ABDIJSIROOP NORTH STATE :tate M0RTH Als Uw kind hoest... KRONIEK van den MB. Fijn, 1 dat je om hebt gedacht! TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 21 DECEMBER 1938. No. 360. SCHADUWEN AAN DE KUST. AKKER'S BWNENL&HP. BIERVLIET Practische vijandschap. Eenigen tijd geleden verscheen in het grootste nationaal-socialistische Duitsche dagblad, den „Völkisehen Beobachter" een artikel getiteld „Integrale Neutralitat en onderteekend door een onbekenden jurist, waarin voor het eerst de stelling werd ver kondigd, dat een staat, die zich neutraal verklaart, slechts dan als werkelijk neutraal is te beschouwen, als ook de bevolking in haar uitingen het neutrale standpunt van haai' regeering blijkt in te nemen. Is dat niet het geval, aldus het artikel, dan heeft éen andere staat, ten opzichte van welken de officieele neutraliteit is uitgesproken het volle recht, den „neutralen" als vijan- digen staat te beschouwen. Met welke con sequenties? Dat zeide het artikel niet, maar dat is nu juist het belangrijkste om te we ten. Onze Berlijnsche correspondent heeft de zer dagen getracht daarover inlichtingen uit bevoegden kring te krijgen. Hem werd verzekerd dat het nogal sensationeel e standpunt, in den „Völkisehen Beobachter' verdedigd, niet als officieel-geïnspireerd mocht beschouwd worden. Het bleek echter al spoedig, dat toch blijkbaar zeer invloed rijke kringen er achter staan, en dat we hier met een koerswijziging in de Duitsche politiek ten opzichte van vooral de aan Duitschland grenzende kleine staten te doen hebben. De redactie van het blad en vele andere Duitsche bladen zijn n.l. op het artikel teruggekomen, en zekere stappen an de Duitsche regeering zelve o.a. in Kopenhagen en in Bern wijzen er op, dat de bijdrage van den onbekenden jurist een signaal was voor nieuwe dingen, die op komst zijn. Men heeft er zich in Berlijn de laatste jaren in toenemende mate over geërgerd dat de buitenlandsche pers over het alge meen allesbehalve ingenomen is met vele verschijnselen in het Derde Rijk, die nu imaal dwars tegen de overheersehende denkbeelden in democratische staten ingaan en in ons tijdperk van radio, post. telefoon en telegraaf door staatkundige grenzen niet meer tegengehouden kunnen worden, maar als ongewenschte propaganda worden ge voeld. Talrijke pogingen zijn van Duitsche zijde gedaan om de critiek in buitenlandsche bladen tot door het Derde Rijk gewenschte proportie's terug te brengen. Hitier zelf heeft in openbare redevoeringen en bij de besprekingen voor het tot stand komen van bilaterale overeenkomsten en verklaringen telkens weer getracht, de buitenlandsche regieringen er toe te brengen, invloed op haar pers uit te oefenen met het doel, pers campagnes, die hij als sabotage van de ge sloten overeenkomsten beschouwt, te doen staken en in het algemeen een meer wel willende en objectieve behandeling van Duitsche dingen in buitenlandsche bladen uit,te lokken. _jicees heeft hij daarbij nauwelijks gehad, y ^reemde staatslieden hebben voor zoo- ,r "hun landen het beginsel van vrijheid "jjdrukpers huldigen, steeds geantwoord, de regeering geen invloed op de pers heeft en dat men hoogstens „een goed woordje" kon doen. Nieuwe, vaak voor an dere volken onverdedigbare, Duitsche maat regelen hebben dan steeds weer een ver- erpte persactie in het buitenland uitge- ,jj '■het zij toegegeven, dat