakke helling waar
op het schip is gebouwd. De vlakke hel
ling zou oorzaak geworden zijn, dat het
schip geen vaart kon krijgen, terwijl door
de korte helling het achterschip te spoe
dig met het water in aanraking kwam
en daardoor te veel weerstand ondervond.
Had men, aldus insiders, dadelijk de hulp
van een sleepboot ingeroepen, dan had
de „Koningin Emma" betrekkelijk spoedig
de helling verlaten. Nu alle andere midde
len faalden, terwijl ook de hydraulische
persen te weinig capaciteit bleken te be
zitten, heeft men tenslotte toch sleepboot
hulp aanvaard. Toen was het pleit spoedig
beslecht en te ruim vijf uur verliet de
„Koningin Emma", stram slechts in het
bijzijn van enkele hardnekkige toeschou
wers, de helling.
De terugreis van H. M. de Konin
gin.
Na het bezoek aan Middelburg heeft de
auto, waarin H. M. gezeten was, nergens
meer gestopt, hoewel het in de bedoeling
had gelegen, om in de verschillende dor
pen gelegenheid tot huldebetuiging te ge
ven. Het oponthoud te Vlissingen was aan
dezen gewjjzigden gang van zaken natuur
lijk debet.
Overal waar de auto langs kwam, te
Nieuwland, Lewedorp, 's-Heer-Arendsker-
ke, Goes, Kloetinge, Kapelle, Kruiningen
etc. stonden, ondanks het slechte tveer
honderden, ja duizenden langs den weg
geschaard.
Toen de Koninklijke auto Goes passeer
de, was het reeds geheel donker geworden,
doch dat nam niet weg, dat ook daar de
geheele bevolking op de been was geble
ven, al kon men in duisternis slechts een
glimp van de Landsvorstin opvangen. Men
heeft H. M. spontaan en hartelijk toege
juicht bij het voorbij rijden.
Te Rilland was de belangstelling aan
merkelijk minder, in verband met een ge
rucht, dat de Koningin, wegens het op
onthoud in Vlissingen, rechtstreeks met
den trein uit Middelburg vertrokken was.
De aanvankelijke bedoeling van de Ko
ningin om van het station Roosendaal de
reis per trein voort te zetten, bleek zoo
veel moeilijkheden met zich te brengen,
dat de Koningin via Halsteren en Bergen
de réis per auto naar de residentie heeft
voortgezet.
Kent U dat aardige grapje, ontstaan bij
de tewaterlating van de „Oranje" in Am
sterdam? Het werd Zaterdag te Vlissingen
verteld, toen het motormailsehip „Koningin
Emma" hardnekkig weigerde het brakke
sop van 't Kanaal door Walcheren te kie
zen: Toen dezen zomer, in Amsterdam, de
„Oranje" ook bleef zitten, moet een der
heeren schertsend tegen de Koningin ge
zegd hebben: „Dat is voor het eerst, dat een
onderdaan het waagt, niet aan Uwe beve
len te gehoorzamen, Majesteit!", waarop,
zoo gaat de anecdote verder, de Koningin
geantwoord zoude hebben: „Een Oranje
heeft van Mij ook geen bevelen in ontvangst
te nemen!" Se non en vero, e ben trovate,
in elk geval
Maar de „Oranje" is tenslotte toch nog,
voor de oogen van onze vorstin, te water
gegaanhet nieuwe schip van de „Zee
land", hetwelk den naam van onzer Konin-
gin in Zeeland zoo geliefde Moeder droeg,
heeft het in de twee uren, dat Hare Ma
jesteit met onverstoorbaar goed geduld
wachtte, niet verder dan tot een meter of
drie, vier van het dooppaviljoen gebracht
Het was een pijnlijke, uiterst pijnlijke ge
schiedenis
Het leek aanvankelijk zoo goed te gaan.
En de .Bantam", het nieuwe vrachtschip
voor den Rotterdamschen Lloyd, hetwelk in
de periode van de felste koude nu enkele
weken geleden als een lier te water was
geloopen, deed het allerbeste hopen. Vooral
toen, na het wegnemen van de laatste be>
letselen, en het kappen van het touw, er
duidelijk beweging in de kolossus kwam, zoo
zelfs, dat de champagneflesch, waarmee
naar goede traditie een schip gedoopt be
hoort te worden, van zijn tafeltje werd ge
sleurd en tegen den voorsteven reglemen
tair brak
Maar toen vertraagde de beweging, tot
stilstand toe. En in twee uren zwoegen met
hydraulische persen, die de slee waarop het
schip te water moet glijden, duim voor duim
verder drukten, werd geen ander resultaat
bereikt, dan dat de twee tribunes aan weers
zijden van het schip in eikaars zicht kwa
men, telkens een mannetje meer.
