SCHEEPJESWOL PUROL KRONIEK van den DACL BINNENLAND. ZEELAND* LANDBOUW. Voor beter breiwerk betere wol, dus: TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 23 DECEMBER 1938. No. 302. SCHADUWEN AAN DE KUST. IJsverm aak MIDDELBURG. "ds 0)ol4pocla/{j(arC Het standpunt van Chamberlain's tegenstanders. Het is nu drie maanden geleden dat Ne ville Chamberlain zich door zyn sensati oneels vliegtocht naar Berchtesgaden voor goed een plaats in de geschiedenisboeken van de toekomst verwierf. De episode is zoo vol drama, de daad zoo rijk aan verbeel dingskracht, dat zij voorbestemd is den naam Chamberlain voor tallooze generaties te bewaren. Het is misschien het eenige onge wone wat deze droge nuchtere man ooit heeft gedaan, maar dit eene is genoeg om hem zyn plaats onder de groote politiek- romantische figuren van de geschiedenis te verzekeren. Zoolang de menschen nog vat baar blijven voor het dramat sche en avon tuurlijke in de historie, zoolang zal de naam Chamberlain blijven leven. Daaraan kan geen twijfel bestaan. Aanzienlijk minder zeker is het of de ge schiedenis zal oordeelen dat de man wiens naam voorgoed aan het drama van Septem ber 1938 verbonden zal blijven een werke lijk groot staatsman was. Daaromtrent heerschen ook nu, zooals men weet, reeds scherpe meeningsverschillen. Er is een groote categorie van menschen, vooral vrouwen, die elke kritiek op den premier met de grootste verontwaardiging van de hand wijzen alsof het heiligschenis was. Chamberlain is voor hen de man die het nameloos leed van den oorlog aan de we reld bespaart heeft, en dat is voor hen genoeg om hem boven alle kritiek te ver heffen. Zelfs de minste aanmerking wordt door hen ondervonden als een bewijs van „schandelijke ondankbaarheid". Redelijke discussie met deze lieden is niet mogSlijk. Zij gelooven in den „man die de vrede gered heeft" en tegen geloof valt met logische argumenten niets uit te richten. Dit blind vertrouwen in de premier is echter aller minst universeel. Hij heeft in alle kringen van het Engelsche volk zijn tegenstanders die even overtuigd niet in hem geloo ven als zijn aanhangers het wel doen. Tijdens de emotioneele spanning van de crisis leek het een oogenblik alsof hij in derdaad de „vader van zijn volk" zou wor den; de behoefte aan een leider was toen zoo groot dat vrijwel het geheele volk, on geacht partij of stand, bereid scheen hem zjjn vertrouwen te schenken. Maar nog was het onmiddellijke gevaar voor oorlog niet geweken of de onvermijdelijke reactie trad in en talloozen, die hem een korten tijd blind gevolgd hadden, wendden zich weer van hem af. Trouw aan den nationalen leider moest weer plaats maken voor trouw aan de partij, en van de nationale eenheid die in het uur van gevaar gesmeed scheen te zijn bleef nog slechts de herinnering over. Drie maanden na Berchtesgaden is de ver deeldheid onder het Engelsche volk grooter dan ooit. Wat is de verklaring van dit wijdver spreide wantrouwen in „de man die de vrede gered heeft"? Conservatieve spre kers plegen het gaarne voor te stellen als of het verzet tegen Chamberlain uit de onbevredigde oorlogszucht van zijn tegen standers voortspruit. Iedereen die het waagt het buitenlandsch beleid van den premier te critiseeren wordt prompt voor „warmon ger" (oorlogsophitser) uitgekreten. Dit is een even goedkoope als doorzichtige truc om op de gevoelens van het kiezerspubliek te werken. Te zeggen dat de critici van Chamberlain's verzoeningspolitiek de oor log willen is erger dan dwaasheid, het is eenvoudig laster. Zij verlangen den vrede even vurig als de premier en zij critiseeren hem slechts omdat zij ervan