die niet altijd urnen de perken van fatsoenlijke journa- "?tiek is gebleven) en in de Duitsche landen -r&best men tandenknarsend vaststellen, dat men met protesten en verzoeken geen stap Vêlder was gekomen. Het ziet er nu naar uit, alsof men nu tot andere middelen zjjn toevlucht wil gaan neShen. De Duitsche regeering weet zich sterk, vooral ten opzichte van aangrenzende kleine staten, en wil van haar macht blijk baar in alle opzichten gebruik gaan maken. De verzekering van een vreemde regeering, dat de buurstaat „neutraal" is, beteekent voor een koerswijziging ten opzichte van dien staat natuurlijk een hinderpaal. Daar om zoekt men het in een andere richting. Men gaat van het nieuwe standpunt uit (en misschien is er tot op zekere hoogte wel iets voor te zeggen, geeft het althans aan leiding om over deze dingen eens van ge dachten te wisselen), dat een neutraliteits- verklaring van eenige vreemde regeering slechts dan erkend kan worden, als zjj met de „volksneutraliteit" samengaat. Men verzekert in de Duitsche regeerings- pers nu ongeveer dagelijks, dat dit wat Zwitserland, Nederland, België en de Scan dinavische staten aangaat beslist niet het Naar het Engelsch van J. Jefferson Farjeon. geval is. In ons bijzondere geval komt het eigenlijk hierop neer, dat men thans in Duitschland zegt: „Als de Nederlandsche regeering bijv. in de jaarlijksche troonrede laat verzekeren, dat de verhouding van Ne derland tot. andere staten, dus ook tot Duitschland goed en normaal is, als een Nederlandsche gezant in Berlijn, gelijk dat onlangs weer is geschied, bij het aanbieden van zijn geloofsbrieven verzekert, dat Ne derland de betrekkingen tot Duitschland als normaal beschouwt en die nog wenscht te verbeteren, dan hebben zulke verzekeringen voor ons, Duitschland slechts theoretische waarde, zoolang de pers, de meeste politieke partijen en daardoor ook de groote meer derheid van het Nederlandsche volk voort gaan met het stoken tegen het Derde Rijk". Practisch wenschen wij Nederland niet meer als neutrale mogendheid ten opzichte van Duitschland te beschouwen maar als... -vijandige. En wij zullen daarom, ook al be vinden de twee staten zich niet als in oor logstoestand de passende consequenties trekken". Zeer scherp wordt in de laatste dagen dit Duitsche standpunt ten opzichte van' Zwit serland uitgewerkt. Maar men kan er van verzekerd zijn, dat Nederland ook zijn beurt krijgt. Duitschland is van meening, dat de wijze waarop een groot deel van de Neder landsche pers en tengevolge daarvan ook het publiek het Derde Rijk beoordeelt, njet objectief weergeven van feiten des noods gevolgd door binnen zekere perken blijvende zakelijke critiek, al lang niets meer te maken heeft; maar dat in Neder land met opzet o.a. door het verzwijgen van positieve Duitsche prestaties en het sensa tioneel naar voren brengen van vaak niet op waarheid berustende geruchten ten na- deele van het Duitsche volk, een stemming is gekweekt, die aan de Nederlandsche neu traliteit jegens Duitschland een einde heeft gemaakt. Zoodat men practisch de neutraliteitsverklaringen van officieele Nederlandsche zijde als van geen waarde meer beschouwt. De opvatting is nog wel niet van Duit sche regeeringszijde gegeven, maar het feit, dat de Duitsche pers ze dagelijks ver der mag uitspinnen, terwijl het buitenland weet, dat deze pers niets mag verdedigen, wat