Het eerste half uur heeft Hare Majesteit
stram, als een soldaat „in de houding" voor
den voorsteven gestaan, rustig afwachtende,
of het koppige schip zou willen gaan glij
den. En onder hare oogen zwoegden en
sjouwden de werklieden, voorinannen en
Ingenieurs, blokken versleepende, persen
aanzettendeMaar het schip wilde niet
te water. Inmiddels vertelde een in dienst
vergrijsde ingenieur de griezeligste verha
lenvan de „Irene", die heelemaal niet
te water wilde, en die men tenslotte zoo
min of meer weer had moeten afbreken
en van de „Ambon", die met een snelheid
van één doodgewone meter per uur was
begonnen en was blijven afzakken, zoodat
het schip des nachts om half twee pas goed
en wel in het zilte nat aangeland was..
De glazen schuifpaneelen werden tenslot
te maar gesloten, en de Koningin liet den
marinecommandant-Vlissingen, den garni
zoenscommandant der kustartillerie, de in
genieurs die het schip gebouwd hadden, en
Hare Majesteit de Koningin heeft
mij ter gelegenheid van Hoogstder-
zelver bezoek op Zaterdag 14 Januari,
bij herhaling Hare groote ingenomen
heid betuigd, met de warme en geest
driftige ontvangst Hare Majesteit door
de bevolking van Middelburg zoo
spontaan bereid.
Hare Majesteit heeft mij opge
dragen aan alle particulieren en orga
nisaties die, in welken vorm ook, het
hunne daartoe hebben bijgedragen,
Haren bijzonderen dank daarvoor
over te brengen.
Het is mij een voorrecht, me bij
deze van de mij verstrekte opdracht
te kwijten.
14 Januari 1939.
De Burgemeester van Middelburg,
M. FERNHOUT.
Uit Lissabon wordt gemeld:
Het Duitsche s.s. „Orinoco" is Zondag bij
het verlaten van de haven van Lissabon in
aanvaring gekomen met den Nederland-
schen flottieljeleider Hr. Ms. „Tromp".
De „Orinoco" verliet tijdens stormweer
de haven, geassisteerd door twee sleepboo-
ten. Bij het passeeren van de „Tromp" liep
het schip als gevolg van een hevigen wind
stoot uit den koers èn kwam het met den
oorlogsbodem in aanvaring, welke aan
stuurboordzijde werd getroffen. Een aantal
stalen platen van dé „Tromp" werd inge
drukt. Het verluidt, dat de flottieljeleider
ook een gat beneden de waterlijn heeft ge
kregen. De sleepbooten hebben tevergeefs
getracht de aanvaring te voorkomen, waar
bij het weinig scheelde of een van beide
vaartuigen was gekapseisd. Na de botsing
heeft de „Orinoco", die niet beschadigd is,
de reis voortgezet.
De havenautoriteiten hebben een onder
zoek naar de „Tromp" ingesteld. Zij waren
van meening, dat het schip ter reparatie in
een droogdok zal moeten worden opgeno
men. In verband hiermede is het vertrek
van de „Tromp" uit Lissabon, dat op a.s.
Woensdag was vastgesteld, voor onbepaal-
den tijd uitgesteld.
De commandant van de „Tromp", kapi
tein-ter-zee Doorman, bleef den geheelen
dag aan boord om persoonlijk alle veilig
heidsmaatregelen te nemen.
De „Orinoco" is een schip van de Ham
burg Amerikalijn met een inhoud van 9660
bruto ton.
JONGETJE WILDE H.M. EEN BRIEF
GEVEN.
Renpartij op het station D P. te
Rotterdam.
Op het station D.P. te Rotterdam heeft
een jongetje, even voor het vertrek van
H. M. de Koningin naar Vlissingen, waar
Zjj de doopplechtigheid van het nieuwe
schip „Koningin Emma" zou verrichten
Zaterdag getracht H. M. een brief te over
handigen.