overtuigd zijn dat de wijze waarop hij dit gemeenschap pelijk doel nastreeft den vrede eerder inge- vaar brengt dan hem behoedt. Chamber lain baseert zijn politiek op de overtuiging dat hij er met tegemoetkomendheid, vrien delijkheid en royaliteit in zal slagen de vriendschap en eerbied van de dictatoren te winnen. Daarmee begaat hij volgens zijn critici een kardinale psychologische fout. Hij begrijpt niet, of wil niet toegeven (want, terwpl niemand zal willen beweren dat de premier onintelligent is, moet toch worden erkend dat hy een uitermate koppig man is, die een eenmaal ingeslagen weg niet dan onder de grootste druk zal opgeven), dat de dictatoren elke tegemoetkomendheid als een bewijs van zwakheid opvatten en elke concessie zullen misbruiken om telkens weer nieuwe en nog verder gaande conces sies te eischen. Hij wil niet inzien dat de dictatoren voor zijn prijzenswaardig ideaal Naar het Engelsch van J. Jefferson Farjeon. 12). „Natuurlijk niets!" lachte zij. „U doet zoo geheimzinnig, dat u allerlei gruwelijke gedachten by iemand opwekt. Weet u niet, dat er juist niets zoo verontrustend is als iets niet te weten, en niets zoo prett g al= de waarheid?" Zij liet zich langs den ket ting zakken, totdat ze bij Leonard was „Daar heb je het nu! Ik dacht nog wel dat het een bloedvlek was, omdat u zoo ge heimzinnig deed, en het is maar Er is iets tegenaan gekomen, hè?" „Daar lijkt het wel op", knikte Leonard. i1n?"nheer Sefton, u maakt me ture- luursch. barstte zo uit. „Ik zie aan uw ge- dajj ,u er heel wat meer van denkt". „Misschien z.et u ook meer dan hier te zien is?" „Nee, dat niet". „Nu dan, het interesseerde me werkelijk een beetje, omdat deze kras er tamelijk nieuw uitzag." „Dat bewijst alleen, dat u in uw binnen- ste nog een heeleboel meer denkt dan u "C o laat zien. Waarom interesseerde u dat zoo?" „Kijk eens hier, juffrouw Haines!" rieD Leonard uit. „U heeft een verschrikkelijke manier om iemand een kru sverhoor af te nemen! Deze kras lijkt wel door een boot gemaakt te zijn". „Dat verklaart nog steeds niet uw groote belangstelling", merkte Beryl ietwat scherp van een vriendschappelijke internationale samenleving niets voelen, dat zij even over tuigde als bekwame spelers van het oude spel om de macht zijn en dat de veiligheid en de vrede van het Britsche Rijk derhal ve gebieden dat het dit gevaarlijke spel met evenveel ernst en bekwaamheid zal spelen als de tegenspelers. Met andere woorden, Engeland mag zich niet langer in slaap sussen met schoone droomen van Europeesche verbroedering. Het moet de re aliteit onbeschroomd onder oogen zien. Het moet naar verzoening blijven streven, maar het moet er zich rekenschap van geven dat een dergelijke verzoening slechts mogelijk is op de basis van wederzijdsch respect. Een zoodanig respect zal niet worden verkregen door te praten oVer idealen van internati onale samenwerking waar de dictatoren niets dan minachting voor hebben. Het zai niet worden verkregen door een politiek van eenzijdige tegemoetkomendheid en con cessies, die door de dictatoren slechts als bewijzen van democratische decadentie wor den opgevat. Respect zal slechts worden verkregen door het eenige argument waar voor de dictatoren vatbaar zijn: macht. Daarom moet Engeland zich bovenal op de versterking van zijn machtspositie toeleg gen. Het moet niet alleen zijn bewapening veel krachtiger ter hand nemen dan tot nu toe, het moet de macht ook zoeken in het winnen van nieuwe bondgenooten, en het moet last and not least bewijzen dat het het spel van de dictatoren verstaat door de iet wat kwispelstaartende houding van zijn diplomatie en de