tegen den koers der eigen regeering ingaat, bewijst voldoende, dat de Wilhelm- strasse de nieuwe opvatting van neutrali teit volkomen deelt. Wat is het gevolg van eer. en ander? Dat de publicisten en partijpolitici ook in kleine zg. neutrale staten het thans in de hand hebben, de verhouding hunner staten tot het groote Duitschland officieel in gevaar te brengen met alle consequenties daarvan. Kweeken zij, naar Duitsche opvatting, een 10). Zjj aarzelde. „Ik weet het niet", ant woordde ze. „Die heele geschiedenis is zoo verbijsterend, dat ik nauwelijks weet, wat het beste is". „Laten we de politie een oogenblik uit schakelen", stelde hij voor, na een oogen blik nagedacht te hebben. „Ik heb h"et idee, dat we zonder haar een beetje verder ko men en ik ben er zeker van, dat u er niet op gesteld bent, dat ze hier rondhangen. Er is iets, wat ik u nog niet verteld heb. Onze verdwenen man is hier vanmiddag ge weest". „Wat! Hier?" riep juffrouw Fyne ver schrikt. „Ja. Ik heb z'n spoor gevolgd tot aan uw voordeur en hij moet spoedig na mij hier gekomen zijn. Nu wie heeft hem ge zien?" Juffrouw Fyne sprong op en drukte op een bel. „Daar zal ik spoedig achter ko men", zeide ze, en eenige oogenblikken la ter wendde zij zich tot Luigi. Neen, Luigi wist van niets. Voor zoover hjj wist was er niemand gekomen. O, ja, hij was er heel zeker van. Er bestond niet de minste twijfel. Florence, de gedienstige, moest daarna binnen komen. Zij had ook niet op de bel gelet. Zjj wist van niemand, die zou zijn aangekomen. Ach maar er was er toch loert altijd het gevaar van erger gevolgen en daarom mag een hoestje nooit verwaarloosd wor den. Als Uw kind hoest, geef 't dan dadelijk AKKER's Abdijsiroop, bestaande uit extracten van oude kruiden, welke verzachtend, slijm- oplossend en genezend werken, benevens de krachtigste hoest- bedwingende stof „codeïne". Door deze veelzijdige werking noemt men Akker's verstèrkte Abdijsiroop ,,'s-Werelds beste Hoestsiroop". Tïebst&L&te tegen hoest, griep, bronchitis, asthma Flacon 90 et„ f 1.80, f2.40, f4.20. Alom verkrijgbaar (Ingez. Med.) een. Ja, natuurlijk, Luigi had aan iemand den weg gewezen Luigi werd teruggeroepen. Hij leek een beetje verward, toen Florence hem aan den bezoeker van dien middag herinnerde. „O, ja, ik vergeet!" riep hij berouwvol uit. „Het is niet belangrijk en ik denken is niets. Een man ja, die is gekomen, si, si. Hii komen en vragen den weg. Ik hem vertellen. Dat is alles". „Wanneer was dat?" vroeg Leonard. „Onder de thee". „En wat voor soort van man was het?" „O kleine man, heel klein, met kleine snor. Niet rijk. Arm". „Zoo", zei Leonard langzaam. Daarna kwam hij ineens met de plotselinge vraag: „Waar moest hij heen?" Twee m-nuten later was Leonard weer alleen met Jessica Fyne. „Is u iets opgevallen?" vroeg hij. „Het viel me op, dat Luigi een langen tiid noodig had om zich te herinneren, waar de bezoekers heen moest antwoordde Jes sica Fyne. Leonard knikte, en toen vroeg hii vrij plotseling, hoe laat er gedineerd werd. „Half acht", antwoordde Jessica. „En het is nu iets over zessen", peinsde Leonard. „Denkt u. d«t ik nog tijd heb om wat te gaan zwemmen?" Zü keek hem verrast aan. „Hoe dat, zon? Ja u hebt nog ander half uur", zeide ze. ..Bent u zoo dol on zwemmen. m'"nbper Sefton?" „Ja, en het is er een nracht'ge avonö voor", antwoordde hij luchtig. „Ik