H. M., die de reis van Soestdijk naar
Rotterdam per auto gemaakt had, reed om
streeks tien minuten over half elf het
eerste perron op, waar burgemeester mr
P. J. Oud en de hoofdcommissaris van
politie, mr. L. Einthoven, ter begroeting
aanwezig waren. De Koningin, die verge
zeld was van een hofdame, was juist uit
gestapt en de begroeting zou plaats vin
andere autoriteiten, in de tewaterlatings-
loge inplaats van in de directiekamer van
de Kon. Mij. de Schelde, aan zich voor
stellen, waarna Zij zich geruimen tijd met
de heeren onderhield. Ook even met de
meisjes, die Haar thee-met-een-koekje had
den aangeboden: de groote dochters van den
heer Bensink, oud-directeur van de „Zee
land" en van ir. Blokland Visser, de bou
wer van den romp
Maar toen vaststond, dat het nog wel
uren kon duren, dat het noodlot anders be
schikt had, dan de scheepsbouwers en in
genieurs hadden gewikt, toen restte H.M.
niet anders, dan den terugtocht te aanvaar
den. En de ongeveer vierhonderd genoodig
den begaven zich toen naar dat schoonste
restaurant van heel de provincie Zeeland:
Britannia te Vlissingen, thans nog in ex
ploitatie by dezelfde maatschappij die ook
de „Koningin Emma" en de „Prinses Bea
trix" Iaat bouwen. Daar wachtte den hon-
gerigen een maaltijd, die hen heugen zal,
even aangenaam als de herinnering aan
deze ietwat mislukte tewaterlating droevig
is. Halverwege dien maaltijd kwam het be
richt, dat het schip eindelijk van de helling
in het water was gegleden, geduwd en ge
trokkenToen was het al donker
den, toen over het perron een jongetje
snelde met een gele enveloppe in de hand,
waaromheen een oranjelint, achter hem
aan holde een man, die op zijn beurt een
leger politiemannen op de hielen had.
Recht ging het op de Koningin af, totdat
op korten afstand van Haar zoowel jongen
als man gegrepen werd.
„Wat beteekent dat?" werd er gevraagd.
„Het is mijn zoontje", antwoordde de
man, „hij wil de Koningin dezen brief
geven."
Op hetzelfde moment voegde zich ook
nog een vrouw bij het gezelschap, die ver
telde, dat zij de echtgenoote en moeder
van de reeds achterhaalden was.
Alle drie werden naar het hoofdbureau
van politie gebracht, waar ook de brief
werd opengemaakt. Het bleek een ver
zoekschrift te zjjn aan H. M. de Koningin
over een reeds zes jaar oude kwestie,
handelende over de sectie op het lijk van
een overleden kind. (De Courant).
SPOORWEGONGELUK TE ZAANDAM.
Zaterdagochtend omstreeks 12 uur heeft
te Zaandam een spoorwegongeluk plaats ge
had, dat geen persoonlijke ongelukken ten
gevolge heeft gehad.
Even buiten het station Zaandam ligt
een brug in het baanvak, welke de verbin
ding vormt tusschen de vaart en de Papen-
padsluis, waarvan door den houthandel ge
bruik wordt gemaakt om de met hout ge
laden dekschuiten naar de Zaan te vervoe
ren.
Kort voor twaalf uur heeft de brugwach
ter de brug opengedraaid, om aan een
schuit, geladen met hout, doorgang te ver-
leenen. Op het oogenblik dat de schuit on
der de brug voer, is het achterste rijtuig
van een achteruit rangeerenden ledigen
personentrein tusschen de brughoofden ge
vallen. De schuitenvoerder A. Geene, die
toevalligerwijze op het voorste gedeelte van
de schuit stond, wist zich, door direct op
den wal te springen, in veiligheid te stel
len. Het opruimingswerk werd in belang
rijke mate vergemakkelijkt, doordat de
schuit het truckstel van het rijtuig heeft
opgevangen.
Door dit ongeval moest het verkeer in
de richting Alkmaar en Hoorn worden om
gelegd. Des middags te vijf uur was men
er in geslaagd de belemmeringen uit den
weg te ruimen. Van dit uur af konden de
treinen in beide richtingen hun normalen
loop hervatten.
NOG MEER GAATJES EN DE RUITEN
TE 's-GRAVENHAGE.