zoetelijke toon van zijn of- ficieele uitlatingen te vervangen, niet door dreigementen, maar een sobere koele zake lijkheid. Ziehier zoo kort mogelijk uiteengezet de positie van Chamberlain's tegenstanders. Wie maakt uit, of ze gelijk hebben? geelt ruwe huid verzacht - geneest (Ingez. Med.) DE DUITSCHE DIENSTMEISJES. Vele kregen aanzegging haar be trekking tegen 1 Februari op te zeggen. In Den Haag hebben vele Duitsche en Oostenryksche dienstmeisjes bericht gekre gen, dat zij zich op de kanselarij van het Duitsche gezantschap moeten aanmelden met hun pas. Uit de voor deze oproeping gebruikte briefkaarten blijkt, dat er voor Amsterdam dergelijke oproepingen zijn verzonden; in dit gevoel moeten de meisjes z.ch melden aan het Duitsche consulaat-generaal. In verband hiermede heerscht er aan bei de adressen groote toeloop van meisjes, o.a. velen, die ver van gesticht zijn over hetgeen hun boven het hoofd hangt. Aan degenen, die zich aanmelden, wordt namelijk meegedeeld, dat zij tegen 1 Febr. hun betrekking moeten opzeggen. Passen, die voor langer geldig zijn dan 2 Febr., worden op dien datum afgestempeld. Naar werd meegedeeld, zullen de meisjes, die te ruggaan, den 2den Febr. met extra-treinen naar Duitschland worden vervoerd. Sommige me.sjes verontschuidigden zich met de mededeeling, dat zij in het huwelijk zouden treden, waarvan dan bewijs werd verlangd. Naar het schijnt, zjjn er de laatste week op het Bevolkingsregister in Den Haag vele Duitsche meisjes geweest, die huwelijksplannen bleken te hebben en in verband hiermee om inlichtingen kwamen. Op het Bevolkingsregister konden wij hier over echter geen inlicht ngen krijgen. De meisjes, die aan het bevel naar Duitschland terug te keeren geen gevolg geven, verlie zen hun burgerrecht en worden staatloos. In verband met de dit jaar gehouden ver kiezingen hebben de Duitsche autoriteiteu hier te lande de adressen van alle meisjes, die aan de stemming hebben deelgenomen, in handen, want zij hebben destijds een for mulier met naam en adres moeten invullen. Op het Du tsche gezantschap verklaarde men ons over de te nemen maatregelen geen inlichtingen te kunnen geven. op. „Waarom zou die kras niet door een boot gemaakt kunnen zijn? En waarom zouden er geen menschen hier naar toe roeien evengoed als er naartoe zwemmen, zooals wij?" Een zeemeeuw vloog plotseling op van een kant van het wrak, die buiten hun ge zicht lag en verdween met forschen wiek slag. „Wat eèn nare schreeuw gaf die vogel", zei ze, haar vorige gedachten afbrekend. Leonard antwoordde niet, maar zijn greep spande zich om den kett.ng. „Wel", fluisterde Beryl, met een blik naar hem, „het was die vogel toch wel, nietwaar?" HOOFDSTUK VII. Te midden der schaduwen. Eenige oogenblikken lang gaf Leonard Sefton geen antwoord. Zijn oogen waren omhoog gericht en hij keek op naar den grimmigen metalen wand aan de onderzij de waarvan zij hingen. Juffrouw Haines keek ook omhoog en daarna liet ze haar blik zakken totdat haar oogen rustten op haar metgezel. „Wat gaat u doen?" vroeg ze met zachte stem. „U gelooft niet, dat het de meeuw was dat zie ik aan u". „Ik weet er niets van, juffrouw Ha'nes" antwoordde hij langzaam. „Eerst dacht ik, dat het wel zoo was. Maar veronderstel eens, dat het niet zoo was?" „Ja, veronderstel eens, dat het niet zoo was?" „Nu, we kunnen het er zoo niet bij laten, wel?" zelde hij. „Ik klim dus even aan ZWANENBERG 7nafifóctotjnxaA& (Ingez. Med.) V.P.R.O.