dacht, anti-Duitsche stemming, dan zal Duitsch land zich op het standpunt stellen, dat de diplomatieke betrekkingen met hun staat zijn afgebroken. Ook al worden ze officieel gehandhaafd. Dan zal Duitschland dus voor vriendschappelijke handelingen ten opzichte van dien anderen staat niet meer te vinden zijn, handelsbetrekkingen, zoo mogelijk, af breken, sportieve, cultureele en andere pu blieke samenwerking weigeren, zoodra daartoe aanleiding bestaat, kortom een verkoeling inleiden, die beantwoordt aan de naar Duitsch nieuw inzicht bestaande si tuatie van practische vijandschap. DE „REIGER" IN KAAPSTAD AANGEKOMEN. Gistermiddag is het K.L.M.-vliegtuig de „Reiger" te Kaapstad geland. Hiermede is het eindpunt van de heenreis bereikt. De ontvangst te Kaapstaid was zeer hartelijk. Onder de talrijken die zich naar het vlieg veld hadden begeven, bevonden zich eenige honderden Nederlanders. Voorts wordt ge meld, dat het driedaagsch verblijf in Dur ban in alle opzichten zeer is geslaagd. Be manning en passagiers waren daar de gas ten Van de plaatselijke afdeeling van het Algemeen Nederlandsch Verbond. Het ge meentebestuur van Durban bood de beman ning Maandag een lunch aan, waarbij de burgemeester van de stad een hartelijke rede uitsprak. Per auto werden de omstre ken bezichtigd, waarbij vele interessante plaatsen, zooals de vallei der duizend heuve len en eenige kafferkralen werden bezocht. Het verblijf te Kaapstad zal zes dagen duren. In dien tijd zal het gezelschap een groot gedeelte van de Kaapprovincie te zien krijgen. Op 26 December wordt de terugreis naar Nederland aanvaard. BIJSLAG OP DEN STEUN VERZOCHT. Door don burgemeester van Amsterdam. De burgemeester van Amsterdam dr. W. de Vlugt heeft het volgende telegram aan den minister van sociale zaken gezonden: „Verzoeke met het oog op felle koude, waardoor uitgaven ondersteunden aanmer kelijk stijgen, bijslag op ondersteuning werkloozen, zoomede voor kleine zelfstan digen en armlastigen met rijksbijdrage in kosten daarvan". EEN MOEILIJKE TOCHT OVER HET BEVROREN IJSELMEER. Vermiste schippers behouden te Enkhuizen aangekomen. Zaterdagmorgen vertrok de beurtschipper Kamper met het scheepje „IJselstroom' van Hoorn naar Urk. Reeds dienzelfden middag had dit beurtscheepje te Urk moe ten aankomen. Dien dag echter en ook Zondag vernam mén niets van het scheepje met de drie opvarenden, schipper Kamer, en de knechts J. Kiefïe en L. Schenk. Toen Maandagmorgen nog niets van de IJsel stroom" te bespeuren viel, vertrokken uit Urk eenige kleine sleepbooten om een on derzoek te gaan instellen. Maandagavond keerden zij echter onverrichterzake terug. Men vreesde dat het schip tijdens den storm van Zaternacht was vergaan. Den piloot van het K.L.M. vliegtuig, dat Dinsdagmorgen post en levensmiddelen naar het geïsoleerde Urk zou brengen, werd verzocht tijdens de vlucht boven het IJsel meer naar het vaartuig uit te kijken. Tot groote vreugde der Urkenaren meldde de piloot gistermorgen, dat hij de „IJsel stroom" ten Zuiden van Enkhuizen had ontdekt. Aanstonds werden te Urk pogin gen beraamd om de opvarenden van het beurtscheepje te hulp te komen. Echter "hulp bleek niet meer noodig. De drie op varenden zjjn gistermiddag half twee, na een tocht van zes uur over het bevroren IJselmeer, behouden te Enkhuizen aange komen. Schipper L. Kamper met zijn knechts had den zelf het