Naar aanleiding van de kogelgaatjes in
ruiten in Amsterdam en Rotterdam, bleek
bij informatie bij de Haagsche politie, dat
dit euvel ook in de residentie reeds langen
tijd bekend is. Op één dag, n.l. Zaterdag j.1.
is aangifte gedaan van niet minder dan vier
gevallen.
In de Van der Aastraat is een gaatje in
de ruit van een woning ontdekt, de ruit van
een publieke telefooncel aan de Slacht
huiskade is doorboord, vermoedelijk door
een kogeltje uit een windbuks, terwijl aan
den Schimmelweg twee ruiten op de eerste
étage en in de Zwolschestraat een ruit
aan de achterzijde een gaatje vertoonen,
veroorzaakt door een windbuks of catapult.
HET IJS OP HET IJSSEL3VIEER.
Zondagmorgen om kwart voor zeven is
de „Friesland" de Oranjesluizen te Schel-
lingwoude gepasseerd en, tezamen met den
„Meppel 2" uitgevaren. De „Friesland"
wilde trachten Lemmer te bereiken, de
„Meppel 2" moest naar Meppel.
Des middags zijn beide schepen onver-
richterzake teruggekeerd. De „Friesland"
was tot bij Urk gekomen, doch kon toen
niet verder tengevolge van de dikke ijs
massa's. De „Meppel 2" had het tot aan
den Ketel gebracht, doch moest toen ook
terugkeeren, aangezien ook hier het ijs
zoo dik zat, dat het voor het schip ondoor
dringbaar was.
De sigarendiefstal te Utrecht.
Spoedig heeft de Utrechtsche recherche
succes gehad met haar onderzoek naar de
daders van den inbraak in de sigarenfa
briek „Denova", gelegen aan den Kanaal-
weg te Utrecht, waar in den nacht van
Woensdag op Donderdag een groote partij
sigaren, ter waarde van ongeveer 1500
werd ontvreemd. Vrijdagnacht wist de re
cherche beslag te leggen op het grootste
gedeelte van deze partij sigaren, welke
waren opgeslagen in een onbewoond per
ceel in wijk C, in de nabijheid van het
hoofdbureau van politie gelegen. In ver
band hiermede werden twee personen aan
gehouden.
BOERDERIJ AFGEBRAND.
Vanmorgen is, vermoedelijk door kort
sluiting, brand uitgebroken in de kapitale
boerderij van J. van Orsouw in de Hond
straat te Heesch. Het vuur vond gretig
voedsel in de daar aanwezige voorraden
koren, hooi en stroo. De vlammen sloe
gen dan ook spoedig over op het voorhuis,
dat ook in minder dan geen tijd in lich
terlaaie stond. De boerderij brandde tot
den grond toe af. De veestapel, bestaande
uit een paard, eenige koeien, eenige var
kens, en een aantal kippen kwam in de
vlammen om. De geheele inboedel alsme
de landbouw-inventaris, gereedschappen
en machines zijn een prooi der vlammen
geworden. De schade wordt slechts ge
deeltelijk door verzekering gedekt.
Poodelijke trap van een paard gekregen.
Te Hattemerbroek op den weg naar
Wezep is Zaterdagmiddag een ernstig on
geluk gebeurd, dat aan den plm. 55-jarigen
F. Sprokholt te Hattemerbroek het leven
heeft gekost.
Sprokholt reed met een paard en een
wagen op den weg naar Wezep, toen het
paard plotseling schrok van een passeeren-
de auto. Sprokholt trachtte het paard nog
in toom te houden, doch deze sloeg op hol.
Hierdoor viel de man van den wagen,
"kreeg een trap van het paard tegen den
buik en was daardoor bijna op slag dood.
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: Zacht weer, zwaar bewolkt tot
betrokken met tijdelijke opklaring, nog re
gen, meest krachtige tijdelijke stormachtige
Z. tot Z.W. wind.
UKKEL: Nog sterke wind uit Z.W. rich
tingen, wisselende bewolking, tijdelijk re
gen, aanhoudend matige temperatuur.
Di. 17 Jan. Zon op: 8 h 03; onder: 16 h
16. Licht op: 16 h 46. Maan op: 5 h 30;
onder; 13 h 03. N.M. 20 Jan.
Hoog- en Laagwater te Vlissingen:
Januari.
Hoogwater. Laagwater.
Maandag 16 10.30 23.09 4.24 17.03
Dinsdag 17 11.31 23.58 5.30 18.00
Woensdag 18 12.20 6.29 18.44
Westkapelle is 28 min. en Domburg 23
min. vroeger; Veere 38 min. later. S
springtij.