-AVOND. De groote samenkomst in de Concert zaal Woensdagavond belegd door de V.P.R.O- heeft zich in een groot bezoek mogen ver heugen. Ondanks de koude waren honder der: opgekomen uit Middelburg, Vlissingen en Goes en de kilte die zich ook in de zaal geducht deed voelen, verhinderde niet dat men ruim 2% uur aandachtig luisterde naar de sprekers en het koor er de film- vertooning gadesloeg. Ds. Borgman uit Middelburg sprak, het openingswoord, waarin hij er op wees dat deze avond een groote steun kan zijn voor de Zeeuwsche afdeelingen. Het gaat om de waarde van het Vrijzinnig Protestantisme en bij het zoeken naar een vaste lijn in het leven kunnen wij den omroep niet missen. Spr. wekte op het werk van den V.P.R.O. te helpen dragen. Ds. B. J. Aris uit Amsterdam daarna het woord verkrijgende sprak over het genoe gen dat het persoonlijk contact heeft voor hem, die altijd voor 'de microfoon spreekt. De avond zal alleen aan het doel beant woorden wanneer men inziet dat de V.P. R.O. door een bepaald beginsel gedragen wordt. Dat beginsel verbreidt men dan zelfs met de modernste middelen al is daar in den beginne wel eenïg pessimisme geweest om de radio in dienst te stellen van een zoo'n ernstige zaak. Spr. schetste het ont staan van den V.P.R.O. en zei, dat de grond slag het Vrijzinnig Christendom is. Zijn wij daarvan overtuigd? Niet in theorie maar in werkelijkheid? Uitvoerig stond spr. stil bij het contrast dat bestaat tusschen het leven van alle dag, de wereld, en het leven dat zjjn bron vindt bij den Bijbel. Met en kele voorbeelden uit zijn predikanten prae- tjjk toonde spr. aan, dat de drang om te ge looven telkens toch blijkt en dat daadwer kelijk het Christendom beleden wordt. Zij het dan op een verborgen wijze. Men moet het Christendom breed zien en bedenken dat het niet gaat om onszelf, maar om de wereld. Onbewust werkt het Evangelie door. Het belang van de radio-omroep is juist dat men menschen bereikt, die op an dere wijze vreemd zouden blijven aan het Vrijzinnig Christendom. Het 'percentage dat in de Kerk komt is helaas klein. De radio is nu de groote kans. Men gaat het Vrijz. Protestantisme daardoor ook anders zien en volgens spr. moet een ieder die iets „heeft" aan zijn geloof het werk van den V.P.R.O. steunen. Ds. E. D. Spelberg van Hilversum sprak een kort woord uit de practijk van zijn veeljarige omroepleiding. Vier jaar geleden vroeg men hem heel zijn werkkracht te ge ven aan den V.P.R.O. Veel heeft hij achter moeten laten, maar spijt heeft hij nooit ge had van zijn keuze, omdat hij een gemeente teruggekregen heeft: de V.P.R.O.-gemeente. Dat is een veel hechtere eenheid dan ooit gedacht is. Dat merkt spr. niet alleen uit de vele brieven die hem dagelijks bereiken, doch meer nog uit allerlei feiten. De V.P. R.O. wordt gevraagd bij ziekte, huwelijk en doop. Menschen van geen of ander geloof komen tot de V.P.R.O. Dit gemeentebesef blijkt ook b.v. uit het feit dat er 35.000 binnengekomen is voor de Joodsche vluch telingen en dat de opbrengst voor de Kerst pakketten-verzending d e dit jaar tot f 7500 gestegen is. Men bedenke ook dat de V.P. R.O. de eenige omroep is die 't Vrijzinnige woord uitzendt. Niet alleen in Nederland maar ook naar Afrika en Amerika. In het buitenland bestaat dat niet. Spr. eindigde met een oproep om mede te helpen de V.P.R.O. te behouden, juist ook, omdat er enkele donkere wolken zich samenpakken, die zijn bestaan zouden kunnen bedreigen. Na de pauze werd de V.P.R.O.-film ver toond. Deze film liet in uitstekende en pak kende beelden iets zien van het interne le ven van den omroep: de studio, en hoe het daar toe gaat, de medewerkenden, de Zon dagsschool van mevr. Spelberg, de techniek van de zenders, het weekblad „Vrije Ge luiden" V.P.R.O.