initiatief genomen om te voet den vasten wal te bereiken, hetgeen hun dan ook na een moeilijken tocht is gelukt. De oorzaak van het niet binnenvallen van de „IJselstroom" te Urk blijkt gelegen te zijn in een defect aan den motor, dat de bemanning Zaterdag noopte in het zicht van het eiland voor anker te gaan. Zondag is het schip door den plotsebng opkomen den ijsgang van zijn anker geslagen en naar de plaats waar het op het oogenblik ligt, 25 kilometer ten Zuiden van Enkhuizen ge dreven. dat ik maar eens naar het oude wrak moest gaan zwemmen om er een kijkje te ne men". HOOFDSTUK VI. Het wrak. Hoe vurig Leonard Sefton's voorliefde voor zwemmen ook was, het was niets in vergelijking met zijn verlangen om naar 't wrak te zwemmen, en het trof zeer onge lukkig voor dat hoofdmotief, dat hij geen zwempak had en er een moest leenen, evenals hij al eerder een tennisracket had moeten leenen. Ziin koffer was nog niet van het station gekomen, dat een paar kilo meters verder dag, en in dien tusschentiid was hij een beetje afhankelijk van de vriendeliikheid van anderen. De welwillend- he:d van Guy Haines bezorgde hem een weirroak en door Guy kwam zijn zuster Beryl het plan van Leonard te weten. „Ik ga mee", besloot ze. „I-k heb vandaag nog maar één keer gezwommen". „Denkt u, dat het goed is?" vroeg de ïongeman. „Goed? Wat bedoelt u?" Nu. is het niet een beetje overdreven?" „Overdreven!" antwoordde Beryl verwii- *"nd. „Gunst, ik zwem hitna eiken middag moet u weteri! Sommigen van die jonge monscben, zooals u, hebben de gekste :deoën'\ Het gaf allemaal niets. Beryl besloot. dat er geen enkel risico aan was verbonden „Tk hoon flat bet u met. hindert, wanneer 'i me straks in bot water ziet", zei ze tot T eonard Tk n»»n haast altijd een tweede bad om dezen tijd". KUNSTVEILING TEN BATE VAN HET CENTRAAL STEUNFONDS VOOR UITGEWEKEN KINDEREN. Opbrengst gisteravond ruim 37,000. Eenige Nederlandsche kunsthandelaren namen onlangs het initiatief tot het houden van een kunstveiling te Amsterdam, waar van de geheele opbrengst zonder eenigen aftrek ten goede zou komen aan het cen traal steunfonds voor uitgeweken kinderen. Vele belangrijke inzendingen, waarbij ook schenkingen van H. M. de Koningin en het prinselijk paar, stroomden binnen. Het ini tiatief was gelukkig en het had de volle belangstelling van allen, die kunstverzame laars zijn en kindervrienden tegelijk. In de groote zaal van het gebouw der firma Fre- derik Muller en Co. is gisteravond de eerste zitting van deze tweedaagsche veiling ge houden. Geen plaats was onbezet en uit het geheele land waren belangstellenden bijeen gekomen. Dezen eersten avond brachten de in veiling gebrachte schilderijen, beeld houwwerken, teekeningen, etsen, boeken en autographen een totaal bedrag op van 37.041. Het gebruikelijke opgeld van 10 pet. werd afgestaan aan het genootschap „Liefdadigheid naar vermogen", zoodat de- de liefdadige instelling van deze eerste zit ting een bedrag van bijna 4.000 zal ont vangen. Bij het totaal bedrag van 37.041 zijn ook gerekend de opbrengsten van de schilderijen, onderscheidenlijk ten geschen ke gegeven door H. M. de Koningin en het prinselijk paar. Het schilderij, aangeboden door H. M. de Koningin, vervaardigd door den schilder Willem Roelofs Jr. en voorstellende een bloemstilleven (narcissen) werd op Ameri- kaansche wijze geveild en bracht bij