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge:
Januari.
Hoogwater. Laagwater.
Maandag 16 12.04 5.30 18.01
Dinsdag 17 0.48 13.11 6.34 19.01
Woensdag 18 1.43 14.03 7.32 19.48
I AMERICAN CIGARETTES
(Ingez. Med.)
De negen opvarenden van het circa 500 ton
metende Engelsch stoomscheepje „Conti-
fer" hebben in den nacht van Zaterdag op
Zondag een angstig avontuur beleefd, dat
gelukkig echter voor hen geen te ernstige
gevolgen heeft gehad.
De „Contifer" is Zondagmorgen te circa
4 uur tijdens mistig weer ter hoogte van het
vuurschip „Sandeti" geramd door het 5800
bruto ton metende Italiaansche stoom
schip „Monte Santo", welk schip op weg
was van Rotterdam naar Savona in Italië.
De „Contifer" is gezonken, doch de opva
renden zijn door de „Monte Santo" gered,
welk schip daarop de koers heeft gewijzigd
en is opgestoomd naar Vlissingen, waar
het schip Zondagmiddag te circa 5 uur op
de reede arriveerde en ten anker ging.
De Belgische loods werd van boord ge
haald, doch keerde even later weer terug
om den kapitein te verzoeken aan land te
komen om verdere maatregelen te treffen.
De kapitein weigerde dit echter en ver
zocht om bemiddeling van den Italiaanschen
consul. Daar te Vlissingen echter geen
Italiaansch consulaat is gevestigd, ver
zocht hij tenslotte contact met de Steenko
len Handelsvereeniging te Vlissingen, waar
op een sleepboot van de S.H.V. naar het
schip is gevaren. Op deze sleepboot zijn de
schipbreukelingen toen overgestapt en te
Vlissingen aan wal gezet, waar zij door be
middeling van het Engelsche consulaat in
het hotel Goes zijn ondergebracht.
Het was aldaar waar wij de zeelui Zon-''
dagavond te circa half elf aantroffen. Aan
hun kleeding was het duidelijk merkbaar
dat dit geen passagierende zeelui waren,
doch de stemming waarin zij verkeerden
deed allerminst vermoeden hier met schip
breukelingen te doen te hebben. Het bleek
echter dat zij aan boord van de „Monte
Santo" zpo goed waren behandeld, dat deze
stoere, rondborstige zeelui hun leed reeds
waren vergeten. Hoewel het parool luidde;
„direct onder den wol" was het voor ons
weinig moeite hen aan het spreken te krij
gen. Een glaasje bier en een sigaret en we
waren de beste vrienden.
We waren, aldus deze mannen, op weg
van Londen naar Duinkerken. Ons schip
was geladen met 240 ton stukgoederen. De
meeste onzer lagen te slapen, toen om
streeks 4 uur plotseling een groot schip
voor ons opdoemde. Ontwijken bleek niet
meer mogelijk en met een geweldige slag
werden wij midscheeps geraakt. De slapen-
den werden uit hun kooi geslingerd en
groot was de consternatie aan boord. Ieder
greep zoo snel mogelijk de allernoodzake
lijkste kleedingstukken en rende naar het
dek. Daar bleek dat de „Contifer" aan het
Italiaansche stoomschip hing. Het gang
boord was geheel vernield, doch desondanks
gelukte het den schepelingen op de „Monte
Santo" over te springen, aan boord van
welk schip onmiddelijk alle hens aan dek
waren om ons hulp te verleenen. Nauwe
lijks waren allen gered, of het Engelsche
scheepje kwam los van de „Monte Santo"
en spoedig daarna verdween het in de
diepte.
Gelegenheid om nog iets te redden had
den de zeelieden niet gehad.
De mannen zijn heden met de „Zeeland"
boot naar Engeland vertrokken. De kapitein
had spoedig telefonische verbinding met z,n
vrouw, die in Duinkerken verbleef.
De „Monte Santo" blijkt een versplin
terde boeg te hebben en heeft ook schade
onder de-waterlijn, waardoor de voorpiek
water maakt. De pompen bleven echter het
water de baas. Vandaag zou het schip door
experts worden onderzocht, doch waar
schijnlijk zal het eerst een noodreparatie
moeten ondergaan, alvorens een certificaat
van zeewaardigheid te verkrijgen.