-samenkomsten, een kerk dienst en tot slot de indrukwekkende de monstratie op „Houtrust" in September van het vorige jaar. Ds. Spelberg gaf daarbij een onderhoudende verklaring. Twee maal op dezen avond trad het a cappella koor uit Goes op onder leiding van den heer Tammlnga. Dit koor heeft een goeden naam en met recht. Het beschikt over uitstekende stemmen en ook nu zong het koor de liederen met groote virtuosi teit die aller bewondering afdwong. Na een slotwoord van den heer Chr. Kloosterman uit Goes werd met gemeen schappelijk gezang besloten. ZEEUWSCHE LANDBOUW MIJ. Vergadering dagelijksch bestuur Kort verslag van de vergadering van het dagelijksch bestuur der Z.L.M., ge houden op Maandag 19 December 1938 ir, het Landbouwhuis te Goes onder voorzit' terschap van den heer A. I. Leenhouts te Retranchement. O.m. kwamen de volgende onderwerpen in bespreking: Dankbetuiging mr. Dielenian. Bij den aanvang der vergadering deelde de voorzitter mede dat een dankbetuiging was ingekomen van den heer mr. P. Dieleman algemeen voorzitter der Z.L.M. voor de blijken van belangstelling, weke hij ter gelegenheid van zijn ongesteldheid en 65en jaardag van de Z L.M. had ontvangen en zijn beste wenschen uitsprak voorden bloei van de Z.L.M. Stichting Landverhuizing Nederland. De stichting landverhuizing Nederland heeft zich tot de 3 centrale landbouworga nisaties gewend met het verzoek mede werking te verleenen aan het instellen van een enquête naar het aantal boeren zoons en landarbeiders, die geen grond beschikbaar vinden voor het stichten van een eigen landbouwberijf,- noch ook op anderer bedrijf voldoende emplooi kun nen vinden en voor wie derhalve emigra tie aanbevelenswaardig zou zijn, indien zich voor hen mogelijkheden bieden in an dere landen. Besloten werd het Landbouw-Comité te wijzen op de wenschelijkheid dezer enqyê- te te houden met behulp van de gemeen ten, opdat goede en betrouwbare gegevens worden verkregen. Teeltbeperking voor aardappelen. Het bestuur van een der zusterorganisaties heeft het Kon. Nederl. Landbouw-Comité verzocht met klem te blijven aandringen op verlaging van de teeltheffing van 50 op hoogstens 30. In verband hiermede sprak het dage lijksch bestuur als zjjn meening uit dat de aardappelsteunregeling allereerst prijsre- gelend dient te zjjn. Naar het oordeel van het dagelijksch bestuur zal de oplossing van de moeilijk heden van het aardappelvraagstuk niet gezocht moeten worden in verhooging van de teeltheffing, eerder dient een beperking van de teelt van aardappelen te worden uitgevaardigd, terwijl van overheidswege gelden, voor het uit de markt nemen van zandaardappelen (denatureeren) dienen te worden beschikbaar gesteld, zooals dit ook voor de e.v. erwten en veldboonen plaats heeft. Richting landbouwbeleid. Opnieuw werd de wenschelijkheid bepleit, mede naar aanleiding van een schrijven van een der zusterorganisaties, het LanJbouw- Comité te verzoeken een werkprogramma samen te stellen waarin de richtlijnen zijn opgenomen hoe 't landbouwbeleid in Neder land in de komende jaren moet zijn en welke belangrijke vraagstukken in ver band daarmede onder oogen moeten wor den gezien. Rijksweg Sint-Filipsland. Mede naar aanleiding van het verzoek der Z.L M. heeft de Minister van Waterstaat bepaald, dat de Rijksweg Sint-FilipslandAnna Ja- cobapolder is opengesteld voor verkeer met rij- en voertuigen, geen motorrijwie len of rijwielen zijnde en voor rij- en trekdieren. Het dagelijksch bestuur was voor deze openstelling, die ook principieel van veel beteekenis geacht moet worden, zeer er kentelijk. Voor de betrokkenen is de open stelling een zeer belangrijke beslissing. Marttrein. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van den krng Oost- Zuid-Beveland zal de directie van de Ne- derlandsche Spoorwegen worden verzocht des Dinsdag de trein welke te 9.44 uur te Goes aankomt in Krabbendijke te doen stoppen. Hiermede zullen ongetwijfeld ve le bezoekers van de markt te Goes wor den gediend. Uiencontröle. Naar aanleiding van klachten welke in de vergadering van het Hoofdbestuur zijn geuit omtrent het afkeuren van korten tjjd tevoren goedgekeurde uien deelt het Uitvoer-Contröle-Bureau mede dat het al gemeen bekend mag worden geacht dat de uien dit seizoen van minder goede kwali teit zijn wegens het veelvuldig voorkomen van schimmel aan de wortel en koprot. Voornamelijk dit laatste euvel is in vele gevallen zeer moeilijk te constateeren en wordt naar in de praktijk blijkt, meesten tijds eerst zichtbaar na verwerking en ver voer van het product. Wat de uitvoer controle voor Zeeland be treft geschiedt de keuring te Vlissingen by het afgeven van het certificaat, tenzij er vooraf een verklaring werd verstrekt. Voor uien via Vlissingen geëxporteerd worden zeer weinig verklaringen afgege ven. Dit jaar is in afwijking met vorige jaren aan de controleurs van het U.C.B. opdracht gegeven in de pakloodsen der eommission- nairs en exporteurs op de verpakking der uien toe te zien, om zooveel mogelijk te voorkomen dat afkeuringen in Vlissingen plaats vinden en dus voor de betrokkenen financieele nadeelen ontstaan. Garanties dienaangaande zjjn echter door het U.C.B. niet gegeven. Prov. Regelingscommissie voor de paar denfokkerij. In verband met het periodiek aftreden van den heer J. G. v. d. Linde te Kolijns- plaat als lid van de Provinciale Regelings- Commissie voor de Paardenfokkerij in Zee land, besloot het Dagelijksch Bestuur de na volgende personen ter benoeming aan te bevelen: 1. J. G. van de Linde en 2. A. Hartog, beiden te Kobjnsplaat. Lid Vlasstudiecommissie. De Vlasstudiecommissie heeft het verzoek der Z.L.M. om een vertegenwoordiger der Maatschappij in gefioemde commissie te be noemen, aanvaard. Als zoodanig werd aan gewezen de heer J. de Waay te Dreischor, die tevens in de bewerkingscommissie zit ting zal nemen. Tolvrijdom brug Tolen. Het Dagelyksch Bestuur vereenigde zich geheel met het rapport uitgebracht door een daartoe door den kring Tolen en Sint- Filipsland der Z.L.M. ingestelde commissie om te komen tot tolvrijdom van de Tool- sche brug. Voor het verkrijgen van tolvrijdom zal samenwerking ook in financieel opzicht verkregen moeten worden tusschen de pol ders en gemeenten van het eiland Tolen, de provinciën Zeeland en Noord-Brabant, de gemeente Bergen op Zoom en het Rijk. Hier zal een soortgelijke vorm van samenwer king kunnen worden gevolgd als bij de Noord-Bevelandsche .brug. Besloten werd een lxemplaar van het rapport aan het College van Gedeputeer de Staten van Zeeland te zenden en een onderhoud aan te vragen om de in het rap port ontworpen denkbeelden nader toe te lichten. Zegelkosten pachtcontract. Het verschuldigde zegelrecht, waaraan pachtcontracten thans zijn onderworpen be- WED. D. S. VAN SCHUPPEN - VEENENDAAL (Ingez. Med.) boord. Denkt u, dat u nog tien minuten aan dien ketting kunt blijven hangen?" „Ik ga niet zonder u terug, wanneer u dat bedoelt", antwoordde het meisje. „Gaat u maar uw gang en doet u maar net of ik er niet was". „Dank u", zeide hij, ofschoon hij wist, dat hem dat niet mogelijk was. In ieder geval h.elp de houding van mejuffrouw Haines hem wat, want daardoor kreeg hij meer vrijheid. Hy pakte de ketting stevig vast en gaf er plotseling een stevigen ruk aan om de sterkte ervan te beproeven. Zy hield. Toen begon