opbod een bedrag op van 505 daarna werd het doek bij afslag gemijnd. Nu was de op brengst 800 een totale opbrengst dus van 1305. Kooper was de heer A. de Vries, die het schilderij aan het stedelijk museum in Amsterdam ten geschenke heeft gegven. Ook het schilderij, aangeboden door het prinselijk paar, werd op Amerikaansche wij ze geveild. Eerst bij ophod, later bij af slag. De opbrengsten waren resp. i.550 en 550 totaal dus 2.100. Kooper was de heer Kramarsky, die het schilderij, ver vaardigd door Coba Ritzêma en voorstellen de een stilleven, eveneens aan het stedeliik museum in Amsterdam heeft geschonken. Een schilderij van Jan van Goyen, voorstel lende een rivierlandschap met reiskoetsen en voor een herberg, ^gedateerd 1643, bracht een bedrag op van 5.100. Twee Venetiaan- sche lagunegezichten van den schilder Giacomo Guardi 1.000 een winterland schap van Isaac van Ostade 3.500 een pa neel, voorstellende een gezicht op de En- gelsche kerk op het Bagijnhof te Amster dam van H. P. Schouten 1200 en een doek van Ant. Vollen, voorstellende een vergul den vaas met bloemen, 1.000. Dit waren de grootste bedragen, die dezen avond wer den genoteerd. Vanavond waren de voor het mooie doel afgestane antiquiteiten en kunstvoorwerpen aan de beurt om geveild te worden. VRACHTAUTO DOOR TREIN GEGREPEN. Een doode en een gewonde. Op den onbewaakten overweg in den Veenweg te Nootdorp is gistermiddag eer zeswielige vrachtauto op weg van Delf? naar Baarn door den electrischen trein, welke om 3,23 uur van Gouda naar Den Haag was vertrokken, gegrepen. De be stuurder, de 26-jarige J. T. Willcmsen ui? Baarn werd op slag gedood, de naast hem in de cabine gezeten Altena, eveneens uit Baarn, werd ernstig gewond De trein, die eerst driehonderd meter vorder tot stilstand kwam, werd aan de voorzüde ingedeukt, terwijl door de bot sing de ruiten werden vernield. Hierdoor liep de machinist aan beide handen klei ne verwondingen op, welke dadelijk wer den verbonden. Van den vrachtwagen, welke met vee koeken geladen was, werd de tractor na de aanrijding in een nabijgelegen sloo' geworpen, terwijl de aanhangwagen over de rails werd geslingerd en totaai ver splinterd werd. Over enkele meters wa ren de dwarsliggers vernield. De lading van de auto verspreidde zich over den spoorweg, hetgeen met de over blijfselen van den vrachtwagen een ob stakel voor de passeerende treinen vorm de. Het station Voorburg werd gewaar schuwd, waar de treinen werden opge houden tot men met het opruimingswerl.- gereed was. Dit was omstreeks half zes Toen kon ook de trein uit Gouda zijn reis „De zee is vrij", antwoordde Leonard glimlachend, „natuurlijk zal het mij niet hinderen". „Houdt u werkelijk zooveel van zwem men?" vroeg ze nieuwsgierig. „Och ja, na tuurlijk, dat moet wel. Ik ben er verzot op". „Het is een van mjjn meest geliefde spor ten", zei hij. Hij verzweeg daarbij, dat hij dezen hartstocht in dit bijzondere geval lie ver alleen zou willen bevredigen. Er was een eigen weg van het hotel naar beneden naar een klein strandje, dat bij hoog water geheel onder liep en alleen een rand dooreengesmeten rotsblokken overliet. Het was de gewoonte van de geoefende zwemmers uit het hotel, om van deze rots blokken in zee te duiken, want zoowel aan de Noord- als aan de Zuidzijde lagen hier de rotsen een behoorlijk eind van den kant af. Toen Leonard de kleine baai bereikte, was de vloed echter nog maar halverwege opgekomen en op het stukje onbedekt strand op welks rimpelig oppervlak de zonnestralen speelden, trof hij juffrouw Haines, die reeds op hem wachtte. Gewik keld in een grooten, donkeren badmantel, zat zij op een rotsblok en keek zij naar de kleine gekuifde golven, die telkens af en aanrolden, zich verhieven en ineenstortten. Zij draaide haar hoofd om, toen hij na derde, met een openhartigen, eenvoudigen glimlach. „Ziet de zee er niet prachtig uit", riep ze. „Op dezen tijd houd ik van de zee het meest". „Ja, de zee is mooi, zei Leonard instem mend. „Ik begrjjp, dat u een soort expert In elk opzicht superieur! ik AMERICAN CIGARETTES 1 H AMERICAN (Ingez. Med.) voortzetten, echter slechtop kracht van de achterrJe motoren De gewonden werden naar het ziekenhuis Sint Antoniushove te Voorburg overge bracht. HET VERBIEDEN VAN DEN VOETBALWEDSTRIJD NEDERLAND—DUITSCHLAND. Verklaring van den burgemeester van Rotterdam. Tijdens de algetneene beschouwingen over de gemeentebegrooting van Rotterdam, heeft de burgemeester, mr. P. J. Oud, gis termiddag in den Raad ter zake het verbod van den voetbalwedstrijd Nederland Duitschland meegedeeld, dat het hem per soonlijk niet onaangenaam zou geweest zijn als de regeering de verantwoordelijkheid voor het verbod op zich had genomen. Maar de verantwoordelijkheid voor de orde rust bij den burgemeester. Dat bewaren van de orde is niet repressief, doch vooral preven tief. De burgemeester durfde het doorgaan niet voor zijn verantwoording nemen, om dat er incidenten konden ontstaan met hoogst onaangename gevolgen. Het onaangenaamste voor spr. was, dat men bij dengene, die de beslissing nam, mo tieven veronderstelde, die er niet waren. Dat is niet in den Raad gebeurd, maar wel er buiten. Bij het nemen van het besluit is spr. alleen geleid door zijn zorg voor hand having der orde. Dat moest eigenlijk over bodig zijn te zegen. Het zou een burgemees ter weinig passen zich door andere over wegingen te laten leiden. Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden aangenomen door den Agent A. OORNELI8. ben in 't zwemmen?" „Dat zou ik niet durven beweren", ant woordde ze aarzelend. „Ik weet alleen, dat ïk ervan houd. Maar zegt u eens, van wie heeft u dat?" „Van mijnheer Morley". „O, dat begrijp ik wel. Ik heb hem 'n paar dagen geleden den doodschrik op het lijf gejaagd, toen ik hem vroeg om met mij naar dat wrak te zwemmen". „O, het wrak", zei Leonard, terwijl hij haar nieuwsgierig aankeek. Bent u zoo ver gekomen, juffrouw Haines? Het is nogal ver". „Dat dacht mijnheer Morley ook!" lachte Beryl. „Neen, we zijn niet zoo ver gekomen. Toen we ongeveer halfweg waren, begon hij er zoo groen uit te zien, dat ik het beter vond om terug te gaan". „Ging u met hem mee terug?" Zij knikte. „Ja, inderdaad. Ik wilde zijn dood wegens uitputting niet op mijn ge weten hebben. Hü was er bijna aan toe, toen we weer aan land kwamen. Zegt u eens Kunt u het goed?" „Niet slecht". „Dat dacht ik al. U ziet er sportief uit. Denkt u, dat u naar het wrak heen en weer kunt?" „Ja dat geloof ik wel", antwoordde Leonard na een kleine pauze. „Schitterend!" riep zij uit. „Zullen we 't dan maar doen?" „We hebben niet veel tijd meer". „Dat is erg jammer. Dan zal ik dus maar alleen moeten gaan". (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 5