hy te klimmen, terwijl het meisje, dat zelf ook zeer sportief was, met bewon dering naar hem keek. Met drie trekken wist hy een gebroken reeling te bereiken. De rest was gemakkelijk. Verlaten en doode schepen zien er naar geestig uit. Toen hy weer op zyn beenen stond keek Leonard rond met een vreemd beangstigend gevoel van beklemming. Hy kon z ch niet herinneren ooit iets treuri- gers en meer spookachtigs gezien te heb ben. Het schip was met zyn gebroken schoorsteen, zijn vernielde dek en zyn scheeve ligging, welke in strijd scheen met §dle menschelyke wetten en ordeningen, be roofd van alles wat men er maar kon wen schen. Het was vol leege gaten, losse vloe ren, doelllooze paden en gangen die opniets uitkwamen. Het leek op een stuk been, waarvarf elk stukje vleesch was afgepikt en waaraan alle voedende sappen waren ont trokken. In een der diepe gaten stond wa ter, vies en groen, onnatuurlijk stil, als het ware bewaakt door een kwaden genius van onbewegelykheid, die hier stil rondwaarde tusschen de weldadige bewegelijkheid van de zee. Een ijzeren reeling, afgerukt van een ander deel van het schip, stak brutaal weg door een glazen dak, gelyk een zwaard in een slechtpassende scneede. Er waren planken, waarop niemand liep, patryspoor- ten, waar niemand door keek. Leonard Sef ton had een moedig hart, maar hy kon een rilling niet onderdrukken bij dit beeld van verlatendheid. „Tjonge! Wat moet het een storm ge weest zyn!" mompelde hy. En toch, terwijl hy dacht aan den storm en zich zyn nachtelyke woede trachtte voor te stellen, was hy voortdurend met een vreemde gedachte bezig. Verklaarde deze nachtelyke storm alles wat hy hier zag? Hy verspilde echter geen kostbaren tyd met vruchtelooze overpeinzingen. Na dit alles snel in zich opgenomen te hebben, daalde hy af naar de verblijven der opva renden en luisterde nauwkeurig. Hij wacht te of hy een geluid hoorde, dat gelyk was aan het geschreeuw van een zeemeeuw. Hy hoorde echter niets, behalve dan het ge klots van het water tegen de zijden van het schip en het breken van de golven op de klippen. Ja toch, daar was een ander geluid. Zach te voetstappen achter hem. Hij draaide zich snel om en keek in de oogen van Beryl Haines. „Neem me niet kwalijk", merkte ze op. „Maar weest u maar niet boos op me. Pan dora mocht het doosje, waar alle rampen van de wereld uit kwamen, niet openen maar ze opende het toch, dus Heeft u al iets ontdekt?" Hij schudde zyn hoofd en keerde terug tot de donkere opening, waarin hy bezig was te kijken, toen ze hem by zyn bezig heden had onderbroken. Alles was rustig beneden hem. „Een verschrikkelijke plaats is het hier", verklaarde zy. „En nu schijnt de zon nog wel", ant woordde hy. „Ja. Denk eens aan, hoe het geweest zal zyn in dien storm!" „Of vanavond, als de zon onder is". „Bah, mijnheer Sefton", smeekte ze. „Ik durf vanavond uit mijn raam vast niet naar dit wrak te kijken, als u zoo spreekt". „U zult het wrak uit uw raam niet kun nen zien, als u vanavond naar bed gaat", antwoordde hij. „Er is geen maan, om het te zien". „O, is die er n!et. Dat is goed! Nu, wat gaan we nu doen?" „Ik was juist bezig eens rond te kijken". „Goed zoo". „Ik ben er niet zeker van, dat het goed is. U zou me kunnen volgen". „Waarom zou ik u niet volgen?" Ik veronderstel, dat uw besluit vast staat „Dat doet het". „Uitstekend. Maar ik stel één voorwaar de, juffrouw Haines. Van het moment waarop wij afdalen in dit naargeestige hol, staat u onder bevel. Wilt u dat beloven?" „Ja, kapitein. Als ik iets verkeerd doe, kunt u my mijn congé geven, als u wilt". (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 5